Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Diemen

Uitvoerings- en handhavingsbeleid VTH Omgevingsrecht Gemeente Diemen 2023 - 2026

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDiemen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingUitvoerings- en handhavingsbeleid VTH Omgevingsrecht Gemeente Diemen 2023 - 2026
CiteertitelUitvoerings- en handhavingsbeleid VTH Omgevingsrecht Gemeente Diemen 2023 - 2026
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

22-03-2023nieuwe regeling

07-03-2023

gmb-2023-113894

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoerings- en handhavingsbeleid VTH Omgevingsrecht Gemeente Diemen 2023 - 2026

SAMENVATTING EN LEESWIJZER

 

Het vakgebied vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) binnen het omgevingsrecht, is sterk in ontwikkeling. Wetswijzigingen volgen elkaar snel op. De Omgevingswet, de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen en de Wet Verbetering Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving vragen om het geven van invulling aan een veranderende maatschappij. Vanwege de ontwikkelingen rondom het omgevingsrecht, verandert de komende jaren veel in de werkwijze van de VTH-taken. Om deze reden is dit VTH-beleid een dynamisch document dat tussentijds aangepast wordt, indien de veranderende wet- en regelgeving hierom vraagt.

 

De nadruk komt steeds meer te liggen op integraal en programmagericht werken. Daarnaast eist de maatschappij steeds meer dat vergunningverlening, toezicht en handhaving eenduidiger en transparanter plaatsvinden.

 

Met dit beleidsplan worden uitgangspunten vastgesteld voor de VTH-werkzaamheden, zoals:

  • Het niveau waarop vergunningen worden getoetst;

  • Welke punten worden gecontroleerd bij verschillende bouwprojecten;

  • De handhavingsmiddelen die worden ingezet.

De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en straks de Omgevingswet (Ow) bepaalt dat het college het bevoegd gezag is voor de vaststelling van het VTH-beleid. Op basis daarvan maakt het college jaarlijks een uitvoeringsplan en een evaluatieverslag. Daarvan wordt verslag gedaan aan de gemeenteraad. Na de invoering van de Wet VTH stelde de gemeenteraad de Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving vast (de kwaliteitscriteria), die in deze beleidsperiode wordt vervangen door de verordening handhaving en uitvoering Omgevingsrecht Diemen. Uitgegaan wordt van de meest recente kwaliteitscriteria. Hiermee wordt voldaan aan de big 8 beleidscyclus.

 

Het VTH-beleid wordt uitgevoerd vanuit de kernwaarden van de gemeente Diemen:

 

  • o

    Lef;

  • o

    Leergierig;

  • o

    Bewust doen;

  • o

    Open houding;

  • o

    Verbindend.

Het VTH-beleid wordt ook uitgevoerd met inachtneming van het Rekmanifest (bijlage 11) waarbij vooral vanuit oplossingen wordt gedacht, een gedachte die ook in de Omgevingswet tot uiting komt.

 

De indeling van dit VTH-beleid is als volgt:

Hoofdstuk 1 behandelt de Big 8 cyclus, de relevante ontwikkelingen en de missie en visie.

Hoofdstuk 2 beschrijft de probleemanalyse, de prioriteiten, de analyse van inzichten en de strategieën.

Hoofdstuk 3 beschrijft de doelstellingen en de uitgangspunten van de drie deelgebieden vergunningverlening, toezicht en handhaving.

In hoofdstuk 4 komen de strategieën en werkwijzen aan de orde.

Hoofdstuk 5 bevat de borging van de uitvoering en de beschikbare dan wel benodigde middelen. In het uitvoeringsprogramma worden de middelen voor het specifieke jaar beschreven.

In hoofdstuk 6 komt de evaluatie van het beleid aan bod. De beleidscyclus is rond. Jaarlijks wordt het uitvoeringsprogramma geëvalueerd en wordt inzicht gegeven in de ingezette middelen.

 

1. ALGEMEEN

1.1. Inleiding en BIG 8

Met dit VTH-beleid legt het college van burgemeester en wethouders de basis voor de programmatische en integrale uitvoering van de wettelijke taken en het bereiken van de doelstellingen uit het coalitieprogramma “Diemen met elkaar en voor elkaar. Groen, open, inclusief en sociaal”.

 

Op grond van de wet VTH1 is iedere gemeente verplicht om een integraal vergunningen- en handhavingsbeleid vast te stellen voor de taken uit de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) beleid op te stellen. Vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn taken die hieronder vallen. Het vaststellen van het beleid en een uitvoeringsprogramma is een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders. Na vaststelling wordt het beleid ter kennisname aan de gemeenteraad gestuurd.

 

Daarnaast worden de in de evaluatie gedane verbetervoorstellen2 op het gebied van VTH meegenomen als doelstelling, uitgangspunt of kernwaarde in het beleid.

 

Het VTH-beleid maakt inzichtelijk hoe de VTH-taken worden uitgevoerd en welke prioriteiten gesteld zijn. Het VTH-beleid wordt vervolgens jaarlijks naar uitvoeringsplannen vertaald en geëvalueerd.

 

Het VTH-beleid is een 4-jarig kader op basis waarvan uitvoering wordt gegeven aan de VTH-taak. Dit beleidsplan vervangt het Integraal vergunningverlenings-, toezichts- en handhavingsbeleid Gemeente Diemen 2019 – 2022 dat op 9 juli 2019 werd vastgesteld.

 

Het doel van vergunningverlening is om kwalitatief hoogwaardige vergunningen te verlenen door aanvragen goed te toetsen op volledigheid en specialisten in te schakelen voor de advisering op de aanvraag. Dit alles om te komen tot een goede uitvoeringskwaliteit van de vergunning die tijdig kenbaar wordt gemaakt en duidelijk is voor de aanvrager. Een kwalitatief goede vergunning voorkomt problemen tijdens de uitvoering. Toezicht en handhaving van wetgeving heeft als doel de kwaliteit van de (leef)omgeving te beschermen en waar mogelijk te verbeteren.

 

De nadruk komt, evenals het voorgaande VTH-beleid, meer en meer te liggen op integraal en programmagericht werken. Terugkerende elementen zijn:

  • o

    efficiëntere en daarmee effectievere handhaving;

  • o

    vermindering van de administratieve lastendruk;

  • o

    minder vergunningplichtige activiteiten;

  • o

    meer algemene regels;

  • o

    werken volgens een vaste beleidscyclus.

Er wordt nadrukkelijk (steeds meer) een beroep gedaan op de eigen verantwoordelijkheid van burgers en bedrijven. Daarnaast eist de maatschappij steeds meer dat vergunningverlening, toezicht en handhaving eenduidiger en transparanter plaatsvinden.

 

Coalitieakkoord

In het coalitieakkoord ‘Diemen met elkaar en voor elkaar’ maakt het college op hoofdlijnen de volgende keuzes bekend die mede leidend zijn bij het uitvoeren van taken die vallen binnen de reikwijdte van dit VTH-beleid. Onderstaande passages hebben raakvlakken met de VTH keten en zijn daarom overgenomen uit het coalitieakkoord.

 

Wonen

De Woonvisie die in 2018 is vastgesteld heeft nog niet aan kracht verloren, maar moet in 2023 versterkt en geactualiseerd worden3. De coalitie vindt sociale woningbouw van het grootste belang vanwege de grote woningnood en wil bij blijven dragen aan de bouw van betaalbare woningen. De reeds vastgestelde nieuwe regels voor de verdeling van sociale huurwoningen treden per 2023 in werking.

 

Daar waar we kunnen, zullen we via voorlichting en algemene afspraken het ongewenst scheefhuren trachten te beïnvloeden en passend wonen promoten. De veelheid aan – helaas versnipperde - aanvullende regelgeving van het Rijk passen we waar mogelijk en zinvol toe en vertalen we naar lokale regelgeving in onder andere de huisvestingsverordening. Alleen regelgeving is niet genoeg. Het geven van duidelijke voorlichting wordt steeds belangrijker. Daarnaast vraagt het stellen van meer regels ook om meer handen om vergunningverlening en handhaving vorm te geven.

 

Cultuur

Een goed cultureel en divers evenementenaanbod komt de levendigheid van het dorp ten goede. Vanuit Daarom Diemen worden initiatieven voor nieuwe evenementen ondersteund. Verder leent het Diemerbos zich goed voor kleinschalige (theater)voorstellingen. House of Bird en Theater De Omval hebben op dit gebied al samengewerkt.

 

Bedrijventerrein Verrijn Stuart

Er zijn steeds meer signalen dat het bestemmingsplan en de openbare ruimte niet meer aansluiten op behoeften van de gebruikers van het terrein. Nu er steeds minder plaatsen zijn in Diemen waar vrij geparkeerd kan worden, kan in de nabije toekomst de parkeerdruk op Verrijn Stuart oplopen.

Dit kan ertoe leiden dat het nodig wordt om over te gaan tot regulering van het parkeren. Actualisatie van het bestemmingsplan en een opwaardering van de openbare ruimte zijn daar in ieder geval onderdeel van.

 

Detailhandel

Nadrukkelijk wordt met de verschillende wijkwinkelcentra in Diemen gekeken naar de mogelijkheden om tot meer evenementen te komen.

 

Veiligheid en ondermijning

De gemeente heeft de afgelopen jaren veel werk gemaakt van veiligheid en de strijd tegen ondermijning. Het huidige ondermijningsbeeld wordt bijgewerkt en daar stemmen wij onze inzet op af, waarbij er wordt gezorgd voor een evenwichtige balans tussen zorg en veiligheid. Bij de uitvoering van het beleid zal het vizier telkens gefocust zijn op dat wat mogelijk is qua landelijke en lokale regelgeving en zullen we daar waar mogelijk de grenzen opzoeken.

 

Veiligheid - Scheerlicht

De gemeente Diemen pakt actief misstanden op het gebied van woonfraude en ondermijning aan en omarmt de methodiek Scheerlicht in de gemeentelijke organisatie. We werken aan verdere ontschotting van onze organisatie en intensievere samenwerking met externe partners.

 

Preventie als uitgangspunt

Preventie is de kern van ons veiligheidsbeleid en repressie is het sluitstuk. Daarom investeren wij verder in een sterk sociaal beleid, opleiding, leefbare buurten en community building/ samenlevings-opbouw. We gaan vanuit deze focus aan de slag met een wijkgerichte aanpak.

 

Uitbreiden boa-capaciteit

Wij zijn ons bewust van de groeiende inzet van onze buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) en zien ook de toenemende weerstand die de boa’s bij de uitoefening van hun ambt ervaren. We houden het aantal boa’s in evenwicht met de grootte van de gemeente en het takenpakket. We zien ook de toenemende weerstand die boa’s bij de uitoefening van hun ambt ervaren. Daarom is in 2021 gestart met een pilot voor het dragen van bodycams. Mocht de boa-capaciteit in de toekomst onvoldoende zijn, dan zal een eventuele capaciteitsclaim worden meegenomen in de reguliere planning- en control cyclus.

 

Financiën

De financiële verhouding tussen het Rijk en de gemeenten wordt steeds ongemakkelijker, omdat de taken en de realisatie van doelstellingen steeds vaker door het Rijk doorgeschoven worden naar de gemeenten. Het voornemen is ons samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten actief op te stellen bij de lobby voor een rechtvaardige verdeling van de lasten.

 

En tot slot valt op dat uitdrukkelijk niet gekozen wordt voor een verdere overheveling van taken naar Duo+.

1.2. Ontwikkelingen

De voornaamste juridische ontwikkelingen zien in de komende jaren op een gedegen invoering van de Omgevingswet en alle gevolgen die daarmee samenhangen, zoals bijvoorbeeld het (verder) op orde brengen van de werkprocessen. Het is een intensief traject met een lange voorgeschiedenis. Daarnaast vraagt de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) de nodige aandacht. Deze wetten hebben langdurige gevolgen voor de wijze van werken en leiden tot een nieuwe manier van werken voor de hele VTH keten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het nieuwe meldingsstelsel voor de categorie 1 bouwwerken onder de Omgevingswet.

 

Maatschappelijk gezien zijn er tal van ontwikkelingen die ervoor zorgen dat er een verharding plaatsvindt in de samenleving. De burger wordt mondiger en eist meer van de gemeentelijke dienstverlening. Zo worden steeds meer legesbezwaren ontvangen en accepteren aanvragers geen ‘nee’ of ‘nee, mits’ meer. Bovendien is er meer agressie op straat, waar de toezichthouders in toenemende mate mee geconfronteerd worden.

 

Daarnaast heeft klimaatverandering en het verduurzamingsvraagstuk gevolgen voor de VTH werkzaamheden. Zo heeft de toenemende aanscherping van milieueisen niet alleen impact op de eigen werkzaamheden, maar ook op de samenwerking met de Omgevingsdienst Noordzeekanaal-gebied (ODNZKG).

 

Organisatorisch gezien is de gemeente Diemen een gemeente in ontwikkeling, terwijl de wereld in vlug tempo verandert. Om grip op het VTH proces te (be)houden zonder in te leveren op kwaliteit, is het noodzakelijk om werkprocessen verder te laten meebewegen met alle ontwikkelingen en oog te hebben voor wat er speelt onder de medewerkers. Medewerkers moeten naast hun reguliere werkzaamheden ook steeds inspringen op zaken die niet kunnen wachten en dat vraagt om een flexibele mindset.

 

De (optimalisatie van de) digitalisering is in volle gang. Digitalisering omvat niet alleen het digitaal maken van fysieke documenten en de introductie van nieuwe systemen, maar ook het vervangen van bestaande digitale systemen, de doorontwikkeling. Zo zal in de beleidsperiode SquitXO door Rx.Mission vervangen worden, het nieuwe VTH-systeem.

 

Al deze ontwikkelingen vergen in toenemende mate tijd en inzet van de medewerkers.

 

De samenwerking met externe partijen, zoals DUO+, de ODNZKG, politie en de provincie is niet alleen belangrijk en waardevol, maar (soms) ook complex en ingewikkeld. Dit wordt mede veroorzaakt door wetswijzigingen, het verschuiven van werkzaamheden/bevoegdheden4 en/of het veranderen van contactpersonen. Daarbij komt dat deze organisaties ook in ontwikkeling zijn. Zo is een complicerende factor in de samenwerking met de ODNZKG dat taken in mandaat5 zijn overgedragen, maar in de uitvoering (en terugkoppeling) dient een kwaliteitsslag plaats te vinden. In de jaarprogramma’s en evaluatieverslagen zal daar nader op ingegaan kunnen worden.

 

De invloed van deze ontwikkelingen is groot en zorgt ervoor dat tijdig en gedegen kunnen inspringen op wat de veranderende maatschappij vraagt van de gemeente Diemen een continue uitdaging blijft.

1.3. Missie en visie

De reeds bestaande missie is nog net zo relevant. Daarom wordt deze hier herhaald en bevestigd voor de nieuwe periode 2023 - 2026:

 

De VTH keten van de gemeente Diemen realiseert deze visie door:

  • het op effectieve & doortastende wijze uitvoeren van de wettelijke taken en bestuurlijke opdrachten;

  • met gevoel en verstand nauw samen te werken met interne en externe ketenpartners;

  • een integrale dienstverlening die gericht is op het zoveel mogelijk digitaal en plaats onafhankelijk, tijdig leveren van diensten en producten.

Hiervoor is transparant beleid een vereiste met als belangrijke basisvoorwaarden:

  • klantgerichte, resultaatgerichte en betrouwbare dienstverlening;

  • denken in oplossingen.

In de gemeente Diemen wordt gewerkt volgens de Big 8 beleidscyclus. Hiermee wordt beoogd het hele VTH-proces inzichtelijk te maken, uit te voeren, te borgen en te verbeteren¬. Zie hieronder de visuele toelichting.

 

2. PROBLEEMANALYSE EN PRIORITEITEN

Dit hoofdstuk beschrijft op welke wijze de prioriteiten en operationele doelen van de gemeente Diemen voor VTH in de fysieke leefomgeving in de beleidsperiode zijn bepaald. De basis voor het stellen van prioriteiten en doelen met betrekking tot VTH wordt gevormd door een analyse van problemen en risico’s binnen de fysieke leefomgeving (omgevingsanalyse).

 

Diemen is gelegen in de provincie Noord-Holland en grenst in het westen en noorden aan de gemeente Amsterdam (Watergraafsmeer en IJburg), in het zuiden aan Amsterdam Zuidoost en Driemond, in het oosten aan Muiden (gemeente Gooise Meren) en in het zuidwesten aan het tot de gemeente Ouder-Amstel behorende dorp Duivendrecht. Diemen maakt deel uit van de plusregio Stadsregio Amsterdam. De gemeente telt in totaal 31.822 inwoners6 en heeft een oppervlakte van 14,32 km² (waarvan 2,49 km² water).

 

Diemen is zeer gunstig gelegen aan drie autosnelwegen, de A10, A1 en de A9 en de autoweg Gooiseweg, is per water (Gaasp en Amsterdam-Rijnkanaal), spoor (station Diemen en Diemen Zuid), tram (naar Amsterdam), metro (stations Diemen Zuid en Verrijn Stuart) en daarnaast met overig openbaar vervoer zeer goed bereikbaar. Vandaar dat de gemeente een belangrijke economische functie heeft en een groot aantal bedrijven telt. Naast de vele woningen en bedrijfsgebouwen kent Diemen ook 18 monumenten. Dit zijn 11 rijksmonumenten, 2 provinciale monumenten en 5 gemeentelijke monumenten die getuigen van een lange en rijke historie.

 

Diemen ligt op veengrond. Enkele gebieden van Diemen ervaren bodemdaling. Er ontstaan hogere kosten voor het beheer van de openbare ruimte en voor woningeigenaren met houten funderingen en/of verzakkende tuinen. Daarnaast breekt veen af bij bodemdaling, waardoor er meer broeikas-gassen in de atmosfeer komen. Bij ruimtelijke ontwikkelingen in veengebieden is het noodzakelijk rekening te houden met het watersysteem en aangepast te bouwen (extra te funderen, gebied op te hogen en flexibele leidingen te gebruiken)7.

 

Bedrijventerrein Verrijn Stuart is aangemerkt als focusgebied met een wens voor creatieve en maakindustrie8. De visie gaat ontwikkeld worden. Omdat Diemen steeds minder open ruimten kent komt het steeds meer aan op zogenaamde inbreidingsplannen, bouwplannen binnen bestaand bebouw gebied.

 

In het jaarlijkse op te stellen uitvoeringsplan VTH worden de prioriteiten en operationele doelen nader geconcretiseerd. Ook wordt jaarlijks over de uitvoering van het uitvoeringsplan gerapporteerd (het evaluatieverslag). De werking van de nalevingsstrategie wordt geëvalueerd op effectiviteit.

 

Aangezien er geen capaciteit beschikbaar is om alle VTH-taken volledig en uitputtend uit te voeren, moeten keuzes worden gemaakt. Voor de komende beleidsperiode is een meerjarenplanning gemaakt die inzichtelijk maakt welke onderwerpen wanneer aan bod dienen komen (zie bijlage 4).

 

In de afgelopen beleidsperiode (2019-2022) is een zeer uitgebreide risico analyse uitgevoerd naar de verschillende taakvelden en de prioritering die daar uit volgde. Deze analyse is voor de komende beleidsperiode doorgenomen en – gezien de ervaringen van de afgelopen jaren – waar nodig bijgewerkt (zie bijlage 3). In deze analyse wordt op onderwerp inzichtelijk gemaakt welke prioritering de gemeente Diemen hanteert voor welke activiteit.

 

Voor de komende beleidsperiode zijn dit de hoogste prioriteiten voor de deelgebieden.

 

Top 3 hoogste prioriteiten Vergunningverlening

1.

Invoering Omgevingswet en Wkb9

2.

Processen overige vergunningen

3.

Kwaliteitsverbetering

 

 

Top 3 hoogste prioriteiten Toezicht

1.

Implementatie Omgevingswet en Wkb (digitaal toezicht)

2.

Periodieke controles planmatig uitvoeren

3.

Energiebesparing bedrijven / milieu

 

 

Top 3 hoogste prioriteiten Handhaving

1.

Ondermijnende criminaliteit

2.

Strijdig gebruik

3.

Brandveiligheid

2.1. Analyse van inzichten

De analyse van inzichten beschrijft wat geleerd is in de afgelopen periode en wat er nodig is om de komende periode structuur, overzicht en focus te behouden.

 

Impact juridische ontwikkelingen: de impact van de implementatie van de Omgevingswet is groot en ziet op vele facetten, zoals de wijze van denken (“ja mits”, in plaats van “nee, tenzij”) en het stroomlijnen van de werkprocessen. De implementatie van de Wet open overheid10 (Woo) heeft ook in de komende beleidsperiode zijn effect. De juridische capaciteit ziet op een gefaseerde verschuiving van vergunningverlening naar handhaving over meerdere jaren.

 

De Wkb heeft als doel de bouwkwaliteit en het bouwtoezicht te verbeteren door inschakeling van private kwaliteitsborgers, die erop toezien dat een bouwwerk bij gereedmelding aan de regels voldoet. Hierdoor zal de positie van de consument moeten verbeteren. De gemeente wil goed voorbereid zijn op de Wkb. Daartoe worden de nodige voorbereidingen reeds getroffen. Medewerkers worden opgeleid, werkprocessen worden aangepast en systemen worden ingericht. Het cluster Vergunningen zal bijvoorbeeld onder de Omgevingswet bouwmeldingen gaan behandelen.

 

De inschatting is dat in deze beleidsperiode alleen de categorie I bouwwerken vallen. Categorie II en II bouwwerken vallen naar verwachting buiten de beleidsperiode. Voor het cluster Vergunningen is een verwachte daling van 338 uur berekend voor de Bouwbesluittoetsvrije werken en voor toezicht en handhaving een daling van 416 uur11. Echter zijn in deze indicatie de administratieve taken/uren niet meegenomen. De verwachting is juist dat een stijging van (administratieve) werkzaamheden. Het aantal aanvragen zal naar verwachting verder stijgen en de Omgevingswet brengt nieuwe taken met zich mee. Bovendien is de verwachting dat toetsen op het omgevingsplan ingewikkelder is dan op het bestemmingsplan vanwege het integrale werken.

 

Op bestuurlijk niveau zal in onderhavige beleidsperiode inzichtelijk gemaakt moeten worden:

  • o

    Wat de invloed van de Wkb is op de missie en visie;

  • o

    Welke keuze gemaakt wordt ten aanzien van de mate van toezicht en handhaving (streng aan de voorkant, geleidelijk loslaten of direct volledig loslaten);

  • o

    Wat de lokale risico’s zijn;

  • o

    Hoe om te gaan met het dossier bevoegd gezag12.

Dit is een langdurig traject dat in de onderhavige beleidsperiode zal voortduren. Zo wordt steeds verder inzichtelijk gemaakt wat ervoor nodig is om deze wet goed te kunnen implementeren en uitvoeren. Naar verwachting zal in 2023 meer duidelijkheid komen over de uitkomst van bovenstaande vragen en de beleidsmatige keuzes die daarmee samenhangen. Om geen vertraging op te lopen bij de vaststelling van dit beleidsplan is ervoor gekozen om zodra deze is afgerond een bijlage aan dit beleid toe te voegen waarbij zal worden ingegaan op de hierboven weergegeven vragen.

 

Impact maatschappelijke ontwikkelingen: de maatschappij verhardt. Daarom zijn de boa’s en toezichthouders openbare ruimte, na een pilot, in 2022 definitief uitgerust met een bodycam. Dit is nodig geacht ter bescherming van zowel de boa/toezichthouder openbare ruimte (het bieden van een zo veilig mogelijke werkomgeving) als het publiek (de bodycam heeft een preventieve en de-escalerende werking).

 

Ook de stap om te ageren tegen besluiten wordt sneller (en vaker) genomen. Dit zorgt voor druk op het cluster juristen van het team Openbare Orde en Veiligheid en Vergunningen (OOV&V) en het cluster Vergunningen vanwege de toename van het aantal bezwaarschriften tegen leges aanslagen.

 

De crisissen volgen elkaar in rap tempo op. Dit zorgt voor extra druk op de capaciteit. Denk bijvoorbeeld aan de opvang van ontheemden. Deze ontwikkelingen lijken voor een structurele impact te zorgen. De arbeidsmarkt is al langere tijd slecht, waardoor de capaciteit voortdurend onder druk staat. Verder zijn er grote bouwprojecten (zoals Holland Park) die veel aandacht vergen. Bovendien groeit de gemeente Diemen gestaag verder.

 

In deze beleidsperiode wordt verwacht dat voor de korte termijn bouwprojecten als de volgende de nodige aandacht vergen: ontwikkelingen van Hollandpark west en de nog in ontwikkeling zijnde strook Hollandpark Zuid, de locatie voormalige containerwoningen, de Hogeschool Inholland, Arent Krijtsstraat 1, Buitenlust, Hof van Saan en de Harmonielaan. Voor de lange termijn is de verwachting dat bouwprojecten zich minder op grote nieuwbouw projecten zullen richten, maar meer op sloop en verbouw.

 

Verduurzaming krijgt een grote rol binnen het VTH-gebied. In het kader van de verduurzaming is het Provinciaal Energieakkoord door de gemeente Diemen ondertekend. Er is een plan van aanpak energiebesparing bij bedrijven gerealiseerd en inmiddels subsidie toegekend. Dit plan van aanpak zal in de beleidsperiode worden uitgevoerd.

 

Impact organisatorische ontwikkelingen. De organisatie is in ontwikkeling. Daarboven op zijn de digitalisering en het nieuwe VTH systeem factoren die op de capaciteit drukken. Het borgen van dit soort ontwikkelingen is een voortdurende uitdaging.

 

In 2022 is een nieuw functiehuis geïntroduceerd met de daarbij behorende generieke functieprofielen. In de nieuwe beleidsperiode zullen medewerkers geïnformeerd worden over hun nieuwe functieomschrijving (HR21). Hiermee kan ook beter inzichtelijk gemaakt worden hoe de kritieke massa eruit ziet en de daarbij behorende kwaliteitseisen. Dit is relevant voor het blijvend voldoen aan de kwaliteitscriteria en dus voor de uitvoering van de (nieuwe) verordening Uitvoering en Handhaving.

 

Ook is een kwartiermaker aangenomen voor het team OOV&V, met taakaccent het cluster vergunningen. Deze rol ziet voornamelijk op het verbeteren van de interne en externe dienstverlening, het verder invulling geven aan het optimaliseren van de werkprocessen en het verlagen van de werkdruk. Het doel is om het team en met name het cluster vergunningen (verder) op de kaart te zetten.

2.2. VTH-strategie

De VTH-strategie van de gemeente Diemen is gebaseerd op de Landelijke handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO) van 12 oktober 2022. Deze strategie is de opvolger van de Landelijke Handhavingsstrategie uit 2014, maar in de kern is deze strategie onveranderd.

 

Handhavende instanties, zoals overheden, omgevingsdiensten, het OM en de politie treden op basis van deze strategie op eenzelfde manier op bij vastgestelde overtredingen. Zo ontstaat een gelijk speelveld, wordt het rechtsgevoel gerespecteerd en blijft de leefomgeving veilig, schoon en gezond. Onder de LHSO kunnen specifieke handhavingsstrategieën worden uitgewerkt en vastgesteld.

 

De VTH-strategie van de gemeente Diemen is in eerste instantie gericht op preventie, om vervolgens af te dalen naar de vergunningenstrategie en de toezichts- en handhavingsstrategie. Afgeleide strategieën zoals de Strategie uitvoering thema’s en projecten en de aanverwante strategieën zijn in bijlage 3 te vinden.

3. DOELSTELLINGEN EN UITGANGSPUNTEN

Dit hoofdstuk beschrijft de doelstellingen en uitgangspunten van de drie deelgebieden Vergunningen, Toezicht en Handhaving. Dit beleidsplan is erop gericht om de risico’s die de veiligheid, duurzaamheid, leefbaarheid, aantrekkelijkheid en gezondheid van de gemeente Diemen bedreigen, zo veel als mogelijk uit te sluiten. Meer dan ‘zoveel als mogelijk’ is niet realiseerbaar, aangezien een risicoloze maatschappij niet bestaat.

 

De hoofddoelstellingen voor VTH zijn:

  • 1.

    Voldoen aan de verordening kwaliteit Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving Diemen en diens opvolger;

  • 2.

    Voldoen aan het predicaat “adequaat” bij het Interbestuurlijk Toezicht door de Provincie;

  • 3.

    Voldoen aan het Provinciaal Energieakkoord.

De uitvoering van het VTH-beleid is geënt op de volgende aspecten:

  • 1)

    In de eerste plaats wordt beoogd met dit VTH-beleid de kwaliteit van de fysieke leefomgeving te beschermen door risicogestuurd te werken. Datgene wat de meeste aandacht nodig heeft, moet ook de meeste aandacht ontvangen. Dat vraagt een duidelijke strategie ten aanzien van het toetsen van vergunningen/meldingen als ook het toezicht daarop met inbegrip van sanctionerings- en gedoogstrategieën.

  • 2)

    In de tweede plaats sluit dit VTH-beleid aan op de kwaliteitseisen die opgenomen zijn in de eerder genoemde ‘Verordening Kwaliteit Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving Diemen’ welke gedurende deze beleidsperiode vervangen zal worden door de verordening uitvoering en handhaving Omgevingsrecht. De kwaliteitseisen die in deze verordening staan genoemd zijn gerelateerd aan de landelijke ‘kwaliteitscriteria 2.2’. De kwaliteitscriteria 2.2. beogen een betere uitvoering van de VTH-taken te bewerkstelligen. Hiermee voldoet onze gemeente tevens aan de eisen die zijn gesteld in het Besluit omgevingsrecht en later de Omgevingswet.

  • 3)

    In de derde plaats wordt met dit VTH-beleid aangesloten op regionale VTH-netwerken (Amstelveen en DUO+, Amstel Meerlanden gemeenten en bijeenkomsten ODNZKG) waardoor het uitwisselen van kennis en expertise en het doorlopen van de beleidscycli voor zover mogelijk gezamenlijk wordt uitgevoerd.

  • 4)

    In de vierde plaats richt dit beleid zich op het stimuleren van de verantwoordelijkheid en betrokkenheid (participatie) van inwoners en ondernemers bij ruimtelijke initiatieven dan wel het oplossen van eenvoudige conflicten door zelf te bemiddelen en/of anderen aan te spreken op asociaal gedrag.

3.1. Doelstellingen en uitgangspunten vergunningverlening

Voor vergunningverlening gelden de volgende doelstellingen:

- Het bieden van een kwalitatief goede dienstverlening

De gemeente Diemen kiest al langere tijd voor een klantgerichte benadering, waarbij een goede (digitale) dienstverlening en een snelle en zorgvuldige afhandeling van de vergunningaanvragen centraal staan. Onze inwoners en bedrijven worden daarbij op een deskundige en vriendelijke wijze van informatie voorzien en het vergunningentraject is voor hen herkenbaar en transparant. Wij streven voortdurend naar verbetering van de dienstverlening aan onze inwoners en bedrijven.

 

- Het bieden van rechtszekerheid voor inwoners en ondernemers

De kwaliteit van vergunningen draagt bij aan rechtszekerheid waarbij ook aandacht voor de communicatie van wezenlijk belang is. Verleende vergunningen, vrijstellingen en ontheffingen dienen zorgvuldig gemotiveerd te worden, op adequate wijze bekend gemaakt te worden en zo nodig toegezonden te worden aan personen die een zienswijze hebben ingediend. Zo worden burgers, bedrijven in andere instellingen in de gelegenheid gesteld om hun belangen kenbaar te maken en eventueel bezwaar- en/of beroep aan te tekenen.

 

- Het redeneren vanuit oplossingen en een integrale aanpak

Bij het beoordelen van vergunningaanvragen wordt gezocht naar de mogelijkheden om de aangevraagde activiteiten te vergunnen. De focus ligt dus niet op de beperkingen die wet- en regelgeving met zich meebrengen, maar juist op het zoeken naar wegen en oplossingen om binnen de wet rekening houdend met de wensen van de aanvrager en omgeving, de activiteiten mogelijk te maken. Het rekmanifest dat door het college is vastgesteld, wordt daarbij als leidraad gebruikt.

 

In 2022 is een omgevingstafel ingesteld waarbij de intern betrokken partijen om de tafel zitten om gelijktijdig een plan te beoordelen. De intentie bestaat om de omgevingstafel uit te breiden zodat ook externe adviseurs kunnen aansluiten. Mogelijk zullen op de langere termijn de aanvrager en belanghebbenden ook uitgenodigd worden om aan te sluiten.

 

- Het realiseren van kwalitatief goede vergunningen

De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoeringskwaliteit van vergunningen. Daaronder wordt verstaan de mate waarin een afgegeven vergunning voldoet aan de juridische eisen (zoals geformuleerd in de relevante wet- en regelgeving en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur) en bijdraagt aan de omgevingsdoelen.

 

Uitgangspunten vergunningverlening

 

De uitgangspunten van vergunningverlening zijn:

 

  • 1.

    Per vergunningaanvraag is één casemanager verantwoordelijk voor het hele proces dat doorlopen moet worden. Aanvragers zijn zelf verantwoordelijk voor het tijdig indienen van een kwalitatief goede vergunningaanvraag. Heldere communicatie en pro-actief handelen/ informeren is hierbij noodzaak.

  • 2.

    Waar nodig13 dan wel vereist vindt voor indiening een intakegesprek plaats. Ook krijgt de aanvrager informatie over welke overige benodigde vergunningen of meldingen dienen te worden aangevraagd.

  • 3.

    Jaarlijks informeert de casemanager Horeca vooraf horecaondernemers of gedurende het betreffende jaar een terras- of exploitatievergunning zal komen te vervallen.

  • 4.

    De toezichthouder wordt bij alle aanvragen in de gelegenheid gesteld om te adviseren, bijvoorbeeld of de tekeningen kloppen met de werkelijkheid. Bij legalisatieverzoeken stemt de casemanager de vergunningprocedure af met toezicht en handhaving. Bij dreigende buiten behandeling stelling of weigering van de aanvraag wordt de aanvrager tijdig uitgenodigd voor een integraal gesprek.

  • 5.

    Te verlenen vergunningen moeten voldoen aan de juridische eisen en bijdragen aan de omgevingsdoelen.

  • 6.

    Besluiten worden in duidelijke taal opgesteld, zodat de vergunning inclusief de voorwaarden begrijpelijk is voor de aanvrager/vergunninghouder.

  • 7.

    Verleende vergunningen worden via een warme overdracht14 doorgegeven aan de toezichthouders.

3.2. Doelstellingen en uitgangspunten toezicht en handhaving

Voor toezicht en handhaving gelden de volgende doelstellingen:

 

- Het bieden van een duidelijk kader voor programmatisch toezicht en handhaving

Het bieden van een duidelijk kader voor de uitvoering van programmatisch toezicht en handhaving, hetgeen resulteert in een jaarlijks programma met prioriteitsstelling en werkwijze bij toezicht en handhaving van regelgeving die van invloed zijn op de directe leefomgeving.

 

- Het vergroten van het effect van toezicht en handhaving

Het effect van toezicht en handhaving vergroten door een programmatische aanpak15 van toezicht en handhaving en op basis van informatie gestuurde handhaving. Handhaving is geen op zichzelf staand doel.

 

- Het scheppen van duidelijkheid over de verwachting van handhaving

Het scheppen van duidelijkheid wat van handhaving mag worden verwacht, zowel intern (bestuur, ambtelijke organisatie) als extern (burgers, bedrijven).

 

Uitgangspunten en voorwaarden toezicht en handhaving

Hieronder wordt een aantal beleidsuitgangspunten en randvoorwaarden voor toezicht en handhaving beschreven.

 

  • 1.

    De gemeente kiest er voor haar toezichts- en handhavingstaken vorm te geven conform de uitgangspunten van integraal toezicht en handhaving16.

  • 2.

    De geformuleerde gemeente brede uitgangspunten en de uitwerkingen daarvan leiden ertoe dat de gemeente Diemen haar toezichts- en handhavingstaak uitvoert en daarmee invulling geeft aan haar zorgplicht. Dit wordt gedaan op basis van bestuurlijk vastgestelde prioriteiten.

  • 3.

    De kwaliteit van toezicht en handhaving dient gewaarborgd te zijn. De gemeente kiest ervoor haar toezichts- en handhavingstaken vorm te geven conform de uitgangspunten17 voor programmatisch toezicht en handhaving, waarbij monitoren noodzaak is.

  • 4.

    Handhaving dient zich van reactief naar proactief te ontwikkelen.

  • 5.

    De samenwerking met externe partijen wordt bevorderd.

  • 6.

    Bij de handhaving van de regels door de gemeente wordt het tweesporenbeleid18, waar mogelijk, voortgezet. De uitvoering van toezicht en handhaving door de gemeente wordt volgens een eenduidige strategie via stappenplannen, protocollen en checklisten vormgegeven.

  • 7.

    Beleidsvoornemens en resultaten van toezicht en handhaving worden, met inachtneming van de Wet open overheid en de Algemene verordening gegevensbescherming, openbaar gemaakt. Daarnaast worden acties zo mogelijk vooraf aangekondigd en over de resultaten ervan wordt gecommuniceerd.

  • 8.

    De handhavingstrajecten die worden gestart, worden (zo mogelijk) te allen tijde volledig en tijdig afgerond.

4. STRATEGIEEN EN WERKWIJZEN

In dit hoofdstuk worden de prioriteiten en doelstellingen vertaald in concrete strategieën. Door middel van deze strategieën beoogt de gemeente Diemen de geformuleerde doelen te behalen. Hierin staat het publiek belang voorop.

4.1. Primaire strategie: preventiestrategie

De preventiestrategie is de primaire strategie die ziet op het bevorderen van spontane naleving van wet- en regelgeving. Belangrijke elementen van de preventiestrategie zijn voorlichting (communicatiestrategie) en de wijze van toezicht (toezichtstrategie). Handhaving is meer dan het corrigeren van overtredingen door het opleggen van herstellende en/of bestraffende sancties. Aan toezicht en handhaving gaat een acceptatieproces (van de gestelde norm, door burgers en bedrijven) vooraf. Dit vergt een gedegen vorm van communicatie.

 

Zo kan er actief voorlichting worden gegeven wanneer blijkt dat bepaalde regelgeving onvoldoende bekend is. Ook kan ingespeeld worden op ontwikkelingen wanneer blijkt dat in een bepaalde branche (of objectencategorie) calculerend gedrag voorkomt.

 

Communicatie vindt gericht plaats aan de hand van verschillende communicatievormen:

  • Massacommunicatie: via websites en/of (lokale) media zo veel mogelijk mensen informeren over de regels en de handhaving ervan;

  • Doelgroepgerichte/gebiedsgerichte communicatie: een doelgroep of gebied informeren over de specifieke regels en handhaving die voor hun/dat gebied van toepassing zijn;

  • Individuele communicatie: persoonlijke voorlichting aan een burger of bedrijf over de regels en de handhaving ervan.

Zo wordt bijvoorbeeld actief gecommuniceerd via Facebook en Instagram en wordt per e-mail voorlichting over regelgeving gegeven (bijvoorbeeld horeca). Daarnaast worden participatie-bijeenkomsten, inspraakavonden en thema-avonden georganiseerd, door de verschillende teams. Ook is een scholenproject actief.

 

Om inzicht te krijgen in de redenen van overtreden van wet- en regelgeving wordt gebruik gemaakt van de ‘Tafel van Elf’ van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid. Deze methodiek sluit aan bij de LHSO. In bijlage 9 is een nadere toelichting te vinden.

 

In het Uitvoeringsprogramma wordt verder uitgewerkt op welke wijze en op welke onderdelen de gemeente Diemen actief communiceert. Hierin wordt opgenomen in welke concrete gevallen de gemeente wel of niet actief communiceert over haar toezicht- en handhavingstaken. Onderdeel van preventiestrategie is verder het inschakelen van buurtbemiddeling of mediation. Dit is een aanvulling op de Tafel van Elf. In geval van klachten kan buurt-bemiddeling een sterkere oplossingskracht hebben dan de inzet van toezicht en handhaving.

4.2. Strategie toetsing vergunningen en meldingen

Het doel van de vergunningenstrategie is om het gewenste kwaliteitsniveau van de diverse processen en werkzaamheden zo hoog mogelijk te houden en in ieder geval te laten voldoen aan de wettelijke eisen en kwaliteitscriteria, waarbij volledigheid belangrijk is. Ook wordt er naar gestreefd om de wettelijke taken binnen de gestelde termijnen uit te voeren. De vergunningenstrategie legt vast welke vormen van vergunningverlening worden onderscheiden en welke toetsingskaders hierbij gelden, waarbij het bouwbeleidsplan Diemen 2012 de diepgang van toetsing bepaalt.

 

De probleemanalyse ten aanzien van vergunningverlening laat zien dat het belangrijk is om bij de vergunningverlening te zorgen voor het minimaliseren van de negatieve effecten19. De gemeente Diemen wil daarbij de risico’s strategisch beheersen door risicogestuurd te werken. Daardoor wordt inzichtelijk welke onderdelen belangrijk zijn en dus een diepgaandere toets wenselijk/noodzakelijk is. Deze strategie beoogt de capaciteit daar in te zetten waar de effectscores het hoogst zijn. Met behulp van een prioritering wordt ‘top-down’ gewerkt. Naarmate de berekende effectscores afnemen, neemt ook de inspanning (diepgangsniveau) af. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de toetsingsniveaus met bijbehorende omschrijving.

 

Nr.

Omschrijving diepgang toetsniveau

Nadere uitwerking binnen de genoemde tijdseenheden

0

Geen toetsing (plannen/aanvragen worden ontvangen, maar niet getoetst);

Ingediende bescheiden worden gearchiveerd.

1

Toetsen op uitgangspunten (sneltoets: toetsen op de aanwezigheid en compleetheid v/d technische informatie);

De toetser bladert diagonaal door de stukken en bepaalt op basis van ervaring zijn oordeel over het betreffende aspect.

2

Globaal (visuele hoofdlijnentoets: toetsen of de uitgangspunten conform de daarvoor gestelde normen zijn uitgevoerd);

Van het aspect worden de uitgangspunten gecontroleerd en bekeken wordt of de uitkomsten realistisch zijn voor het ontwerp.

3

Gemiddeld (representatief: toetsen of informatie klopt en eventuele berekeningen correct zijn uitgevoerd);

Vanuit de hoofdlijnentoets wordt vanuit de ervaring van de toetser bepaald welk onderdeel representatief is voor het gehele aspect en dit onderdeel wordt inhoudelijk getoetst20.

4

Grondig (integraal: volledige toetsing op alle onderdelen).

Van een aspect worden alle documenten bestudeerd en compleet getoetst of opnieuw berekend.

 

Op deze wijze zullen vergunningen en meldingen met een hoger risico ook een intensiever beoordelingsproces kennen waarmee risico’s beter worden beheerst en het publiek belang wordt gewaarborgd. Een adequate risico gestuurde aanpak voor het vergunningsverleningstraject draagt bij aan de efficiëntie van het houden van toezicht, omdat opgemerkte aandachtspunten bij het vergunningsverleningstraject meegenomen kunnen worden in het toezichtstraject. Deze toetsingsstrategie is van toepassing voor het taakveld Bouw. Voor wat betreft de taakvelden, Brandveiligheid, Milieu, APV en bijzondere wetgeving wordt vooralsnog altijd een grondige toets uitgevoerd. In de komende beleidsperiode wordt onderzocht of ook ten aanzien van deze taakvelden een andere toetsingsstrategie kan worden toegepast.

4.3. Toezichtstrategie

De toezichtstrategie is de strategie die beschrijft op welke manier en in welke vorm toezicht plaatsvindt. Dit is een leidraad bij het opstellen van het uitvoeringsplan en voor de toezichthouder in zijn dagelijkse werk. Toezicht vindt plaats op basis van de gestelde prioriteiten en doelen. Deze zijn vastgesteld op basis van de risicoanalyse. De prioritering is leidend voor de frequentie van het toezicht. Voor milieutoezicht, horecatoezicht en toezicht op gebruik (brandveiligheid) gelden planningsmodules (gebaseerd op de milieubelastende activiteit (onder de Omgevingswet) en gebaseerd op het preventieactiviteitenplan (PREVAP richtlijn21) die ziet op de periodieke controlefrequenties van de verschillende gebruiksfuncties. De werkwijze bij toezicht en handhaving wordt verder toegelicht in bijlage 10.

 

Preventief: geprogrammeerd gebiedstoezicht

De kwaliteit van de leefomgeving wordt onder andere bepaald door de mate van controle op de naleving van de gestelde normen. Controle betekent ook “gezien worden” en dat werkt in de regel preventief. Gekoppeld aan handhavingscommunicatie zal dit een positief effect hebben op kwaliteit van de leefomgeving. De surveillance kan door elke discipline worden uitgevoerd.

 

Het gaat er dan om dat bevindingen bij de juiste handhavingspartner worden gelegd: ook dat is een vorm van signaaltoezicht. Dit kan een collega zijn of een ander bevoegd gezag. Periodiek wordt binnen een gebied, al dan niet steekproefsgewijs, gecontroleerd of er overtredingen zijn. Deze controles vinden plaats aan de hand van incidentele fysieke perceelcontroles. Dat geldt voor Wabo/Omgevingswet-gerelateerde taken en ook het toezicht in de openbare ruimte door boa’s vindt hierin plaats.

 

Actief: gebiedsgerichte controle

Een surveillance kan ook resulteren in een controle, op basis waarvan een handhavingstraject moet worden opgestart. Deze controle zal vooral op de bedrijventerreinen leiden tot het constateren van uiteenlopende vormen van strijdig (planologisch) gebruik. Er blijkt op een deel van de bedrijven-terreinen behoefte te bestaan aan een ander soort bedrijven (kantoren, maatschappelijke voorzieningen etc.) dan dat daar volgens het bestemmingsplan is toegestaan.

 

Het belang van een tijdige signalering is tweeledig:

  • ernstige overtredingen worden eerder gesignaleerd en aangepakt (mits dit prioriteit heeft) en

  • de informatie is direct bruikbaar in elke actualiseringsronde van de bestemmingsplannen.

De gebiedsgerichte controle kan ook worden ingezet voor de taakvelden milieu, brandveiligheid, bouwen, openbare ruimte en openbare orde & veiligheid. Tijdens de controle heeft de toezichthouder specifiek oog voor één of meerdere controlepunten. Voorbeelden hiervan zijn bebouwing in voorerfgebied, gevelinventarisatie milieu22 of foutief parkeren. Met het afnemen van vergunningsplichtige activiteiten en het toenemen van vergunningsvrije of meldingsplichtige werkzaamheden neemt de kans op afwijkend handelen toe. Uit de praktijk blijkt dat daar waar minder inzet nodig is voor vergunningverlening, intensivering van toezicht en handhaving noodzakelijk is.

 

Actief: controle naar aanleiding van verleende vergunningen en/of meldingen

Deze vorm van controle is traditioneel en vloeit direct voort uit het nemen van beschikkingen, het stellen van voorschriften bij vergunningen en het accepteren van meldingen. Naleving van voorschriften is essentieel bij vergunningverlening, immers het gaat hier om zaken die expliciet vergund dienden te worden. Alle verleende vergunningen worden, waar mogelijk, integraal gecontroleerd overeenkomstig het vastgestelde beleid en de eventuele controlefrequentie. In geval van overtredingen wordt de sanctiestrategie toegepast, die voortvloeit uit het beleid.

 

Reactief: controle naar aanleiding van klachten en/of verzoeken om handhaving

Niet alle klachten en/of verzoeken om handhaving resulteren in een controle. Dat is afhankelijk van de prioriteitstelling en aard van de melding. Op anonieme meldingen wordt in beginsel niet gereageerd. Indien sprake is van een mogelijk acute situatie wordt uiteraard wel actie ondernomen. Bij dit onderwerp wordt de lijn van de constante jurisprudentie omtrent ‘de beginselplicht tot handhaving’ gevolgd.

4.4. Handhavingsstrategie (sanctie- en gedoogstrategie)

De handhavingsstrategie bestaat uit de volgende strategieën.

 

Sanctiestrategie

De sanctiestrategie is bepalend voor de wijze waarop de gemeente Diemen optreedt bij geconstateerde overtredingen. Uitgangspunt is dat niet direct strafrecht wordt toegepast, maar dat het doel is om de overtreding weg te nemen en/of om herhaling te voorkomen.

 

Naast de corrigerende en straffende23 werking van de strategie kent de sanctiestrategie ook een preventieve rol. Het opleggen en uitvoeren van sancties kunnen zorgen voor betere naleving van regels bij anderen. In bijlage 2 is een toelichting op de landelijke handhavingsmatrix gegeven. In deze toelichting wordt ingegaan op het gebruik van de handhavingsmatrix en de verschillende interventiemogelijkheden. In bijlage 8 is de dwangsommentabel opgenomen welke door de gemeente Diemen wordt gehanteerd.

 

Gedoogstrategie

Bij gedoogsituaties dient te worden aangesloten bij de huidige (constante) jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Slechts onder bijzondere omstandigheden mag van het bestuursorgaan worden gevergd om van handhavend optreden af te zien. Dat kan zich voordoen als sprake is van concreet zicht op legalisatie. Ook kan handhavend optreden zodanig onevenredig zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen dat van optreden in die concrete situatie behoort te worden afgezien.

 

Het landelijke beleidskader inzake gedogen opgesteld destijds door de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijk Toezicht en Milieu en de Minister van Verkeer en Waterstaat en de jurisprudentie van de bestuursrechter zijn als uitgangspunt gebruikt bij het opstellen van dit hoofdstuk.

 

Aan het landelijke beleidskader voor gedogen kunnen geen rechten worden ontleend. Het motto vanuit de preventie is: ‘Handhaven is goed, maar preventie is beter.’ Wanneer toezicht echter tot handhaven leidt is daadwerkelijk handhaven de regel en gedogen de uitzondering. Gedogen van overtredingen vindt plaats in tijdelijke overgangs- of overmachtssituaties en alleen schriftelijk in de vorm van een gedoogverklaring met voorwaarden. Uitsluitend met uitzicht op legalisatie en/of opheffing van de strijdigheid kan in een dergelijke situatie het middel gedogen onder voorwaarden uitkomst bieden en aanvaardbaar worden ingezet.

 

Daarnaast hecht de gemeente Diemen waarde aan het Rekmanifest. Met het omarmen van dit manifest zoeken de medewerkers binnen de regels de rek op. Creativiteit, vertrouwen en speelruimte zijn kernwoorden in het manifest. In bijlage 11 is het manifest opgenomen. In dit verband zijn de kernwaarden zoals het hebben van een open houding, lef en een verbindende rol belangrijk.

 

Een situatie die wordt gedoogd, dient periodiek te worden gecontroleerd. In de situatie dat niet aan de voorwaarden wordt voldaan, is het belangrijk direct handhavend op te treden. Bovendien is lang gedogen op basis van de jurisprudentie geen reden om af te zien van handhaving en blijft handhavend optreden dus een optie.

4.5. Strategieën overig

Privaatrechtelijke handhaving: DUO +

In aanvulling op de hiervoor behandelde bestuurlijke handhavingsbevoegdheid heeft de gemeente ook privaatrechtelijke handhavingsmogelijkheden. De overheid mag in principe alleen dan gebruik maken van de privaatrechtelijke weg indien geen bestuursrechtelijke weg voorhanden is waarmee een vergelijkbaar resultaat kan worden bereikt of indien een ander belang gediend wordt dan het publiekrechtelijke belang. Onder bepaalde omstandigheden kan privaatrechtelijk worden opgetreden, indien de gemeente als rechtspersoon optreedt. Dit kan in geval van:

  • 1.

    het plegen van een onrechtmatige daad door een natuurlijk- of rechtspersoon jegens de gemeente;

  • 2.

    het niet-nakomen van een overeenkomst met de gemeente door een natuurlijk- of rechtspersoon;

  • 3.

    de eigenaarsbevoegdheid van de gemeente, zoals ingebruikneming van gemeentegrond.

De privaatrechtelijke handhaving wordt binnen de gemeente Diemen uitgevoerd door DUO+, de uitvoeringsorganisatie. Voor ondersteuning vanuit de toezichthouders is geen capaciteit.

 

Handhaving bij overtredingen door eigen organisatie of andere overheid

Handhaving van voorschriften bij een object van een andere overheidsinstelling of van een onderdeel van de eigen organisatie is niet anders dan handhaving van voorschriften bij derden. Op overtredingen van overheden volgt inhoudelijk dezelfde reactie als op overtredingen van burgers en bedrijven. Hier gelden, meer nog dan bij particulieren en bedrijven, nalevingsdoelen in de sfeer van algemeen normbesef en geloofwaardigheid van de overheid.

 

Strategieën aanverwant beleid

Naast de beleidsstrategie voor het vergunnings- en toezichtstraject zijn er ook aanverwante beleidsdocumenten waarin strategieën zijn opgenomen. Dit zijn beleidsdocumenten die in het kader van VTH ook van belang zijn en vormen samen met de strategieën in dit VTH-beleidsplan het strategische kader voor het Omgevingsrecht.

 

  • Meerjarenbeleidsplan Integrale Veiligheid 2023-2026

    In het Meerjarenbeleidsplan Integrale Veiligheid 2023-2026 zijn de veiligheidsthema’s benoemd waarop de komende jaren wordt ingezet. Deze komen overeen met de thema’s genoemd in het Regionaal Veiligheidsplan 2023-2026 van de veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland. In het beleid wordt bijzondere prioriteit gegeven aan de aanpak van ondermijnende (drugs)criminaliteit, het door gerichte preventie verder terugdringen van high impact crimes en het tegengaan van digitale en gedigitaliseerde criminaliteit.

    In de context van dit VTH-uitvoeringsplan zijn vooral het thema ondermijning met de bijbehorende methode Scheerlicht en het project Wijkgerichte Aanpak van belang. In het kader van ondermijning worden integrale controles opgenomen. Deze controles zijn gericht op een juiste basisregistratie personen, uitkeringsfraude, belastingfraude, overbewoning, brandveiligheid, openstaande boetes, etc. De regie op deze controles ligt bij de beleidsmedewerkers openbare orde en veiligheid. De prioritering van het uitvoeringsplan VTH is hieraan ondergeschikt. Wel ondersteunen de toezichthouders en handhavers het team OO&V en Vergunningen bij de controles op het gebied van ondermijnende criminaliteit en bij speciale themacontroles.

  • Preventie- en handhavingsplan alcohol 2019-2022 en het horecasanctiebeleid 2017

    In het Preventie- en handhavingsplan alcohol is vooral bepaald hoe de gemeente toeziet en handhaaft. In het horecasanctiebeleid 2017 is bepaald welke sancties na verschillende type overtredingen worden opgelegd. De prioritering van de verschillende overtredingen zijn gebaseerd op het VTH-beleid en dienen als lex specialis te worden gezien ten opzichte van het algemene VTH-beleidsplan. Beide staan op de planning om in de beleidsperiode geactualiseerd te worden.

  • Woonvisie en de daarop gebaseerde huisvestingsverordening

    De woonvisie is in 2018 vastgesteld voor de periode 2018 - 2023. Hierin is bepaald hoe de gemeente om wil gaan met het thema wonen. In de Huisvestingsverordening zijn diverse nieuwe regels gesteld waarmee betere handvatten zijn gegeven om op te treden tegen onrechtmatig gebruik van woningen. Het gaat hierbij onder meer om een verbod om zonder vergunning woningen behorende tot de woonruimtevoorraad te onttrekken, samen te voegen, te splitsen of om een woonruimte te verbouwen tot meer woonruimten (woningvorming). Ook is er een registratieplicht voor toeristische verhuur gekomen en geldt sinds 1 juli 2022 een opkoop-bescherming van woonruimten. Dit levert extra werkzaamheden op voor het cluster Vergunningen. Bij het handhavend optreden wordt het algemene VTH-beleidsplan gevolgd. De capaciteit die hiervoor verkregen is, zal naar verwachting in deze beleidsperiode (deels) vervuld worden.

5. BORGING UITVOERING

In dit hoofdstuk wordt uiteengezet hoe de uitvoering van het VTH beleid geborgd wordt in de teams Handhaving en OOV&V. Ook dit is een proces dat gaandeweg aangepast en verbeterd wordt.

 

Jaarlijks wordt een uitvoeringsprogramma vastgesteld. In dit jaarprogramma wordt beschreven wat de plannen voor het komende jaar zijn en hoe deze uitgevoerd gaan worden. Tevens wordt beschreven welke aandachtsgebieden – vanwege bepaalde ontwikkelingen – extra aandacht behoeven.

 

De financiële middelen worden beschreven in het uitvoeringsplan, evenals de personele middelen. Het VTH-beleid en het VTH-uitvoeringsprogramma leveren input voor de begroting en het VTH-jaarverslag voor de jaarrekening. Daarnaast wordt in de kadernota een kader meegegeven voor de begroting van de komende jaren. Hierbij kunnen beleidskeuzes als heroverwegingen en vrijgeven van ruimte voor nieuw beleid worden gemaakt. In de begrotingscyclus wordt verantwoording afgelegd aan de raad, wordt op programmaniveau jaarlijks stilgestaan bij de resultaten en wordt toestemming gevraagd voor (aanvullend) benodigde capaciteit en middelen voor VTH indien nodig.

 

In bijlage 12 is de begroting uit het jaarprogramma VTH 2022 opgenomen om inzicht in de kosten te geven. Voor de implementatie van de Omgevingswet is eenmalig een budget van € 280.000,- beschikbaar gesteld en € 40.000,- voor de implementatie van de Wkb. In de komende beleidsperiode wordt nog een nadere afweging gemaakt of de leges in voldoende mate in verhouding staan tot de te maken kosten.

 

In 2016 is de verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving omgevingsrecht gemeente Diemen (kwaliteitsverordening) vastgesteld. Onder de Omgevingswet zal deze verordening vervangen worden door de verordening uitvoering en handhaving omgevingsrecht24. De verordening gaat uit van een brede verantwoordelijkheid van gemeenten en provincies voor kwaliteit en stelt kwaliteitseisen.

 

Samen met het kabinet werken gemeenten en provincies aan het verbeteren van de uitvoering van het omgevingsrecht. De verbeterpunten zijn terug te brengen tot drie hoofdpunten:

  • 1.

    De kwaliteit van de uitvoering van de VTH-taken.

  • 2.

    Het verbeteren van de afstemming strafrecht-bestuursrecht.

  • 3.

    De bevoegdheidsverdeling overheden, interbestuurlijk toezicht en bestuurlijke drukte.

In de nieuwe beleidsperiode zullen de kwaliteitseisen25 wederom tegen het licht worden gehouden om te bezien of de formatie (voldoende) op sterkte is en waar eventuele knelpunten zitten. Dit betekent tegelijkertijd een slag om de arm voor eventuele financiële gevolgen, indien uit onderzoek zou blijken dat niet of niet voldoende voldaan wordt aan de kwaliteitseisen.

6. EVALUATIE VTH-BELEID

Het VTH-beleidsplan wordt voor de beleidsperiode 2023-2026 vastgesteld. Het beleid wordt, zoals gebruikelijk en zoals hierboven beschreven, continu bezien middels de uitvoeringsplannen, het evaluatieverslag en de jaarlijkse interne audit. Indien nodig kan het beleidsplan tussentijds aangepast worden.

 

In het VTH-beleidsplan wordt de strategische koers bepaald op basis waarvan de gemeentelijke

vergunnings-, toezichts- en handhavingstaak wordt uitgevoerd. Dit gebeurt op basis van vastgestelde prioriteiten en hieruit voortvloeiende beleidsdoelstellingen voor de betreffende beleidsperiode.

 

Het VTH-beleidsplan wordt vervolgens jaarlijks naar uitvoeringsplannen vertaald. Het VTH-beleidsplan is dus een kader op basis waarvan uitvoering wordt gegeven aan de vergunnings-, toezichts- en handhavingstaak. Met het evaluatieverslag wordt het bestuur geïnformeerd over de mate waarin het VTH-beleidsplan ten uitvoering is gebracht. Hierbij wordt de uitvoering ten opzichte van de risico-prioritering en de beleidsdoelstellingen als leidraad genomen. Dit evaluatieverslag moet in verbetermaatregelen resulteren en dient daarmee uiteindelijk als input voor het volgende VTH-beleidsplan. Op deze wijze wordt continue verbetering binnen de ambtelijke organisatie geborgd.

BIJLAGEN

  • 1.

    Verbetervoorstellen uit het Verbeterplan VTH-procescriteria26

  • 2.

    Toelichting interventiematrix landelijke handhavingsstrategie Omgevingsrecht Landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht

  • 3.

    Prioriteiten en risicoanalyse

    • A.

      Risicoanalyse vergunningen

    • B.

      Risicoanalyse toezicht en handhaving

  • 4.

    Meerjarenplanning

  • 5.

    Landelijke Toetsmatrix Bouwbesluit 2012 (LTB)

  • 6.

    Processchema vergunningverlening

  • 7.

    Processchema toezicht en handhaving

  • 8.

    Richtlijn dwangsommen en termijnen

  • 9.

    Toelichting “Tafel van Elf”

  • 10.

    Werkwijze bij toezicht en handhaving

  • 11.

    Het Rekmanifest

  • 12.

    Begroting 2022 uit het jaarprogramma VTH 2022

Bijlage 1: Verbetervoorstellen uit het Verbeterplan VTH-procescriteria

 

VTH-beleid: Algemene eisen

  • Aan het VTH beleid een prioritering aan de activiteiten, ofwel, een prioritering van de acties die worden uitgevoerd om de VTH-beleidsdoelen te realiseren, toe te voegen (gedaan);

  • Het beleidsstuk de beleidsdoelen strategischer én algemener te houden om vervolgens pas in het uitvoeringsprogramma daadwerkelijk de beleidsdoelen te vertalen naar prestatie-indicatoren. Hierdoor wordt de 'trechter' gevormd van strategisch en abstract naar operationeel en concreet (gedaan);

  • Een logische en volledige vertaling van de risicoanalyse naar een werkwijze voor vergunning-verlening in de organisatie te implementeren en een beschrijving hiervan aan het VTH-beleidsstuk toe te voegen (gedaan).

VTH-beleid: specifieke eisen voor vergunningverlening

  • Aan het VTH beleid een (uitgebreide) nalevingsstrategie waarmee concreet duidelijk wordt hoe de gemeente naleving bevordert, toevoegen. Beschrijf hierbij ook de wijze waarop voorlichting gegeven wordt aan personen die een inrichting drijven (gedaan);

  • Aan het VTH beleid inzicht in welke harde criteria getoetst worden bij een aanvraag van een omgevingsvergunning (volledigheidstoets, welstandtoets, bouwbesluit, enz.) toevoegen (gedaan).

VTH-beleid: specifieke eisen die gelden voor toezicht en handhaving

  • Aan de toezichtstrategie dient te worden toegevoegd hoe controles worden voorbereid, daadwerkelijk worden uitgevoerd, hoe rapportages tot stand komen inclusief de wijze waarop gevolg gegeven wordt aan de bevindingen, hoe relevante gegevens worden opgeslagen, wat in de rapporten komt te staan, hoe onderzoek plaatsvindt naar stoffen, trillingen, warmte en geluid én hoe de toezicht- en nalevingsstrategie bijdraagt aan de beleidsdoelen (gedaan);

  • Aan de sanctiestrategie dient te worden toegevoegd hoe omgegaan wordt met andere bestuursorganen die een overtreding begaan (gedaan);

  • De onderdelen die betrekking hebben op ‘toezicht en handhaving’ in het VTH-beleid ook af-stemmen met de partners van het handhavingsarrangement alvorens het VTH-beleid wordt vastgesteld. Het VTH-beleid wordt nu ter kennis gestuurd aan deze partners. Het advies luidt om deze partners in het (voortraject) aantoonbaar aan te haken (gedaan).

Uitvoeringsprogramma

  • In het huidige uitvoeringsprogramma zijn vrijwel alle activiteiten uit het VTH-beleidsplan overgenomen in het VTH-uitvoeringsprogramma. Dit betekent dus dat alle activiteiten in één jaar uitgevoerd zouden moeten worden. Dit lijkt niet realistisch. Geadviseerd wordt om een keuze te maken op welke activiteiten wordt ingezet in het specifieke jaar, op basis van de prioriteitstelling en wat realistisch is (gedaan);

  • De onderdelen die betrekking hebben op ‘toezicht en handhaving’ in het VTH-uitvoeringsprogramma ook afstemmen met de partners van het handhavingsarrangement alvorens het VTH-beleid wordt vastgesteld. Het VTH-uitvoeringsprogramma is nu ter kennis gestuurd aan de partners in de strafrechtelijke tak. Het advies luidt om deze partners in het (voortraject) aantoonbaar aan te haken (in wording).

Uitvoeringsorganisatie

  • De generieke HR21 functieomschrijvingen dienen nader te worden uitgewerkt voor de VTH-gerelateerde functies, zodat inzichtelijk is wat de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de verschillende VTH-functies zijn (in wording);

  • De gemeente dient een toetsingsmechanisme te ontwikkelen en toe te passen om te toetsen in hoeverre conform procesbeschrijvingen wordt gewerkt (gedaan).

Evaluatie en rapportage van het uitvoerings- en handhavingsbeleid

  • Inzicht geven in de mate van uitvoering van de voorgenomen activiteiten uit het uitvoerings- en handhavingsbeleid (gedaan);

  • Inzicht geven in de mate waarin activiteiten conform prioriteitstelling zijn uitgevoerd (grotendeels);

  • Inzicht geven in de mate waarin ieder gesteld beleidsdoel uit het VTH-beleid is bereikt (in wording);

  • Inzicht geven in de mate waarin daadwerkelijk de afspraken zijn nagekomen die gemaakt zijn met de strafrechtelijke tak. In de volgende beleidsevaluatie-rapportage kan specifiek gekeken worden in hoeverre de afspraken zijn nagekomen tussen partners van het handhavingsarrangement (in wording).

Evaluatie en rapportage van de uitvoeringsprogramma’s

  • Rapporteren in hoeverre activiteiten zijn uitgevoerd / uitvoeringsdoelstellingen zijn behaald. Hierbij kan, net als bij het vorige jaarverslag, benoemd worden hoeveel uren inzet dit gekost heeft (gedaan);

  • Rapporteren in hoeverre de uitgevoerde activiteiten hebben bijgedragen aan het bereiken van de gestelde doelen uit het uitvoerings- en handhavingsbeleid (gedaan);

  • Rapporteren of het VTH-beleid een aanpassing verdient op basis van het jaarverslag. In dit op te stellen jaarverslag over het jaar 2019 kan gesteld worden dat dit het geval is, mede op basis van de adviezen die uit deze interne audit voortvloeien (zie de voorgestelde aanpassingen bij processtap 1 in dit verbeterplan) (gedaan).

Kwaliteitsverordening en samenwerking met de omgevingsdienst

  • De Omgevingsdienst NZKG werkt momenteel aan het opstellen van een uitvoeringsprogramma in opdracht van de gemeente Diemen. Dit uitvoeringsprogramma dient afgerond te worden (gedaan);

  • Updaten van de VTH-kwaliteitsverordening, omdat gesteld wordt dat dit gaat gebeuren in het VTH-beleid. De kwaliteitscriteria 2.1 zijn ook recentelijk geupdate naar versie 2.2/2.3, dus het is een geschikt moment voor de update van de VTH-kwaliteitsverordening. Hierbij wordt geadviseerd kritisch te kijken naar het gegeven dat het gemeentebestuur zich op dit moment (bewust, zoals wordt gesteld in het VTH-beleid) niet heeft gecommitteerd aan de kritieke massa voor wat betreft de uitvoering van de VTH-taken die door het college zelf worden uitgevoerd (in wording).

Conclusie: de hele big 8 cyclus wordt continu geëvalueerd en waar nodig aangepast & bijgewerkt. Bovengenoemde punten zullen de komende jaren de nodige aandacht blijven krijgen.

 

Bijlage 2: Toelichting interventiematrix landelijke handhavingsstrategie Omgevingsrecht

 

De landelijke Handhavingsstrategie Omgevingsrecht (LHSO) is de opvolger van de Landelijke Handhavingsstrategie (LHS) uit 2014. De aanleiding is de inwerkingtreding van de Omgevingswet. De LHSO heeft betrekking op de Omgevingswet en de daarop gebaseerde regels. Bij het constateren van een overtreding, treedt de sanctiestrategie in werking. De sanctiestrategie in de gemeente is integraal. Dit betekent dat bij overtredingen, onafhankelijk van het desbetreffende taakveld, op dezelfde wijze wordt opgetreden. De bestuursorganen moeten voor de basistaken die in een omgevingsdienst deelnemen gezamenlijk een uniforme handhavingsstrategie vaststellen. Die strategie moet zo nodig worden afgestemd met de instanties belast met de strafrechtelijke handhaving. De handhavingspartners moeten intensief en loyaal samenwerken om effectief te kunnen handhaven. Gemotiveerd wordt daarin aangegeven welke doelen worden gesteld voor de uitvoering en handhaving en welke werkzaamheden met het oog op die doelen zullen worden verricht. De LHSO is bedoeld als instrument voor de organisaties belast met de handhaving van de Omgevingswet en de daarop gebaseerde regels.

 

Hiernaast is een stappenplan beschreven die wordt toegepast tijdens een bij het toezicht gedane bevinding. Er worden handreikingen gegeven voor het passend interveniëren bij geconstateerde bevindingen, het in vergelijkbare situaties vergelijkbare keuzes maken en bij het toepassen van sancties consequent te handelen.

 

 

INTERVENTIEMOGELIJKHEDEN

 

Aanspreken/informeren is een informele interventie (geen wettelijke basis) naar aanleiding van een inspectie die ertoe moet leiden dat de normadressaat27 naleeft of in staat is na te leven. Aanspreken/informeren gebeurt mondeling, door het verstrekken van schriftelijke informatie of door verwijzing naar websites. Aanspreken/informeren is vooral aan de orde bij goedwillende normadressaten die onbedoeld niet naleven en die gemotiveerd zijn de niet naleving zo snel mogelijk zelf op te lossen.

 

Waarschuwen betekent dat de normadressaat naar aanleiding van een inspectie een waarschuwingsbrief ontvangt. Daarin is opgenomen welke maatregelen of voorzieningen getroffen moeten worden om na te leven en binnen welke (redelijke) termijn. In de brief staat ook dat de handhavingsinstantie verdergaande bestuursrechtelijke interventies zal nemen (LOB, LOD), als blijkt dat de in de waarschuwingsbrief opgenomen maatregelen of voorzieningen niet zijn getroffen na het verstrijken van de termijn.

 

Bestuurlijk gesprek met (de leiding van) de normadressaat in kwestie is een aanvullende escalerende interventie op waarschuwen.

 

Verscherpt toezicht als interventie betreft het naar aanleiding van een inspectie meer of intensiever toezicht houden op de normadressaat. Een bestuurlijk gesprek zal hier vaak aan vooraf gaan. Verscherpt toezicht moet worden aangekondigd, als ook onder welke voorwaarden het verscherpt toezicht weer zal worden opgeheven.

 

Last onder dwangsom (LOD) is de herstelsanctie, inhoudende een last tot geheel of gedeeltelijk herstel van de overtreding en de verplichting tot betaling van een geldsom indien de last niet, niet volledig of niet tijdig wordt uitgevoerd. De op te leggen dwangsom moet voldoende hoog zijn om beëindiging van de overtreding te stimuleren.

 

Het opleggen van een last onder dwangsom gebeurt volgens zorgvuldig te volgen stappen.

  • 1.

    Bestuurlijke waarschuwing, dat wil zeggen: het attenderen van de overtreder op de overtreding en het informeren van een bevoegdheid tot handhavend optreden.

  • 2.

    Als de waarschuwing niet het beoogde effect heeft, kan een voornomen tot het opleggen van een last onder dwangsom kenbaar gemaakt worden. In het voornemen wordt een termijn geboden om een eventuele zienswijze kenbaar te maken.

  • 3.

    Sanctiebeschikking, dat wil zeggen: het opleggen van een last onder dwangsom met een herstel-termijn. Indien de overtreding niet, niet volledig of niet tijdig is opgeheven, verbeurt de dwangsom en wordt overgegaan tot het innen van de dwangsom.

Last onder bestuursdwang (LOB) is de herstelsanctie, inhoudende een last tot geheel of gedeeltelijk herstel van de overtreding en de bevoegdheid van het bestuursorgaan om de last door feitelijk handelen ten uitvoer te leggen, indien de last niet, niet volledig of niet tijdig wordt uitgevoerd. Een last onder bestuursdwang wordt in beginsel ingezet bij overtredingen van de Opiumwet, maar ook bij overtredingen van de APV, zoals langdurig geparkeerde caravans, aanhangers e.d. en bij spoedeisende situaties (zie hierna verder).

 

Voor de last onder bestuursdwang gelden dezelfde zorgvuldig te doorlopen stappen als voor de last onder dwangsom. Ook hier kan, bijvoorbeeld in spoedeisende situaties, van deze stappen worden afgeweken:

  • 1.

    Bestuurlijke waarschuwing, dat wil zeggen: het attenderen van de overtreder op de overtreding en het informeren van een bevoegdheid tot handhavend optreden

  • 2.

    Als de waarschuwing niet het beoogde effect heeft, kan een voornomen tot het uitvoeren van de last onder bestuursdwang kenbaar gemaakt worden. In het voornemen wordt een termijn geboden om een eventuele zienswijze kenbaar te maken.

  • 3.

    Sanctiebeschikking, dat wil zeggen: het opleggen van een last onder bestuursdwang met een hersteltermijn. Indien de overtreding niet, niet volledig of niet tijdig is opgeheven, zal de bestuursdwang worden uitgevoerd op kosten van de overtreder.

In spoedeisende gevallen kan het bestuursorgaan besluiten om zonder voorafgaande last bestuursdwang toe te passen. Indien de situatie zo spoedeisend is dat een besluit niet kan worden afgewacht, kan terstond bestuursdwang worden toegepast, maar wordt zo spoedig mogelijk nadien alsnog een besluit bekendgemaakt. Enkele voorbeelden van spoedeisende gevallen:

  • levensbedreigende situaties (bijvoorbeeld bij brand/instortingsgevaar);

  • brandgevaarlijke situaties;

  • illegale bouw- dan wel sloopwerkzaamheden;

  • bedreiging van de openbare orde;

  • verkeerd aangeboden afval.

Tijdelijk stilleggen betekent dat activiteiten als gevolg van de overtreding tijdelijk worden stilgelegd, tot de overtreding is hersteld en van naleving sprake is. Er kan aanleiding zijn om bij tijdelijk stilleggen beleid te raadplegen en/of politiek te informeren. Tijdelijk stilleggen kan onder de LOB vallen.

 

Bestuurlijke boete is een bestuurlijke bestraffende sanctie die door een daartoe bevoegde overheids-dienst zonder tussenkomst van het OM of een rechter kan worden opgelegd. De gemeente verzorgt de inning en incasso van bestuurlijke boetes van diverse overheidsdiensten, waaronder de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit (VWA), de Nederlands Arbeidsinspectie (voormalig Inspectie SZW) en de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Een bestuurlijke boete houdt de onvoorwaardelijke verplichting in tot betaling van een geldsom en kan naast een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang worden opgelegd. De maxima en bandbreedtes van boetebedragen zijn veelal vastgelegd in de wetgeving.

 

Schorsen of intrekken vergunning, certificaat of erkenning kan een passende interventie zijn als de normadressaat houder is van een begunstigend besluit (vergunning of ontheffing). Dat besluit kan geheel of gedeeltelijk ingetrokken worden. Deze interventie is met name passend als de normadressaat niet in actie komt naar aanleiding van eerdere correctieve interventies, zoals een last onder dwangsom. Het geheel of gedeeltelijk intrekken van een begunstigend besluit is een vergaande interventie die zorgvuldig moet worden voorbereid.

 

Exploitatieverbod, sluiting

Voor niet vergunningplichtige normadressaten bestaat de mogelijkheid op basis van de Fraudewet om het bedrijf te sluiten of de exploitatie ervan te verbieden. Ook dit zijn vergaande interventies die zorg-vuldig moeten worden voorbereid en waarbij het informeren van beleid en politiek noodzakelijk is.

 

Bestuurlijke strafbeschikking milieu (BSBm) is een op het strafrecht (artikel 257ba Wetboek van Strafvordering) gebaseerde interventie die daartoe bevoegde handhavingsinstanties zonder tussenkomst van het OM kunnen opleggen. De BSBm is bedoeld voor relatief eenvoudige overtre-dingen, waarbij er over de schuldvraag geen twijfel bestaat. Met het intrekken van het mandaat, wordt deze interventiemogelijkheid niet meer door de gemeente Diemen gebruikt, maar door de ODNZKG.

 

Proces-verbaal (PV) kan door de boa worden opgemaakt bij het vermoeden van een strafbaar feit. Dit optreden valt onder het strafrechtelijk optreden dat in deze landelijke handhavingsstrategie is geregeld.

Een PV is de basis voor het verdere optreden van het OM dat kan leiden tot sancties als: een geldboete, een werkstraf, een gevangenisstraf, ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel, publicatie van het vonnis, stillegging van de onderneming en verbeurdverklaring. Waar in de matrix van figuur 3 ‘PV’ staat betreft het de middelzware en zware segmenten die in stap 3 zijn afgestemd tussen handhavingsinstantie en OM. Als in overleg is besloten dat het OM niet optreedt, zijn er in deze situaties de in figuur 3 aangegeven op herstel en/of op bestraffing gerichte bestuursrechtelijke interventies om te overwegen, en ook de BSBm als strafrechtelijke interventie.

 

Bijlage 3: Prioriteiten en risicoanalyse

 

Strategie toetsing toezicht en handhaving

De probleemanalyse van toezicht & handhaving laat zien dat ten aanzien van toezicht & handhaving de risicoscores (= KANS X EFFECT) leidend zijn. De gemeente Diemen wil deze ‘risico’s’ eveneens strategisch beheersen door risicogestuurd te gaan werken. De risico’s geven aan welke objecten/ bedrijven grote risico’s met zich meebrengen en waar dus toezicht een belangrijkere rol speelt. De strategie hierin is om de capaciteit daar in te zetten waar de risico’s (zowel negatieve effecten als het nalevingsgedrag) het grootst zijn. Dit kan worden gedaan door diepgangsniveaus in de toetsingen toe te passen. Net als bij vergunningverlening kan ook bij toezicht met behulp van een prioritering ‘topdown’ worden gewerkt. Naarmate de berekende risico’s afnemen, neemt ook de inspanning (diepgangsniveau) af. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de toetsingsniveaus met bijbehorende omschrijving.

 

NR

OMSCHRIJVING DIEPGANG TOETSNIVEAU

NADERE UITWERKING BINNEN DE GENOEMDE TIJDSEENHEDEN

0

Geen toetsing (vergunning);

Niet beoordelen of aan een voorschrift wordt voldaan.

1

Toetsen op uitgangspunten (toets op minimale invulling);

De toezichthouder houdt minimaal toezicht op de meest relevante voorschriften.

2

Toetsen op uitgangspunten (toets op basisniveau);

De toezichthouder hanteert het basisniveau met betrekking tot toezicht op de meest relevante voorschriften.

3

Toetsen op uitgangspunten (toets op basisniveau+);

De toezichthouder hanteert het basisniveau met betrekking tot toezicht op alle voorschriften.

4

Grondig (integraal: continue toetsing op alle onderdelen).

De toezichthouder ziet continu toe op de naleving van voorschriften (monitoring).

 

Op deze wijze zullen toezichtzaken met een hoger risico ook een intensiever toetsingsproces kennen waarmee risico’s beter worden beheerst en het publiekelijk belang wordt gewaarborgd. Deze toetsingstrategie is van toepassing voor de taakvelden Bouw en APV en Bijzondere wetgeving.

 

Diepgaande toetsingen zijn belangrijk voor het adequaat kunnen bijstellen van de risicoanalyse (voornamelijk op naleving), omdat op deze manier beter inzichtelijk wordt waar inwoners en bedrijven wel/of niet naleven op beleid, wet- en regelgeving. Dit geldt voor zowel vergunningverlening als voor toezicht en handhaving.

 

Strategie uitvoering thema’s en projecten

In Diemen wordt ook aan specifieke aandachtsgebieden en projecten gewerkt. Dit zijn werkzaamheden die naast de reguliere taken worden uitgevoerd, maar welke wel een claim leggen op de VTH-formatie. Een strategische benadering ten aanzien van het uitvoeren van deze thema’s is om die reden noodzakelijk. Door de thema’s28 te toetsen aan de hand van de ‘ladder van noodzakelijkheid’ is een prioritering aangebracht in de thema’s.

 

Ladder van noodzakelijkheid

Wettelijke urgentie (wetgeving/landelijk- en/of provinciaal beleid

Politieke urgentie (beleid, coalitieprogramma en/of specifieke vraag)

Basis voor regulier werk (impact op regulier werk)

Rendement (investering versus opbrengst)

Verantwoordelijk (voelt iemand zich verantwoordelijk voor deze werkzaamheden

 

De thema’s worden getoetst aan de treden van de ‘ladder van noodzakelijkheid’ waardoor werkzaamheden uitgesmeerd kunnen worden over meerdere jaren om zo de VTH-formatie optimaal te kunnen benutten. Per thema wordt gekeken welke treden van toepassing zijn om op die wijze in het jaarlijkse uitvoeringsplannen de noodzaak van de thema’s te kunnen duiden. De thema’s worden vervolgens ingepast en waar nodig uitgesmeerd over meerdere jaren.

 

De hiervoor weergegeven prioriteitenstelling moet richting geven aan de inzet van mensen, middelen, de frequenties van toezicht en handhaving en de aspecten waarop tijdens handhavingsbezoeken wordt gelet.

 

Indien sprake is van meerdere overtredingen is de overtreding met de hoogste prioriteit leidend.

 

PRIORITEIT

METHODE

PRIORITEIT 1: HEEL HOOG

Toezicht:

  • Actief zoeken naar en nasporen van elke indicatie van illegale activiteiten;

  • In kaart brengen en houden van legale activiteiten, door waarneming ter plaatse en bureaucontrole.

Handhaving:

  • Elk bekend geworden overtreding wordt volgens het stappenplan gehandhaafd.

  • Een verbeurde dwangsom wordt te allen tijde geïnd, ook als op het moment van inning al een einde is gemaakt aan de illegale situatie.

PRIORITEIT 2: HOOG

Toezicht:

  • Actief zoeken naar en opsporen van illegale activiteiten;

  • In kaart brengen en houden van legale activiteiten, door waarneming ter plaatse en bureaucontrole.

Handhaving:

  • Handhaving in projectvorm en steekproefsgewijs volgens het stappenplan, met dien verstande dat de situaties met grote veiligheidsrisico’s prioriteit krijgen.

  • Een verbeurde dwangsom wordt te allen tijde geïnd, ook als op het moment van inning al een einde is gemaakt aan de illegale situatie.

PRIORITEIT 3: GEMIDDELD

Toezicht:

  • Structureel steekproefsgewijs controleren.

Handhaving:

  • Handhaving in projectvorm en steekproefsgewijs volgens het stappenplan.

  • Omvang van de steekproef hangt af van de beschikbare capaciteit.

  • Een verbeurde dwangsom wordt te allen tijde geïnd, ook als op het moment van inning al een einde is gemaakt aan de illegale situatie.

PRIORITEIT 4: LAAG

Toezicht:

  • Incidenteel steekproefsgewijs controleren dan wel op piepsysteem controleren.

Handhaving:

  • Handhaving vindt niet structureel steekproefsgewijs plaats, afhankelijk van de beschikbare capaciteit. Een verbeurde dwangsom wordt alleen geïnd als op het moment van inning geen einde is gemaakt aan de illegale situatie.

 

PRIORITEIT HOOG (1 & 2) BIJ EEN SCORE TUSSEN 12 – 20 (VANAF 20 HEEL HOOG)

Een hoge prioriteit betekent dat intensieve en integrale controle op basis van een vooraf opgesteld actieplan plaatsvindt op de naleving van de regels. Integraal wil zeggen: met de betrokken taakvelden van de eigen organisatie en de relevante partners. Een hoge prioriteit brengt met zich mee dat elke melding van burgers, bedrijven of handhavingspartners waaruit zou kunnen worden afgeleid dat er sprake is van regelovertreding van een kernbepaling een vervolg krijgt.

 

Bij een eerste constatering van overtreding van handhavingstaken met een hoge Toezichts- en handhavingsprioriteit volgt altijd een reactie, daar waar mogelijk "lik op stuk". Enerzijds om de overtreder direct tot naleving te dwingen, anderzijds om tijdrovende aanschrijvingsprocedures tot een minimum te beperken. Bij constatering van een overtreding van een kernbepaling bij hercontrole volgt een bestuursrechtelijke en/of strafrechtelijke sanctie. Het gemeentebestuur maakt met politie en Openbaar Ministerie afspraken (vastgelegd in het handhavingsarrangement)over de toepassing van strafrechtelijke en bestuursrechtelijke sancties. Hierbij wordt rekening gehouden met de aard van de overtreding en de aard van de strafrechtelijke geldboete

 

PRIORITEIT GEMIDDELD (3) BIJ EEN SCORE TUSSEN 6 - 11

Bij constatering van een overtreding volgt altijd een reactie. In de nadere uitwerking van de handha-vingsinspanningen per taakveld wordt aangegeven of de reactie in eerste aanleg bestaat uit een schrif-telijke waarschuwing of een bekeuring. Indien bij hercontrole opnieuw een overtreding wordt gecon-stateerd volgt een sanctie, afhankelijk van de aard van de overtreding bestaande uit een strafrech-telijke geldboete of een bestuurlijke sanctie. Over de aard van de strafrechtelijke geldboete maakt de gemeente afspraken met politie en Openbaar Ministerie (vastgelegd in het handhavingsarrangement).

 

PRIORITEIT LAAG (4) BIJ EEN SCORE TUSSEN 1 - 5

Een lage prioriteit betekent dat minimale toezichts- en handhavingsactiviteit plaatsvindt. Handhaving in de vorm van controles vindt alleen plaats indien uit een melding of waarneming rechtstreeks een vermoeden van regelovertreding voortvloeit. Daarnaast is het streven gericht op regelmatig terug-kerende controleacties. Doel van deze acties is het in beeld krijgen van de naleving van regelgeving op de verschillende taakvelden en het verkrijgen van input voor hernieuwde prioriteitstelling. Bij constatering van een overtreding volgt een schriftelijke dan wel mondelinge waarschuwing. Over de aard van de sanctie maakt de gemeente afspraken met politie en Openbaar Ministerie.

 

De uitkomsten van de prioriteitenanalyse leveren de volgende prioriteiten op:

 

HELE HOGE PRIORITEIT

NR

Specificatie / ONDERWERP

Handhavingstaak

1

Alle categorieën constructieve veiligheid met uitzondering van zeer eenvoudige constructies

Strijd Bouwbesluit /Woningwet

2

Alle categorieën brandveiligheid

Strijd Bouwbesluit /Woningwet

3

Externe veiligheid

Strijd Bevi, Revi (Besluit en regeling externe veiligheid inrichtingen)29

4

Opslag van vuurwerk

Strijd Vuurwerkbesluit / Wet Milieubeheer

5

Brandgevaarlijke opslag / explosiegevaar

Strijd Wet milieubeheer / Activiteitenbesluit

6

Illegale lozingen en incidenten

Strijd Wet milieubeheer / ASV/Besluit lozen buiten inrichtingen

7

Ter beschikking stellen consumentenvuurwerk zonder / in afwijking van vergunning

Strijd Vuurwerkbesluit / APV

8

Open vuur bij gebouwen

Strijd Wetboek van Strafrecht

9

Grote evenementen30

Strijd APV

10

Veiligheid of gezondheid bij bouwen, slopen, gebruik bouwwerk

Strijd Bouwbesluit/ Woningwet

11

Verkeersonveiligheid door bouwwerken

Strijd Wabo / Geen of in afwijking omg.vergunning

12

Mishandeling ambtenaar in functie

Strijd Wetboek van Strafrecht

13

Overtredingen Opiumwet

Uitvoering artikel 13b Opiumwet

14

Bedreiging (met geweld) tegen een ambtenaar in functie (mishandeling

Strijd Wetboek van Strafrecht

 

HOGE PRIORITEIT

NR

SPECIFICATIE / ONDERWERP

HANDHAVINGSTAAK

1

Kamergewijze verhuur

Strijd Bouwbesluit/bestemmingsplan/ Huisvestingswet/ Huisvestingsverordening

2

Geen omgevingsvergunning gebruik/ geen melding brandveilig gebruik

Strijd Wabo / Bouwbesluit

3

Afwijking omgevingsvergunning gebruik

Strijd Wabo

4

Overbevolking in woonruimte, bewoning bedrijventerrein

Strijd Bouwbesluit / bestemmingsplan/ Huisvestingswet/ Huisvestingsverordening

5

Wijziging monument / beschermd dorpsgezicht

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omg.vergunning

6

Woongebouw overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

7

Ziekenhuis / zorgcentra overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

8

Sporthal / zwembad overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

9

Restaurant / café / horeca overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

10

(Kinder)dagverblijven overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

11

Scholen overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

12

Interne constructieve wijziging gebouwen

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omgvergunning/ Huisvestingswet/ Huisvestingsverordening

13

Bedrijven overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

14

Kantoren en winkels overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

15

Risicovol asbest (ketentoezicht)

Strijd Bouwverordening/ Wet milieubeheer/ Wet bodembescherming/ Asbestverwijderings-besluit

16

Afvalwater bij inrichtingen

Strijd Wet milieubeheer / Activiteitenbesluit

17

Afval bij inrichtingen

Strijd Wet milieubeheer / Activiteitenbesluit

18

Bodem bij inrichtingen

Strijd Wet milieubeheer / Activiteitenbesluit

19

Energie

Strijd Wet milieubeheer / Activiteitenbesluit

20

Geluid bij bedrijven / horeca

Strijd Wet geluidhinder /Activiteitenbesluit

21

Geluid bij evenementen

Strijd Wet geluidhinder /AMvB’s

22

Bodem bij niet-inrichtingen

Strijd Wet Bodembescherming

23

Verkeersbesluiten voor werken

Strijd Wegenverkeerswet / BABW

24

Parkeren bij scholen

Strijd RVV/Wet Mulder

25

Werken op of aan de weg / CROW

Strijd Wegenverkeerswet

26

het niet juist aanbieden van huishoudelijk afval

Strijd ASV

27

Verbod afvalstof in bodem aan te brengen / houden

Strijd ASV

28

Verbod opslag afvalstoffen

Strijd ASV

29

Samenscholing

Strijd APV

30

Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten / gebouwen en op straat

Strijd APV

31

Openlijk gebruik en handel van harddrugs

Strijd APV

32

Hinderlijk gebruik van drank en softdrugs

Strijd APV

33

Betreden gesloten woning of lokaal

Strijd APV/ Wetboek van Strafrecht

34

Vernieling van gemeentelijke eigendommen

Strijd Wetboek van Strafrecht/ APV

35

Belediging ambtenaar in functie

Strijd Wetboek van Strafrecht

36

Doen valse aangifte, valsheid in geschrifte

Strijd Wetboek van Strafrecht

37

Verbod vuur te stoken

Strijd APV/ Wetboek van Strafrecht

38

Bezigen consumentenvuurwerk buiten de venstertijden

Strijd APV

39

Objecten onder hoogspanningsleiding

Strijd APV

40

Parkeerexcessen31

Strijd RVV/ Wet Mulder/APV /RVV

41

Evenementen

Strijd APV

42

Illegale feesten

Strijd APV

43

Exploitatie (horeca)

Strijd APV

44

Horeca

Strijd Alcoholwet

45

Ordeverstoring in horeca

Strijd APV

46

Parkeren van uitzichtbelemmerende voertuigen

Strijd APV

47

Verbreken zegels vanwege bevoegd gezag

Strijd Wetboek van Strafrecht

50

Staat bouwwerk, open erf of terrein

Strijd Bouwbesluit

51

Gevaarlijke honden

Strijd APV

52

Afwijken van vergunning /melding

Strijd Wet milieubeheer/ Act.besluit / Wabo

53

Natte koeltorens32

Strijd Wet milieubeheer/ Activiteitenbesluit

54

Overtredingen uit de gemiddelde of lage priori-teit die de openbare ruimte ernstig verstoren of ontsieren en waar meerdere personen last van hebben dan wel een ernstige belemmering van de doorgang tot gevolg hebben.

Strijd met APV

55

Defecte voertuigen

Strijd APV

56

Inbrekerswerktuigen / geprepareerde tassen / messen/steekwapens (vervoeren/bij zich hebben)

Strijd APV

57

Alcohol schenken aan minderjarige(n)

Strijd Alcoholwet

58

Kappen of snoeien van bomen zonder / in afwijking van vergunning

Strijd Bomenverordening / Wabo

59

Ondermijning/ Onrechtmatige bewoning/ BRP

strijd Huisvestingswet/ Huisvestingsverordening/ Woningwet/ Wet BRP/ bestemmingsplan

60

Niet opvolgen aanwijzing verkeersregelaar

Strijd Wetboek van Strafrecht/ Wegenverkeerswet

 

GEMIDDELDE PRIORITEIT

NR

Specificatie / ONDERWERP

Handhavingstaak

1

Strijdig gebruik

Strijd bestemmingsplan, Huisvestingswet/ Huisvestingsverordening

2

Bijgebouwen voorzijde of zijkant naar openbaar gebied gekeerd

Strijd Wabo / Geen of afwijking omgevingsvergunning

3

Uitbreiding gebouwen voorzijde of zijkant naar openbaar gebied gekeerd

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omgevingsvergunning

4

Gevelwijziging voorzijde of zijkant naar openbaar gebied gekeerd

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omgevingsvergunning

5

Gebouwen niet zijnde brandveiligheid, constructieve veiligheid en overige veiligheid

Strijd Bouwbesluit

6

Uitbreiding / bijgebouw bij gebouwen

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omgevingsvergunning

7

Handelsreclame /reclame

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omgevingsvergunning /APV

8

Hinder / Stank/Geur

Strijd Bouwverordening/ APV/ Act.besluit

9

Aanlegwerkzaamheden

Strijd bestemmingsplan/ Strijd met Wabo/ geen of in afwijking van omgevingsvergunning

10

Geluid bij bouwen, slopen of wegwerkzaamheden

Strijd Wet geluidhinder/ AMvB’s/ APV

11

Afvalwater bij niet-inrichtingen

Strijd Waterwet/ Wet milieubeheer/ Besluit lozen buiten inrichtingen

12

Lucht bij inrichtingen

Strijd Wet milieubeheer/ Act.besluit

13

Zonder vergunning / melding

Strijd Wet milieubeheer/ Act.besluit /Wabo

14

Verkeer regelen na ongeval

Strijd Wegenverkeerswet/ BABW/Hulpverlening

15

Verkeer regelen bij verkeersbesluiten / vergunningen

Strijd Wegenverkeerswet/ BABW

16

Verkeer regelen bij ad-hoc werkzaamheden

Strijd Wegenverkeerswet/ BABW

17

Maken, veranderen, beschadigen van een (uit)weg

Strijd Wabo/ APV

18

Niet de rijbaan gebruiken

Strijd met RVV/ Wet Mulder

19

20

Verkeersveiligheid in gevaar brengen

Strijd Wegenverkeerswet/ Wetboek van Strafrecht

21

Verbod straatafval achter te laten en het wegwerpen van reclamebiljetten en ander foldermateriaal

Strijd ASV

22

Verbod afvalstoffen te doorzoeken of te verspreiden *

Strijd ASV

23

Verbod vervoeren, laden, lossen afvalmateriaal *

Strijd ASV

24

Verbod tot ontdoen autowrak *

Strijd ASV

25

Betogingen op openbare plaatsen (demonstratie)

Strijd APV / WOM

26

Baldadigheid

Strijd Wetboek van Strafrecht

27

Opschudding veroorzaken

Strijd Wetboek van Strafrecht

28

Schennis eerbaarheid

Strijd Wetboek van Strafrecht

29

Openbare dronkenschap

Strijd Wetboek van Strafrecht/ APV

30

Gevaarlijk of hinderlijk voorwerp

Strijd APV

31

Verkoop van schadelijke waren

Strijd Warenwet/ APV

32

Fietswrakken

Strijd APV

33

Fietsen aan gemeentelijke eigendommen

Strijd APV

34

De weg anders gebruiken dan publieke functie ervan

Strijd APV

35

Caravans, campers, aanhangers

Strijd APV

36

Aantasting groenvoorziening door voertuigen

Strijd APV

37

Illegaal gebruik ontheffing

Strijd APV/ RVV

38

Hondenverontreiniging

Strijd APV

39

Loslopende honden

Strijd APV

40

Standplaatsen

Strijd APV

41

Snuffelmarkten / braderieën

Strijd APV

42

Weekmarkt

Strijd Marktverordening

43

Sluitingstijden

Strijd Winkeltijdenwet /APV

44

Terrassen

Strijd APV

45

Collectieve / incidentele festiviteiten

Strijd APV

46

Uitstallingen / objecten

Strijd Wabo/ APV

47

Avondwinkels

Strijd Winkeltijdenverordening

48

Straatprostitutie / Escort

Strijd APV

49

Seksinrichtingen

Strijd APV/ Huisvestingswet/ Huisvestingsverorde-ning/ bestemmingsplan

50

Tentoonstellen erotische / pornografische goederen en afbeeldingen

Strijd APV

51

Veiligheid op het water

Strijd APV

52

Overlast van vaartuigen

Strijd APV

53

Verbod ligplaats in te nemen

Strijd APV / bestemmingsplan

54

Voorwerpen op, in of boven het water

Strijd APV

55

Wrakken in openbare wateren (ketentoezicht)

Strijd Waterwet

56

Illegaal in gebruik genomen gemeentegrond

Strijd Bestemmingsplan / Wabo

57

58

Houden van hinderlijke of schadelijke dieren

Strijd APV

59

Alle categorieën constructieve veiligheid, eenvoudige constructies

Strijd Woningwet / Bouwbesluit

60

Ernstige mate in strijd met welstandseisen

Strijd Woningwet

61

Bouwafval

Strijd Bouwverordening

62

Plakken en kladden

Strijd APV

63

Huisnummering

Strijd Verordening naamgeving en nummering

64

Erfafscheiding voorzijde of zijkant naar openbaar gebied gekeerd

Strijd Wabo / Geen of afwijking omgevingsvergunning

65

Natuurlijke behoefte doen

Strijd APV

66

Dakkapellen33

Strijd Wabo / Geen of afwijking omg.vergunning

67

Aanzetten (aanhitsen) van dieren tot het aanvallen van mensen

Strijd Wetboek van Strafrecht

68

Parkeerontheffing

Parkeerbeleidsplan 2021

69

Ontheffing verbranding in openbare ruimte

Strijd met APV

* door onbevoegden

 

 

LAGE PRIORITEIT

NR

Specificatie / ONDERWERP

Handhavingstaak

1

Voeren van duiven, eenden en zwanen

Strijd APV

2

Winkelwagens

Strijd APV

3

Fietsen tegen gebouwen

Strijd APV

4

Fietsen buiten de stalling

Strijd APV

6

Schotelantennes

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omg.vergunning

7

Interne wijziging gebouwen (niet constructief)

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omg.vergunning

8

Erfafscheiding overig

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omg.vergunning

9

Gevelwijziging overig

Strijd Wabo/ Geen of afwijking omg.vergunning

10

Administratief

Strijd Wet milieubeheer / Activiteitenbesluit

11

Lucht bij niet-inrichtingen

Strijd Besluit luchtkwaliteit

12

Hinderlijke beplanting of voorwerp

Strijd APV

14

Loterij en/of kansspelvergunning/melding

Strijd APV/ Alcoholwet

15

Verbod bedrijfsafval aan te bieden aan inzameldienst

Strijd ASV

16

Verstoring rust op zon- en feestdagen bij godsdienstbijeenkomst

Strijd Zondagswet

19

Vervoer plakgereedschap

Strijd APV

20

Voertuigen van autobedrijf

Strijd APV

21

Te koop aanbieden van voertuigen

Strijd APV

23

Parkeren van reclamevoertuigen

Strijd APV

24

Overhangend groen

Strijd APV

25

Flyeren

Strijd APV

26

Venten

Strijd APV

27

Collecteren

Strijd APV

28

Kledinginzameling

Strijd APV

29

Vermakelijkheden zondag voor 13:00 uur

Strijd Zondagswet

30

Verstrooien van as

Strijd APV

31

Opslaan voertuigen, vaartuigen, mest, afvalstoffen

Strijd APV

33

Afwezigheid van en toezicht door exploitant en beheerder (seksinrichtingen)

Strijd APV

34

Verschaffen gegevens nachtregister

Strijd APV

35

Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen

Strijd APV

38

Dieren onbevoegd laten lopen

Strijd APV

39

Voorzieningen voor verkeer en verlichting

Strijd APV

40

Slapen op of aan de weg

Strijd APV

42

Overige geluidshinder

Strijd APV

48

Verontreiniging door andere dieren

Strijd APV

49

Veiligheid op het ijs

Strijd APV

50

Straatartiest

Strijd APV

51

Dakkapellen achterzijde

Strijd Wabo

 

Categorieën van toetsing

De categorieën uit de hierna volgende risico analyses worden als volgt gedefinieerd:

  • Fysieke veiligheid: de mate waarin de fysieke leefomgeving wordt geraakt/aangetast;

  • Sociale kwaliteit: de mate waarin burgers in staat zijn om deel te nemen aan het sociale en economische leven, onder condities die hun welbevinden en individuele potenties stimuleren;

  • Financieel economische schade: de kosten die schade met zich meebrengt;

  • Natuur/stadsschoon: de mate waarin de natuur/stadsschoon wordt geraakt/aangetast;

  • Volksgezondheid: de mate waarin de volksgezondheid wordt geraakt/aangetast;

  • Bestuurlijk imago: te verwachten afbreuk en/of schade aan het imago, beeld, geloofwaardigheid en vertrouwen van burgers in het bestuurlijk apparaat en haar besluitvorming.

 

Bijlage 3A: Risicoanalyse vergunningen

 

RISICOANALYSE Omgevingsrecht

ONDERWERPEN

Fysieke veiligheid

Sociale kwaliteit

Fin. ec. schade

Natuur/stadsschoon

Volksgezondheid

Bestuurlijk imago

gem

kans op slecht naleefgedrag

risico

prioriteit

Milieu Type C bedrijven (incl. ODNZKG)

3

2

3

3

3

4

3,00

4

12,0

Hoog

Wijzigen/verbouwen/ slopen monument

1

3

4

4

1

5

3,00

4

11,3

Hoog

Slopen met asbest

4

4

5

2

5

4

4,00

3

12,0

Hoog

Planologisch strijdig gebruik uitgebreide proc.

0

4

4

4

3

3

3,00

4

12,0

Hoog

Staat bouwwerken, open erven, terreinen

4

4

1

1

4

4

3,00

4

12,0

Hoog

Slopen zonder asbest

3

3

3

1

3

3

2,67

3

8,0

Gemiddeld

(Licht)reclamevergunning

0

3

3

2

0

2

2,50

3

7,5

Gemiddeld

Voorwerpen op of aan de weg (object melding)

1

2

2

2

0

3

2,00

3

6,0

Laag

Planologisch strijdig gebruik reguliere procedure

0

2

1

2

2

2

1,80

3

5,4

Laag

Inrit, uitrit, weg maken/ veranderen (vergunning)

2

1

1

1

2

1

2,00

2

4,0

Laag

Milieu Type B-bedrijven

2

1

3

2

1

2

1,83

2

3,7

Laag

Kapvergunning

2

1

2

3

0

1

1,80

2

3,6

Laag

Milieu Type A-bedrijven

2

1

2

2

1

1

1,50

1

1,5

Laag

 

RISICOANALYSE APV en Alcoholwet

ONDERWERPEN

Fysieke veiligheid

Sociale kwaliteit

Fin. ec. schade

Natuur/stadsschoon

Volksgezondheid

Bestuurlijk image

gem

kans op slecht naleef gedrag

risico

prioriteit

Evenementen risicoklasse C (groot)

5

3

3

3

4

4

3,67

4

14,7

Hoog

Vergunning speelautomatenhal

1

3

3

2

5

5

3,17

3

9,5

Gemiddeld

Alcoholwet-vergunning – Commercieel

2

3

3

1

5

4

3,00

3

9,0

Gemiddeld

Alcoholwet-vergunning – Para commercieel

2

3

4

1

5

3

3,00

3

9,0

Gemiddeld

Vergunning speelautomaat in overige Horeca

1

3

3

3

5

2

2,83

3

8,5

Gemiddeld

Exploitatievergunning seksinrichting/ escortbedrijf

1

5

5

1

0

5

2,83

3

8,5

Gemiddeld

Ontheffing geluidhinder

1

5

3

0

2

3

2,80

3

8,4

Gemiddeld

Evenementen risicoklasse B (middel)

3

3

2

2

3

3

2,67

3

8,0

Gemiddeld

Promotionele activiteit

1

3

3

1

0

2

2,00

4

8,0

Gemiddeld

Verklaring van geen bezwaar

3

2

3

1

2

4

2,50

3

7,5

Gemiddeld

Vergunning terras

2

3

2

2

3

3

2,50

3

7,5

Gemiddeld

Alcohol schenken aan minderjarige(n)

3

4

4

1

5

5

3,7

4

14,7

Hoog

Betoging of demonstratie houden melding

3

2

1

0

1

4

1,83

3

6,0

Gemiddeld

Evenementen risicoklasse A (klein), evenemen-ten risicoklasse 0 -melding, incidentele festiviteit – melding, samenscholing ontheffing

2

3

2

2

2

2

2,17

3

6,5

Gemiddeld

Wijziging inrichting, aanvraag (tap)ontheffing, wijziging aanhangsel per leidinggevende, ontheffing artikel 4 lid 4 Alcoholwet (PC)

2

3

2

1

3

2

2,17

3

6,5

Gemiddeld

Tijdelijke afwijking sluitingstijden horeca

2

3

2

1

3

2

2,17

3

6,5

Gemiddeld

Parkeerontheffing

1

1

2

2

0

4

2,00

3

6,0

Gemiddeld

Standplaatsvergunning

2

3

2

2

1

2

2,00

3

6,0

Gemiddeld

Ontheffing verbranding in openbare ruimte

2

2

1

3

2

2

2,00

3

6,0

Gemiddeld

Loterij en/of kansspelvergunning/melding

1

2

2

0

3

2

1,70

3

5,0

laag

Ventvergunning, Collectevergunning

1

3

1

1

0

2

1,60

3

4,8

Laag

Ontheffing/ tijdelijke afwijking winkeltijden

1

4

4

0

1

2

2,40

2

4,8

Laag

Plantsoenen betreden (ontheffing)

0

3

0

4

1

3

2,75

1

2,8

Laag

Kampeerontheffing

2

3

1

2

0

1

1,80

1

1,8

Laag

 

Bijlage 3B: Risicoanalyse toezicht en handhaving

 

STRIJD MET HET BOUWBESLUIT

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N X K= RISICO

PRIORITEIT

Alle categorieën constr. veiligheid34

5

5

4

4

3

5

4,3

5

22

HEEL HOOG

Alle categorieën constructieve veiligheid eenvoudige constructies

4

4

3

2

2

3

2,8

3

8

GEMIDDELD

Alle categorieën brandveiligheid

5

5

5

4

3

5

4,3

5

22

HEEL HOOG

Woongebouw, ziekenhuis/ zorg-centra, sporthal/ zwembad, restau-rant/ café/horeca, overige veiligheid

4

3

4

2

4

3

3,3

4

13

HOOG

(Kinder)dagverblijven overige veiligheid, scholen overige veiligheid

4

3

4

2

5

5

3,8

4

15

HOOG

Bedrijven, kantoren, winkels, overige veiligheid

4

3

4

2

4

3

3,3

4

13

HOOG

Woningen overige veiligheid

4

3

4

2

4

3

3,3

3

9

GEMIDDELD

Gebouwen, Gezondheid , energiezuinigheid, bruikbaarheid

3

2

4

2

3

2

2.7

3

8

GEMIDDELD

 

GEEN OF AFWIJKING OMGEVINGSVERGUNNING (PLANOLOGISCH & WELSTAND)

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N x K= RISICO

PRIORITEIT

Wijziging monument / beschermd dorpsgezicht

2

3

4

4

1

5

3,2

4

12

HOOG

Interne constructieve wijziging gebouwen

5

3

3

3

1

4

3,2

4

12

HOOG

Bijgebouwen Voorzijde, uitbreiding/ bijgebouw bij gebouwen

2

3

1

1

1

3

1,8

4

7

GEMIDDELD

Erfafscheiding voorzijde

1

3

2

3

1

3

2,2

4

9

GEMIDDELD

Reclame

1

3

2

3

1

3

2,2

4

9

GEMIDDELD

Uitbreiding gebouwen voorzijde

3

3

2

1

1

3

2,2

4

9

GEMIDDELD

Dakkapel voorzijde, gevelwijziging voorzijde

3

3

2

4

1

4

2,5

4

10

GEMIDDELD

Schotelantennes

1

2

1

4

1

2

1,8

3

5

LAAG

Dakkapel overig

1

2

2

2

1

2

1,7

3

5

LAAG

Overige interne wijziging gebouwen

2

1

1

1

1

1

1,2

4

5

LAAG

Erfafscheiding overig

1

2

1

3

1

1

1,5

3

5

LAAG

Gevelwijziging overig

1

2

1

2

1

1

1,3

2

3

LAAG

 

STRIJD MET HET BOUWBESLUIT

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N x K = RISICO

PRIORITEIT

Brandgevaar

5

5

4

5

5

5

4,8

5

24

HEEL HOOG

Kamerbewoning, geen omgevingsvergunning brandveilig gebruik/ geen gebruiksmelding

5

5

4

4

4

5

4,8

5

24

HEEL HOOG

Afwijking omgevingsvergunning Brandveilig gebruik/ melding brandveilig gebruik

5

5

4

4

4

5

4,8

4

19

HOOG

 

STRIJD MET BESTEMMINGSPLAN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N x K= RISICO

PRIORITEIT

Strijdig gebruik

4

4

2

3

2

4

3,2

3

10

GEMIDDELD

Aanlegwerkzaamheden

1

4

3

4

1

3

2,7

3

8

GEMIDDELD

 

STRIJD MET DE BOUWVERORDENING/WONINGWET/BESTEMMINGSPLAN/ASBESTVERWIJDERINGSBESLUIT/BOUWBESLUIT/ACTIVITEITENBESLUIT

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N x K= RISICO

PRIORITEIT

Overbevolking, bewoning bedrijventerrein

4

5

4

3

4

5

4,2

4

17

HOOG

Hinder / Stank /geur

3

3

2

2

3

2

2,5

3

8

GEMIDDELD

Risicovol asbest

5

4

4

4

4

5

4,3

4

18

HOOG

Staat bouwwerk, open erf of terrein

5

4

4

3

3

4

3,8

5

19

HOOG

Veiligheid / gezondheid bouwen, slopen, gebruik Bouwwerk

5

5

4

4

4

5

4,5

5

22

HEEL HOOG

Slopen

3

4

3

3

3

3

3,2

3

10

GEMIDDELD

Bouwafval

3

4

3

4

2

3

3,2

3

10

GEMIDDELD

 

NIET VOLDOEN AAN DE HUISVESTINGSWET /GEMEENTELIJKE BASISADMINISTRATIE

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N X K= RISICO

PRIORITEIT

Onrechtmatige bewoning

4

4

3

4

3

5

3,8

3

11

GEMIDDELD

 

STRIJD MET WONINGWET

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

N X K= RISICO

PRIORITEIT

Ernstige mate strijd met welstandseisen

2

4

2

4

2

4

3

3

9

GEMIDDELD

 

MILIEU

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K

PRIORITEIT

Energie

1

2

4

4

2

4

 2,83

5

14

HOOG

Afvalwater bij inrichtingen

4

4

4

4

5

3

4

4

16

HOOG

Afvalwater bij niet-inrichtingen

3

3

4

4

5

4

3,8

3

11

GEMIDDELD

Geluid bij evenementen, bedrijven/ horeca

1

2

1

3

4

4

2,5

5

13

HOOG

Geluid bij bouwen slopen of verkeer

1

2

1

2

2

4

2

4

8

GEMIDDELD

Lucht bij inrichtingen

4

5

4

3

4

3

3,8

3

11

GEMIDDELD

Lucht bij niet-inrichtingen

2

2

3

2

2

2

2,2

2

4

LAAG

Afval bij inrichtingen

3

3

4

4

4

4

3,6

4

14

HOOG

Bodem bij inrichtingen

4

4

5

5

5

3

4,3

3

13

HOOG

Bodem bij niet-inrichtingen

3

3

5

5

4

3

3,8

4

15

HOOG

Externe veiligheid, vuurwerk

5

5

5

5

5

5

5

4

20

HEEL HOOG

Administratief

3

2

2

1

1

2

1,8

3

5

LAAG

Brandgevaarlijke opslag / explosiegevaar

5

5

5

5

3

5

3,8

5

23

HEEL HOOG

Afwijking van vergunning/melding

2

2

2

3

3

3

2,5

2

5

LAAG

Zonder vergunning / melding

3

3

3

3

3

3

3

4

12

HOOG

Natte koeltoren

4

3

4

3

5

4

3,8

3

12

HOOG

 

VERKEERSVEILIGHEID

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE x K = RISICO

PRIORITEIT

Verkeersbesluiten voor werken

3

0

4

0

0

4

2,2

5

13

HOOG

Verkeersbesluiten vergunning

2

0

4

0

0

3

1,5

5

8

GEMIDDELD

Verkeer regelen na ongeval

4

3

3

1

1

1

2,2

3

7

GEMIDDELD

Verkeer regelen bij verkeersbesluiten / vergunningen

2

2

2

3

0

3

2

3

6

GEMIDDELD

Verkeer regelen bij ad-hoc werkzaamheden

4

2

2

3

0

3

2,3

4

9

GEMIDDELD

Parkeren bij scholen

3

4

2

4

0

3

2,7

5

14

HOOG

Werken op of aan de weg/CROW

4

3

4

3

0

3

2,8

5

14

HOOG

Hinderlijke beplanting of voorwerp

2

2

1

2

0

1

1,3

2

3

LAAG

Maken, veranderen, beschadigen van een (uit)weg

2

3

3

4

0

2

2,3

3

7

GEMIDDELD

Niet rijbaan gebruiken

3

4

3

4

0

4

3

2

6

GEMIDDELD

Geen helm dragen

4

0

1

0

0

0

0,8

3

2

LAAG

Niet opvolgen aanwijzing verkeerregelaar

4

4

2

0

0

4

2,3

3

7

GEMIDDELD

Verkeersveiligheid in gevaar brengen

4

4

4

0

0

2

2,3

3

7

GEMIDDELD

art 2 Wet aansprakelijkheid Motorvoertuigen

0

3

4

4

0

3

2,3

3

7

GEMIDDELD

 

AFVAL

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X KANS = RISICO

PRIORITEIT

Het niet juist aanbieden van huishoudelijk afval35

3

2

3

3

4

4

3,2

4

13

HOOG

Verbod bedrijfsafval aan bieden aan inzameldienst

0

0

3

0

0

3

1

3

3

LAAG

Verbod afvalstof in bodem aanbrengen / houden

2

4

5

5

3

5

3

5

15

HOOG

Verbod straatafval achter te laten

0

2

3

3

1

4

2,2

4

9

GEMIDDELD

Verbod afvalstoffen te door-zoeken of te verspreiden*

0

2

3

3

1

3

2

4

8

GEMIDDELD

Wegwerpen reclamebiljetten en ander foldermateriaal

0

1

1

3

0

2

1,2

4

5

LAAG

Verbod vervoeren, laden, lossen afvalmateriaal*

2

2

3

3

1

3

2,3

4

9

GEMIDDELD

Verbod opslag afvalstoffen

2

2

3

4

3

5

3,2

4

13

HOOG

Verbod tot ontdoen autowrak*

0

3

3

4

2

5

2,8

4

11

GEMIDDELD

Meldingen illegale lozingen en incidenten

3

5

5

5

5

5

4,7

5

24

HEEL HOOG

* Door onbevoegden

 

OVERLAST / HINDER

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Samenscholing

3

4

3

2

0

5

2,8

5

14

HOOG

Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten / gebouwen

2

4

2

1

0

5

2,3

5

12

HOOG

Openlijk gebruik & handel

2

5

2

2

2

5

3

4

12

HOOG

Hinderlijk gebruik van drank en softdrugs

2

5

2

2

1

5

2,8

5

14

HOOG

Betreden gesloten woning / lokaal

2

5

2

2

0

5

2,7

5

14

HOOG

Betogingen op openbare plaatsen (of demonstratie)

2

4

3

2

0

4

2,5

3

8

GEMIDDELD

Vernieling

2

5

4

3

0

5

3,2

4

13

HOOG

Baldadigheid

0

4

2

2

0

5

2,2

5

11

GEMIDDELD

Opschudding veroorzaken

2

4

3

0

0

4

2,2

3

7

GEMIDDELD

Schennis eerbaarheid

2

5

0

1

0

4

2

5

10

GEMIDDELD

Belediging ambtenaar in functie

2

4

3

0

0

5

2,3

5

12

HOOG

Bedreiging (met geweld) tegen een ambtenaar in functie (mishandeling)

5

5

5

0

4

5

4

5

20

HEEL HOOG

Aanzetten (aanhitsen) van dieren tot aanvallen mensen

3

4

2

0

2

3

2,3

3

7

GEMIDDELD

Openbare dronkenschap

1

4

1

0

0

3

1,5

4

6

GEMIDDELD

Verstoring rust op zon- en feestdagen bij godsdienst-bijeenkomst

0

1

1

0

0

3

0,8

2

2

LAAG

 

VEILIGHEID

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X KANS

PRIORITEIT

Verbod vuur te stoken

1

3

4

4

3

4

3,2

4

13

HOOG

Ter beschikking stellen consumentenvuurwerk tijdens verkoopdagen

5

5

5

4

5

5

4,8

5

24

HEEL HOOG

Bezigen consumentenvuur-werk tijdens jaarwisseling

4

4

4

3

2

5

3,7

5

19

HOOG

Inbrekerswerktuigen en geprepareerde tassen / messen/steekwapens (vervoeren / bij zich hebben)

4

4

3

0

3

4

3

4

12

HOOG

Vervoer plakgereedschap

0

3

0

0

0

2

0,8

2

2

LAAG

Objecten onder hoogspanningslijn

4

5

5

3

0

5

3,7

4

15

HOOG

Gevaarlijk of hinderlijk voorwerp

2

4

3

4

0

4

2,8

4

11

GEMIDDELD

Veiligheid op het ijs

2

2

2

1

0

2

1,5

3

5

LAAG

Eigen onroerende zaak in brand steken

1

3

0

1

3

3

1,8

3

5

LAAG

Vuurwapen afschieten, vuur onderhouden bij gebouwen

5

4

4

4

3

4

4

5

20

HEEL HOOG

Verkoop schadelijke waren

2

1

2

0

4

3

2

4

6

GEMIDDELD

 

PARKEEREXCESSEN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X KANS = RISICO

PRIORITEIT

Parkeerexcessen36

2

2

4

2

0

5

2,5

5

13

HOOG

Fietsen buiten de stalling

1

2

1

4

0

3

1,8

5

9

GEMIDDELD

Fietswrakken

0

2

1

4

0

3

1,7

4

7

GEMIDDELD

Fietsen aan gemeentelijke eigendommen

1

2

2

3

0

3

1,8

4

7

GEMIDDELD

Fietsen tegen gebouwen

1

2

1

4

0

3

1,8

4

7

GEMIDDELD

Defecte voertuigen

0

3

0

4

0

3

1,7

5

9

GEMIDDELD

Caravans

2

3

1

3

0

4

2,2

4

9

GEMIDDELD

Campers/aanhangwagens

0

2

0

3

0

4

1,5

4

6

GEMIDDELD

Te koop aanbieden van voertuigen

0

1

0

4

0

4

1,5

3

5

LAAG

Parkeren van reclamevoertuigen

1

2

0

3

0

4

1,7

3

5

LAAG

Aantasting groenvoorzie-ning door voertuigen

0

2

4

5

0

4

2,5

3

8

GEMIDDELD

Illegaal gebruik ontheffing

0

1

3

3

0

4

1,8

4

7

GEMIDDELD

 

VELLEN VAN HOUTOPSTANDEN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X KANS = risico

PRIORITEIT

Kappen / snoeien bomen zonder / in afwijking van vergunning

2

3

4

4

1

3

2,8

5

14

HOOG

Overhangend groen

2

2

0

3

0

3

1,7

3

5

LAAG

 

OVERLASTHONDEN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Hondenverontreiniging

0

0

3

3

2

4

2

5

10

GEMIDDELD

Loslopende honden (aanlijnplicht)

2

4

3

0

0

4

2,2

5

11

GEMIDDELD

Gevaarlijke honden/ muilkorf

4

5

3

0

2

4

3

4

12

HOOG

 

ECONOMISCHE ACTIVITEITEN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Flyeren

0

0

2

1

0

2

0,8

3

2

LAAG

Straatartiest

0

2

0

0

0

2

0,6

4

2

LAAG

Venten

0

0

0

0

1

1

0,3

4

1

LAAG

Standplaatsen

0

1

2

1

2

2

1,3

5

7

GEMIDDELD

Collecteren

0

1

0

0

0

1

0,3

3

1

LAAG

Kledinginzameling

0

1

2

1

0

3

1,2

3

4

LAAG

Snuffelmarkten/ braderieën

2

2

3

1

2

3

2,2

4

9

GEMIDDELD

Weekmarkt

2

2

3

1

2

3

2,2

5

11

GEMIDDELD

Evenementen

4

4

4

2

2

4

3,3

5

17

HOOG

Grote evenementen

5

5

5

2

2

5

4

5

20

HEEL HOOG

Vermakelijkheden zondag voor 13:00 uur

0

0

0

0

0

1

0,2

3

1

LAAG

Heling

0

1

2

0

0

3

1

4

4

LAAG

Illegaal feest

4

4

4

2

2

4

4

3

12

HOOG

 

HORECA

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Exploitatie

2

3

2

3

3

4

2,8

5

14

HOOG

Sluitingstijden

0

2

0

3

1

4

1,7

4

7

GEMIDDELD

Terrassen

2

2

3

3

0

4

2,5

4

10

GEMIDDELD

Kansspelen

0

2

0

0

0

4

1

3

3

LAG

Collectieve / incidentele festiviteiten

0

3

2

3

0

4

2

4

8

GEMIDDELD

Aanwezigheid in gesloten horecabedrijf

0

3

0

0

0

3

1

2

2

LAAG

Ordeverstoring

3

4

2

3

0

5

2,8

5

14

HOOG

 

BODEM-, WEG EN MILIEUVERONTREINIGING

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Verstrooien van as

0

0

0

0

1

1

0,3

2

1

LAAG

 

ONTSIERING EN STANKOVERLAST

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Winkelwagens

1

1

2

3

0

2

1,5

4

6

GEMIDDELD

Handelsreclame

2

2

3

4

0

3

2,3

4

9

GEMIDDELD

Uitstallingen / objecten

2

2

3

3

0

2

2

5

10

GEMIDDELD

Plakken en kladden

0

2

2

3

0

3

1,7

3

5

LAAG

Natuurlijke behoefte doen

0

2

3

3

2

3

1,8

2

4

LAAG

Opslaan voertuigen, vaartui-gen, mest, afvalstoffen

1

3

3

4

2

4

2,8

3

8

LAAG

 

WINKELTIJDENWET

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Sluitingstijden

0

3

0

2

0

3

1,3

4

5

LAAG

Avondwinkels

0

3

0

2

0

3

1,3

5

7

GEMIDDELD

 

SEKSINRICHTINGEN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIO

Straatprostitutie

2

5

2

4

1

4

3

3

9

GEMIDDELD

Seksinrichtingen, escort

0

3

0

3

2

4

1,7

5

9

GEMIDDELD

Tentoonstellen erotische / pornografische goede-ren/afbeeldingen

2

1

2

4

0

4

2,2

4

9

GEMIDDELD

Aanwezigheid / toezicht exploitant / beheerder

2

2

0

0

2

3

1,5

3

5

LAAG

 

OPENBAAR WATER

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Veiligheid op water

4

4

3

4

1

3

3,2

3

10

GEMIDDELD

Overlast aan vaartuigen

3

3

3

0

0

3

2

3

6

GEMIDDELD

Verbod ligplaats innemen

0

2

4

4

0

3

2,2

3

7

GEMIDDELD

Voorwerpen op, in of boven het water

2

2

3

4

2

3

2,7

4

11

GEMIDDELD

Wrakken in openbare wateren

2

3

4

4

2

3

3

3

9

GEMIDDELD

 

ILLEGAAL IN GEBRUIK GENOMEN GEMEENTEGROND

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Illegaal in gebruik genomen gemeentegrond

1

1

3

4

0

3

2

5

10

GEMIDDELD

 

PERSONENVERVOER

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Besluit Personenvervoer (taxiregelingen)

2

2

3

0

0

2

1,5

3

5

LAAG

 

OVERIGE ASPECTEN

CATEGORIE

FYSIEK

KWALITEIT

FINANCIEEL

NATUUR

VOLKSGEZONDHEID

IMAGO

NEGATIEF EFFECT

KANS

NE X K = RISICO

PRIORITEIT

Slapen op/aan de weg

0

3

2

3

0

3

1,83

2

4

LAAG

Naaktrecreatie

0

3

0

4

0

4

1,8

2

4

LAAG

Verschaffen gegevens nachtregister

0

0

4

0

0

1

0,6

2

1

LAAG

Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen

0

4

3

4

0

3

2,3

2

5

LAAG

Overige geluidshinder

1

2

2

0

0

3

1,3

4

5

LAAG

Voeren duiven/eenden/zwanen

0

0

3

4

2

3

2

4

8

GEMIDDELD

Houden van hinderlijke/ schadelijke dieren

2

2

2

4

3

3

2,7

4

11

GEMIDDELD

Verontreiniging door andere dieren37

1

0

3

3

2

3

2

2

4

LAAG

Dieren onbevoegd laten lopen

0

0

3

4

0

3

1,7

3

5

LAAG

Onbevoegd in bezaaide grond

0

0

4

4

0

3

1,8

2

4

LAAG

Voorzieningen voor verkeer en verlichting

3

2

3

0

0

3

1,8

2

4

LAAG

Betreden verboden terrein

1

3

3

1

0

3

1,8

3

5

LAAG

Verbreken zegels vanwege bevoegd gezag

2

4

3

0

0

5

2,3

5

12

HOOG

Doen valse aangifte, valsheid in geschrifte

0

5

5

0

3

5

3

4

12

HOOG

Gebruik vals reisdocument

0

0

3

0

0

3

1

3

3

LAAG

Overtreding voorschrift krachtens gemeentewet

3

4

4

0

0

4

2,5

5

13

HOOG

Overtreding visserijwet

2

2

4

4

2

3

2,7

2

5

LAAG

 

Bijlage 4: Meerjarenplanning

 

 

Bijlage 5: Landelijke Toetsmatrix Bouwbesluit 2012

 

Deze matrix kent kolommen voor alle hoofdgebruiksfuncties, die het Bouwbesluit kent en voor enkele sub-gebruiksfuncties, die bijzondere aandacht verdienen zoals kinderdagverblijven. Elke afdeling in het Bouwbesluit heeft in de matrix een rij. Voor zover van toepassing vermeldt elke cel een score voor het landelijk vastgestelde toetsniveau: een 1, 2, 3 of 4. De kwaliteitscriteria voor de uitvoering van de Wabo vergen dat uitvoeringsorganen werken met een toetsprotocol en een toezichtsprotocol. Essentieel element in zulke protocollen is dat weloverwogen en herleidbaar wordt aangegeven welk aspect welke aandacht verdient. De matrix is daarbij onmisbaar, bij voorkeur gebaseerd op een risicoanalyse.

 

De landelijke Toetsmatrix Bouwbesluit 2012 kent vijf toetsniveaus, te weten:

Niveau

Diepgang

Uitwerking

0

Geen toetsing

Niet beoordelen of aan een voorschrift wordt voldaan

1

Uitgangspuntentoets

Bevatten de stukken voldoende informatie over de uitgangspunten?

2

Visueel toetsen

Kloppen de uitgangspunten en lijken de uitkomsten redelijk?

3

Representatief toetsen

Controle van de maatgevende onderdelen

4

Volledig toetsen

Van ieder te toetsen aspect wordt nagegaan of de uitgangspunten juist zijn en worden de uitkomsten gecontroleerd / nagerekend.

 

De meest actuele versie van dit model wordt gevolgd. Het model is van de Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland en mag vrij gebruikt worden. Een uitgebreide toelichting op het model is beschikbaar op de website van de vereniging.

 

 

 

Bijlage 6: Processchema vergunningverlening

 

 

Bijlage 7: Processchema toezicht en handhaving

 

 

De processen worden sinds 2016 in het programma Engage visueel gemaakt. De werkprocesschema’s onder de Omgevingswet zijn nog volop in ontwikkeling. Om inzicht in deze processen te krijgen, kan de volgende website worden geraadpleegd:

https://viewerapp.engageprocess.com?dId=479b1a27-d90b-4354-a790-91ed9489178e&state=6&vuser= omgevingswet@duoplus.nl&vpass =H0aajSNUkZnRTBvlUhYpvg-;7;--;7;-

 

Achter elk blokje zit een (online) werkproces.

 

 

Bijlage 8: Richtlijnen dwangsommen en termijnen

 

Bevoegdheid

De formele grondslag voor de bevoegdheid om handhavend op te treden is gelegen in artikel 125 van de Gemeentewet en artikel 5:21 en verder van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De bevoegdheid bestaat uit het feitelijk optreden tegen een geconstateerde overtreding (last onder bestuursdwang). In plaats daarvan kan ook een last onder dwangsom worden opgelegd (artikel 5:32, eerste lid, van de Awb). In beginsel zal gekozen worden voor een last onder dwangsom.

 

De dwangsom

De dwangsom heeft tot doel de overtreding tegen te gaan of te voorkomen (effectiviteit). De dwangsom is dan ook niet bestraffend van aard en kan niet gelijkgesteld worden met een boete. De hoogte van de dwangsom wordt afgestemd op de aard en de ernst van de overtreding (evenredigheid).

 

Er worden drie soorten dwangsommen onderscheiden (artikel 5:32b, eerste lid, van de Awb). De dwangsom waarbij het geldbedrag ineens verbeurt, waarbij het geldbedrag per tijdseenheid waarin de last niet is uitgevoerd wordt verbeurd en waarbij het geldbedrag wordt verbeurd per keer dat de overtreding is geconstateerd.

 

In de gemeente Diemen wordt over het algemeen de dwangsom waarbij het geldbedrag ineens verbeurt, toegepast. Aan deze keuze liggen meerdere redenen ten grondslag. Allereerst is deze vorm het meest helder voor de inwoners van onze gemeente. Ook voorkomt dit onoverzichtelijkheid in eventuele bezwaar- en beroepsprocedures. Bij de andere vormen moet er immers bij iedere constatering een invorderingsbeschikking worden genomen, waar weer apart bezwaar en beroep tegen open staat. Tot slot leert de ervaring dat deze vorm beter aansluit bij de gehanteerde bedrijfsprocessen van de ambtelijke organisatie.

 

De begunstigingstermijn

Bij het ongedaan maken van een overtreding of het voorkomen van verdere overtreding, wordt een termijn gesteld waarin de last dient te worden uitgevoerd, de begunstigingstermijn. Pas als de overtreding nog plaatsvindt na het aflopen van deze termijn, verbeurt de dwangsom en moet er een geldbedrag worden betaald (artikel 5:32a, tweede lid, Awb). Uitgangspunt is hoeveel tijd redelijkerwijs nodig is om de overtreding te beëindigen.

 

Met voorgaande factoren is rekening gehouden bij de totstandkoming van de in deze richtlijn genoemde begunstigingstermijnen. Voor de termijnen die in deze richtlijn zijn genoemd, is uitgegaan van een gemiddelde termijn waarbinnen het mogelijk moet worden geacht om te kunnen voldoen aan de opgelegde last.

 

Niet ongedaan maken overtreding en recidive

Indien wordt geconstateerd dat de overtreding na het eindigen van de begunstigingstermijn niet (volledig) ongedaan is gemaakt, moet worden geconcludeerd dat de opgelegde dwangsom het gewenste effect niet heeft bereikt. Afhankelijk van het soort overtreding en de andere relevante feiten en omstandigheden van het geval, wordt beoordeeld of er opnieuw een last onder dwangsom wordt opgelegd, of dat er wordt gekozen voor het opleggen van een last onder bestuursdwang. Doorgaans zal er worden gekozen voor het opnieuw opleggen van een last onder dwangsom. Aangezien de hoogte van de eerder gekozen dwangsom een onvoldoende prikkel is gebleken, zal bij een nieuwe last onder dwangsom worden gekozen voor een hoger bedrag. De dwangsom wordt (ten minste) verdubbeld ten opzichte van de eerder opgelegde dwangsom.

 

Een andere reden voor het opleggen van een hogere dwangsom kan zijn dat een overtreder binnen een termijn van twee jaar eenzelfde soort overtreding begaat. Hiervoor is het niet nodig dat voor de vorige overtreding een last onder dwangsom is opgelegd. Als de overtreder voor de vorige overtreding een waarschuwing of voornemen last onder dwangsom heeft ontvangen, is dit voldoende. Uiteraard wordt hierbij gekeken of sprake is van nieuwe feiten of veranderde omstandigheden.

 

Algemene opmerkingen bij de tabellen

Deze richtlijn is grotendeels gebaseerd op de “Leidraad handhavingsacties en begunstigingstermijnen” van het Kenniscentrum Infomil. Het Kenniscentrum Infomil is onderdeel van de directie RWS Leefomgeving van Rijkswaterstaat, de uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Er is voor gekozen om voor veel onderwerpen aan te sluiten bij de landelijke norm. Tegelijkertijd is er op andere punten bewust afgeweken, in verband met de specifieke handhavingsproblematiek in de gemeente Diemen.

 

De tabel vermeldt richtinggevende voorbeelden. Deze dienen als richtlijn/leidraad te worden gebruikt. Er is dus vrijheid om in het concrete geval hiervan af te wijken. De geconstateerde feiten/omstandigheden zijn bepalend voor de individuele vaststelling van de hoogte en het maximaal te verbeuren bedrag. Afwijkingen naar boven van de in de tabel genoemde maximum dwangsomhoogte (met uitzondering van de verhoging bij een herhaalde overtreding), waarvoor in het concrete geval goede reden kan zijn, moeten steeds goed zijn onderbouwd en in de beschikking worden gemotiveerd. Dit geldt tevens voor de begunstigingstermijn.

 

Deze richtlijn is uitdrukkelijk niet uitputtend bedoeld. Dat een overtreding niet in deze richtlijn is opgenomen, zegt niets over de noodzaak en/of wenselijkheid van de handhaving daarvan. Ook voor overtredingen die niet in de tabel zijn genoemd, wordt per geval de hoogte van de dwangsom en de duur van de begunstigingstermijn bepaald.

 

In deze richtlijn zijn alleen dwangsommen opgenomen. De mogelijkheid blijft bestaan om een last onder bestuursdwang op te leggen indien de feiten en omstandigheden van het concrete geval hiertoe aanleiding geven. Verder is het uitgangspunt dat we verbeurde dwangsommen invorderen.

 

Algemeen

Taakveld

Algemeen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Geen medewerking verlenen aan toezichthouder

per overtreding

€10.000

Enkele uren tot een paar weken

Ontbrekend onderzoek zoals: preventieonderzoek, bodemonderzoek, energiebesparingsonderzoek, akoestisch onderzoek etc.

ineens

€5.000

2 maanden

Het niet overleggen van ontbrekende gegevens, zoals logboek, administratie, energienota, lekdichtheid, registratie, rapportage etc.

ineens

€1.000

1 maand

 

Overtredingen milieu

Taakveld

Afval

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Opslag niet conform voorschriften

ineens

€5.000

2 maanden

Afval (gevaarlijke afvalstoffen) niet correct afvoeren

ineens

€50.000

1 maand

Afval niet correct afvoeren

ineens

€5.000

1 maand

Scheiding afval niet conform voorschriften

per overtreding

€1.000

1 maand

 

Overtredingen milieu

Taakveld

Bodem

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Afvalstoffen op/in de bodem brengen

ineens

€5.000

1 maand

Keuring onder- of bovengrondse tank niet uitgevoerd

ineens

€3.500

1 maand

Vloer niet vloeistofdicht

ineens

€15.000

2 maanden

Vloeistofdichte (lek)bak ontbreekt

ineens

€15.000

2 maanden

Geen financiële zekerheid

ineens

€15.000

1 maand

Opslag vaste mest zonder voorzieningen

ineens

€5.000

3 maanden

Ontbreken (KIWA-)certificaat mestopslag

ineens

€5.000

1 maand

Foliebassin niet gekeurd

ineens

€5.000

1 maand

Mestbassin niet conform de bouwtechnisch richtlijnen

ineens

€25.000

2 maanden

Geen melding Besluit mobiel breken bouw- en sloopafval

ineens

€1.000

1 maand

Afgifte van grond/bouwstoffen aan een niet bevoegde be-/verwerker

ineens

€5.000

1 maand

Geen melding besluit bodemkwaliteit

ineens

€5.000

1 maand

Toepassing niet conform de voorschriften en/of voorgeschreven voorzieningen niet aangebracht

ineens

€5.000

1 maand

 

Taakveld

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

(Externe) veiligheid

Brandscheiding niet op orde

ineens

€25.000

2 maanden

Opslag gevaarlijke stoffen niet volgens voorschriften

ineens

€25.000

1 maand

Opslag kluis/kast ontbreekt

ineens

€15.000

2 maanden

Gasflessen niet tegen omvallen beschermd

ineens

€150 per fles

1 dag

Keuring gastank verlopen

ineens

€1.000 per tank

2 maanden

Keuring gasfles verlopen

ineens

€300 per fles

1 week

Hekwerk bij gastank ontbreekt/niet tegen aanrijden beschermd

ineens

€2.000

1 maand

Geluid

Geluidnorm overschreden

per overtreding

€500 met max van €5.000

1 week

Geluidbegrenzer niet conform verzegeling

ineens

€5.000

1 maand

Gedragsvoorschriften niet naleven

per overtreding

€500 met max van €5.000

1 dag

In werking buiten gegunde uren

ineens

€5.000

1 dag

Lucht

Overschrijding emissie-eisen

ineens

€50.000

2 weken

Metingen niet (juist) uitgevoerd

ineens

€2.500

1 maand

Afvoerpijp niet op hoogte

ineens

€10.000

2 maanden

 

Overtredingen milieu

Taakveld

Lucht

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Niet juist gebruiken of ontbreken emissiebeperkende apparatuur (zoals (stof)filters, ontgeuringsinstallatie)

ineens

€15.000

2 maanden

Geen keuring of onderhoud stook- of koelinstallatie

ineens

€4.000

1 maand

Niet naleven voorschriften stook- of koelinstallatie

ineens

€4.000

1 maand

Vuurwerk

Opslag van vuurwerk niet conform de voorschriften en er kan direct aan de voorschriften worden voldaan

ineens

€5.000

1 dag

Water

Afscheider, controleput of zuiveringstechnische voorziening ontbreekt of niet conform voorschriften

ineens

€10.000

1 maand

Overig

In werking zonder vergunning

ineens

€50.000

2 maanden

(milieu)

Geen melding (milieu)

ineens

€20.000

1 maand

Ongewoon voorval niet gemeld (milieu)

ineens

€10.000

1 week

 

Overtredingen aanleg, bouw en sloop

Taakveld

Algemeen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

In strijd met stillegging bouw of sloop klein bouwwerk, zoals een erfafscheiding, tuinmeubilair, vlaggenmasten, dakkapel, schotelantennes, zonweringen, etc.

ineens

€5.000

direct

In strijd met stillegging bouw of sloop middelgroot bouwwerk, zoals een dakterras, klein bijgebouw, overkapping, etc.

ineens

€10.000

direct

In strijd met stillegging bouw of sloop groot bouwwerk, zoals een dakopbouw, aanbouw aan een bestaand gebouw, etc.

ineens

€35.000

direct

In strijd met stillegging bouw of sloop compleet bouwwerk, zoals een woning, bedrijfsgebouw, etc.

ineens

€100.000

direct

Aanleggen, bouwen of slopen in strijd met (planregels) bestemmingsplan

ineens

€20.000

2 maanden

Aanleggen

Aanleggen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning categorie laag, zoals kabels en leidingen, ophogen, etc.

ineens

€10.000

2 maanden

 

Taakveld

Aanleggen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijndwangsom

Begunstigingstermijn

Aanleggen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning categorie gemiddeld, zoals heiwerkzaamheden, bodem verlagen, gronden afgraven etc.

ineens

€15.000

2 maanden

Aanleggen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning categorie hoog, zoals watergangen, oppervlakteverhardingen van wegen etc.

ineens

€20.000

2 maanden

Bouwen

Bouwen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, klein bouwwerk, zoals een erfafscheiding, tuinmeubilair, vlaggenmasten, dakkapel, schotelantennes, zonweringen etc.

ineens

€5.000

2 maanden

Bouwen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning middelgroot bouwwerk, zoals een dakterras, klein bijgebouw, overkapping, etc.

ineens

€10.000

2 maanden

 

Taakveld

Bouwen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Bouwen zonder een omgevingsvergunning groot bouwwerk, zoals een dakopbouw, aanbouw aan een bestaand gebouw, etc.

ineens

€35.000

2 maanden

Bouwen zonder een omgevingsvergunning categorie hoog, zoals een woning, bedrijfsgebouw, etc.

ineens

€100.000

2 maanden

Bouwen in strijd met het Bouwbesluit categorie laag, zoals technische voorschriften bruikbaarheid, etc.

ineens

€10.000

2 maanden

Bouwen in strijd met het Bouwbesluit categorie gemiddeld, zoals technische voorschriften energiezuinigheid, etc.

ineens

€15.000

2 maanden

Bouwen in strijd met het Bouwbesluit categorie hoog, zoals technische voorschriften veiligheid, gezondheid, etc.

ineens

€20.000

2 maanden

Slopen

Slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning of een melding categorie laag, zoals het slopen van een bijgebouw zonder asbest, etc.

ineens

€5.000

per direct

 

Taakveld

Slopen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning of een melding categorie gemiddeld, zoals het slopen zonder asbest

ineens

€10.000

per direct

Slopen zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning of een melding categorie hoog, zoals het slopen met (waarschijnlijk) asbest

ineens

€20.000

per direct

Monumenten

Verandering aan, op, in of bij een monument zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning

ineens

€20.000

2 maanden

Verandering in beschermd stad- en dorpsgezichten zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning

ineens

€15.000

2 maanden

 

Overtredingen planologisch gebruik

Taakveld

Strijdig gebruik

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Gebruik in strijd met het bestemmingsplan zoals verkeerd gebruik grond/erf, illegale handelingen buitengebied, etc.

ineens

€5.000

2 maanden

Strijdig gebruik bestemming, zoals Airbnb, wonen of bedrijfsmatige activiteiten waar niet toegestaan, etc.

ineens

€10.000

2 maanden

Strijdig gebruik bestemming overschrijding max. aantal huishoudens

Ineens

Maatwerk38

2 maanden

 

Overtredingen brandveiligheid

Taakveld

Brandveilig gebruik

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Geen omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik

ineens

€20.000

max. 2 weken

Geen melding voor brandveilig gebruik

ineens

€10.000

max. 2 weken

Niet naleven (maatwerk)voorschrift omgevingsvergunning brandveilig gebruik / nadere voorwaarden na gebruiksmelding / bvhvoorschriften omgevingsvergunning bouw

ineens

€10.000

max. 2 weken

Voorschriften (brand)veiligheid

Bouwkundige gebreken zoals: zelfsluitende deur(en), brandcomparti-mentering, (beschermde) subbrandcompartimenten, (extra) beschermde vluchtrouten (rookvrije vluchtroutes) etc.

per overtreding

€30.000 - €70.000

1 – 3 mnd

Installatietechnische gebreken zoals: brandmeldinstallatie, ontrui-mingsalarminstallatie, brandblusmiddelen, bereikbaarheid (voor hulpdiensten) vluchtrouteaanduiding en noodverlichting, brandblusinstallaties, etc.

per overtreding

€5.000 €20.000

1 - 3 mnd

Organisatorische gebreken: blokkeren vluchtwegen, aankleding van ruimten39, ontruimingscapaciteit40, etc.

per overtreding

€5.000

1 dag à 2 weken

 

Bij brandveiligheidsovertredingen geldt een voorfase waarin een controlebrief wordt gestuurd met alle overtredingen. In die brief wordt een termijn gegeven om de overtredingen op te heffen. De in dit schema genoemde begunstigingstermijnen zijn de termijnen van de last onder dwangsom zelf. De voorfase zit daar niet in. De genoemde bedragen zijn per overtreding(en) en dienen een voldoende financiële prikkel te bewerkstelligen om de overtreding op te heffen. In sommige gevallen kan een Plan van Aanpak (PvA) voldoende zijn om te voldoen aan de begunstigingstermijn. Gebruikelijk is om dit in goed overleg en na goedkeuring van de betreffende inspecteur brandveiligheid vast te stellen. Bewust is gekozen om aan te sluiten bij de BIO maatregelen41 met betrekking tot brandveiligheid.

 

Overtredingen Algemene Plaatselijke Verordening (APV)

Taakveld

Algemeen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Reclame(bord) zonder vergunning

ineens

€5.000

2 maanden

Maken of veranderen van een uitweg zonder vergunning

ineens

€5.000

2 maanden

 

Overtredingen overig

Taakveld

Algemeen

Overtreding

Modaliteit

Richtlijn dwangsom

Begunstigingstermijn

Huisvestingsverordening overschrijding max. aantal huishoudens

ineens

maatwerk42

2 maanden

Huisvestingsverordening overig

Ineens

€ 2.500, - €10.000

2 maanden

Inbrekerswerktuigen / geprepareerde tassen / messen / steekwapens

ineens

€2.500 tot max €10.000

Per direct

Illegale feesten

ineens

€5.000

Per direct

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

Tot max €10.000

 

Bijlage 9: Toelichting op de “Tafel van Elf”

 

De Tafel van Elf is een wetenschappelijk ontwikkeld model dat inzage geeft in de redenen waarom mensen de regels overtreden. De methode laat zien dat er vóór het daadwerkelijke sanctietraject voldoende mogelijkheden zijn om door middel van gerichte communicatie overtredingen te voorkomen, dan wel helderheid over normen te verstrekken (mochten die onvoldoende helder zijn). De Tafel van Elf probeert het activeren van het sanctietraject te voorkomen door een verhoogde inzet op preventie.

 

Dat wordt in onderstaande methode toegelicht:

 

 

Onderin de piramide staan werkwijzen die een breed en langdurig effect hebben, het meest inwerken op ‘norm-internalisatie’ (het eigen maken van de norm) en het minst belastend zijn voor burgers en bedrijven.

 

Helemaal in de punt staat handhaving in de vorm van controleren en sanctioneren. Dit is nodig als een stok achter de deur. De ervaring leert dat effecten van sancties alleen gunstig zijn zolang de handhaving actief is. Bovendien gaat het om een aanpak die doorgaans ingrijpender is voor burgers en bedrijven. Daarnaast is handhaving voor de overheid een kostbaar middel dat gedoseerde inzet vergt.

 

De Tafel van Elf beschrijft dimensies van spontane naleving.

 

De dimensies uit de Tafel van Elf vormen daarom de basis van de preventiestrategie. Dat wordt verder vormgegeven onder invloed van de LHSO. Zo wordt eenduidig sanctionerend opgetreden indien – ondanks preventie en communicatie – toch sprake is van een (herhaling van) een overtreding. De elf dimensies voor naleving van wetgeving zijn ondergebracht in twee groepen, elk met hun eigen uitwerking op de neiging tot naleving. De bovenste twee onderdelen van de Tafel van Elf omvatten de daadwerkelijke inzet van toezicht en handhaving.

 

1. Naleving in dimensies

De Tafel van Elf is een samenhangende opsomming van dimensies die bepalend zijn voor de naleving van regelgeving. De Tafel van Elf is ontstaan vanuit de praktische behoefte om inzicht te krijgen in de factoren die de gehoorzaamheid van mensen aan regelgeving bepalen en de invloed die rechtshandhaving daarop heeft. De basis wordt gevormd door een combinatie van in de literatuur voorkomende sociaalpsychologische, sociologische en criminologische theorieën, aangevuld met algemene inzichten en praktijkervaringen op het terrein van de rechtshandhaving. De dimensies van de Tafel van Elf moeten worden beschouwd als gedragswetenschappelijke variabelen die nalevingsgedrag beïnvloeden. Door ze systematisch na te lopen, vormen ze een hulpmiddel voor de wetgever om te komen tot naleefbare wetgeving.

 

2. De Tafel van Elf als wetgevingsinstrument

De Tafel van Elf kan toegepast worden als ondersteunende checklist bij de totstandkoming van wetgeving. Dit geldt temeer wanneer het gedrag van mensen bijdraagt aan te bereiken beleidsdoelen. De Tafel van Elf is dan ook van toepassing op een groot deel van de beleidsinstrumentele wetgeving en ook op enkele delen van het strafrecht. De Tafel van Elf is hiermee een hulpmiddel bij de totstandkoming van wetgeving. In het kader van het project Marktwerking Deregulering en Wetgevingskwaliteit (MDW) wordt de Tafel van Elf bij het onderdeel ‘toetsing van voorgenomen regelgeving’ aangeboden als checklist om een aantal vragen te beantwoorden die betrekking hebben op de verwachte mate van naleving van de (toekomstige) wetgeving. Deze vragen moeten beantwoord worden in de toelichting bij de regeling (in geval van een wet respectievelijk AMvB aangeduid als memorie of nota van toelichting). Het doel ervan is om inzichtelijk te maken wat de verschillende (neven-)effecten zijn van de voorgestelde regelgeving. Een goede, heldere toelichting op de verwachte mate van naleving verhoogt bovendien de kwaliteit van een wetsvoorstel.

 

De Tafel van Elf is ontwikkeld door de Inspectie voor de Rechtshandhaving van het Ministerie van Veiligheid en het Sanders Instituut van de Erasmus Universiteit Rotterdam.

 

3. Inhoud Tafel van Elf

A. Dimensies voor spontane naleving

B. Controle dimensies

C. Sanctie dimensies

- T1 Kennis van regels

- T6 Informele meldingskans

- T10 Sanctiekans

- T2 Kosten/baten

- T7 Controlekans

- T11 Sanctie-ernst

- T3 Mate van acceptatie

- T8 Detectiekans

 

- T4 Gezagsgetrouwheid doelgroep

- T9 Selectiviteit

 

- T5 Informele controle

 

 

Hieronder worden deze elf ‘tafels’ verder uitgewerkt en toegelicht.

 

Dimensies van spontane naleving

1.

kennis van regels

Soms is de regelgeving vaag of complex. Het wordt niet begrepen door de doelgroep. Hier prevaleert communicatie boven sanctioneren.

2.

kosten en baten

Hier is calculerend gedrag aan de orde: is een overtreding lonend? Hier past sanctioneren en communiceren, maar dan als ‘naming and shaming’.

3.

mate van acceptatie

Wordt het beleid door de doelgroep (burger of bedrijf) onderschreven? Betrek belangengroepen bij de formulering van het beleid.

4.

normgetrouwheid doelgroep

Het gaat hier om respect en vertrouwen. Een moeilijk te beïnvloeden dimensie, waarbij rekening moet worden gehouden met een sterke individualisering van de maatschappij.

5.

niet overheidscontrole

De door de doelgroep ingeschatte kans op een positieve of juist een negatieve sanctionering van hun gedrag. In deze categorie bevindt zich de bewuste overtreder met een calculerend gedrag.

Handhavingsdimensies

6.

meldingskans

De door de doelgroep ingeschatte kans dat een overtreder door een derde wordt gemeld (het verzoek om handhaving of klacht) en dat er vervolgens door de overheid daadwerkelijk wordt opgetreden.

7.

controlekans

De kans dat daadwerkelijk wordt gecontroleerd wordt geschat door de doelgroep. Als de overheid “bekend staat” als één, die nauwelijks controleert of sanctioneert dan geeft dat aan het begaan van overtredingen een onjuiste impuls. Handhavingsbeleid moet stellig zijn en uitvoeringsresultaat laten zien. Communicatie van handhavingsresultaat werkt in die zin weer preventief.

8.

detectiekans

Als er wordt gecontroleerd, dan kan niet altijd alles worden waargenomen. In controlerapporten gaan wij altijd uit “van het moment van de controle, voor zover wij hebben kunnen vaststellen”. Die laatste zin staat symbool voor de detectiekans, dikwijls behorend bij de calculerende overtreder.

9.

selectiviteit

Bij dit item behoort het uitvoeren van toezicht op basis van een naleefstrategie, waarbij recidivisten nadrukkelijker en frequenter worden gecontroleerd. De categorie “bewuste overtreders” calculeren de pakkans al in bij de dimensies controlekans respectievelijk detectiekans.

10.

sanctiekans

In deze categorie zit het bewuste calculerende gedrag van een potentiële overtreder. De overheid kan na constatering van overtredingen sancties opleggen. Dit gebeurt echter niet altijd. Dit hangt af van zaken als het sepotbeleid, de bewijsbaarheid van overtredingen en het eventuele gedoogbeleid. Daardoor is het relevant te beoordelen in hoeverre de doelgroep verwacht straf te krijgen voor bepaalde overtredingen, ofwel naar de gepercipieerde sanctiekans.

11.

sanctie-ernst

De hoogte van een sanctie heeft direct te maken met de hoogte van een dwangsom en/of de impact van bestuursdwang respectievelijk de gevolgen van een proces-verbaal. Ook kosten gerechtelijke kosten kunnen een rol spelen. Het proces van sanctieoplegging kan ook bijkomende, immateriële nadelen hebben zoals het verlies van reputatie. De hoogte en ernst van de verschillende soorten sancties zal niet op alle doelgroepen dezelfde impact hebben. De snelheid en zekerheid van sanctieoplegging kan die impact vergroten, bijv. via het beleid van lik-op-stuk.

 

Bijlage 10: Werkwijze bij toezicht en handhaving

 

Verschillende handhavingspartners zijn actief in toezicht en handhaving in de leefomgeving. Zowel in de openbare ruimte als in het bebouwde gebied. Te denken valt aan toezicht door het waterschap, de Omgevingsdienst, de provincie Noord-Holland, de politie, Staatbosbeheer, Groengebied-Amstelland en de gemeentelijke organisatie.

Door informatie gestuurde handhaving en heldere werkafspraken die in de basis vastgelegd zijn in het handhavingsarrangement, zijn meerdere vormen van integraal toezicht mogelijk.

In Diemen kennen we de volgende vormen van integraal toezicht.

 

  • Controleren met elkaar: Toezichthouders vanuit diverse taakvelden voeren gezamenlijk een integrale controle uit. Ieder voor de eigen discipline. Met name van toepassing in situaties die door een groter dan gemiddelde complexiteit of bestuurlijke prioriteit worden gekenmerkt. Soms is deze methode nodig, meestal is die arbeidsintensief en belastend voor de ondernemer of burger.

  • Na elkaar controleren: Verschillende toezichthouders van uiteenlopende instanties of afdelingen voeren zelfstandig en onafhankelijk van elkaar een controle uit. Omdat de inspecties over een relatief groter tijdsbestek worden uitgevoerd, heeft deze aanpak een sterkere preventieve uitwerking. Deze vorm van controleren is de klassieke vorm van toezicht. De toezichtlast neemt echter toe en de efficiëntie neemt af. Bovendien is het risico groot dat controles verschillende vakgebieden bestrijken, hetgeen kan leiden tot interpretatieverschillen.

  • Voor elkaar signaleren: Een toezichthouder kan tijdens zijn ‘eigen’ controle een mogelijke overtreding in een ander taakveld signaleren. Als deze constatering daartoe aanleiding geeft, zal de specialist van dat taakveld zelf een controle uitvoeren. Het voordeel van deze aanpak is dat overtredingen in een eerder stadium worden gesignaleerd. Deze aanpak vergt wel de nodige afstemming (en kunde) binnen een organisatie.

  • Voor elkaar controleren: Een toezichthouder neemt tijdens een integrale controle meerdere aandachtsvelden voor zijn rekening. Dit heeft voornamelijk betrekking op situaties die worden gekenmerkt door een geringe complexiteit. Dit is een vorm van signaaltoezicht, die in bepaalde gevallen prima kan worden uitgevoerd.

  • Bij toezicht wordt gekozen voor de meest effectieve en efficiënte manier van toezicht. Dit is afhankelijk van het doel van het betreffende project in het uitvoeringsplan. Het streven is bij alle controles oog te hebben voor signaalpunten van andere taakvelden en/of bevoegd gezag.

  • De manier van werken bij toezicht en handhaving krijgt vorm in een soort controle. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in preventief, actief en reactief toezicht:

 

• geprogrammeerd gebiedstoezicht (preventief)

• controle op de naleving van verleende vergunningen en/of meldingen (actief)

• gebiedsgerichte controles (actief)

• controle naar aanleiding van klachten/handhavingsverzoeken (reactief)

 

Bijlage 11: Het Rekmanifest

 

 

Bijlage 12: De begroting van 2022 uit het jaarprogramma VTH 2022

 


1

Zie artikel 7.2 van het Besluit omgevingsrecht (Bor)

2

Verbeterplan VTH proces-criteria van 4 september 2019.

3

Deze taak ligt bij Team Ruimtelijk Beleid.

4

Denk in dit verband aan de verplichting milieutaken bij een OD neer te leggen.

5

Mandaat is de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen (artikel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht).

6

Bron CBS, jaar 2022

7

Milieueffectrapportage bij Omgevingsvisie Diemen van 3 december 2021

8

Zie Omgevingsvisie 2040

9

Het behandelen van meldingen op grond van de Wkb vereist een andere manier van handhaving en inzet cluster Vergunningen.

10

Vervanger van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob).

11

Afkomstig uit de impactanalyse Wkb van bureau Senze. Dit is de verwachte urendaling voor gevolgklasse 1.

12

Het dossier Bevoegd Gezag bevat documenten van alle fasen uit het bouwproces en heeft met name betrekking op veiligheid.

13

Bijvoorbeeld bij horeca-aanvragen (en bij grote evenementen)

14

Vindt plaats tijdens een regulier overleg tussen casemanagers en toezichthouders.

 

15

Dit is een methode om de beschikbare capaciteit zo effectief mogelijk in te zetten en de naleving van regelgeving te vergroten. Bron: Stichting Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV).

16

Onder integraal toezicht en handhaving wordt een betere afstemming en samenwerking (met behoud van specialismen) tussen de verschillende taakvelden op het gebied van toezicht en handhaving verstaan.

17

De uitgangspunten zijn transparant, cyclisch en planmatig werken.

18

De rol van het strafrecht is in de handhaving van bestuursrechtelijke wetgeving (bijvoorbeeld milieuwetgeving) de laatste jaren sterk gegroeid. Strafrecht is daarbij veelal complementair aan het bestuursrecht. Het doel is – naast het toevoegen van leed – om herhaling van de overtreding te voorkomen.

19

Dit houdt in dat de vergunningen met de grootste impact in principe in eerste instantie moeten worden behandeld.

20

Door een controle op de berekening uit te voeren of het geheel doorlopen van ingediende berekening(en).

21

Deze richtlijn zal onder de Omgevingswet bijgewerkt moeten worden, aangezien voor veel gebouwen de vergunningplicht cq meldingsplicht vervalt, maar er in het kader van brandveiligheid wel toezicht dient plaats te vinden.

22

Jaarlijkse controle op zicht om te kijken welke bedrijven waar zitten en of deze in de juiste categorie zijn ingedeeld.

23

Denk bijvoorbeeld aan de verkeersboetes en de bestuurlijke boete.

24

Deze verordening is vanaf december 2022 in voorbereiding.

25

De huidige kwaliteitscriteria 2.2. en onder de Omgevingswet kwaliteitscriteria 2.3 gericht op competentieprofielen.

26

Concept versie van 04-09-2019

27

Normadressaat is een categorie personen voor wie een gegeven norm geldt.

28

Dit zijn de aandachtsgebieden en projecten

29

Het doel van het Bevi is om mensen in de buurt van een bedrijf met gevaarlijke stoffen te beschermen. Bron: Infomil

30

Uit draaiboek evenementen blijkt dat dit om 500 of meer bezoekers gaat.

31

Waaronder in ieder geval parkeren van grote voertuigen, parkeren in strijd met parkeerverbod, parkeren langs gele strepen, parkeren buiten de vakken, bedrijfsvoertuigen.

32

Installatie gebruikt voor het, met een open constructie, afvoeren van overtollige warmte uit productieprocessen en gebouwen door middel van het vernevelen van water Bron: www.Infomil.nl.

33

Voorzijde, zijkant naar openbaar gebied gekeerd.

34

Met uitzondering van zeer eenvoudige constructies

35

Omvat bijvoorbeeld ter inzameling aanbieden door anderen dan de gebruikers, anders dan afzonderlijk ter inzameling aanbieden, anders dan via aangewezen inzamel-middel aanbieden, aanbieden op andere dagen en tijden.

36

Waaronder in ieder geval parkeren van grote voertuigen, parkeren in strijd met parkeerverbod, parkeren langs gele strepen, parkeren buiten de vakken, bedrijfsvoertuigen.

37

Volgens de APV gaat het om een dier, niet zijnde een hond.

38

Voor het vaststellen van de dwangsom wordt aangesloten bij de geschatte jaaromzet van de huuropbrengsten met een maximum van € 50.000.

39

Bijvoorbeeld onveilige versiering.

40

Het veilig evacueren van aanwezigen.

41

BIO staat voor bouwkundige, installatietechnische en organisatorische gebreken, een welkbekende afkorting.

42

Voor het vaststellen van de dwangsom wordt aangesloten bij de geschatte jaaromzet van de huuropbrengsten met een maximum van € 50.000.