Organisatie | Weststellingwerf |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Schuldhulpverlening 2023 Weststellingwerf |
Citeertitel | Beleidsregels schuldhulpverlening 2023 Weststellingwerf |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-03-2023 | nieuwe regeling | 07-03-2023 |
In deze beleidsregels worden verschillende termen genoemd. Hieronder een overzicht met een korte toelichting daarbij:
Stabilisatie: Vangnetvoorziening die er op gericht is dat de inwoner, ondanks het bestaan van schulden, kan blijven beschikken over de elementaire voorzieningen (huis, gas, elektriciteit, water, zorgverzekering en leefgeld). Stabilisatie heeft als doel de inkomsten en uitgaven van de inwoner in evenwicht te brengen.
Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening
Alle inwoners van de gemeente Weststellingwerf van 18 jaar en ouder kunnen het college benaderen voor schuldhulpverlening.
De aanvrager doet aan het college op verzoek of direct uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op schuldhulpverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het schuldhulpverleningstraject.
Artikel 9. Vroegsignalering en nazorg
Het college ontvangt volgens de Wgs signalen van vaste lastenpartners van betalingsachterstanden. Er is sprake van een achterstand als de vervaldatum van de factuur is verstreken en minimaal één herinnering is verstuurd. De vaste lastenpartner meldt klanten aan wanneer een van de volgende situaties zich voordoet:
Aldus vastgesteld op 7 maart 2023,
Burgemeester en Wethouders van Weststellingwerf,
de secretaris, de burgemeester,
Toelichting Beleidsregels schuldhulpverlening 2023 Weststellingwerf
Deze beleidsregels geven handvatten voor de inzet van deze voorzieningen. De inwoner weet hierdoor wat de voorwaarden zijn voor toelating tot de gemeentelijke schuldhulpverlening en waaraan zich te moeten houden. De gemeente weet welke verplichtingen zij aan de inwoner mag opleggen en wanneer zij de toegang tot de onderdelen van de schuldhulpverlening kan weigeren of beëindigen.
De begripsbepalingen van dit artikel zijn afkomstig uit de Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening, de huidige Kadernota Armoedebeleid en Schuldhulpverlening en het huidige Uitvoeringsplan Armoedebestrijding.
Artikel 2. Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening
Zoals is vastgelegd in de Kadernota Armoedebeleid en Schuldhulpverlening is schuldhulpverlening, met een paar uitzonderingen, toegankelijk voor alle inwoners van de gemeente Weststellingwerf.
De volgende personen zijn uitgesloten van schuldhulpverlening via de gemeente Weststellingwerf:
Alleen vreemdelingen die rechtmatig in Nederland verblijven komen voor schuldhulpverlening in aanmerking. Dit is opgenomen in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs). Illegalen komen dus niet voor schuldhulpverlening in aanmerking.
Alleen ingezetenen die op grond van de Wet BPR in onze gemeente zijn ingeschreven komen voor schuldhulpverlening in aanmerking. Personen zonder woonadres (dak- en thuislozen), worden in het kader van bijstandsverlening geholpen door bij algemene maatregel van bestuur (AMvB) aangewezen centrumgemeenten. Zij worden in onze regio geholpen door de gemeente Leeuwarden.
Voor dak- en thuislozen geldt dat de schuldhulpverlening wordt verleend door het college van B en W van de gemeente waar de dakloze zich bevindt op het moment dat hij zich tot de gemeente wendt. In de praktijk zal dit betekenen dat de centrumgemeenten voor dak- en thuislozen de schuldhulpverlening voor deze groep op zich zullen nemen. Dan is gegarandeerd dat de zorg voor dak- en thuislozen, inclusief het eventueel verstrekken van een uitkering op grond van de Participatiewet en de schuldhulpverlening door dezelfde gemeente plaatsvindt.
Wij verwijzen dak- en thuislozen voor schuldhulpverlening door naar de gemeente Leeuwarden.
Artikel 3. Aanbod schuldhulpverlening
De zelfredzame inwoner is in staat, met behulp van digitale ondersteuning, zijn schuldhulpvraag te beantwoorden en zelf zijn schulden te regelen. Heeft de inwoner ondersteuning nodig van een professional? Dan kan hij een aanvraag voor schuldhulpverlening indienen bij het gebiedsteam Weststellingwerf.
Het gebiedsteam neemt namens het college besluiten over toekenning of afwijzing van schuldhulpverlening. Na toekenning van de schuldhulpverlening kan besloten worden dat een externe partij deze schuldhulpverlening uitvoert.
Bij een melding voor schuldhulpverlening wordt binnen 8 weken getoetst of en in hoeverre de inwoner zelf in staat is om de schuldenproblematiek zelf te regelen en op te lossen. Wanneer ondersteuning nodig is komt de inwoner in aanmerking voor financiële schuldhulpverlening. Voor degenen die daar (nog) niet voor in aanmerking komen, wordt beoordeeld of stabilisatie noodzakelijk is.
In het vierde lid van artikel 3 wordt aangegeven dat de mate waarin de gemeente één of meerdere voorzieningen inzet van meerdere factoren afhankelijk is. Het aanbod van schuldhulpverlening wordt afgestemd op de persoonlijke en financiële situatie van de inwoner. In sommige gevallen kan de gemeente niets of nauwelijks iets betekenen voor de inwoner. Bijvoorbeeld bij zware verslavingsproblematiek. Als iemand zo verslaafd is dat hij blijvend nieuwe schulden aangaat, dan is dit een ernstige belemmering voor een schuldhulpverleningstraject. Een belangrijke voorwaarde is dan dat deze persoon gaat werken aan zijn verslavingsprobleem.
In het vijfde lid wordt aangegeven uit welke voorzieningen het aanbod van schuldhulpverlening kan bestaan. Voorwaarde voor het inzetten van voorzieningen is dat de inwoner zijn probleem niet zelfstandig kan oplossen. Van het gebiedsteam wordt verwacht dat zij de aanvraag voor schuldhulpverlening toetsen aan de gekantelde schuldhulpverlening. De gekantelde schuldhulpverlening doet eerst een beroep op wat de inwoner zelf kan doen om zijn schuldhulpvraag te beantwoorden.
Aan de hand van de motivatie van de schuldenaar en de mate waarin het schuldenpakket regelbaar is, wordt bepaald welke voorzieningen in het kader van de schuldhulpverlening het meest passend zijn voor de inwoner. Uiteraard is het uitgangspunt steeds dat er maatwerk wordt verricht en voorzieningen aan elkaar gekoppeld kunnen worden.
Artikel 4. Financiële schuldhulpverlening
Gemeente Weststellingwerf verzorgt voor onze inwoners de Financiële schuldhulpverlening. Daarbij horen diverse producten, die afhankelijk van de persoonlijke situatie van de inwoner kunnen worden ingezet. Maar deze dienstverlening is per definitie tijdelijk (de maximale periode is in de meeste gevallen ongeveer 3 jaar). Structurele ondersteuning (bijvoorbeeld structureel inkomensbeheer) valt onder Stabilisatie.
Recidivisten en inwoners die verwijtbaar uitvallen bij een traject voor het regelen van schulden, kunnen uitsluitend nog aanspraak maken op Stabilisering. Zij kunnen geen aanspraak meer maken op Financiële schuldhulpverlening. Dat wil zeggen: Niet op kosten van de gemeente.
Slechts in bijzondere omstandigheden kan het college in het individuele geval besluiten toch meer dan één keer Financiële schuldhulpverlening aan te bieden.
Geen enkele inwoner van onze gemeente is uitgesloten van schuldhulpverlening. Dit betekent echter niet dat alle onderdelen van de schuldhulpverlening voor iedereen onbeperkt toegankelijk zijn. Niet in alle gevallen is Financiële schuldhulpverlening direct mogelijk of wenselijk. In die gevallen kan de gemeente het instrument “Stabilisatie” inzetten. Stabilisatie is er op gericht dat de inwoner, ondanks het bestaan van schulden, gebruik kan blijven maken van de elementaire voorzieningen. Stabilisatie is een vangnetvoorziening die (verdere) escalatie van problematiek moet voorkomen.
Met de schulden wordt tijdens de Stabilisatie niets gedaan. Schuldeisers kunnen beslag op het inkomen leggen. De beslagvrije voet - het deel van het inkomen waarop de schuldeiser geen beslag mag leggen - vormt de ondergrens waar de schuldenaar van moet leven. Uiteraard moet de beslagvrije voet wel correct zijn vastgesteld.
• het stabiliseren van het leven van de schuldenaar
(huis, gas, elektrisch, water, zorgverzekering, leefgeld);
• het voorkomen van nieuwe schulden;
• het bevorderen (of onderhouden) van participatie;
• beheer van het inkomen (indien noodzakelijk);
• het treffen van een betalingsregeling (wanneer wenselijk);
• doorgeleiding naar schuldregeling (wanneer tijdelijk niet geschikt voor schuldregeling).
Door Stabilisatie zijn ook gezinnen met kinderen die (tijdelijk) zijn uitgesloten van een schuldregeling verzekerd van de elementaire voorzieningen.
Met dit artikel wordt de eigen verantwoordelijkheid van de hulpvrager voorop gesteld. Het behoort tot de verantwoordelijkheid van mensen zelf om tijdig de benodigde, recente informatie te geven en medewerking te verlenen. Dit zowel in de fase van aanvraag als gedurende de looptijd van een traject.
De inwoner dient alle maatregelen te treffen om de aflossingscapaciteit te verhogen.
• het vragen van kostgeld aan de kinderen;
• het opzeggen van deelname aan loterijen;
• het verkopen van niet noodzakelijke bezittingen;
• het aanvragen van inkomens verhogende regelingen, zoals de inning van alimentatie en het aanvragen van toeslagen bij de Belastingdienst.
Naast alle algemene voorwaarden kunnen er ook aanvullende bijzondere verplichtingen worden opgelegd op grond van de individuele situatie.
Bij iedere individuele aanvraag wordt door het college gekeken of schuldhulpverlening kan worden toegekend. Het geven van informatie en advies staat hier buiten, dit kan bij iedere aanvraag worden gegeven.
Een aanvraag van een van de andere voorzieningen van het aanbod schuldhulpverlening kan het college op verschillende gronden afwijzen. Deze gronden staan beschreven in het eerste lid van artikel 7.
Als het college besluit tot weigering van de aanvraag schuldhulpverlening krijgt de aanvrager eenmaal een herstel aangeboden om alsnog de gevraagde medewerking te verlenen of gevraagde informatie te verstrekken. Hiervoor wordt door het college een hersteltermijn afgesproken.
Schuldhulpverlening is maatwerk. Dit kan betekenen dat de schuldhulpverlening wordt beëindigd als bijvoorbeeld de vorm van hulpverlening niet (langer) aansluit bij de persoonlijke omstandigheden van de aanvrager.
De aanvrager die in staat is om zijn schulden zelf te regelen of in staat is de schulden zelfstandig te beheren, hoeft niet te worden ondersteund met Financiële schuldhulpverlening of stabilisatie.
Als de aanvrager niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals genoemd in artikel 6 kan besloten worden om schuldhulpverlening te weigeren, aan te passen of te beëindigen.
De aanvrager die zich misdraagt ten opzichte van de medewerkers, die helpen in het kader van schuldhulpverlening, kan zijn recht op schuldhulpverlening verspelen. Dit is alleen mogelijk wanneer het agressieve gedrag plaatsvindt binnen het kader van het onderzoek naar het vaststellen van het recht op schuldhulpverlening. Van belang is dat het college (in de besluitvorming) de afweging maakt dat door het agressieve gedrag van de cliënt deze de schuldhulpverlening belemmert.
Artikel 8 is geformuleerd als een zogenaamde ‘kan’-bepaling. Dit betekent dat het college de bevoegdheid heeft tot weigering of beëindiging, maar niet een verplichting. Dit biedt voldoende ruimte om bij de besluitvorming alle individuele omstandigheden mee te wegen.
Artikel 9. Vroegsignalering en Nazorg
Inwoners met problematische schulden blijken in de praktijk lang te wachten voordat ze zelf hulp inschakelen. Vroeg signalering is mogelijk door een wijziging in de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening op 1 januari 2021. Door deze wijziging kan het college eerder mensen helpen die door schulden in de problemen dreigen te komen.
Bepaalde bedrijven en instanties mogen het college waarschuwen als zij zien dat hun klanten hun rekeningen niet betalen. Het betreft hierbij verhuurders van woningen, drinkwaterbedrijven, energieleveranciers en zorgverzekeraars. Deze bedrijven en instanties hebben hiervoor niet eerst toestemming nodig van de klant om een waarschuwing te melden bij het college. Ze geven een signaal als hun eigen inspanningen betalingsachterstanden niet oplossen. Hierbij gaat het om inspanningen zoals een betalingsregeling aanbieden en persoonlijk contact zoeken.
Na het ontvangen van een signaal nemen wij binnen twee weken contact op met de inwoner door middel van een brief of huisbezoek. Hierbij wordt een ondersteuningsaanbod gedaan. De inwoner mag de hulp wel weigeren.
Om recidive en terugval na het schuldhulpverleningstraject te voorkomen proberen wij inwoners na afloop van een schuldregelingstraject zo zelfredzaam mogelijk te maken. Hiervoor wordt een nazorgtraject aangeboden.
Voor het nazorgtraject wordt een analyse van schuldhulpverlening, onderliggende problematiek en verdere prognose gemaakt. Aan de hand van deze analyse bepaalt het college het aanbod en de duur van het nazorgtraject. Dit traject duurt maximaal een jaar na het afronden van het schuldhulpverleningstraject.
Artikel 10. Onvoorziene omstandigheden
Dit artikel geeft ruimte aan het college om in bijzondere (lid 1) c.q. onvoorziene (lid 2) gevallen af te wijken van de regels zoals neergelegd in deze regeling.
Artikel 11. Intrekking eerdere beleidsregels, inwerkingtreding en citeertitel