Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Opsterland

Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOpsterland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023
CiteertitelVerordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023 van de gemeente Opsterland
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 108, tweede lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 2, derde lid, van de Wet sociale werkvoorziening
  4. artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht
  5. artikel 10:8 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-2023nieuwe regeling

06-03-2023

gmb-2023-112655

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023

De gemeenteraad van de gemeente Opsterland

 

GELEZEN:

 

  • het voorstel van burgemeester en wethouder van 7 februari 2023

GELET OP:

 

  • artikel 108, tweede lid, en artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet;

  • artikel 2, derde lid, van de Wet sociale werkvoorziening

  • artikel 10:3 en artikel 10:8 van de Algemene wet bestuursrecht;

OVERWEGENDE DAT:

 

  • het ingevolge artikel 2, derde lid van de Wet sociale werkvoorziening aan de gemeenteraad is om bij verordening regels te stellen over de wijze waarop de ingezetenen die geïndiceerd zijn of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening;

  • het college – samen met de zeven andere colleges (deelnemers) van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening Fryslân – per 1 januari 2020 heeft besloten tot wijziging van de Regeling, waarbij het enkel nog de taak van de Regeling is om op te treden als formeel werkgever voor de werknemers met een dienstbetrekking;

  • door omzetting van Regeling van openbaar lichaam naar bedrijfsvoeringsorganisatie per 1 januari 2020 is de Regeling beleidsarm geworden;

  • het bestuur van de Regeling hierdoor voor de cliëntenraad geen partner meer is voor gesprek over de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening en de cliëntenraad alleen nog faciliteert;

  • dit vanuit de Wet sociale werkvoorziening feitelijk geen juiste situatie is;

  • het daarom nodig is dat de gemeenteraad zelf regels stelt over de wijze waarop Wsw- geïndiceerden of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening;

BESLUIT:

 

de Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023 als volgt vast te stellen:

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    belangenorganisaties: organisaties die de belangen van cliënten of mede de belangen van SW medewerkers behartigen;

  • b)

    bestuur: het bestuur van de Regeling;

  • c)

    cliënten: personen die een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wsw vervullen alsmede personen met een indicatiestelling als bedoeld in artikel 11, eerste lid, de Wsw, alsmede hun wettelijk vertegenwoordiger;

  • d)

    cliëntenraad: cliëntenraad sociale werkvoorziening;

  • e)

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • f)

    regeling: de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening ‘Fryslân’;

  • g)

    selectiecommissie: de commissie die nieuwe leden voor de cliëntenraad spreekt en toetst op geschiktheid. De commissie bestaat uit de voorzitter en secretaris van de cliëntenraad;

  • h)

    uitvoeringsorganisatie: Caparis NV of iedere andere privaatrechtelijke rechtspersoon die door de gemeente is aangewezen als uitvoeringsorganisatie in de zin van artikel 2, tweede lid, van de Wsw, of, in het geval die aanwijzing ontbreekt, de gemeente die het aangaat;

  • i)

    verordening: Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023;

  • j)

    Wsw: de Wet sociale werkvoorziening.

Artikel 2 Instelling en taak van de cliëntenraad

  • 1.

    Er is een cliëntenraad. Deze is samengesteld uit cliënten van de gemeenten Achtkarspelen, Heerenveen, Leeuwarden, Ooststellingwerf, Opsterland, Smallingerland, Tytsjerksteradiel en Weststellingwerf.

  • 2.

    De cliëntenraad heeft tot taak om desgevraagd of uit eigen beweging het college of de college van de deelnemende gemeenten te adviseren over alle aangelegenheden van beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering die betrekking hebben op het terrein van de Wsw en van invloed zijn op de positie van de cliënten.

Artikel 3 Bevoegdheden

  • 1.

    Het college is bevoegd op te treden als gesprekspartner van de cliëntenraad, tot het benoemen van de voorzitter en leden van de cliëntenraad en andere taken die voortvloeien uit hoofde van deze verordening.

  • 2.

    Het college kan aan het bestuur van de uitvoeringsorganisatie mandaat verlenen ten aanzien van de in het eerste lid genoemde bevoegdheden. Het bestuur kan deze bevoegdheid ondermandateren.

Artikel 4 Samenstelling cliëntenraad

  • 1.

    De cliëntenraad bestaat uit maximaal zestien leden, waarbij het college van iedere deelnemende gemeente maximaal twee leden mag benoemen.

  • 2.

    De cliëntenraad is samengesteld uit:

    • a.

      cliënten die in dienst zijn van de Gemeenschappelijke Regeling en werken bij de uitvoeringsorganisatie; en

    • b.

      vertegenwoordigers van cliënten- of belangenorganisaties.

  • 3.

    Cliënten met een SW-indicatie die niet in dienst zijn bij de Gemeenschappelijke Regeling kunnen zich laten vertegenwoordigen via de lokale adviesraden of cliëntenraden van de betreffende gemeente.

  • 4.

    De samenstelling van de cliëntenraad vormt zoveel mogelijk een afspiegeling van het SW-bestand van de deelnemende gemeenten gezamenlijk.

  • 5.

    De leden verrichten hun werkzaamheden zonder last, maar voeren, voor zover van toepassing. wel ruggenspraak met hun achterban.

Artikel 5 Voordracht en benoeming leden

  • 1.

    De leden van de cliëntenraad worden, op voordracht van de cliëntenraad, door het college benoemd.

  • 2.

    De leden van de belangenorganisaties worden voorgedragen door die organisaties.

  • 3.

    De cliënten worden voorgedragen door de selectiecommissie, vanuit de kandidaten die zich, na een oproep binnen de uitvoeringsorganisatie, daarvoor hebben aangemeld.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1.

    De leden nemen zitting in de cliëntenraad voor een periode van vier jaar.

  • 2.

    De in lid 1 genoemde periode kan maximaal één keer met een periode van opnieuw vier jaar worden verlengd.

  • 3.

    Verdere verlenging van de zittingsduur is uitsluitend bij hoge uitzondering mogelijk en slechts na overleg tussen het college en de voorzitter van de cliëntenraad.

  • 4.

    Het lidmaatschap van de leden van de cliëntenraad eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek door schriftelijke opzegging;

    • b.

      wanneer het lid niet meer behoort tot de doelgroep van de Wsw. Het lid mag daarna nog maximaal één jaar deel uitmaken van de cliëntenraad.

Artikel 7 Ambtelijk secretaris

  • 1.

    Voor de ondersteuning van de cliëntenraad wordt door het college of de colleges van de deelnemende gemeenten gezamenlijk een ambtelijk secretaris aan de cliëntenraad toegevoegd.

  • 2.

    De ambtelijk secretaris is geen lid van de cliëntenraad en heeft geen stemrecht.

  • 3.

    Tot de taken van de ambtelijk secretaris behoren:

    • a.

      het bewaken van de voortgang en de afhandeling van de adviezen van de cliëntenraad aan het bestuur;

    • b.

      in zijn algemeenheid het zorg dragen voor een goede ondersteuning van de cliëntenraad, zodat deze zijn taak op een goede wijze kan vervullen.

Artikel 8 Onafhankelijk voorzitter

  • 1.

    De cliëntenraad heeft een onafhankelijke voorzitter die op voordracht van de cliëntenraad wordt benoemd door het college of de colleges van de deelnemende gemeenten.

  • 2.

    De voorzitter is geen lid van de cliëntenraad en heeft geen stemrecht.

  • 3.

    De zittingsduur van de voorzitter is gelijk aan de zittingsduur van de leden van de cliëntenraad.

  • 4.

    Het voorzitterschap eindigt met onmiddellijke ingang op het moment dat de voorzitter daar zelf om verzoekt of naar aanleiding van een gemotiveerd verzoek daartoe van de cliëntenraad.

  • 5.

    De benoeming in een tussentijdse vacature gebeurt bij voorkeur binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature.

Artikel 9 Overleg college en cliëntenraad

  • 1.

    Het college heeft ten minste twee keer per jaar overleg met de cliëntenraad.

  • 2.

    Alle deelnemers aan het overleg hebben de bevoegdheid om alle aangelegenheden die het beleid, de uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening raken op de agenda te laten zetten.

Artikel 10 Taken cliëntenraad

  • 1.

    De cliëntenraad adviseert gevraagd en ongevraagd het college en behartigt op deze wijze de belangen op gebied van welzijn van de cliënten, niet zijnde activiteiten op gebied van de ondernemingsraad.

  • 2.

    De cliëntenraad heeft de bevoegdheid alle aangelegenheden die het beleid en de uitvoering van de Wsw door het college raken in de overleggen met het college aan de orde te stellen.

  • 3.

    De cliëntenraad heeft het recht over alle aangelegenheden als genoemd onder het tweede lid verbetervoorstellen te doen.

  • 4.

    De cliëntenraad stelt jaarlijks een werkplan en een jaarverslag op. In het jaarverslag zijn ten minste de in het afgelopen jaar door de cliëntenraad gegeven gevraagde en ongevraagde adviezen opgenomen.

  • 5.

    De cliëntenraad adviseert niet over:

    • a.

      klachten, bezwaar- en beroepschriften en andere zaken die op individuele cliënten betrekking hebben; en

    • b.

      onderwerpen waarover de ondernemingsraad van de uitvoeringsorganisatie bevoegd is te adviseren of haar advies- en instemmingsrecht op uit te oefenen, als bedoeld in de Wet op de Ondernemingsraden.

Artikel 11 Informatievoorziening

  • 1.

    Het college draagt zorg voor een goede en tijdige informatievoorziening aan de cliëntenraad over zaken die tot het taakgebied van de cliëntenraad behoren.

  • 2.

    De cliëntenraad krijgt tijdig, spontaan en op verzoek alle informatie die het voor de uitoefening van haar taken nodig heeft.

  • 3.

    De cliëntenraad krijgt spontaan de resultaten van klachtenrapportages en onderzoeken naar klanttevredenheid.

  • 4.

    Het college geeft gehoor aan een verzoek van de cliëntenraad om toelichting te geven op de stukken waarover advies is gevraagd of die de cliëntenraad ter informatie heeft ontvangen.

Artikel 12 Geheimhouding en privacy

  • 1.

    Wanneer door het college stukken of informatie in welke vorm dan ook ter beschikking worden gesteld waarvan het college aangeeft dat deze vertrouwelijk zijn, dan zijn de leden gehouden tot geheimhouding. Dit geldt tot het college bepaalt dat er geen geheimhouding meer nodig is.

  • 2.

    De leden stellen geen informatie aan derden beschikbaar, waarvan hen bekend is, of waarvan mag worden verwacht dat deze vertrouwelijk is.

  • 3.

    De leden waarborgen de vertrouwelijkheid van de identiteit van cliënten die zich tot hen wenden. Dit geldt ook voor de informatie die deze cliënten hen verstrekken wanneer die cliënten daarom vragen of waarvan de leden redelijkerwijs moeten aannemen dat zij die informatie niet aan derden mogen doorgeven.

  • 4.

    De leden die in hun hoedanigheid als lid contact willen opnemen met de media doen dit niet eerder dan nadat daarover overleg is gevoerd met de cliëntenraad en haar voorzitter.

Artikel 13 Facilitering cliëntenraad

  • 1.

    Voor de cliëntenraad wordt jaarlijks in de begroting van de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening Fryslân een budget opgenomen voor onder meer kosten die verband houden met de ambtelijke ondersteuning, deskundigheidsbevordering en organisatiekosten.

  • 2.

    Het college draagt er kosteloos zorg voor dat noodzakelijke faciliteiten aan de cliëntenraad beschikbaar worden gesteld, zodat de cliëntenraad naar behoren invulling kan geven aan zijn taak.

  • 3.

    Ten laste van het in het eerste lid genoemde budget ontvangen de leden van de cliëntenraad voor vrijstelling voor het bijwonen van de vergadering van de cliëntenraad en een onkostenvergoeding t.b.v. de reiskosten. De onafhankelijk voorzitter ontvangt een door het bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling SW Fryslân vast te stellen onkostenvergoeding, waaronder een vergoeding voor de reiskosten. Nadere uitwerking vindt plaats in het huishoudelijk reglement van de cliëntenraad.

Artikel 14 Onvoorziene situaties

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 15 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als Verordening Cliëntenparticipatie Wet sociale werkvoorziening 2023 van de gemeente Opsterland.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 april 2023.

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van de raad van de Gemeente Opsterland op 6 maart 2023

De griffier,

Laura Meijer

De voorzitter,

Lex Roolvink