Subsidieregeling eenmalige compensatie energielasten maatschappelijke instellingen Roosendaal 2022-2023

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

• a.

  ASV: de Algemene subsidieverordening gemeente Roosendaal. Alle begrippen die in deze regeling worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de ASV;

• b.

  Awb: de Algemene wet bestuursrecht. Alle begrippen die in deze regeling worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Awb;

• c.

  centraal Insolventieregister: het register dat gegevens van faillissementen, surseances van betaling en schuldsaneringen natuurlijke personen bevat (te vinden op www.rechtspraak.nl);

• d.

  gebouw: het gebouw of gedeelte daarvan, gelegen in Roosendaal, dat door de organisatie wordt gebruikt voor het aanbieden van zijn activiteiten en/of voorzieningen hoofdzakelijk aan de inwoners van Roosendaal;

• e.

  energielasten: de lasten of kosten die een organisatie direct aan de energiemaatschappij of aan de verhuurder van een gebouw moet betalen voor de afname van gas en/of elektriciteit in een gebouw;

• f.

  organisatie: de privaatrechtelijke rechtspersoon zonder winstoogmerk die, op basis van zijn statuten en structurele feitelijke werkzaamheden, hoofdzakelijk aan inwoners van Roosendaal activiteiten en/of voorzieningen van sportieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard aanbiedt.

Artikel 2 Doelstelling subsidieregeling

• 1.

  Doelstelling van de regeling, nadrukkelijk bedoeld als een tijdelijke maatregel, is te bevorderen dat het aanbod van niet-commerciële maatschappelijke voorzieningen en activiteiten in Roosendaal tijdens de energiecrisis in stand wordt gehouden. Met niet-commerciële maatschappelijke voorzieningen en activiteiten worden organisaties bedoeld die minimaal één keer per week (schoolvakanties uitgezonderd) aan inwoners van Roosendaal activiteiten en voorzieningen van sportieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard aanbieden.

Artikel 3 Bepalingen, voorwaarden en verplichtingen

• 1.

  Subsidie: burgemeester en wethouders kunnen op verzoek van een organisatie en met inachtneming van deze regeling een eenmalige subsidie toekennen voor energielasten.

• 2.

  Toepassing: deze regeling is alleen van toepassing op organisaties die een gebouw gebruiken waarin zij minimaal één keer per week (schoolvakanties uitgezonderd) aan inwoners van Roosendaal activiteiten en voorzieningen van sportieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard aanbieden.

• 3.

  Uitsluiting: deze regeling is niet van toepassing op:

  • a.

    energielasten van organisaties die al op een andere wijze worden gecompenseerd of kunnen worden gecompenseerd;

  • b.

    organisaties die, op het moment van de aanvraag tot verlening van de subsidie, geregistreerd zijn in het Centraal Insolventieregister.

• 4.

  Samenloop: als bij de vaststelling van de subsidie blijkt dat de organisatie een beroep heeft gedaan of heeft kunnen doen op een andere voorziening of regeling voor dezelfde kosten als waarvoor de subsidie is verleend, dan wordt hiermee bij de vaststelling van de definitieve hoogte van subsidie rekening gehouden. In dat geval kan de definitieve subsidie lager worden vastgesteld.

• 5.

  Weigering: onverminderd het bepaalde in de ASV worden aanvragen die niet voldoen aan de doelstellingen en/of bepalingen in deze regeling geweigerd.

Artikel 4 Specificatie subsidie en aanvraagperiode

• 1.

  Subsidie tegemoetkoming energielasten 2022

  • a.

    Jaar: indien aantoonbaar sprake is van een verhoging van de energielasten kan op grond van de bepalingen in deze regeling een eenmalige subsidie worden aangevraagd voor het jaar 2022.

  • b.

    Verhoging: om te bepalen of er sprake is van een verhoging van de energielasten als bedoeld in het vorige lid, wordt gekeken naar de energietarieven zoals die zich verhouden tot het gemiddelde tarief in Nederland in juli 2021 (bron: overstappen.nl, tarieven inclusief BTW en energiebelastingen: € 0,240/kWh en € 0,864/m3 gas). We berekenen de verhoging als het verschil tussen de werkelijk afgerekende kosten in 2022 en de berekende kostprijs op basis van het tarief in juli 2021. Als dit verschil positief is dan is een sprake van een verhoging.

  • c.

    Compensatiebedrag: het compensatiebedrag bedraagt maximaal 50% van de verhoging.

  • d.

    Verbruik: bij het bepalen van de subsidie wordt uitgegaan van het netto-energieverbruik en de netto-energielasten van de organisatie. Bij het bepalen van dit verbruik en/of deze lasten wordt rekening gehouden met de energie die afkomstig is uit duurzame bronnen (zoals een opwekinstallatie voor zonne-energie) en de ontvangen (teruglever)vergoedingen.

  • e.

    Rijksbijdrage(n): er wordt rekening gehouden met eventueel ontvangen maandelijkse (rijks)bijdragen van 190 euro in november en december 2022.

  • f.

    Aanvraagtermijn: een aanvraag tot verlening van de subsidie moet voor 1 juli 2023 bij het college van burgemeester en wethouders zijn ingediend.

  • g.

    Vaststelling: burgemeester en wethouders kunnen de subsidie vaststellen na afloop van de aanvraagtermijn en er bij de aanvraag voldoende objectieve en verifieerbare bewijsstukken van de prijsverhoging en het verbruik zijn ingeleverd.

     

• 2.

  Subsidie tegemoetkoming energielasten 2023

  • a.

    Jaar: indien aantoonbaar sprake is van een verhoging van de energielasten kan op grond van de bepalingen in deze regeling een eenmalige subsidie worden aangevraagd voor het jaar 2023.

  • b.

    Verhoging: om te bepalen of er sprake is van een verhoging van de energielasten als bedoeld in het vorige lid, wordt gekeken naar de energietarieven zoals die zich verhouden tot het gemiddelde tarief in Nederland in juli 2021 (bron: overstappen.nl, tarieven inclusief BTW en energiebelastingen: € 0,240/kWh en € 0,864/m3 gas). We berekenen de verhoging als het verschil tussen de werkelijk afgerekende kosten in 2023 en de kostprijs op basis van het tarief in juli 2021. Als dit verschil positief is dan is een sprake van een verhoging.

  • c.

    Compensatiebedrag: het compensatiebedrag bedraagt maximaal 50% van de verhoging.

  • d.

    Verbruik: bij het bepalen van de subsidie wordt uitgegaan van het netto-energieverbruik en de netto-energielasten van de organisatie. Bij het bepalen van dit verbruik en/of deze lasten wordt rekening gehouden met de energie die afkomstig is uit duurzame bronnen (zoals een opwekinstallatie voor zonne-energie) en de ontvangen (teruglever)vergoedingen.

  • e.

    Aanvraagtermijn: een aanvraag tot verlening van de subsidie moet voor 1 juli 2024 bij het college van burgemeester en wethouders zijn ingediend.

  • f.

    Vaststelling: burgemeester en wethouders kunnen de subsidie vaststellen na afloop van de aanvraagtermijn en er bij de aanvraag voldoende objectieve en verifieerbare bewijsstukken van de prijsverhoging en het verbruik zijn ingeleverd.

Artikel 5 Voorwaarden aan de aanvraag

Aanvragen kunnen alleen digitaal worden ingediend op een vooraf door het college aangegeven

wijze. Organisaties zijn verplicht om gebruik te maken van het digitale aanvraagformulier en daarbij

de gegevens te overleggen die nodig zijn om de aanvraag voor subsidie te kunnen beoordelen.

De subsidieaanvraag voldoet aan de volgende voorwaarden:

• 1.

  De subsidieaanvraag bevat in ieder geval een omschrijving en/of beschrijving van het volgende:

  • a.

    een kopie van de statuten van de organisatie;

  • b.

    opgave van het KvK-nummer en het bankrekeningnummer van de organisatie;

  • c.

    adresgegevens van het gebouw (en evt. nadere aanduiding van de gebruikte ruimten);

  • d.

    de actuele contactgegevens en contactpersoon van de organisatie;

  • e.

    objectieve en verifieerbare bewijsstukken van de energielasten (op naam gesteld van de organisatie) en de voor de beoordeling van belang zijnde gegevens van het energieverbruik.

Artikel 6 Subsidieplafond

• 1.

  Het subsidieplafond bedraagt totaal € 325.000 per jaar. Het subsidieplafond voor 2023 kan verhoogd worden met een restant van 2022, als het subsidieplafond van 2022 niet geheel is benut.

• 2.

  Het subsidieplafond per jaar per organisatie bedraagt €10.000.

Artikel 7 Beoordeling en besluitvorming

De besluitvorming op de aanvragen op grond van deze subsidieregeling geschiedt volgens de volgende procedure.

• 1.

  Het college besluit tot afwijzing en verlening van de aangevraagde subsidies.

• 2.

  Aanvragen voor de in artikel 4 genoemde activiteiten die voldoen aan de voorwaarden omschreven in artikel 3 en artikel 5 komen voor subsidie in aanmerking totdat het totale jaarlijkse subsidieplafond van € 325.000 is bereikt. Als blijkt dat het subsidieplafond wordt overschreden, wordt het subsidiebedrag per aanvrager met een percentage verlaagd, totdat het subsidieplafond niet meer wordt overschreden.

Artikel 8 Slotbepalingen

• 1.

  Op deze regeling is de ASV van toepassing, tenzij hiervan nadrukkelijk in deze regeling wordt afgeweken.

• 2.

  In de gevallen waarin deze regeling of de ASV niet of niet duidelijk voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 9 Samenloop van subsidies

De aanvraag voor subsidie wordt afgewezen indien voor de activiteiten, als bedoeld in artikel 4, op grond van andere nadere regels subsidie is of kan worden aangevraagd.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de derde dag na bekendmaking in het Gemeenteblad.