Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dinkelland

Nadere subsidieregeling cultuurparticipatie en culturele evenementen gemeente Dinkelland 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDinkelland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere subsidieregeling cultuurparticipatie en culturele evenementen gemeente Dinkelland 2023
CiteertitelNadere subsidieregeling cultuurparticipatie en culturele evenementen gemeente Dinkelland 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. Algemene subsidieverordening Dinkelland 2018
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-03-2023nieuwe regeling

07-03-2023

gmb-2023-104389

667208

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere subsidieregeling cultuurparticipatie en culturele evenementen gemeente Dinkelland 2023

Het college van burgemeester en wethouders van Dinkelland;

 

Gelet op het bepaalde in titel 4.2 subsidies van de Algemene wet bestuursrecht en op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Dinkelland 2018;

 

Besluit vast te stellen de volgende:

 

Nadere subsidieregeling cultuurparticipatie en culturele evenementen gemeente Dinkelland 2023;

Artikel 1 Doelstelling

Inwoners van Dinkelland van jong tot oud kunnen meedoen aan kunst en cultuur, zodat de betrokkenheid van inwoners bij de gemeenschap vergroot wordt (actief burgerschap). Op basis van deze nadere subsidieregeling kan subsidie worden verleend voor kunstzinnige en culturele activiteiten en evenementen die een bijdrage leveren aan de cultuurparticipatie van inwoners van Dinkelland en culturele evenementen die plaatsvinden op het grondgebied van de gemeente Dinkelland. Daarbij gelden de volgende speerpunten:

 

  • toename en ontwikkeling van cultuurparticipatie of amateurkunst;

  • innovatie van amateurkunst en culturele activiteiten;

  • bevorderen van talentontwikkeling;

  • bevorderen van cultureel ondernemerschap;

  • toekomstbestendiger maken van amateurkunstorganisaties, musea en erfgoedorganisaties;

  • culturele DNA van Dinkelland verbinden met het sociaal maatschappelijke domein;

  • culturele DNA van Dinkelland verbinden met recreatie en toerisme en daarmee de promotie van Dinkelland;

  • openbare uitvoering in het kader van amateurkunstbeoefening.

Artikel 2 Begripsomschrijving

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van burgemeester en wethouders van Dinkelland;

  • b.

    de wet: de Algemene wet bestuursrecht;

  • c.

    ASV: de Algemene subsidieverordening Dinkelland 2018;

  • d.

    APV: Algemene plaatselijke verordening;

  • e.

    organisatie: een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid;

  • f.

    amateurkunst: het actief beoefenen van kunst uit passie, liefhebberij of persoonlijke ontwikkeling, zonder daarmee primair in het levensonderhoud te willen voorzien;

  • g.

    cultuurparticipatie: actief deelnemen aan kunst en cultuur in de vrije tijd.

  • h.

    evenement: een openbaar toegankelijke, tijdelijke gebeurtenis van culturele aard. Het evenement wordt doelbewust georganiseerd en richt zich op een relatief groot publiek.

Artikel 3 Reikwijdte

Tenzij in deze subsidieregeling anders is bepaald, laat deze subsidieregeling onverlet de in de wet en in andere wettelijke voorschriften met betrekking tot subsidies opgenomen bevoegdheden en verplichtingen.

Artikel 4 Subsidieplafond

  • 1.

    Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond vast. Het subsidieplafond voor 2023 is vastgesteld op € 20.000.

  • 2.

    De subsidie wordt verdeeld op basis van volgorde van ontvangst van de aanvragen totdat het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 5 Criteria

  • 1.

    De activiteit stimuleert daadwerkelijk mensen om mee te doen (participeren);

  • 2.

    De activiteit heeft vernieuwende en samenwerkende elementen in zich;

  • 3.

    De activiteit wordt breed ingezet (wijk, groepen bewoners, verbinding jong en oud, recreatie/toerisme);

  • 4.

    De activiteit wordt ingezet met vrijwilligers;

  • 5.

    De activiteit draagt bij aan de versterking van het bestaansrecht van amateurkunstinstellingen, museale instellingen en erfgoedorganisaties;

  • 6.

    De activiteit vindt in de gemeente Dinkelland plaats;

  • 7.

    De activiteit is openbaar en/of voor iedereen toegankelijk, en wordt voldoende onder de aandacht gebracht van de inwoners van Dinkelland;

  • 8.

    De activiteit wordt georganiseerd zonder winstoogmerk.

  • 9.

    De activiteit stimuleert inwoners om mee te doen (participeren) en/of stimuleert gasten om naar Dinkelland te komen.

  • 10.

    De activiteit sluit aan bij de identiteit van - en/of draagt bij aan de promotie van Dinkelland.

  • 11.

    Bij culturele evenementen wordt, waar nodig, afgestemd met andere evenementen voor wat betreft plaats, datum en tijdstip.

  • 12.

    Een cultureel evenement moet voldoen aan de meldings- c.q. vergunningsplicht.

  • 13.

    De aanvragende partij is een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid.

  • 14.

    Op culturele activiteiten en culturele evenementen die worden georganiseerd door of voor specifiek kwetsbare inwoners die van maatschappelijke betekenis zijn voor de lokale samenleving en de zelf- en samenredzaamheid bevorderen, is de door de raad vastgestelde “Verordening Leefbaarheidsfonds Sociaal Domein 2023” van toepassing.

Artikel 6 Grondslagen

  • 1.

    Subsidiabele kosten zijn kosten die direct betrekking hebben op de totstandkoming van de activiteit of evenement. Ook kosten die worden gemaakt op het gebied van marketing, promotie, opstellen van bezoekersprofielen, en andere kosten die te maken hebben met de exploitatie van de activiteit en/of het evenement kunnen voor subsidie in aanmerking komen.

    Kosten in verband met de verstrekking van consumpties, reguliere personeelskosten, reis- en verblijfskosten, prijzengeld en cadeaus, zijn niet subsidiabel.

  • 2.

    De subsidie dient een aanvullende bijdrage te zijn in de kosten, die eenmalig wordt verleend.

  • 3.

    De activiteit mag niet uitsluitend of in overwegende mate afhankelijk zijn van het krijgen van een gemeentelijke subsidie.

  • 4.

    De subsidie kan alleen aangewend worden voor kosten van het evenement die zonder gemeentelijke subsidie niet kostendekkend kunnen zijn.

Artikel 7 Subsidiëring

Categorie A

Voor nieuwe of vernieuwende culturele activiteiten en/of evenementen die bijdragen aan versterking van de samenwerking tussen culturele en maatschappelijke organisaties en/of die gericht zijn op toename van actieve cultuurparticipatie en/of de promotie van de gemeente Dinkelland is de subsidiebijdrage tot maximaal € 3.000,00.

Het subsidiebedrag wordt per aanvraag door het college bepaald.

Hierbij gaat het om activiteiten die vernieuwend, innovatief of onderscheidend zijn ten opzichte van het bestaande culturele aanbod in Dinkelland.

De organisatie draagt bij aan een versterking van de samenwerking met meerdere organisaties op het gebied van kunst en cultuur en/of andere maatschappelijke organisaties. De activiteit is met name gericht op actieve cultuurparticipatie en vernieuwing van het publieksbereik en/of de promotie van de gemeente Dinkelland.

Categorie B

Voor openbare uitvoeringen en kleinschalige activiteiten is de subsidiebijdrage tot maximaal € 1.500,00.

Het subsidiebedrag wordt per aanvraag door het college bepaald.

Deze openbare uitvoeringen en kleinschalige activiteiten worden gehouden in het kader van amateurkunstbeoefening van één of meerdere culturele partijen in Dinkelland. De activiteit is

laagdrempelig en lokaal gericht zowel in doelgroep(en) als samenwerkingspartners. Er is sprake van een beperkte vorm van samenwerking. Hierbij gaat het met name om activiteiten die wel eens eerder zijn georganiseerd. De impact van de activiteit wordt niet bepaald door het aantal bezoekers en/of deelnemers. De activiteit is met name gericht op een receptieve cultuurbeleving.

Artikel 8. Bij aanvraag in te dienen gegevens

  • 1.

    Uit de aanvraag moet duidelijk worden welke activiteiten worden verricht. Hierin moeten in ieder geval de volgende punten zijn opgenomen:

    • a.

      de startdatum en de duur van de activiteit;

    • b.

      welke doelen beoogd worden en welke activiteiten hiervoor verricht zullen worden;

    • c.

      de doelgroep(en);

    • d.

      wie de subsidieaanvrager is en welke overige participanten eventueel deelnemen aan het initiatief;

    • e.

      uit de aanvraag moet blijken dat de organisatie zelf voldoende inspanningen heeft verricht om het evenement kostendekkend te krijgen.

  • 2.

    Bij de aanvraag, zoals bedoeld in lid één moet een recente begroting zijn opgenomen. Uit de begroting moet blijken wat naast de aangevraagde subsidie de andere verwachte inkomsten zijn en van wie deze afkomstig zijn;

  • 3.

    Het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de in het eerste en tweede lid genoemde gegevens op te vragen, indien het die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag nodig acht.

Artikel 9. Beslistermijn

Het college beslist op een aanvraag om een éénmalige subsidie binnen zes weken na ontvangst van de aanvraag.

Artikel 10. Weigeringsgronden

  • 1.

    Naast de in artikel 4:35 van de wet genoemde gevallen kan het college een aanvraag voor subsidie weigeren indien een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:

    • a.

      niet, of in onvoldoende mate, wordt aangetoond dat er wordt voldaan aan de criteria die worden gesteld in artikel 5 van deze subsidieregeling;

    • b.

      de activiteiten van de aanvrager niet gericht zijn op de gemeente of haar ingezetenen of niet ten goede komen aan de gemeente of haar ingezetenen;

    • c.

      met inbegrip van de aangevraagde subsidie de benodigde financiële middelen niet ter beschikking staan om realisering van de doelstellingen te verwerkelijken;

    • d.

      de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

    • e.

      in de activiteiten op een naar het oordeel van het college toereikende wijze anders wordt voorzien;

    • f.

      de activiteit een winstoogmerk heeft;

    • g.

      de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde.

  • 2.

    Een subsidie kan voorts worden geweigerd indien:

    • a.

      de aanvraag in strijd is met regels bij of krachtens deze verordening gesteld;

    • b.

      de aanvraag is ingediend nadat de activiteit heeft plaatsgevonden of het tijdvak waarvoor subsidie wordt aangevraagd is verstreken.

    • c.

      het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 11. Verplichtingen

  • 1.

    De subsidieontvanger doet direct melding aan het college zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verstrekt:

    • a.

      niet of niet geheel zullen worden verricht;

    • b.

      of dat niet of niet geheel aan de aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden verplichtingen zal worden voldaan.

  • 2.

    De subsidieontvanger informeert het college zo spoedig mogelijk schriftelijk over:

    • a.

      besluiten of procedures die zijn gericht op de beëindiging van de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt;

    • b.

      ontbinding van de rechtspersoon;

    • c.

      relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhoudingen met derden;

    • d.

      ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat aan de subsidie verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen;

    • e.

      wijzigingen van de statuten wanneer het de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s) en/of het doel van de rechtspersoon betreft.

Artikel 12 De subsidieverleningen en -vaststelling

Voor de verlening en vaststelling van de subsidie gelden de regels van de Algemene subsidieverordening Dinkelland 2018.

Artikel 13 Afwijkingsmogelijkheid

  • 1.

    Het college kan afwijken van een of meerdere bepalingen in deze subsidieregeling.

  • 2.

    In gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op (datum b en w besluit).

Artikel 15 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als:

Nadere subsidieregeling cultuurparticipatie en culturele evenementen gemeente Dinkelland 2023

Vastgesteld in de vergadering van 7 maart 2023

Het college van burgemeester en wethouders