Het college van burgemeester en wethouders van Dinkelland;
Gelet op het besluit van de raad van de gemeente Dinkelland van 25 oktober 2022, waarin de raad besloten heeft € 100.000 te bestemmen voor de vorming van een Noodfonds voor de ondersteuning van sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen die door de hoge energiekosten acuut in hun bedrijfsvoering of voortbestaan worden bedreigd.
Gelet op het bepaalde in titel 4.2 subsidies van de Algemene wet bestuursrecht en op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Dinkelland 2018;
Overwegende dat:
- •
De energiekosten een zeer grote stijging laten zien;
- •
Deze gestegen kosten grote gevolgen hebben voor diverse sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen die actief en gevestigd zijn in de gemeente Dinkelland;
- •
De toegankelijkheid van de activiteiten van sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen hierdoor onder druk kan komen en in enkele gevallen zelfs het voorbestaan van sommige sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen bedreigd wordt;
- •
Sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen een belangrijke rol in de gemeente Dinkelland vervullen op het gebied van de fysieke en mentale gezondheid;
- •
Er vooralsnog beperkte maatregelen zijn aangekondigd vanuit de Rijksoverheid;
- •
Het college daarom steun wenst te verlenen aan lokale sociale maatschappelijke organisaties en verenigingen die aan de voorwaarden van deze regeling voldoen, ter behoud van deze organisaties en verenigingen voor maatschappelijke activiteiten, in de vorm van een financiële tegemoetkoming om deze organisaties (gedeeltelijk) te compenseren voor de stijging van de energiekosten.
Besluit vast te stellen de volgende:
Nadere subsidieregeling Noodfonds tegemoetkoming energiekosten voor sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen gemeente Dinkelland 2023;
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
- a.
ASV: Algemene subsidieverordening 2018 gemeente Dinkelland;
- b.
AWB: Algemene Wet bestuursrecht;
- c.
college: het college en burgemeester van de gemeente Dinkelland;
- d.
gestegen energielasten: ontstane crisis als gevolg van de gestegen energielasten;
- e.
sociaal maatschappelijke organisatie en vereniging: later aanvrager: een non profit organisatie gevestigd en actief binnen de gemeente Dinkelland op het gebied van maatschappelijke en/of culturele activiteiten.
- f.
energiekosten: de kosten voor gas/warmte- en elektriciteitsverbruik voor een locatie binnen gemeente Dinkelland.
- g.
tegemoetkoming: een subsidie ter compensatie van de toegenomen energiekosten, zijnde een geldelijke bijdrage;
- h.
Het Rijk: de centrale overheid, bestaande uit de ministeries en de uitvoeringsorganisaties die onder de verantwoordelijkheid van de ministeries vallen.
Artikel 2 Reikwijdte
Het bepaalde in de regeling is enkel van toepassing op de verstrekkingen van subsidies voor aanvragers die voldoen aan het gestelde doel in artikel 3 van deze regeling. Onderwijsorganisaties kunnen geen beroep doen op deze regeling, omdat zij van rijkswege in aanmerking kunnen komen voor compensatie.
Artikel 3 Doel
Met deze subsidieregeling wil het college de sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen in Dinkelland financieel ondersteunen vanwege gestegen energiekosten, in de periode vanaf 1 oktober 2022 tot en met 30 april 2023. Subsidie die op grond van deze regeling wordt verleend, mag derhalve enkel en alleen worden gebruikt voor de betaling van de energielasten of de stijging van huurlasten die aantoonbaar direct het gevolg zijn van gestegen energielasten.
Zie daarvoor ook de eisen zoals opgenomen in artikel 8 van deze regeling.
Artikel 4 Subsidiabele kosten
- 1.
De aanvrager kan een eenmalige subsidie aanvragen als tegemoetkoming voor de stijging van de energiekosten.
- 2.
De stijging van de energiekosten is het gevolg van tariefverhoging(en) en niet van toegenomen verbruik.
- 3.
De stijging van bovengenoemde kosten dient aantoonbaar betrekking te hebben op de periode van 1 oktober 2022 tot en met 30 april 2023.
Artikel 5 Subsidieaanvrager
Subsidie kan worden aangevraagd door non-profitorganisaties zonder winstoogmerk zoals omschreven in artikel 1, lid e die gevestigd zijn in de gemeente Dinkelland. Deze vestiging mag geen onderdeel uitmaken van een woning.
Artikel 6 Subsidieplafond
- 1.
Het subsidieplafond is vastgesteld op € 91.000,--.
- 2.
Als er meer subsidie aangevraagd wordt dan dat er aan budget beschikbaar is, dan vindt er een verdeling plaats naar rato van de hoogte van het aangevraagde bedrag.
Artikel 7 Subsidiehoogte
- 1.
De hoogte van de te verlenen subsidie bedraagt maximaal 75% van de aantoonbare stijging van de energiekosten.
- 2.
De hoogte van de te verlenen subsidie bedraagt maximaal € 5.000,-- per aanvrager.
- 3.
Bij collegebesluit kan van dit maximale bedrag per aanvrager worden afgeweken.
- 4.
De hoogte wordt berekend op basis van de daadwerkelijke kosten zoals opgenomen in de gegevens bedoeld in artikel 7 van deze regeling.
- 5.
Kosten die de organisatie reeds opgevoerd heeft en die al gecompenseerd zijn, onder een andere regeling of tegemoetkoming verstrekt door of namens bijvoorbeeld de Rijksoverheid of de gemeente Dinkelland, kunnen niet nogmaals opgevoerd worden.
Artikel 8 Aanvraag subsidie
- 1.
Subsidie kan worden aangevraagd binnen 10 weken na vaststelling van deze regeling.
- 2.
Aanvragers die een energiecontract op eigen naam hebben, dienen bij de aanvraag te overleggen:
- •
eindafrekening van de werkelijk gemaakte energiekosten over (een deel van) de referentieperiode (1 januari 2021 t/m 31 december 2021). De eindafrekening heeft in ieder geval betrekking op een periode vanaf 1 januari 2021;
- •
eindafrekening van de werkelijk gemaakte energiekosten over (een deel van) de subsidiabele periode (1 oktober 2022 t/m 30 april 2023) van de vestiging;
- •
voor zover de eindafrekening niet of niet volledig betrekking heeft op de subsidiabele periode (1 oktober 2022 t/m 30 april 2022), tevens een overzicht van de bevoorschotte energiekosten in de subsidiabele periode (1 oktober 2022 t/m 30 april 2023);
- •
documenten waaruit de aangevraagde of verkregen rijksmiddelen ter compensatie van energiekosten blijken.
- 3.
Aanvragers die een huurovereenkomst inclusief gas en elektriciteit hebben, dienen bij de aanvraag te overleggen:
- •
kopie van de huurovereenkomst van de vestiging waaruit blijkt dat aanvrager inclusief vaste lasten huurt;
- •
documenten waaruit de aangevraagde of verkregen rijksmiddelen ter compensatie van energiekosten blijken;
- •
documenten waaruit blijkt dat de energiekosten van aanvrager zijn gestegen in de subsidieperiode (1 oktober 2022 t/m 30 april 2023), bestaande uit een huurverhoging ten opzichte van de referentieperiode (1 januari 2021 t/m 31 december 2021), in welk verband de verhuurder expliciet verklaart welk deel van de huurverhoging het gevolg is van de hogere energiekosten of
- •
een op naam van aanvrager door verhuurder opgestelde energierekening over de referentieperiode (1 januari 2021 t/m 31 december 2021) en de subsidiabele periode (1 oktober 2022 t/m 30 april 2023).
Artikel 9 Beslistermijn
Het college beslist op een aanvraag om een subsidie binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag.
Artikel 10 Weigeringsgronden
- 1.
Naast de in artikel 4:35 van de AWB genoemde gevallen kan het college een aanvraag voor subsidie weigeren indien een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:
- a.
niet, of in onvoldoende mate, wordt aangetoond dat er wordt voldaan aan de criteria die worden gesteld in artikel 5 en artikel 8 van deze subsidieregeling;
- b.
de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde.
- c.
de aanvraag geen directe geen directe relatie heeft met de gestegen energielasten;
- d.
de aanvrager een (individueel) commercieel oogmerk heeft;
- e.
wanneer er steun vanuit het Rijk, andere overheden of bedrijven beschikbaar komt;
- 2.
Een subsidie kan voorts worden geweigerd indien:
- a.
de aanvraag in strijd is met regels bij of krachtens deze verordening gesteld;
- b.
het subsidieplafond is bereikt.
Artikel 11 Verplichtingen
De subsidieontvanger informeert het college zo spoedig mogelijk schriftelijk over:
- a.
ontbinding van de rechtspersoon;
- b.
relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhoudingen met derden;
- c.
ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat aan de subsidie verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen;
- d.
wijzigingen van de statuten wanneer het de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s) en/of het doel van de rechtspersoon betreft.
Artikel 12 De subsidieverleningen en -vaststelling
Voor de verlening en vaststelling van de subsidie gelden de regels van de Algemene subsidieverordening Dinkelland 2018.
Artikel 13 Hardheidsclausule
Burgemeester en wethouders kunnen van één of meer bepaalde artikelen of artikelleden van deze regeling afwijken als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig kunnen zijn tot de daarmee te dienen belangen.
Artikel 14 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking op (datum b en w besluit).
Artikel 15 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als:
Nadere subsidieregeling Noodfonds tegemoetkoming energiekosten voor sociaal maatschappelijke organisaties en verenigingen gemeente Dinkelland 2023