Organisatie | Berg en Dal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene subsidieverordening Welzijn Berg en Dal 2017 |
Citeertitel | Algemene subsidieverordening Welzijn Berg en Dal 2017 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Algemene subsidieverordening Millingen aan de Rijn 2008, Algemene subsidieverordening gemeente Ubbergen 2010 en Algemene subsidieverordening welzijn Groesbeek 2012.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-10-2016 | nieuwe regeling | 20-10-2016 | VB/Raad/16/00334 |
De raad van de gemeente Berg en Dal;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders, d.d. 6 september 2016, met nummer VB/Raad/16/00334;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;
vast te stellen de volgende verordening:
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening (en de daarop rustende bepalingen) wordt verstaan onder:
Algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU L 127), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving.
De-minimisverordening: verordening (EU) nr.1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-Minimissteun (PbEU L 352), verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van de het Verdrag op de-Minimissteun in de landbouwproductiesector(PbEU L 352/9) en verordening (EU) nr. 717/2014 van de Commissie van 27 juni 2014 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun in de visserij- en aquacultuursector (PbEU L 190/45), dan wel later daarvoor in de plaats tredende Europese regelgeving.
Artikel 2. Reikwijdte verordening
Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders op de volgende beleidsterreinen, met uitzondering van subsidies waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is getroffen en subsidies als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, van de Awb (subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is):
Burgemeester en wethouders kunnen bij nadere regeling vaststellen welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie. Voor zover van toepassing, wordt hierin teven bepaald welke doelgroepen voor subsidie in aanmerking komen, hoe de subsidie wordt berekend en hoe de subsidiebedragen worden uitbetaald.
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE
Een aanvrager die de subsidieaanvraag niet volledig binnen de termijn genoemd in het eerste, tweede en derde lid heeft ingediend wordt verzocht om de benodigde gegevens alsnog binnen vier weken toe te sturen, gerekend vanaf de verzenddatum van het verzoek om de aanvraag aan te vullen. Indien ook na een verzoek in het vijfde lid geen volledige aanvraag is ontvangen, kunnen burgemeester en wethouders besluiten om de aanvraag niet in behandeling te nemen.
HOOFDSTUK 4. WEIGERING VAN DE SUBSIDIE
Artikel 10. Weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden
HOOFDSTUK 6. VERPLICHTINGEN VAN DE SUBSIDIEONTVANGER
De subsidieontvanger doet onverwijld melding aan burgemeester en wethouders, zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht of dat niet tijdig of niet geheel aan de aan de beschikking tot subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan.
Artikel 14. Overige verplichtingen van de subsidieontvanger
Bij nadere regeling of verleningsbeschikking kan worden bepaald dat de subsidieontvanger, voor zover het verstrekken van de subsidie heeft geleid tot vermogensvorming, daarvoor aan burgemeester en wethouders een vergoeding verschuldigd is als zich een gebeurtenis als bedoeld in artikel 4:41, tweede lid, van de Awb voordoet. Daarbij wordt tevens aangegeven hoe de hoogte van de vergoeding wordt bepaald.
HOOFDSTUK 8. OVERIGE BEPALINGEN
Burgemeester en wethouders kunnen, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3, 4, 5 en 10 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.
In een nadere regeling kan worden bepaald dat door burgemeester en wethouders van een of meer bepaalde artikelen of artikelleden van die regeling kan worden afgeweken als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of –ontvanger gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn tot de daarmee te dienen belangen.