Organisatie | Gelderland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening klankbordgesprekken commissaris van de Koning en Provinciale Staten 2023 |
Citeertitel | Verordening klankbordgesprekken commissaris van de Koning en Provinciale Staten 2023 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-07-2023 | 01-04-2023 | artikel 6 | 05-07-2023 | 2023-005447 | |
08-03-2023 | 26-07-2023 | nieuwe regeling | 07-02-2023 | 2022-016521 |
Bekendmaking van het besluit van 7 februari 2023- zaaknummer 2022-016521 tot vaststelling van een regeling
Provinciale Staten van Gelderland
Gelezen het voorstel van het presidium tot vaststelling en intrekking van een aantal huishoudelijke verordeningen van 10 januari 2023;
Gelet op artikel 15, derde lid, 16, 40c, tweede lid, 68, tweede lid, 80, 104a, 105, 143, eerste lid, 158, eerste lid, aanhef en onder d, e en g, en artikel 167 van de Provinciewet;
Er is een commissie die namens Provinciale Staten ten minste éénmaal per jaar een klankbordgesprek voert met de commissaris. Hoofdstuk 10 van het Reglement van Orde Provinciale Staten van Gelderland 2023 is niet van toepassing op deze commissie.
De aanwezigen bij het klankbordgesprek voorkomen dat op enigerlei wijze de vertrouwelijkheid en geheimhouding in gevaar komt. In de voorbereiding kunnen de aanwezigen daarom alleen gebruikmaken van de eigen kennis en ervaring, van openbare bronnen en van voor dit doel vertrouwelijk gekregen informatie van gedeputeerden, de griffier, de provinciesecretaris en de in overleg aangewezen derden als bedoeld in artikel 4, tweede lid.
De commissie dan wel haar individuele leden verstrekken geen inzage in of informatie over de verslagen van klankbordgesprekken noch geven zij informatie over het behandelde tijdens de gesprekken aan statenleden die geen lid zijn van de commissie of aan derden, behoudens het bepaalde in artikel 9, derde lid.