Organisatie | Aalten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Burgerinitiatief gemeente Aalten 2023 |
Citeertitel | Verordening burgerinitiatief gemeente Aalten 2023 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening Burgerinitiatief gemeente Aalten 2008
artikel 147 van de Gemeentewet
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-03-2023 | nieuwe regeling | 28-02-2023 |
Een burgerinitiatief over een onderwerp of voorstel dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad, maar wel valt onder de bevoegdheid van het gemeentebestuur, zal door de raad, eventueel vergezeld van zijn advies, worden doorgezonden naar het college of naar de burgemeester in de hoedanigheid van ‘portefeuillehouder’.
Als naar het oordeel van de agendacommissie het initiatief voldoet aan de in artikelen 3, 4 en 5 gestelde eisen en de reactie van het college op het initiatief is ontvangen, dan wel nadat de in het zesde lid gestelde termijn is verlopen, voorziet de agendacommissie in de agendering en brengt de agendacommissie dit ter kennis van de indieners van het initiatief.
De raad stelt de initiatiefnemers als bedoeld in artikel 4, tweede lid, binnen twee weken na de datum van de raadsvergadering waarin de besluitvorming over het burgerinitiatief heeft plaatsgevonden in kennis van zijn besluit. Als de raad geheel of gedeeltelijk afwijkt van het burgerinitiatief geeft hij de reden daarvoor aan.
Indien de raad geheel of gedeeltelijk overeenkomstig het burgerinitiatief besluit, deelt het college de initiatiefnemers binnen twee weken na de raadsvergadering als bedoeld in het eerste lid mede welke vervolgstappen gezet worden naar aanleiding van het en bij welke medewerker van de gemeente Aalten de vertegenwoordigers nadere inlichtingen kunnen inwinnen.
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing ervan, beslist de raad, op voorstel van de agendacommissie, in overleg met de voorzitter van de raad en de griffier.