Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bergen (L)

Verordening op de heffing en de invordering van leges Bergen (L) 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBergen (L)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges Bergen (L) 2023
CiteertitelLegesverordening 2023 Bergen (L)
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 maart 2023.

Deze regeling vervangt de Legesverordening 2016.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 156, tweede lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
  4. artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet
  5. artikel 7 van de Paspoortwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-03-2023nieuwe regeling

13-02-2023

gmb-2023-73298

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges Bergen (L) 2023

De raad van de gemeente Bergen,

 

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 januari 2023;

 

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

 

Besluit

Vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van leges Bergen (L) 2023.

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

    een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening

  • b.

    (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • c.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht het raadplegen en verstrekken van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de Dienst van het kadaster en de openbare registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • a.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • b.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • 2.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • 3.

      artikel 1.19 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      artikel 1.27, onder a (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      artikel 1.33 (Wet op de kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Overgangsrecht

De Verordening leges Bergen (L) 2016 van 14 juni 2016, alsmede de wijzigingen daarop, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 maart 2023.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 maart 2023.

  • 3.

    De Legesverordening 2016 wordt gelijktijdig ingetrokken.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2023 Bergen (L).

Bergen (L), 13 februari 2023

I.C. van ’t Hof

De griffier

M.H.E. Pelzer

De voorzitter

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening Bergen (L) 2023

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

 

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

 

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap met ceremonie

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

a.

Op maandag, niet zijnde feestdagen, om 9.00 uur en om 9.30 uur, uitsluitend in de

Maas-, Grens- of spreekkamer van het gemeentehuis, waarbij tenminste één ingezetene is van de gemeente Bergen.

€ 0,00

b.

Als lid 1: voor niet ingezetene van de gemeente geldt een tarief van

€ 408,00

c.

Op maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 17.00 uur in het gemeentehuis, niet zijnde onderdeel a

€ 408,00

d.

Op zaterdag en zondag tussen 9.00 en 17.00 uur in het gemeentehuis

€ 575,00

e.

Op maandag tot en met zondag tussen 9.00 en 20.00 uur op een eigen locatie

€ 458,00

Artikel 1.2 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk met ceremonie

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk als daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

a.

Op maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 17.00 uur in het gemeentehuis

€ 408,00

b.

Op zaterdag en zondag tussen 9.00 en 17.00 uur in het gemeentehuis

€ 575,00

c.

Op een eigen locatie

€ 575,00

Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

€ 408,00

Artikel 1.4 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis 

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

€ 408,00

Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om bij besluit een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand aan te wijzen voor één dag:

a.

als beëdiging bij de rechtbank al heeft plaatsgevonden:

€ 97,00

b.

als beëdiging bij de rechtbank nog niet heeft plaatsgevonden:

€ 195,00

Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige:

€ 75,00

Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datum

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een gereserveerde datum voor de huwelijksvoltrekking, registratie van het partnerschap of omzetting van het geregistreerd partnerschap in een huwelijk te annuleren of te wijzigen binnen een periode van drie maanden voorafgaand aan die gereserveerde datum:

€ 150,00

Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

a.

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering:

€ 21,00

b.

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering:

€ 46,00

c.

Bijschrijving van kinderen in kalligrafie, per kind

€ 12,50

 

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

 

Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

a.

een nationaal paspoort:

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 77,85*

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 58,85*

b.

een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel a (zakenpaspoort):

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 77,85*

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 58,85*

c.

een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 77,85*

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 58,85*

d.

een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen:

€ 58,85*

Artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van:

a.

een Nederlandse identiteitskaart:

1.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is:

€ 70,35*

2.

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt:

€ 37,95*

b.

een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon:

€ 34,25*

Artikel 1.11 Overige bepalingen

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

a.

voor de versnelde uitreiking van een in de artikelen 1.9 en 1.10, onder a, genoemd document, zijnde een toeslag op de in die artikelen genoemde bedragen:

€ 53,00*

* Dit is het maximumtarief, naar beneden afgerond op € 0,05.

 

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

 

Artikel 1.12 Rijbewijzen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

€ 44,65*

Artikel 1.13 Overige bepalingen

1.

Het tarief genoemd in 1.12 wordt bij een spoedlevering verhoogd met

€ 34,10*

2.

De verhoging genoemd in het eerste lid is in voorkomend geval cumulatief verschuldigd

* Dit is het maximumtarief.

 

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens

 

Artikel 1.14 Definities

1.

Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

2.

Voor de toepassing van artikel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking aan de balie

€ 12,00

b.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking digitaal

€ 8,00

Artikel 1.16 Verstrekking van aangehaakte gegevens

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking aan de balie

€ 12,00

b.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking digitaal

€ 8,00

Artikel 1.17 Schriftelijke verstrekking

In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen:

€ 7,50*

Artikel 1.18 Op aanvraag doornemen basisregistratie personen

1.

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 25,00

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

* Dit is het maximumtarief.

 

Paragraaf 1.5 Bestuursstukken (gereserveerd)

 

Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken (gereserveerd)

 

Artikel 1.20 Abonnement op bestuursstukken (gereserveerd)

 

Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie (gereserveerd)

 

Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie (gereserveerd)

 

Artikel 1.22 Informatie uit registers (gereserveerd)

Artikel 1.23 Informatie uit adressenbestanden (gereserveerd)

 

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

 

Artikel 1.24 Gemeentegarantie (gereserveerd)

Artikel 1.25 Overige publiekszaken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag:

€ 41,35*

b.

tot het legaliseren van een handtekening:

€ 12,00

* Dit is het maximumtarief.

 

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

 

Artikel 1.26 Naspeuringen in gemeentearchief

1.

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan te besteden kwartier:

€ 25,00

2.

Het op grond van het eerste lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 1.27 Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief (gereserveerd)

Artikel 1.28 Uitlenen archiefbescheiden (gereserveerd)

 

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

 

Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014 (gereserveerd)

Artikel 1.30 Leegstandwet

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet:

€ 100,00

b.

verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet:

€ 50,00

2.

Als aanvragen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en b, gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die onderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.

Artikel 1.31 Wet op de kansspelen

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

a.

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat:

€ 56,50*

b.

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 56,50*

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 34,00*

c.

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd:

€ 226,50*

d.

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat:

€ 226,50*

en voor iedere volgende kansspelautomaat:

€ 136,00*

2.

Het eerste lid, onderdelen a en b, is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning):

€ 38,00*

Artikel 1.32 Telecommunicatiewet

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden:

a.

indien het betreft tracés tot 250 m¹

€ 267,04

b.

indien het betreft tracés tot 250 m¹ tot 1.500 m¹

€ 328,37

c.

indien het betreft tracés tot 1.500 m¹ tot 5.000 m¹

€ 451,04

d.

Indien het betreft tracés van 5.000 m¹ en meer, per m¹ tracé

€ 0,09

e

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor tracés tot 15 m¹

€ 71,12

f.

Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de netbeheerder van het netwerk en/of andere netbeheerders of belanghebbenden, worden de in het eerste lid, onder a tot en met d, genoemde bedragen per overleg verhoogd met

€ 368,00

Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990:

€ 50,00

b.

een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen:

€ 35,00

c.

verstrekking van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW):

€ 35,50

 

Paragraaf 1.10 Diversen

 

Artikel 1.34 Gewaarmerkte afschriften, kopieën, stukken of uittreksels (gereserveerd)

Artikel 1.35 Niet benoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

€ 100,00

 

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE FYSIEKE LEEFOMGEVING/OMGEVINGSWET

 

Paragraaf 1 Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom inclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

Onder bouwkosten wordt verstaan de normbouwkosten voor de bouwactiviteit, zoals opgenomen in de bijlage ‘Kengetallen 2023 Bergen (L), behorende bij deze tarieventabel. Voor gebouwtypes waarin het overzicht niet voorziet worden de bouwkosten bepaald op basis van vergelijkbare bouwwerken, die wel benoemd zijn. Indien géén vergelijking mogelijk is, worden de bouwkosten bepaald op basis van een onderbouwde raming van deze kosten, het overleggen van een open begroting of een offerte/aannemingsovereenkomst.

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Paragraaf 2 Vooroverleg

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 439,00

Dit bedrag wordt verrekend wanneer de aanvraag voor een vergunning in het kader van de Wabo wordt ingediend.

2.2.2

Wanneer het verzoek na vooroverleg niet in behandeling wordt genomen, wordt de helft van de leges in rekening gebracht.

€ 219,50

 

Paragraaf 3 Omgevingsvergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.0

Indien de bouwkosten minder dan € 15.000 bedragen, 3% van de bouwkosten met een minimum van € 105,00.

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten € 15.000 tot € 25.000 bedragen:

€ 521,00

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 25.000 tot € 50.000 bedragen:

€ 755,00

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 50.000 tot € 100.000 bedragen:

€ 2.310,00

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 100.000 tot € 200.000 bedragen:

€ 2.414,00

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 200.000 of meer bedragen:

€ 2.571,00

2.3.1.1.6

De in de artikelen 2.3.1.1.1 t/m 2.3.1.1.5 genoemde leges worden verhoogd met 1,13% van de bouwkosten

 

Welstand

2.3.1.2

Indien voor de behandeling van een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.3.1.1 en uit het oogpunt van welstand advies nodig is van de Welstandcommissie (of diens opvolger) wordt het onder 2.3.1.1 bedoelde leges verhoogd met het volgende percentage van de bouwkosten:

0,2%

Met een minimum van:

€ 50,00

Tot een maximum van:

€ 4.000,00

Indien een advies van de externe kwaliteitscommissie nodig is, wordt hiertoe een offerte opgevraagd. De advieskosten worden doorberekend.

 

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3

Indien een advies van de agrarische commissie nodig is, wordt hiertoe een offerte opgevraagd. Deze externe advieskosten worden doorberekend aan de aanvrager.

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

125%

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

 

Beoordeling aanvullende gegevens

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen, het verschil tussen de leges zoals die oorspronkelijk berekend zijn bij de aanvraag als omschreven in de onderdelen 2.3.1.1 tot en met 2.3.1.8 en de berekende leges inclusief de aanvullende gegevens

€ 194,00

 

2.3.2

Werk of werkzaamheden uitvoeren (Aanlegactiviteiten)

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.2.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op een oppervlakte van 50m2 of minder

€ 250,00

2.3.2.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op een oppervlakte van meer dan 50m2

€ 750,00

2.3.2.3

Indien de aanvraag betrekking heeft op het vellen en/of rooien van houtgewas in het buitengebied

€ 125,00

2.3.2.4

Indien de aanvraag betrekking heeft op percelen in het buitengebied die volgens het bestemmingsplan Buitengebied binnen de aanduiding ‘overige zone – cultuurhistorische waarden’ vallen en volgens bijbehorende bijlage aangeduid zijn als landschappelijk element.

€ 850,00

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.2.5

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.2.1, 2.3.2.2, 2.3.2.3, 2.3.2.4 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de werken of werkzaamheden van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

150%

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 408,00

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 408,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

2.3.3.3.1

Indien de bouwkosten tot € 10.000 bedragen: met

€ 1.252,00

2.3.3.3.2

Indien de bouwkosten vanaf € 10.000 tot € 100.000 bedragen, met

€ 1.623,00

2.3.3.3.3

Indien de bouwkosten vanaf € 100.000 tot € 300.000 bedragen, met

€ 1.660,00

2.3.3.3.4

Indien de bouwkosten vanaf € 300.000 of meer bedragen, met

€ 1.660,00

2.3.3.4

indien artikel 2.12. eerste lid van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 408,00

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 385,00

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 385,00

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 385,00

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 385,00

2.3.3.9

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.3 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

125%

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 408,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 408,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 1.660,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 408,00

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 385,00

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 385,00

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 385,00

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 385,00

2.3.4.9

Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.3.4 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

125%

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 686,00

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 215,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 215,00

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 215,00

 

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 160,00

 

2.3.9

Gereserveerd

2.3.10

Kappen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de VFL een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 44,20

 

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.10.1

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.10 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na het vellen of doen vellen van houtopstand van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

150%

2.3.11.1

Gereserveerd

 

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

2.3.12.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 97,00

 

2.3.13

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 148,00

 

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 214,00

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 214,00

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€ 214,00

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

€ 214,00

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase:

50% van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven van hoofdstuk 2.3.1.1, vermeerderd met 100% van de overige van toepassing zijnde tarieven uit Titel 2 van deze tabel, voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft.

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase:

50% van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven van hoofdstuk 2.3.1.1 voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.0

Indien de aanvraag uitsluitend een vooronderzoek als bedoeld in NEN 5740, uitgave 1999 naar het historisch gebruik en naar de bodemgesteldheid betreft

€ 148,00

2.3.16.1

Indien de aanvraag een verkennend onderzoek volgens NEN 5740, uitgave 1999 naar de bodemgesteldheid betreft

€ 148,00

2.3.16.2

Indien de aanvraag een nader onderzoek als bedoeld in de Leidraad bodembescherming betreft

€ 148,00

 

2.3.17

Advies

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 139,00

2.3.18.1.2

indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere 2.3.11.2 handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in of in de nabijheid van een gebied als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming, waarvoor Gedeputeerde Staten van Limburg een verklaring van geen bedenkingen dient te geven of te weigeren ingevolge artikel 2.27, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht bedraagt het tarief, indien de aanvraag betrekking heeft op

  • a.

    industrie

€ 12.625,45

  • b.

    infrastructuur

€ 18.930,45

  • c.

    landbouw en overige

€ 2.541,65

 

Paragraaf 4 Vermindering

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning en de hierbij behorende stukken volledig digitaal via www.omgevingsloket.nl zijn ingediend, wordt het legesbedrag zoals bepaald in 2.3 verminderd met 10% van het totale legesbedrag tot een maximum van € 500,--.

 

 

Paragraaf 5 Teruggaaf

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. Teruggaaf wordt verleend tot ten hoogste:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan

50%

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan

20%

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 26 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. Teruggaaf wordt alleen verleend indien de verleende vergunning binnen 12 maanden na de verlening schriftelijk wordt ingetrokken. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

20%

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

50%

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 

Paragraaf 6 Intrekking omgevingsvergunning

 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 81,00

 

Paragraaf 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

 

100% van de leges zoals die berekend zijn bij de aanvraag van de omgevingsvergunning zoals omschreven in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7, rekening houdende met de gewijzigde omstandigheid en waarop het reeds berekende bedrag van de oorspronkelijke aanvraag in mindering wordt gebracht, met dien verstande dat het minimum bedrag altijd ten minste € 105,00 bedraagt.

 

Paragraaf 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 3.584,00

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 1.455,00

 

Paragraaf 9 Gereserveerd

 

Paragraaf 10 Gereserveerd

 

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

 

Paragraaf 3.1 Horeca

 

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 315,00

b.

een aanvraag om een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 48,00

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag om een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 255,00

b.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet:

€ 48,00

c.

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 109,00

d.

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet:

€ 38,00

e.

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

€ 48,00.

 

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven (gereserveerd)

 

Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf (gereserveerd)

 

Artikel 3.4 Wijzigen vergunning seksbedrijf (gereserveerd)

 

Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet

 

Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden (gereserveerd)

 

 

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

 

Artikel 3.6 Organiseren evenement

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), als het betreft:

a.

Melding

€ 0,00

b.

A-evenement = klein evenement

€ 38,00

c.

B-evenement = middelgroot evenement

€ 72,00

d.

C-evenement = groot evenement

€ 113,00

e.

Indien stroom wordt afgenomen van de gemeente wordt het tarief vermeerderd met € 20,00 per dag. In afwijking van artikel 1, onder a, worden de uren tussen middernacht tot 8.00 uur van de daaropvolgende dag toegerekend aan de vorige dag.

Artikel 3.7 Organiseren markt (gereserveerd)

 

Paragraaf 3.5 Standplaatsen

 

Artikel 3.8 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

tot het verkrijgen of verlengen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:15 van de VFL Bergen (L) 2022

€ 58,00

b.

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:15 van de VFL Bergen (L) 2022

€ 58,00

Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening markt

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

overschrijving van een vaste-standplaatsvergunning op naam van een ander als bedoeld in artikel 5:20 van de VFL Bergen (L) 2022:

€ 58,00

b.

toestemming met vervanging van de vergunninghouder artikel 5:20 van de VFL Bergen (L) 2022:

€ 58,00

Artikel 3.10 Losse standplaatsen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel 5:17 van de VFL Bergen (L) 2022:

€ 58,00

 

Paragraaf 3.6 Gereserveerd

 

Artikel 3.11 Gereserveerd

 

Artikel 3.12 Gereserveerd

Artikel 3.13 Gereserveerd

Artikel 3.14 Gereserveerd

Artikel 3.15 Gereserveerd

Artikel 3.16 Gereserveerd

Artikel 3.17 Gereserveerd

 

Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

 

Artikel 3.18 Niet benoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking:

€ 100,00