Nadere regels noodsteun aan verenigingen en stichtingen zonder winstoogmerk vanwege de energiecrisis

Artikel 1 – Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

• a.

  Verenigingen en stichtingen: een vereniging of stichting zonder winstoogmerk die

  • •

    zich (mede) inzet voor de gemeenschap in de Hoeksche Waard door het verrichten van sociale activiteiten dan wel zich (mede) inzet op het gebied van bijvoorbeeld sport en/of cultuur binnen de gemeente; of

  • •

    anderszins van waarde is voor de gemeente.

• b.

  verordening: de Verordening noodsteun aan verenigingen en stichtingen zonder winstoogmerk vanwege de energiecrisis.

Artikel 2 – Verstrekken noodsteun (benodigde gegevens)

Het bepaalde in artikel 8 van de verordening noodsteun aan verenigingen en stichtingen zonder winstoogmerk wordt als volgt verder uitgewerkt:

• 1.

  De Vereniging of Stichting die in aanmerking wil komen voor Noodsteun dient het daarvoor bestemde aanvraagformulier volledig in te vullen en te ondertekenen en alle benodigde gegevens aan de gemeente over te leggen, zoals bedoeld in artikel 8 van de verordening noodsteun aan verenigingen en stichtingen zonder winstoogmerk vanwege de energiecrisis en deze Nadere regels.

• 2.

  De Vereniging of Stichting die in aanmerking wil komen voor Noodsteun moet aantonen dat met het verstrekken van Noodsteun de (mede) inzet voor de gemeenschap in de Hoeksche Waard door het verrichten van sociale activiteiten dan wel de (mede) inzet op het gebied van bijvoorbeeld sport en/of cultuur binnen de gemeente wordt gediend of anderszins van waarde is voor de gemeente. Of sprake is van een maatschappelijk belang, is ter beoordeling aan de gemeente.

• 3.

  De Vereniging of Stichting die in aanmerking wil komen voor Noodsteun moet bij de aanvraag toelichten wat zij heeft gedaan om de gevolgen van de energiecrisis te verminderen en/of om haar financiële positie te verbeteren. Of er voldoende inspanningen zijn verricht zal door de gemeente worden beoordeeld. Om dit te beoordelen zullen de activiteiten en de financiële gegevens (door middel van het verstrekken van jaarrekening(en) en begroting) van de Vereniging of Stichting tijdens en voor de energiecrisis inzichtelijk moeten worden gemaakt aan de gemeente.

• 4.

  De beslistermijn als bedoeld in artikel 11, tweede lid van de Verordening vangt aan op het moment dat de aanvraag om Noodsteun volledig is ingediend door de Vereniging of Stichting die een beroep doet op Noodsteun.

Artikel 3 – Uitwerking van het gebruik van voorliggende voorzieningen

Het gebruik van de in artikel 5 van de verordening bedoelde voorliggende voorzieningen wordt als volgt verder uitgewerkt:

• 1.

  De Vereniging of Stichting die een beroep doet op Noodsteun moet door middel van de verstrekking van (i) de jaarrekening 2022 en indien nog niet gereed de jaarrekening 2021 en de voorlopige cijfers 2022 en (ii) de oorspronkelijke begroting 2022 (voor de crisis) en een bijgestelde begroting 2022 (na de crisis) aantonen dat zij niet in staat is om de acute noodsituatie met eigen inkomsten of eigen middelen op te lossen.

• 2.

  De Vereniging of Stichting dient voorts aan te tonen, bijvoorbeeld door middel van het verstrekken van correspondentie hieromtrent, dat zij geen beroep kon doen op het steunpakket van het Rijk, de provincie en/of derden dan wel dat de door de Rijksoverheid, provincie en/of derden toegekende noodsteun niet toereikend is (geweest) om de Acute noodsituatie te verhelpen.

• 3.

  Noodsteun wordt niet verstrekt, indien uit de beoordeling van de gegevens blijkt dat

  • a.

    de Vereniging of Stichting die een beroep doet op de Noodsteun voor de energiecrisis al in financiële moeilijkheden verkeerde; of

  • b.

    de Vereniging of Stichting, ondanks de steun, naar verwachting niet binnen een redelijk termijn zelfstandig (zonder steun) kan blijven voortbestaan.

Artikel 4 – De vorm van noodsteun

De Noodsteun wordt om niet verstrekt en indien de Vereniging of Stichting door de verstrekking om niet kan blijven voortbestaan.

Artikel 5 – Hoogte van de noodsteun

De in artikel 7 van de verordening opgenomen regels met betrekking tot de hoogte van de noodsteun worden als volgt nader uitgewerkt.

• 1.

  De hoogte van de noodsteun wordt bepaald op basis van de gegevens uit artikel 8 van de verordening.

• 2.

  De hoogte en de verstrekking van de noodsteun vindt plaats op basis van de beoordeling van de noodzaak tot een bijdrage om het voortbestaan van de Vereniging of Stichting die een beroep doet op de Noodsteun te ‘verzekeren’. De gemeente kan hier extern advies over inwinnen.

• 3.

  Wanneer de aanvrager contracthouder is van het energiecontract wordt voor het bepalen van de hoogte van de Noodsteun gekeken naar het verschil in de prijs die hij op dit moment betaalt per m3 gas en kWh voor elektra excl. BTW in de periode van 3 maanden voor t/m 3 maanden na eerste dag van de aanvraagmogelijkheid in het kader van deze regeling ten opzichte van de prijs die hij betaalde in diezelfde periode een jaar eerder.

• 4.

  Wanneer de aanvrager huurder is van vastgoed en door de gemeente reeds gedeeltelijk gecompenseerd is voor de nadelige financiële gevolgen van de gemeentelijke contractwisseling van gasleverancier in 2022 wordt voor het bepalen van de hoogte van de Noodsteun gekeken naar het verschil in de prijs die hij op dit moment betaalt per m3 gas en kWh voor elektra excl. BTW in de periode van 3 maanden voor t/m 3 maanden na eerste dag van de aanvraagmogelijkheid in het kader van deze regeling ten opzichte van de prijs die hij betaalde in diezelfde periode een jaar eerder, minus de reeds ontvangen compensatie voor de gemeentelijke contractwissel in 2022.

• 5.

  In geval van een variabel tarief geldt dat zij kunnen aantonen dat het tarief dat zij betalen per m3 gas en kWh voor elektra excl. BTW is gestegen op het moment van aanvragen ten opzichte van de prijs die zij betaalden op hetzelfde moment een jaar eerder.

• 6.

  De aanvrager moet aantonen dat zij in redelijkheid alle mogelijke inspanningen verrichten om het energieverbruik te verlagen danwel duurzaamheidsmaatregelen nemen.

Artikel 6 – Noodsteunplafond

• 1.

  Voor de toepassing van de verordening en deze nadere regels noodsteun geldt een noodsteunplafond van in totaal € 315.000,-.

• 2.

  Verzoeken om Noodsteun worden geweigerd, indien het noodsteunplafond zoals hierboven omschreven, is bereikt.

Artikel 7 – Verplichtingen vereniging of stichting zonder winstoogmerk

De in artikel 9 van de verordening opgenomen verplichtingen van de vereniging of stichting zonder winstoogmerk worden als volgt nader uitgewerkt:

• 1.

  De Vereniging of Stichting aan wie Noodsteun is toegekend, dient ingevolge artikel 9 lid 1 onder a van de verordening een controleerbare administratie te voeren. Dit betekent dat de administratie wordt bijgehouden en inzichtelijk is en dat bijbehorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers worden bewaard, zodat deze gegevens – voor zover van belang in verband met de verstrekte Noodsteun - duidelijk en controleerbaar is voor de (accountant van de) gemeente en eventuele derden die in samenspraak met de Vereniging of Stichting worden betrokken bij de procedure.

• 2.

  Een Vereniging of Stichting die een beroep doet op Noodsteun en niet instemt of handelt in overeenstemming met het bepaalde in (artikel 9 van) de verordening en/of deze Nadere regels, kan door de gemeente worden uitgesloten van deelname aan de Noodsteun.

• 3.

  Voor zover al Noodsteun is toegekend, geldt dat bij handelen in strijd met het bepaalde in (artikel 9 van) de verordening en/of deze Nadere regels, zal worden besloten om de verstrekte Noodsteun terug te vorderen.

• 4.

  Binnen een jaar na toekenning van de Noodsteun dient verantwoording af te worden gelegd over de besteding van de Noodsteun door middel van het daarvoor vastgestelde formulier.

• 5.

  Het vastgestelde bedrag kan niet achteraf bijgesteld worden als blijkt dat er een hoger bedrag aan Noodsteun benodigd was.

• 6.

  Als voorwaarde aan een te verlenen noodsteun wordt gesteld dat de Vereniging of Stichting in gesprek gaat met onze energiecoach ter begeleiding van het verduurzamen.