Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sociaal

Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal / Drechtwerk

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSociaal
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBesluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal / Drechtwerk
CiteertitelBesluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal/Drechtwerk
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet
  2. Wet gemeenschappelijke regelingen
  3. Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-02-202301-01-2023nieuwe regeling

06-02-2023

bgr-2023-212

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal / Drechtwerk

 

Het Dagelijks Bestuur en de voorzitter van het Dagelijks Bestuur als zelfstandig bestuursorgaan, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft,

 

Gelet op de Gemeentewet, de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Algemene wet bestuursrecht;

 

Overwegende:

Dat met ingang van 1 januari 2023 de gemeenschappelijke regeling Sociaal en de gemeenschappelijke regeling Sociale werkvoorziening Drechtwerk zijn samengevoegd tot één gemeenschappelijke regeling Sociaal;

 

Dat daardoor de organisatiestructuur van de gemeenschappelijke regeling Sociaal wijzigt;

Dat voor het organisatieonderdeel Drechtwerk vooralsnog een apart mandaatbesluit wordt vastgesteld;

 

Besluit:

 

Vast te stellen het navolgende:

 

Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal/Drechtwerk

 

 

Artikel 1. Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    Het AB: Het Algemeen Bestuur van het openbaar lichaam Sociaal;

  • b.

    het DB: het Dagelijks Bestuur van het openbaar lichaam Sociaal;

  • c.

    de voorzitter: de voorzitter van het DB als vertegenwoordiger van het openbaar lichaam Sociaal in en buiten rechte;

  • d.

    de secretaris: de secretaris en algemeen directeur van het openbaar lichaam Sociaal

  • e.

    Bestuurder: de bestuurder als bedoeld in artikel 23, vierde lid van de Wet op de ondernemingsraden;

  • f.

    GR Sociaal: het openbaar lichaam Sociaal als publiekrechtelijk lichaam alsmede het openbaar lichaam Sociaal als privaatrechtelijke rechtspersoon;

  • g.

    mandaat: de bevoegdheid om namens het DB besluiten te nemen.

  • h.

    volmacht: de bevoegdheid om namens het DB privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

  • i.

    machtiging: de bevoegdheid om namens het DB of de voorzitter handelingen te verrichten die een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

 

Artikel 2 Mandaat secretaris

  • 1.

    Aan de secretaris wordt mandaat verleend ten aanzien van de tot het DB behorende bevoegdheden.

  • 2.

    Van het in het eerste lid bedoelde algemene mandaat blijven uitgezonderd de bevoegdheden die zijn opgenomen in bijlage 1 en die in afzonderlijke delegatie- of mandaatbesluiten van het DB zijn opgenomen.

  • 3.

    De secretaris is bevoegd om mandaten die bij dit besluit aan onder hem ressorterende functionarissen zijn verleend, geheel of gedeeltelijk en al dan niet tijdelijk, in te trekken. Een dergelijk besluit wordt schriftelijk vastgelegd en ter informatie aan het DB gezonden, tenzij het om een concrete, individuele aangelegenheid gaat.

 

Artikel 3 Mandaat overige functionarissen

  • 1.

    De aan de secretaris in artikel 2 verleende bevoegdheden worden gemandateerd aan:

    • a.

      De directeur Drechtwerk;

    • b.

      de MT-leden Drechtwerk;

    • c.

      de budgethouders;

    • d.

      de plaatsvervangers van de onder a en b genoemde functionarissen.

  • 2.

    De in het eerste lid onder a en b genoemde functionarissen maken van het aan hen verleende mandaat slechts gebruik voor zover het aangelegenheden betreft die behoren tot hun werkterrein.

  • 3.

    De in het eerste lid onder d bedoelde plaatsvervangers maken van het aan hen verleende mandaat slechts gebruik bij afwezigheid van de functionaris onder wie zij rechtstreeks ressorteren en voor zover het aangelegenheden betreft die behoren tot hun werkterrein.

  • 4.

    De in het eerste lid onder c bedoelde budgethouders mogen slechts financiële verplichtingen aangaan voor het doel waarvoor het budget is toegekend en binnen de financiële grenzen van het aan hen toegekende budget.

 

Artikel 4 Algemene uitzonderingen op het mandaat

  • 1.

    De in bijlage 1 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan het Dagelijks Bestuur;

  • 2.

    De in bijlage 2 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan de secretaris.

  • 3.

    De in bijlage 3 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan de directeur Drechtwerk;

  • 4.

    De in bijlage 4 genoemde bevoegdheden blijven voorbehouden aan de MT-leden;

  • 5.

    Bij het gebruik van de bevoegdheden, die conform dit besluit zijn gemandateerd, gelden de hiërarchische lijnen onverkort.

 

Artikel 5 Bijzondere uitzonderingen op het mandaat

  • 1.

    Onverminderd het gestelde in de artikelen 2 en 3, eerste lid blijft aan het DB voorbehouden de bevoegdheid tot het ondertekenen van correspondentie, gericht tot:

    • a.

      Het AB;

    • b.

      De Koning en andere leden van het Koninklijk Huis;

    • c.

      De raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie, ministers en staatssecretarissen;

    • d.

      De voorzitter van de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal of van een uit die Kamer gevormde commissie;

    • e.

      De vicepresident van de Raad van State;

    • f.

      De president van de Algemene Rekenkamer;

  • 2.

    Onverminderd het gestelde in de artikelen 2 en 3, eerste lid en in het eerste lid van dit artikel is het mandaat niet van toepassing:

    • a.

      Indien het een aangelegenheid betreft waarover door het AB in een eerder stadium vragen aan het DB zijn gesteld;

    • b.

      Indien de verantwoordelijke portefeuillehouder namens het DB beslist dat de aangelegenheid door het DB moet worden afgedaan;

    • c.

      Indien de aangelegenheid tot kritische berichtgeving in de media heeft geleid dan wel in verband met de aard van de aangelegenheid redelijkerwijs moet worden aangenomen dat dit zal gebeuren;

    • d.

      Indien de aangelegenheid ingrijpende gevolgen kan hebben voor een groot aantal burgers, bedrijven, verenigingen of belangengroepen;

    • e.

      Op het voeren van het overleg met de vakbonden (Georganiseerd Overleg).

 

Artikel 6 Instructies

  • 1.

    Het DB kan instructies geven over de wijze waarop de gemandateerde bevoegdheden worden uitgeoefend.

  • 2.

    De secretaris kan instructies geven over de wijze waarop de in artikel 3, eerste lid bedoelde functionarissen van de aan hen gemandateerde bevoegdheden gebruik maken.

 

Artikel 7 Plaatsvervanging

  • 1.

    De secretaris wordt bij diens afwezigheid vervangen door de directeur Drechtwerk.

  • 2.

    De plaatsvervanger treedt bij afwezigheid van de secretaris in zijn plaats en oefent in dat geval de bevoegdheden uit van de secretaris.

  • 3.

    De plaatsvervanging vindt alleen plaats in de gevallen waarop niet kan worden gewacht op de aanwezigheid van de secretaris.

 

Artikel 8 Bestuurder

  • 1.

    De directeur Drechtwerk voert namens de bestuurder het overleg met de onderdeelcommissie Drechtwerk van de ondernemingsraad van de GR Sociaal.

  • 2.

    Bij zijn afwezigheid voert de secretaris het gesprek.

 

Artikel 9 Ondertekening documenten

  • 1.

    De besluiten die op grond van dit besluit in mandaat worden genomen, worden als volgt ondertekend:

     

    Het Dagelijks Bestuur,

    Namens deze,

    De secretaris,

     

    (naam secretaris)

     

     

    dan wel

     

     

    Het Dagelijks Bestuur,

    Namens deze,

    Directeur Drechtwerk

     

    (naam directeur)

     

     

    dan wel

     

     

    Het Dagelijks Bestuur,

    Namens deze,

    MT-lid Drechtwerk

     

     

    (naam MT-lid)

     

     

  • 2.

    De aanhef van overeenkomsten die door het openbaar lichaam Sociaal/Drechtwerk worden aangegaan luidt als volgt:

    Het openbaar lichaam Sociaal, gevestigd te Dordrecht, KvK nummer 52618196, te dezen krachtens machtiging rechtsgeldig vertegenwoordigd door <NAAM>, <FUNCTIE>, verder te noemen <Citeertitel>,

 

Artikel 10 Volmacht en machtiging

  • 1.

    Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijkgesteld de verlening van:

    • a.

      Volmacht;

    • b.

      Machtiging.

  • 2.

    Degene die op grond van dit besluit bevoegd is om een besluit te nemen is ook degene die bevoegd is het besluit te ondertekenen.

 

Artikel 11 Citeertitel

Dit besluit kan worden aangehaald als Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal/Drechtwerk.

 

Artikel 12 Reikwijdte

  • 1.

    Dit besluit is van toepassing op het organisatieonderdeel Drechtwerk van de gemeenschappelijke regeling Sociaal.

  • 2.

    Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal, zoals dat door het DB is vastgesteld op 17 januari 2022 is niet van toepassing op het organisatieonderdeel Drechtwerk van de gemeenschappelijke regeling Sociaal.

 

Artikel 13 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

 

 

Aldus besloten in de vergadering van het Dagelijks Bestuur van 6 februari 2023,

de secretaris, de voorzitter,

 

 

D.J. van Maanen, P.J. Heijkoop

Bijlage 1 Aangelegenheden die ingevolge artikel 4, eerste lid van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal/Drechtwerk blijven voorbehouden aan het Dagelijks Bestuur.

 

Wet op de ondernemingsraden

  • 1.

    De volgende bevoegdheden als bedoeld in artikel 25:

    • a.

      het besluit tot overdracht van de zeggenschap over de onderneming of een onderdeel daarvan;

    • b.

      het besluit tot het vestigen van, dan wel het overnemen of afstoten van de zeggenschap over, een andere onderneming, alsmede het aangaan van, het aanbrengen van een belangrijke wijziging in of het verbreken van duurzame samenwerking met een andere onderneming, waaronder begrepen het aangaan, in belangrijke mate wijzigen of verbreken van een belangrijke financiële deelneming vanwege of ten behoeve van een dergelijke onderneming;

    • c.

      het besluit tot beëindiging van de werkzaamheden van de onderneming of van een belangrijk onderdeel daarvan;

    • d.

      het besluit tot belangrijke inkrimping, uitbreiding of andere wijziging van de werkzaamheden van de onderneming;

    • e.

      het besluit tot belangrijke wijziging in de organisatie van de onderneming, dan wel in de verdeling van bevoegdheden binnen de onderneming, met uitzondering van wijzigingen binnen een organisatieonderdeel;

    • f.

      het besluit tot wijziging van de plaats waar de onderneming haar werkzaamheden verricht.

  • 2.

    Alle bevoegdheden als genoemd en bedoeld in artikel 27.

 

Publiekrecht

  • 1.

    Het doen van voorstellen aan het Algemeen Bestuur.

  • 2.

    Het vaststellen van de organisatieverordening Openbaar Lichaam Sociaal.

  • 3.

    Het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels, voorzover deze niet door het Algemeen Bestuur worden vastgesteld.

  • 4.

    Het nemen van besluiten voor individuele gevallen, die niet onder een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel vallen.

  • 5.

    De bevoegdheid om contrair te beslissen op een advies van de Adviescommissie voor de bezwaarschriften is voorbehouden aan de betreffende portefeuillehouder.

 

Privaatrecht

Contracten

  • 1.

    Het besluit tot het aangaan van overeenkomsten met een contractwaarde (totaal) van € 1.000.000 en meer

  • 2.

    Het besluit tot het aangaan van overeenkomsten indien:

    • a.

      het Dagelijks Bestuur het Algemeen Bestuur vooraf over de overeenkomst schriftelijk moet informeren, omdat het Algemeen Bestuur daarom heeft verzocht;

    • b.

      het Algemeen Bestuur terzake om schriftelijke informatie heeft gevraagd;

    • c.

      redelijkerwijs moet worden aangenomen dat de overeenkomst aanleiding kan geven tot kritische berichtgeving in de media.

 

Civiele procedures

Het nemen van besluiten t.a.v. alternatieve geschillenbeslechting, niet zijnde arbitrage of het voorleggen van geschillen aan scheidslieden, voorzover afspraken daarover vooraf schriftelijk zijn vastgelegd.

 

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het kwijtschelden en buiten invordering stellen van vorderingen met een individuele of samengestelde waarde van € 150.000 en meer.

  • 2.

    Het besluit tot aanvaarding of afwijzing van erfstellingen, legaten en schenkingen met een individuele of samengestelde waarde van € 25.000 en meer.

  • 3.

    Het aanvragen van surseance van betaling en faillissement van derden.

  • 4.

    Het afgeven van borgstellingen, met dien verstande dat het Algemeen Bestuur met betrekking tot borgstellingen voor meer dan 1 miljoen Euro vooraf in de gelegenheid wordt gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het Dagelijks Bestuur te brengen.

 

Machtiging

Het ondertekenen van overeenkomsten met een ander bestuursorgaan, waarbij de wederpartij wordt vertegenwoordigd door een bestuurder, met dien verstande dat in dat geval de voorzitter een machtiging kan verlenen aan een lid van het Dagelijks Bestuur of de secretaris.

 

Personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Het opzeggen van de arbeidsovereenkomst wegens reorganisatie;

  • 2.

    Het inzetten van werknemers in geval van een staking bij een particulier bedrijf;

 

 

Bijlage 2 - Aangelegenheden die ingevolge artikel 4, tweede lid van dit Besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal/Drechtwerk blijven voorbehouden aan de secretaris

 

 

Publiekrecht

  • 1.

    Het nemen van besluiten tot het aanvragen van subsidie ten behoeve van de GR Sociaal.

  • 2.

    Het nemen van het besluit om bezwaar of (administratief) beroep aan te tekenen of een (wijziging of opheffing van) een verzoek om voorlopige voorziening in te dienen namens de GR Sociaal in administratiefrechtelijke procedures.

  • 3.

    Het corresponderen met de nationale ombudsman over door de nationale ombudsman in onderzoek genomen klachten als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht, anders dan het telefonisch en via de email beantwoorden van vragen en plegen van overleg door de centrale klachtencoördinator over door de nationale ombudsman ontvangen klachten, voordat de klacht formeel door de nationale ombudsman in onderzoek is genomen.

 

Privaatrecht

 

Aanbestedingen

  • 1.

    Het nemen van een gunningbesluit indien de opdracht niet wordt gegund aan de aanbieder die het beste scoort na de beoordeling van de aanbiedingen.

  • 2.

    Het niet gunnen van een opdracht na een aanbesteding.

  • 3.

    Het nemen van het besluit tot uitsluiting van een inschrijver.

 

Overeenkomsten

  • 1.

    Het sluiten van overeenkomsten, dan wel een reeks van samenhangende overeenkomsten met een contractwaarde (totaal) tot € 1.000.000.

  • 2.

    Het opleggen van kortingen en boetes aan opdrachtnemers, voor zover deze voortvloeien uit de bepalingen van de overeenkomst.

 

Civiele procedures

  • 1.

    Het besluit tot het aangaan van en het voeren van verweer in civiele procedures, m.u.v. civiele procedures tegen niet-ambtelijk personeel.

  • 2.

    Het bij de rechtbank aanhangig maken van een vordering tot het betalen van een geldsom groter of gelijk aan € 5.000.

 

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

  • 1.

    Het kwijtschelden en buiten invordering stellen van vorderingen met een individuele of samengestelde waarde tot € 150.000

  • 2.

    Het besluit tot aanvaarding of afwijzing van erfstellingen, legaten en schenkingen met een individuele of samengestelde waarde tot € 25.000.

  • 3.

    Het nemen van besluiten over verzoeken om schadevergoeding, voor zover dergelijke verzoeken op grond van de verzekeringspolis niet aan de verzekeraar moeten worden overgedragen.

 

Machtiging

n.v.t.

 

Personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Het aanstellen van leidinggevenden en specialistisch medewerkers die rechtstreeks door de secretaris worden aangestuurd.

  • 2.

    Het vaststellen van de in de organisatie te hanteren loonfamilies en het loongebouw.

  • 3.

    Het nemen van uitvoeringsbesluiten in het kader van reorganisaties nadat het reorganisatiebesluit door het DB is vastgesteld.

  • 4.

    Het uitoefenen van alle bevoegdheden die de wet, CAO en bedrijfsregelingen toekennen aan de werkgever ten aanzien van de leidinggevenden en specialistisch medewerkers die rechtstreeks door de secretaris worden aangestuurd.

  • 5.

    Het verplichten tot verrichten van andere werkzaamheden in tijden van oorlog e.d.

 

Bijlage 3 - Aangelegenheden die ingevolge artikel 4, derde lid van dit besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal/Drechtwerk blijven voorbehouden aan de directeur Drechtwerk.

 

Publiekrecht

  • 1.

    Het afdoen van verzoeken op grond van de Wet open overheid.

  • 2.

    Het afdoen van verzoeken van betrokkenen als bedoeld in bedoeld in hoofdstuk III van de Algemene Verordening Gegevensbescherming.

  • 3.

    Het schriftelijk afdoen van klachten als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht.

 

Privaatrecht

Aanbestedingen:

  • 1.

    Het nemen van uitvoeringsbesluiten tijdens een Europese, Nationaal openbare en Meervoudig onderhandse aanbestedingsprocedure, met uitzondering van de besluiten die in de andere bijlagen zijn genoemd.

  • 2.

    Het nemen van het besluit om af te wijken van een in het aanbestedingsbeleid van het openbaar lichaam Sociaal voorgeschreven aanbestedingsprocedure.

  • 3.

    Het nemen van een gunningbesluit na een openbare aanbestedingsprocedure, indien de gunning plaatsvindt aan de aanbieder die het beste scoort na de beoordeling van de aanbiedingen.

 

Overeenkomsten:

Het sluiten van overeenkomsten, dan wel een reeks van samenhangende overeenkomsten met een contractwaarde (totaal) tot € 500.000.

 

Civiele procedures:

  • 1.

    Het besluit hoger beroep of cassatie aan te tekenen namens het openbaar lichaam Sociaal in civiele- en strafrechtelijke procedures.

  • 2.

    Het besluit tot het aangaan van en het voeren van verweer in civiele procedures tegen niet-ambtelijk personeel.

  • 3.

    Het verlenen van een machtiging voor het ondertekenen van notariële akten.

 

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen:

Het namens het openbaar lichaam Sociaal uitbrengen van een offerte voor een door Drechtwerk te verrichten levering of dienst, op basis van commerciële dienstverlening.

 

Personeelsaangelegenheden

  • 1.

    Het aanstellen van alle medewerkers bij het organisatieonderdeel Drechtwerk.

  • 2.

    Het uitoefenen van alle bevoegdheden die de wet, CAO en bedrijfsregelingen toekennen aan de werkgever ten aanzien van alle medewerkers bij het organisatieonderdeel Drechtwerk.

  • 3.

    Het vaststellen van functieniveaus binnen het organisatieonderdeel Drechtwerk conform het reglement functiewaardering, binnen de door de secretaris vastgestelde in de organisatie te hanteren loonfamilies en het loongebouw.

 

Bijlage 4 - Aangelegenheden die ingevolge artikel 4, vierde lid van dit besluit mandaat, volmacht en machtiging GR Sociaal blijven voorbehouden aan de MT-leden Drechtwerk, voor zover het zijn of haar werkterrein betreft.

 

Publiekrecht

Het nemen van besluiten tot het verlenen, weigeren en vaststellen, wijzigen en intrekken van subsidie.

 

Privaatrecht

 

Aanbestedingen

n.v.t.

 

Contracten

Het sluiten van overeenkomsten, dan wel een reeks van samenhangende overeenkomsten met een contractwaarde (totaal) tot € 50.000.

 

Civiele en strafrechtelijke procedures

Het doen van aangifte van strafbare feiten namens de GR Sociaal voor het organisatieonderdeel Drechtwerk.

 

Overige privaatrechtelijke rechtshandelingen

Niet van toepassing

 

Machtiging

n.v.t.

 

Personeelsaangelegenheden

N.v.t.