Organisatie | Hoogheemraadschap van Delfland |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Reglement van Orde VV en commissies Delfland 2023 |
Citeertitel | Het Reglement van Orde VV en commissies Delfland 2023 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-11-2023 | paragraaf 4.5, 5.4, artikel 4.5, 4.34, 4.35, 4.36, 5.13, 5.21, 5.24, 5.25, 5.26 | 28-09-2023 | 2917 | ||
11-02-2023 | 10-11-2023 | nieuwe regeling | 02-02-2023 | 2739 |
HOOFDSTUK 2 VERENIGDE VERGADERING: ALGEMENE BEPALINGEN
De secretaris staat de verenigde vergadering, dijkgraaf en hoogheemraden en de voorzitter terzijde bij de uitoefening van hun taak. Hij is aanwezig in de vergadering van de verenigde vergadering en in die van dijkgraaf en hoogheemraden. Hij ondertekent de stukken die van de verenigde vergadering en dijkgraaf en hoogheemraden uitgaan mede.
HOOFDSTUK 3 VERENIGDE VERGADERING: TOELATING LEDEN, BENOEMING EN ONTSLAG HOOGHEEMRADEN, FRACTIES
Artikel 3.1 Onderzoek geloofsbrieven, toelating en beëdiging
De geloofsbrievencommissie brengt na haar onderzoek van de geloofsbrieven en de daarbij behorende stukken, verslag uit aan de verenigde vergadering en geeft daarbij een advies over het te nemen besluit. In het verslag wordt melding gemaakt van een minderheidsstandpunt. Het verslag wordt openbaar gemaakt.
Artikel 3.2 Integriteitstoets kandidaat hoogheemraden
De (in)formateur (indien van toepassing), de fracties dan wel de leden die zich willen kandideren voor de functie van hoogheemraad geven de namen van de kandidaat zo spoedig mogelijk door aan de dijkgraaf ten behoeve van de hierna omschreven integriteitstoets. Deze verplichting geldt zowel voor vacatures in dijkgraaf en hoogheemraden die zijn ontstaan als gevolg van bestuursverkiezingen als voor tussentijdse vacatures in dijkgraaf en hoogheemraden.
De dijkgraaf schakelt direct na opgave van de namen van de kandidaat hoogheemraden een extern bureau in dat bij elke kandidaat-hoogheemraad een integriteitstoets afneemt. Een kandidaat- hoogheemraad verleent zijn medewerking aan de integriteitstoets en aan het aanvragen en overleggen van een verklaring omtrent gedrag conform het profiel politieke ambtsdragers.
HOOFDSTUK 4 VERENIGDE VERGADERING: VERGADERINGEN
Paragraaf 4.1 Moment van vergaderen, voorbereidingen, procedure begroting en jaarrekening
Artikel 4.1 Vergaderfrequentie en datum, aanvangstijd en plaats vergadering
Vergaderdata worden jaarlijks vastgelegd in een schema dat uiterlijk in november van het jaar daarvoor door dijkgraaf en hoogheemraden, gehoord de fractievoorzitters, wordt vastgesteld en aan de verenigde vergadering wordt aangeboden. De vergaderingen worden in de regel gehouden in het Gemeenlandshuis te Delft.
Artikel 4.6 Procedure begroting en jaarrekening
Onverminderd het bepaalde in de Waterschapswet, geschiedt de voorbereiding en het onderzoek van de jaarrekening en het jaarverslag, alsmede de vaststelling van de jaarrekening en van een eventueel indemniteitsbesluit, ofwel een eventuele goedkeuring achteraf, volgens een procedure die de verenigde vergadering vaststelt. Hoogheemraden nemen aan een stemming hierover niet deel.
Paragraaf 4.2 Orde van de vergaderingen
Artikel 4.8 Presentie, presentielijst en verhindering
Bij vertrek van een lid uit de vergadering wordt het tijdstip van diens vertrek opgenomen op de presentielijst. Een lid dat voor de sluiting de vergadering verlaat, geeft, onvoorziene gevallen uitgezonderd, daarvan bij het begin van de vergadering kennis aan de griffier. Indien tijdens de vergadering een lid binnenkomt en/of vertrekt, wordt dit bij het betreffende agendapunt, genoteerd op de besluitenlijst.
Artikel 4.9 Opening vergadering en vergaderquorum
Indien ingevolge het tweede lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de dijkgraaf onder verwijzing naar dit artikel opnieuw een vergadering op een tijdstip dat ten minste achtenveertig uur na het verzenden van de oproeping voor die nieuwe vergadering is gelegen, uitgezonderd spoedeisende gevallen waarin de dijkgraaf anders beslist.
Indien een lid zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het onderwerp in behandeling, een spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de dijkgraaf tot de orde geroepen. Indien het desbetreffende lid hieraan geen gevolg geeft, kan de dijkgraaf hem gedurende de vergadering, waarin dat plaatsvindt, over het onderwerp het woord ontzeggen.
De dijkgraaf kan voorstellen om een lid, dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergaderingen te ontzeggen. Over dit voorstel wordt gestemd zonder beraadslaging. Bij aanname van het voorstel verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de dijkgraaf hem verwijderen. Bij herhaling van zijn ongewenste gedrag kan het lid voor maximaal twee achtereenvolgende vergaderingen de toegang worden ontzegd. De verenigde vergadering beslist hierover zonder beraadslaging, op voorstel van de dijkgraaf.
Artikel 4.13 Beraadslaging en schorsing ter nader beraad
Op verzoek van een lid of op voorstel van de dijkgraaf kan de verenigde vergadering besluiten de beraadslaging voor een bepaalde tijd te schorsen teneinde dijkgraaf en hoogheemraden of de andere leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De vergadering wordt hervat nadat de schorsingsperiode is verstreken.
Artikel 4.18 Gebruik communicatiemiddelen
Het is tijdens de vergadering toegestaan in de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, gebruik te maken van communicatiemiddelen, mits daarmee geen inbreuk wordt gemaakt op de orde van de vergadering.
Paragraaf 4.3 Rechten van leden
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de dijkgraaf spoedeisende gevallen, ten minste 24 uur voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de dijkgraaf ingediend. Het verzoek omvat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de vragen.
De dijkgraaf brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden en stelt het aan de orde bij de aanvang van de eerstvolgende vergadering. De verenigde vergadering bepaalt op voorstel van de dijkgraaf wanneer tijdens de vergadering de interpellatie zal worden gehouden.
Artikel 4.25 Schriftelijke vragen
Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in ieder geval binnen dertig dagen, nadat de vragen zijn binnen ingekomen. Indien beantwoording niet binnen deze termijn kan plaatsvinden, wordt de vragensteller daarvan gemotiveerd bericht waarbij wordt aangegeven de termijn waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Dit bericht wordt behandeld als een antwoord.
Na het sluiten van de beraadslaging en voordat tot stemming wordt overgegaan, heeft ieder lid het recht zijn uit te brengen stem kort te motiveren.
In afwijking van het zesde lid, vindt er hoofdelijke stemming plaats indien een lid daarom vraagt. Bij hoofdelijke stemming worden de volgende regels in acht genomen:
heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, dan kan hij nadat de dijkgraaf de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
Artikel 4.30 Schriftelijke stemming
Paragraaf 4.5 Geheimhouding en besloten vergaderingen
Artikel 4.36 Verslag besloten vergadering
Van de besloten vergadering wordt, onder verantwoordelijkheid van de griffier, een afzonderlijk verslag gemaakt dat bestaat uit de in artikel 4.19, eerste lid, genoemde onderdelen. Het verslag wordt opgenomen in het register voor geheime informatie van de verenigde vergadering. Artikel 4.34, derde lid, is van overeenkomstige toepassing.
HOOFDSTUK 5 COMMISSIES (ALGEMEEN)
Paragraaf 5.1 Commissies: algemene bepalingen
Artikel 5.5 Commissievoorzitter
De commissievoorzitter en zijn plaatsvervanger worden door de verenigde vergadering uit haar midden aangewezen, ook de dijkgraaf kan als commissievoorzitter worden aangewezen. Bij hun gelijktijdige afwezigheid van de voorzitter en zijn plaatsvervanger, wijst de commissie uit haar midden een commissievoorzitter aan.
Paragraaf 5.2 Commissies: moment van vergaderen en voorbereiding
Paragraaf 5.3 Commissies: orde van de vergaderingen
Artikel 5.15 Opening vergadering
De commissievoorzitter opent de vergadering op de vastgestelde aanvangstijd, er is geen quorum van toepassing.
Een commissielid mag in een termijn niet meer dan eenmaal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel. Bij de bepaling hoeveel malen een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een persoonlijk feit of over een voorstel van orde.
Indien een commissielid zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het onderwerp in behandeling, een spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de commissievoorzitter tot de orde geroepen. Indien het desbetreffende commissielid hieraan geen gevolg geeft, kan de commissievoorzitter hem gedurende de vergadering, waarin dat plaatsvindt, over het onderwerp het woord ontzeggen.
De commissievoorzitter kan voorstellen om een commissielid, dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de commissievergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd en meteen gestemd. Bij aanname van het voorstel verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de commissievoorzitter hem verwijderen.
Artikel 5.22 Gebruik communicatiemiddelen
Het is tijdens de vergadering toegestaan in de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, gebruik te maken van communicatiemiddelen, mits daarmee geen inbreuk wordt gemaakt op de orde van de vergadering.
HOOFDSTUK 6 NADERE BEPALINGEN COMMISSIES EN HET FRACTIEVOORZITTERSOVERLEG
Paragraaf 6.1 Algemene nadere bepalingen
Op de in dit hoofdstuk genoemde commissies, alsmede het fractievoorzittersoverleg, zijn de bepalingen van hoofdstuk 5 van overeenkomstige toepassing voor zover niet van deze bepalingen is afgeweken, voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met de in dit hoofdstuk opgenomen nadere bepalingen en voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het karakter van de commissie.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van donderdag 2 februari 2023>.
De verenigde vergadering van Delfland,
de secretaris,
ir. P.C. Janssen
de voorzitter,
dr. P.H.W.M. Daverveldt
TOELICHTING BIJ HET REGLEMENT VAN ORDE VV EN COMMISSIES DELFLAND 2023
Alleen de artikelen waarbij een toelichting is gegeven, staan genoemd
Waar in dit reglement staat vermeld 'hij', wordt iedere persoon bedoeld.
Waar in bepalingen wordt gesproken van ‘toezenden’ van stukken en/of beschikbaar stellen van stukken moet worden gelezen: digitaal beschikbaar stellen.
Met Wsw wordt de Waterschapswet aangeduid.
Dit is een toelichting op het Reglement van Orde VV en commissies Delfland 2023. Bij een eventuele tegenstrijdigheid tussen voormeld reglement en deze toelichting, prevaleert het bepaalde in voormeld reglement.
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen
In dit artikel worden termen en begrippen omschreven en gedefinieerd opdat verderop in het reglement deze termen zonder nadere toelichting kunnen worden gebruikt, waardoor het reglement korter wordt.
Loco-dijkgraaf is geen term uit de wet en moet dus worden gedefinieerd. De Wsw, art 51a, spreekt van waarnemer: Bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter en – indien in de aanwijzing daarvan is voorzien bij het reglement – van de plaatsvervangend voorzitter wordt het ambt van voorzitter waargenomen door een, door het dagelijks bestuur aan te wijzen, ander lid van dat bestuur.
Volgens het Reglement van Bestuur heet het dagelijks bestuur bij Delfland: ‘dijkgraaf en hoogheemraden’, dus zonder ‘college van’.
De griffier is geen functionaris benoemd in de Waterschapswet, maar een door Delfland ingestelde functie.
De griffier is het eerste aanspreekpunt voor de leden, met uitzondering van de hoogheemraden.
Artikel 3.1 Onderzoek geloofsbrieven en beëdiging
Om lid te worden (of toegelaten te worden als commissielid), doorloopt een persoon de volgende stappen:
Artikel 4.2 Digitale toezending
Stukken worden alleen nog digitaal beschikbaar gesteld aan de leden.
Artikel 4.3 Ingekomen stukken en mededelingen
Ingekomen stukken worden eveneens digitaal beschikbaar gesteld.
Artikel 4.5 Openbare kennisgeving en ter inzagelegging van stukken
Nadat de leden de vergaderstukken hebben ontvangen, wordt de vergadering openbaar bekend gemaakt.
Artikel 4.6 Procedure begroting en jaarrekening
Hoogheemraden nemen aan een stemming over de jaarrekening niet deel omdat zij medeverantwoordelijk zijn voor het opstellen daarvan.
De dijkgraaf heeft in de verenigde vergadering geen stemrecht.
Elk lid krijgt een vaste zitplaats toegewezen.
Artikel 4.9 Opening vergadering en vergaderquorum
Met quorum wordt bedoeld het aantal leden dat aanwezig moet zijn om rechtsgeldig besluiten te kunnen nemen. Het quorum bedraagt de helft + 1. Er moeten dus 16 leden aanwezig zijn.
Uiteraard heeft ieder lid het recht het woord te voeren. Om doelmatig te kunnen vergaderen wordt echter afgesproken dat in beginsel per onderwerp 1 lid per fractie het woord voert.
Met de spreektermijnen wordt een ordelijk verloop van de vergadering nagestreefd. De dijkgraaf leidt de vergadering, is geen lid en valt dus niet onder deze regels.
In dit artikel staan de bepalingen op grond waarvan de orde kan worden gehandhaafd.
De verenigde vergadering kan besluiten om deskundigen of andere niet-leden te horen, bijvoorbeeld om informatie in te winnen.
Artikel 4.15 Inspreekrecht niet-leden
Het inspreekrecht is geen wettelijk recht.
De VV biedt insprekers de gelegenheid en bepaalt in dit artikel de manier waarop.
De VV zaal, kent een ruimte voor het publiek, de toehoorders.
Toehoorders worden geacht de vergadering niet te verstoren.
Gebeurt dat toch dan regelt dit artikel de maatregelen.
Artikel 4.20 Amendementen en subamendementen
Met een amendement (tekstvoorstel tot wijziging) kan een voorgesteld besluit worden aangepast.
Op een amendement kan weer een amendement worden ingediend, een subamendement genaamd.
Een motie is een schriftelijke wens of andere uiting. Een motie kan betrekking hebben op een voorliggend voorstel, maar dat hoeft niet.
Het recht van interpellatie maakt het voor leden mogelijk om een debat te houden over een onderwerp dat niet op de agenda van de VV staat. Bij een interpellatie worden schriftelijk vragen gesteld aan dijkgraaf en hoogheemraden door de interpellant (dat is het lid dat de interpellatie houdt).
Artikel 4.24 Initiatiefvoorstellen
De leden hebben het recht zelf voorstellen aan de VV voor te leggen.
Artikel 4.26 Mondelinge vragen (vragenronde)
Om de vergadering doelmatig te laten verlopen, worden vragen tevoren schriftelijk ingediend.
Artikel 4.27 Ambtelijke bijstand
Op verzoek kan er bijstand worden verleend door de medewerkers van Delfland.
Een lid kan desgewenst een verklaring geven over de stem die hij gaat uitbrengen.
Besluiten kunnen op verschillende manieren tot stand komen:
In beginsel zijn de vergaderingen van de VV openbaar. Er kunnen redenen bestaan om, bij uitzondering, niet openbaar te vergaderen. Dit artikel regelt de besloten vergadering.
Aan de aanwezigen bij een besloten vergadering kan geheimhouding worden opgelegd ter zake van het behandelde op die vergadering.
De VV besluit zelf over het aantal, het werkgebied en de samenstelling van de commissie(s).
De Rekeningcommissie neemt een aparte plaats in en kent een eigen reglement.
Een commissie wordt ingesteld voor een bepaald werkgebied.
Artikel 5.4 Samenstelling en benoeming
Commissieleden kunnen door de VV uit twee groepen van personen worden benoemd:
Art 16 lid 3 van het Reglement van Bestuur bepaalt namelijk:
Tot lid van een commissie kunnen mede worden benoemd niet tot het bestuur van het hoogheemraadschap behorende personen.
Een fractie kan in totaal, dus voor alle commissies gezamenlijk, maximaal 3 niet tot het bestuur van het hoogheemraadschap behorende personen tot commissielid benoemen.
Aan de niet-leden als commissielid worden de eisen gesteld verwoord in lid 5.
Artikel 5.6 Commissiesecretaris
De rol van commissiesecretaris wordt vervuld door een medewerker van Delfland. Hij ondersteunt de commissie in haar werkzaamheden en maakt geen deel uit van de commissie.