Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bronckhorst

Verordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBronckhorst
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022
CiteertitelVerordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 van de Gemeentewet
  2. artikel 10.32a van de Wet milieubeheer
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-02-2023nieuwe regeling

26-01-2023

gmb-2023-56391

00775

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022

De raad van de gemeente Bronckhorst;

gelezen het voorstel van het college van b en w van 29 november 2022;

gelet op de bespreking in de commissievergadering van 12 januari 2023;

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

 

gelet op artikel 10.32a van de Wet milieubeheer;

 

overwegende dat de Wet milieubeheer de bevoegdheid biedt bij verordening regels te stellen over het brengen van afvloeiend hemelwater op of in de bodem of in een rioolvoorziening;

 

overwegende dat het gewenst is gebruik te maken van de mogelijkheid het afvloeiend hemelwater in een bepaald gebied vanaf de inwerkingtreding van deze verordening niet meer te doen afvloeien in een openbaar riool.

 

Besluit:

vast te stellen de: “Verordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022”

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    hemelwater: water uit neerslag, zoals regen, sneeuw, hagel en dauw.

  • -

    afvloeiend hemelwater: hemelwater dat afstroomt van daken, wegen, verhardingen of onverharde oppervlakken.

  • -

    openbare riolering: (een gedeelte van) de riolering of (samenstel van) voorzieningen, in beheer van de gemeente, voor de inzameling en transport van vuilwater en/of hemelwater.

  • -

    gemengd riool: de openbare riolering voor de afvoer van afvalwater inclusief hemelwater.

  • -

    gebied met hemelwaterzorg: een door burgemeester en wethouders aan te wijzen gebied waarbinnen in bestaande situaties het redelijkerwijs van inwoners niet verlangd kan worden hemelwater op het eigen perceel te bergen en de zorg voor de afvoer van hemelwater bij de gemeente ligt

  • -

    niet infiltreerbaar gebied: een door burgemeester en wethouders aan te wijzen gebied waarbinnen het binnen redelijke termijn infiltreren van hemelwater in de bodem niet mogelijk is

  • -

    openbare hemelwatervoorziening: een voorziening in beheer bij de gemeente voor het bergen en/of infiltreren van hemelwater.

  • -

    nieuw bouwwerk: bouwwerken met een aanlegdatum na de inwerkingtreding van deze verordening

  • -

    nieuwe verharding: verharding met een aanlegdatum na de inwerkingtreding van deze verordening.

  • -

    drukriool: een systeem voor transport van vervuild huishoudelijk afvalwater met een enkele drukleiding of een netwerk van drukleidingen.

  • -

    waterbergingsfonds: een fonds waarin burgemeester en wethouders de bedragen storten die zij ontvangen op grond van financiële voorwaarden bij een omgevingsvergunning voor het afwijken van de regels over waterberging.

  • -

    in- en uitbreidingslocaties: een voor woningbouw of bedrijvigheid te (her)ontwikkelen gebied, bestaande uit één of meerdere kavels.

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1.

    Deze verordening is van toepassing op:

    • a.

      alle nieuwe bouwwerken en verhardingen.

    • b.

      bestaande bouwwerken als na de inwerkingtreding van deze verordening:

      een ingrijpende renovatie als bedoeld in het artikel 5.6, lid 4, van het Bouwbesluit 2012 wordt uitgevoerd; of aan het gebouw één of meer bouwlagen worden toegevoegd; of het bebouwde oppervlak en/of verharde oppervlak wordt uitgebreid waarbij het totale afstromende oppervlak gelijk is of meer dan 50 m2.

    • c.

      bestaande bouwwerken die liggen in een door het bevoegd gezag aan te wijzen werkingsgebied.

  • 2.

    Deze verordening is niet van toepassing op inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer en op de openbare wegen in beheer bij de gemeente, de provincie, het waterschap en het Rijk.

Artikel 3 Lozen van hemelwater

  • 1.

    Met het oog op duurzaam, robuust en doelmatig waterbeheer is het, in het “gebied met hemelwaterzorg”, verboden om zonder hemelwaterberging hemelwater dat afstroomt van nieuwe bouwwerken en nieuwe verhardingen te lozen op de openbare weg, de openbare riolering of openbare hemelwatervoorzieningen.

  • 2.

    Van het hemelwater dat afvloeit van nieuwe bouwwerken en nieuwe verhardingen wordt alleen hemelwater op een openbare voorziening geloosd voor zover het afvloeiend hemelwater niet meer geborgen kan worden in de hemelwaterberging van het perceel genoemd in lid 1.

  • 3.

    De hemelwaterberging genoemd in lid 1 heeft een capaciteit die gelijk of groter is dan bergingseis volgens het schema van bijlage 1.

  • 4.

    De hemelwaterberging genoemd in lid 1 wordt na afloop van een regenbui geledigd zodat de gevraagde capaciteit van de hemelwaterberging binnen 48 uur weer volledig beschikbaar is.

  • 5.

    De hemelwaterberging genoemd in lid 1 wordt geledigd door infiltratie in de bodem of hergebruik van het water. Alleen als het perceel gelegen is in een ‘niet-infiltreerbaar gebied’ kan het hemelwater dat vrijkomt bij de lediging worden geloosd op de openbare hemelwatervoorzieningen, openbare weg, of de openbare riolering, waarbij de lozingshoeveelheid maximaal gelijk is aan 5,0 mm per uur, gerekend over het op de hemelwaterberging aangesloten oppervlak van daken en verhardingen.

  • 6.

    De hemelwaterberging genoemd in lid 1 en bijbehorende voorzieningen dienen gerealiseerd te zijn uiterlijk 6 weken na aanleg of verbouw van de nieuwe bouwwerken of nieuwe verhardingen.

  • 7.

    Als hemelwaterberging kan elk type voorziening of combinatie van voorzieningen worden toegepast, zolang met die voorzieningen wordt voldaan aan de gevraagde capaciteit en de eisen genoemd in lid 1 t/m lid 6

  • 8.

    Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in lid 1 van dit artikel als infiltratie in de bodem niet mogelijk is of als van de perceeleigenaar redelijkerwijs geen of geen volledige hemelwaterberging kan worden gevergd. Hieraan kan een financiële voorwaarde worden verbonden.

Artikel 4 Hemelwaterberging en infiltratie in in- en uitbreidingslocaties

  • 1.

    Dit artikel is van toepassing op alle in- en uitbreidingslocaties met een aanlegdatum ná de inwerkingtreding van deze verordening.

  • 2.

    Op in- en uitbreidingslocaties is artikel 3 van toepassing.

  • 3.

    In- en uitbreidingslocaties vallen in principe buiten het gebied met hemelwaterzorg, tenzij door de lokale omstandigheden de verwerking van hemelwater binnen de percelen redelijkerwijs niet mogelijk is.

  • 4.

    Binnen elke in- en uitbreiding moeten voorzieningen voor de berging van hemelwater worden gerealiseerd volgens de bergingseis in de tabel van bijlage 1.

  • 5.

    Binnen elke in- en uitbreidingslocatie moet het hemelwater binnen het plangebied worden verwerkt, bij voorkeur door infiltratie in de bodem. Voor zover de in- en uitbreidingen liggen in ‘niet-infiltreerbaar gebied’ mag hemelwater vertraagd worden afgevoerd overeenkomstig de eisen van het waterschap voor het betreffende gebied. Hiervoor is toestemming nodig van het waterschap Rijn en IJssel.

  • 6.

    De voorzieningen voor inzameling, transport, berging, infiltratie en afvoer van hemelwater moeten robuust zijn en zodanig worden gerealiseerd dat deze bereikbaar zijn voor onderhoud en zoveel mogelijk zichtbaar (bovengronds).

  • 7.

    Het toepassen van infiltratievoorzieningen die niet of slecht reinig- en/of inspecteerbaar zijn (zoals bijvoorbeeld infiltratiekratten), zijn in de openbare ruimte niet toegestaan. Met het oog op duurzaam waterbeheer gaat de voorkeur uit naar groene hemelwatervoorzieningen, zoals wadi’s, die bijdragen aan het beperken van hittestress en droogte.

  • 8.

    Het college kan een vergunning verlenen voor afwijken van de verplichtingen genoemd in lid 3, voor zover het realiseren van de benodigde voorzieningen redelijkerwijs niet mogelijk is binnen het plangebied. Hieraan is een financiële voorwaarde verbonden volgens artikel 6.

Artikel 5 Waterbergingsfonds

  • 1.

    Aan de ontheffing voor het lozen van hemelwater als bedoeld in artikel 3.9 en artikel 4.8 wordt een financiële bijdrage gekoppeld als burgemeester en wethouders de zorgplicht voor hemelwater overnemen. Hiertoe stelt de gemeenteraad een Verordening Waterbergingsfonds vast.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders storten financiële bijdrage die zij hebben ontvangen in een waterbergingsfonds.

Artikel 7. Lozingsverbod drukriolering

  • 1.

    Het is verboden een hemelwaterafvoerleiding aan te sluiten of aangesloten te houden op het drukriool.

Artikel 8. Hardheidsclausule

  • 1.

    Indien een strikte toepassing van deze verordening zou leiden tot een beslissing die onmiskenbaar als onredelijk moet worden aangemerkt, kunnen burgemeester en wethouders in bijzondere gevallen van het gestelde in deze verordening afwijken.

  • 2.

    In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 9. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag nadat deze bekend is gemaakt.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als Verordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Bronckhorst in zijn openbare vergadering van 26 januari 2023.

de griffier,

M. Veenbergen

de voorzitter,

M. Besselink

Bijlage 1

Toelichting Verordening op de afvoer van hemelwater gemeente Bronckhorst 2022

Algemeen

Door klimaatverandering wordt de kans op extreme buien groter en daarmee het risico op wateroverlast. Om de risico's (gezondheid, veiligheid of economisch) te beperken, is het nodig om maatregelen te nemen. Zowel rondom bestaande gebouwen als bij nieuwbouw is voldoende waterberging benodigd.

 

Gemeenten hebben wettelijke zorgtaken voor water en riolering. Het gemeentelijk waterbeleid ligt vast in een Watertakenplan en richt zich op afval-, hemel- en grondwater. In januari 2023 stelt de gemeenteraad een herzien Watertakenplan vast. Het afkoppelen van hemelwater is één van de speerpunten uit het Watertakenplan. Onderdeel van het herziene plan is het vaststellen van een Hemelwaterverordening gemeente Bronckhorst.

 

Waarom een Hemelwaterverordening?

Door klimaatveranderingen verandert het weerbeeld. Situaties die nu nog uitzonderlijk zijn, gaan in de toekomst vaker plaatsvinden. Dit kunnen lange periodes van droogte zijn, maar ook extreme buien. De bestaande riolering, ooit aangelegd voor een levensduur van 50 tot 80 jaar, kan deze hoeveelheid water niet verwerken.

 

De helft van het afstromende hemelwater is afkomstig van particuliere terreinen. Om het functioneren van het rioolstelsel ook in de toekomst te kunnen garanderen, zijn daarom zowel maatregelen nodig op openbare terreinen als op particuliere terreinen (van inwoners en bedrijven). Met de Hemelwaterverordening geeft de gemeente aan welke regels er gelden voor het verwerken van hemelwater (regenwater). De gemeente kan (indien noodzakelijk) de verplichting opleggen om in een gebied alle verharding af te koppelen van de gemeentelijke vuilwaterriolering. Dit kan gelden dan voor de openbare en/of de particuliere verharding.

 

Wanneer geldt de Hemelwaterverordening?

  • -

    Bestaande situaties in de bebouwde kom:

  • Voor bestaande situaties van aangesloten of afstromend hemelwater verandert in de meeste gevallen niets. Deze mogen voorlopig aangesloten blijven.

  • -

    Buiten de bebouwde kom:

  • In het buitengebied is geen vrijvervalriool aanwezig. Afvalwater wordt geloosd via drukriolering of een IBA. Deze systemen zijn niet geschikt voor de verwerking van hemelwater. Lozing van hemelwater op de gemeentelijke (druk)riolering is daarom niet toegestaan. Dit blijft ongewijzigd, zowel in bestaande situaties als bij nieuwbouw

  • -

    Nieuwbouw in de bebouwde kom: Alle nieuwe bebouwing en/of verharding (straatwerk) mag niet meer aangesloten worden op de gemeentelijke vuilwaterriolering en het hemelwater van deze verharding moet worden geïnfiltreerd op eigen terrein.

  • -

    In- en uitbreidingsplannen: Bij in- en uitbreidingslocaties dient al het hemelwater (dus ook op openbaar terrein) binnen het plangebied geïnfiltreerd te worden.

Wat zijn de regels?

Per m2 afwaterend oppervlak moet berging gerealiseerd worden om het hemelwater op te kunnen vangen. Het hemelwater moet daarbij in maximaal 48 uur infiltreren in de bodem.

De benodigde berging is afhankelijk van de omvang van de toename van de verharding. Voor in- of uitbreidingslocatie gelden aanvullende eisen. Zie hiervoor Bijlage 1 bij de Hemelwaterverordening.

 

Hoe bereken ik de afwaterende oppervlakte?

Bepalend is het horizontale (dak) oppervlak. Dus in het geval van een hellend dak is het platte vlak inclusief de overstekken en de dakgoten maatgevend. Bij bestratingen gaat het gewoon om het oppervlak van de bestrating.

 

Hoe maak ik de gevraagde berging?

Als het particuliere verharding betreft is men in principe men vrij om te kiezen hoe men dit wil doen.

Men kan kiezen voor bijvoorbeeld infiltratiekratten of infiltratieputten, maar men mag het hemelwater ook gewoon over het gazon laten stromen. Het water mag echter niet afstromen naar het terrein van de buren, tenzij men schriftelijke toestemming heeft van de betreffende buren.

 

Wat als ik niet kan infiltreren?

Er zijn gevallen waarbij men niet kan infiltreren op eigen terrein. Denk bijvoorbeeld aan:

  • -

    Gebieden met een slecht doorlatende ondergrond, zoals klei

  • -

    Grondwaterbeschermingsgebieden

  • -

    Gebieden met een bodem en/of grondwatervervuiling

  • -

    Bij een volledig bebouwd perceel

Als de perceelseigenaar kan onderbouwen dat op zijn perceel infiltratie van hemelwater niet mogelijk is, zijn er twee mogelijkheden:

  • De perceelseigenaar legt de benodigde berging aan op eigen terrein en voert het hemelwater vervolgens vertraagd af naar een sloot van de gemeente of het waterschap. Dit moet volgens de eisen die het waterschap daaraan stelt. Instemming van de eigenaar van de sloot is een vereiste.

  • De perceelseigenaar krijgt ontheffing van de gemeente voor de aanleg van de gevraagde berging infiltratievoorziening. Dan neemt de gemeente de verplichting over van de perceelseigenaar. Daarvoor betaalt de perceelseigenaar een vast bedrag per m3 inhoud berging aan de gemeente. De gemeente verplicht zich om binnen een redelijke termijn op een andere plek een berging en infiltratievoorziening aan te leggen. Indien mogelijk in de nabijheid van het betreffende perceel, maar in ieder geval binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Bronckhorst.

Het ontvangen bedrag wordt gestort in het Waterbergingsfonds zodat inzichtelijk is wie wat heeft betaald en wanneer de gemeente het geld heeft ingezet voor de aanleg van een vervangende berging en infiltratievoorziening.

 

Wat als de gemeente niet binnen redelijke termijn een vervangende infiltratievoorziening aanlegt?

Als de gemeente niet binnen een redelijke termijn (uiterlijk 10 jaar) een vervangende infiltratievoorziening heeft aangelegd kan de betreffende perceelseigenaar het betaalde bedrag terugvragen.

 

Wat is de bergingseis bij de aanvraag afkoppelsubsidie?

Afkoppelsubsidie is aan te vragen voor bestaande bouwwerken en verhardingen van voor 2012 waarvan het hemelwater afstroomt op een gemeentelijk vuilwaterriool. Bij de afkoppelsubsidie geldt een eis van 20 mm (20 liter per m2) berging over het af te koppelen verhard oppervlak.