Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Berkelland

Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBerkelland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023
CiteertitelVerordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Kwijtscheldingsverordening gemeentelijke belastingen 2022.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 255 van de Gemeentewet
  2. artikel 26 van de Invorderingswet 1990
  3. Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-02-202301-01-2023nieuwe regeling

31-01-2023

gmb-2023-55074

509800

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023

De raad van de gemeente Berkelland;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 januari 2023;

 

gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, artikel 26 van de Invorderingswet 1990, de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 en de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden;

 

overwegende dat het gewenst is om nadere regels te stellen voor het in het geheel geen dan wel gedeeltelijk verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen;

 

 

b e s l u i t :

 

 

vast te stellen de volgende:

 

VERORDENING KWIJTSCHELDING GEMEENTELIJKE BELASTINGEN 2023

Artikel 1 Uitgesloten van kwijtschelding

Voor belastingaanslagen van de volgende belastingen en rechten wordt geen kwijtschelding verleend:

  • a.

    baatbelasting;

  • b.

    begraafrechten;

  • c.

    leges;

  • d.

    marktgelden;

  • e.

    reclamebelasting

  • f.

    rioolaanleg- en aansluitgeld;

  • g.

    rioolheffing, genoemd in artikel 7, lid 1 en genoemd in lid 2, voor het aantal m³ water boven 500 m³;

  • h.

    toeristenbelasting;

  • i.

    onroerende zaakbelastingen als bedoeld in artikel 5 lid 1 sub a en sub b onder 2 van de verordening onroerende zaakbelastingen.

Artikel 2 Beperkte kwijtschelding

  • 1.

    Voor belastingaanslagen van de onroerende zaakbelastingen als bedoeld in artikel 5 lid 1 sub b onder 1 van de verordening onroerende zaakbelastingen wordt volledige kwijtschelding verleend van het in te vorderen bedrag.

  • 2.

    Voor belastingaanslagen van de afvalstoffenheffing wordt alleen kwijtschelding verleend voor het basispakket en niet voor de extra containers genoemd in 1.2 van de tarieventabel behorende bij de verordening reinigingsheffingen.

  • 3.

    Voor belastingaanslagen van de rioolheffing wordt alleen kwijtschelding verleend van het bepaalde in artikel 7, lid 2 van die verordening, voor het aantal kubieke meters water tot en met 500 m³.

Artikel 3 Berekeningswijze kosten van bestaan

  • 1.

    Bij de kwijtschelding van afvalstoffenheffing, onroerende zaakbelastingen en de rioolheffing voor het bepaalde in artikel 7, lid 2 tot en met 500 m3 van die verordening, wordt in afwijking van artikel 16, eerste en tweede lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaand gesteld op 100 procent.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid van wordt overeenkomstig artikel 3 van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de vaststelling van de kosten van bestaan van pensioengerechtigden in plaats van de bijstandsnorm het netto-ouderdomspensioen gehanteerd.

Artikel 4 Netto kosten kinderopvang

Als uitgaven als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 worden mede in aanmerking genomen de in artikel 28, derde lid, van de genoemde regeling bedoelde netto kosten van kinderopvang.

Artikel 5 Extra toegestane financiële middelen

In afwijking van artikel 12, tweede lid, onderdeel d, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 wordt het totale bedrag aan financiële middelen, bedoeld in dat onderdeel, verhoogd met:

  • 1.

    Het maximumbedrag van €2.000,- genoemd in artikel 4, onder a van de Regeling kwijtschelding belastingen medeoverheden voor de belastingschuldige en zijn echtgenoot.

  • 2.

    75% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande, en

  • 3.

    90% van het bedrag genoemd onder a voor een alleenstaande ouder.

Artikel 6 Kwijtschelding aan ondernemers

Met inachtneming van het overigens in dit besluit bepaalde, wordt een verzoek om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen die geen verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep, van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent, behandeld volgens de bepalingen van hoofdstuk II, afdelingen 1,2 en 5 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.

Artikel 7 Wijze van aanvraag kwijtschelding

Voor de aanvraag om kwijtschelding dient gebruik te worden gemaakt van het door de gemeenteambtenaar belast met invordering van gemeentelijke belasting, als bedoeld in artikel 231, tweede lid onder c van de Gemeentewet (invorderingsambtenaar), vastgestelde aanvraagformulier met de daarbij behorende toelichting.

Artikel 8 Overgangsrecht

De kwijtscheldingsverordening gemeentelijke belastingen 2022, vastgesteld in de raadsvergadering van 31 januari 2023, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 10 genoemde datum van ingang van de verordening, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op ingediende verzoeken die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2023.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen 2023”.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 31 januari 2023;

de griffier,

de voorzitter,