Organisatie | Metropoolregio Rotterdam Den Haag |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Tijdelijke uitvoeringsregeling stimuleringsmaatregelen Transitieprogramma OV en corona 2022 |
Citeertitel | Tijdelijke uitvoeringsregeling stimuleringsmaatregelen Transitieprogramma OV en corona |
Vastgesteld door | gedelegeerde functionaris |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-06-2024 | artikel 2, 3, 4, 5, 6 | 05-06-2024 | |||
01-02-2023 | 20-06-2024 | nieuwe regeling | 14-12-2022 |
De Bestuurscommissie Vervoersautoriteit,
gelezen het voorstel d.d. 14 december 2022
In het Transitieprogramma dat de Bestuurscommissie Vervoersautoriteit (BcVa) op 24 maart 2021 heeft vastgesteld, is vastgelegd dat in de periode 2021-2030 een bedrag van maximaal 104,2 mln. euro beschikbaar wordt gesteld voor maatregelen “om de lange termijnvisie te realiseren en het OV-systeem te versterken.” Daarbij wordt de volgende onderverdeling benoemd:
Op grond van de Subsidieverordening Vervoersautoriteit MRDH 2018 de BcVa nadere en beleidsregels mag opstellen. Dit doet zij in de Uitvoeringsregeling Vervoersautoriteit Metropoolregio Rotterdam Den Haag. In verband met de COVID 19 problematiek is er behoefte aan een tijdelijke aanvullende uitvoeringsregeling. Deze ’Tijdelijke uitvoeringsregeling stimuleringsmaatregelen Transitieprogramma OV en corona’ beschrijft de wijze waarop en de voorwaarden waaronder deze middelen beschikbaar worden gesteld aan vervoerbedrijven, gemeenten en andere partijen;
vast te stellen, de wijzigingen in de
Tijdelijke uitvoeringsregeling stimuleringsmaatregelen Transitieprogramma OV en corona 2022
Artikel 6: Bijdrage ter vermindering tekort OV en corona
Om de gevolgen van corona voor het OV-systeem en de OV-reizigers te beperken, heeft de bestuurscommissie op 24 maart 2021 besloten om de groeigelden uit de OV-exploitatiebegroting in de periode 2021-2030 beschikbaar te houden voor een financiële bijdrage van de MRDH aan de vervoerbedrijven, met een maximum van € 200 mln. (subsidieplafond).
De subsidie bedraagt ten hoogste 27,5% van het door de concessiehouders gerealiseerde financiële effect van de genomen maatregelen uit hun transitieplannen die de basis zijn voor het Transitieprogramma. Gezien de aard van de maatregelen kan deze subsidie in delen worden aangevraagd. Het geld in deze regeling is gereserveerd voor de drie concessiehouders die onderdeel zijn van het transitieprogramma, te weten RET, HTM en EBS.
Deze bijdrage die de MRDH kan leveren om het tekort als gevolg van corona te beperken, geldt als aanvulling op de reguliere exploitatiesubsidie die vervoerders ontvangen. Om een evenwichtige verhouding te garanderen tussen de inspanningen die de vervoerders verrichten en de financiële bijdrage van de MRDH, is ervoor gekozen om van de bijdrage een ‘resultaatafhankelijke bijdrage’ te maken. Beoogd wordt dat de vervoerders zelf daadwerkelijk maatregelen (uit hun transitieplannen) hebben doorgevoerd om het tekort (deels) op te lossen, alvorens zij een bijdrage ontvangen van de MRDH.
Voor het bepalen van de bijdrage van MRDH gelden de volgende uitgangspunten en randvoorwaarden:
Over het bedrag dat met de kostenbesparende maatregelen aantoonbaar door de vervoerder(s) bespaard is of gaat worden, ontvangen de vervoerders een extra bijdrage van maximaal 27,5% van de MRDH, waarbij geldt dat:
Van maatregelen die een meerjarig effect hebben, moeten vervoerders onderbouwd kunnen aantonen wat het gerealiseerde (en ingeboekte) effect in het eerste jaar is, en voldoende aannemelijk kunnen maken dat deze effecten meerjarig zijn (en over hoeveel jaar), dus ook in de daaropvolgende jaren bereikt worden;
Indien de bijdrage van 27,5% van de geëffectueerde maatregelen in het betreffende jaar niet nodig is omdat het resultaat van de vervoerder op nul of hoger uitkomt, dan is het mogelijk om de aanvraag door te schuiven naar latere jaren, zolang de regeling voor deze bijdrage loopt. De bijdrage voor die maatregelen blijft dan bij de MRDH beschikbaar zolang de regeling loopt.
Deze regeling eindigt als het maximum van 200 miljoen euro subsidie is bereikt of uiterlijk zes maanden na de laatste herijking van het transitieprogramma. Bij deze herijking kan de bestuurscommissie Va besluiten om de regeling te verlengen, afhankelijk van de mate waarin de regeling is benut en eventuele verdere Rijkssteun.