Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bladel

Verordening Bl-zone Centrum Bladel voor gebruikers 2023-2027

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBladel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Bl-zone Centrum Bladel voor gebruikers 2023-2027
CiteertitelVerordening BI-zone Centrum Bladel 2023-2027 voor gebruikers
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening BI-zone Centrum Bladel 2018-2022 voor gebruikers.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Deze regeling treedt in werking de achtste dag na vaststelling onder voorwaarde dat voldaan is aan artikel 4, lid 1 van de Wet BIZ.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet op de bedrijveninvesteringszones

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-01-2023aanhangig

22-12-2022

gmb-2023-25507

22.25528

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Bl-zone Centrum Bladel voor gebruikers 2023-2027

De raad van de gemeente Bladel;

 

gelezen het voorstel R22.073 van burgemeester en wethouders van 1 november 2022;

 

  • gelet op de Wet op de Bedrijveninvesteringszones;

 

  • gelet op de tussen de gemeente Bladel en de Vereniging Vastgoedeigenaren BIZ centrum Bladel en de Stichting BIZ Ondernemers Centrum Bladel gesloten Uitvoeringsovereenkomsten;

 

  • overwegende dat het economisch functioneren van het centrum van Bladel nog verder kan worden versterkt door de Stichting Centrummanagement te financieren middels het instrument Bedrijveninvesteringszone;

besluit:

 

  • 1.

    De Verordening Bl-zone Centrum Bladel voor gebruikers 2023-2027 vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van de Verordening BI-zone Centrum Bladel 2018-2022 voor gebruikers.

  • 2.

    De Verordening Bl-zone Centrum Bladel voor eigenaren 2023-2027 vast te stellen onder gelijktijdige intrekking van de Verordening BI-zone Centrum Bladel 2018-2022 voor eigenaren.

  • 3.

    Het document “Visie op doorontwikkeling Centrummanagement Bladel Meerjarenplan 2023 – 2027” vast te stellen.

  • 4.

    De jaarlijkse gemeentelijke bijdrage aan de Stichting Centrum Management Bladel m.i.v. het jaar 2023 te verhogen van € 17.500,- naar € 35.000,- en deze verhoging alsmede de financiële mutaties m.b.t. de BIZ-bijdragen voor vastgoedeigenaren te verwerken in de Perspectiefnota 2023.

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

 

  • a.

    BI-zone: het bij deze verordening aangewezen gebied in de gemeente waarbinnen de BI-bijdrage wordt geheven. De BI-zone is het gebied van het centrum van Bladel. Het aangewezen gebied is vermeld op de bij deze verordening behorende en daarvan deeluitmakende kaart;

  • b.

    De Wet BIZ: Wet op de Bedrijveninvesteringszones;

  • c.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bladel;

  • d.

    Uitvoeringsovereenkomst: de tussen de gemeente Bladel en de Stichting BIZ Ondernemers Centrum Bladel gesloten Uitvoeringsovereenkomst.

Artikel 2 Aanwijzing Stichting

De Stichting BIZ Ondernemers Centrum Bladel (hierna: de Stichting) wordt aangewezen als de stichting bedoeld in artikel 7 van de Wet BIZ, waarmee een overeenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht is gesloten, waarin is bepaald dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt verplicht moeten worden verricht.

Hoofdstuk 2 Belastingbepalingen

Artikel 3 Aard van de belasting

  • 1.

    Onder de naam ‘BIZ-bijdrage’ wordt jaarlijks een directe belasting geheven ter zake van binnen de bedrijveninvesteringszone gelegen onroerende zaken die op grond van artikel 220a Gemeentewet niet in hoofdzaak tot woning dienen.

  • 2.

    De BIZ-bijdrage wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veilig-heid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.

Artikel 4 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    De BIZ-bijdrage wordt gedurende een periode van 5 jaar jaarlijks geheven ter zake van binnen de BI-zone gelegen onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen.

  • 2.

    De BIZ-bijdrage wordt geheven van degenen die bij het begin van het kalenderjaar in de BI-zone gelegen onroerende zaken al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht, gebruiken.

  • 3.

    Voor de toepassing van het tweede lid wordt:

    • a.

      gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;

    • b.

      het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die die onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.

Artikel 5 Belastingobject

  • 1.

    Onder ‘onroerende zaak die niet in hoofdzaak tot woning dient’ wordt het volgende verstaan:

    Een onroerende zaak als bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken, welke niet in hoofdzaak tot woning dient en bovendien niet wordt genoemd in artikel 220d, eerste lid, van de Gemeentewet.

  • 2.

    Een onroerende zaak dient niet in hoofdzaak tot woning indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak niet in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van die onroerende zaak die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

Artikel 6 Maatstaf van heffing

  • 1.

    De BIZ-bijdrage wordt geheven naar de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor het belastingobject vastgestelde waarde voor het eerste jaar (2023) bedoeld in artikel 4, tweede lid, van deze verordening. De in het eerste jaar (2023) vastgestelde waarde is tevens voor 2024, 2025, 2026 en 2027 van toepassing (conform artikel 2, eerste lid van de Wet op de Bedrijveninvesteringszones).

  • 2.

    Bij de bepaling van de heffingsmaatstaf wordt buiten aanmerking gelaten de waarde van gedeelten van de onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dienen dan wel in hoofdzaak dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

  • 3.

    Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 7 Vrijstellingen

In afwijking in zoverre van artikel 6 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet reeds is geschied bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:

 

  • a.

    straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanig gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri’s, hekken en palen;

  • b.

    begraafplaatsen, urnentuinen en crematoria.

Artikel 8 Belastingtarief

  • 1.

    Het tarief van de BIZ-bijdrage bedraagt voor een gebruiker, bij een waarde:

     

    tot € 100.000

    € 400

    van € 100.000 maar minder dan € 200.000

    € 500

    van € 200.000 maar minder dan € 300.000

    € 600

    van € 300.000 maar minder dan € 400.000

    € 700

    van € 400.000 maar minder dan € 500.000

    € 800

    van € 500.000 maar minder dan € 600.000

    € 900

    Vanaf € 600.000

    € 1.000

  • 2.

    Indien de heffingsmaatstaf beneden € 12.000,- blijft, wordt geen belasting geheven.

Artikel 9 Wijze van heffing

De BIZ-bijdrage wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingplichtigen kunnen worden afgeschreven, de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste, tweede en derde lid gestelde termijnen.

Artikel 11 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de BIZ-bijdrage.

Hoofdstuk 3 Subsidiebepalingen

Artikel 12 Algemeen

Op de subsidie op grond van deze verordening is de Algemene subsidieverordening gemeente Bladel 2022 niet van toepassing.

Artikel 13 Subsidievaststelling

  • 1.

    De subsidie wordt verstrekt aan de Stichting voor de uitvoering van de activiteiten die zijn opgenomen in de Uitvoeringsovereenkomst.

  • 2.

    De subsidie bedraagt maximaal het bedrag van de jaarlijks te ontvangen BIZ-bijdragen die in de in artikel 4, eerste lid, bedoelde periode worden geheven.

Artikel 14 Wijze van betalen

  • 1.

    De subsidie wordt betaald in de vorm van voorschotten, bestaande uit twee termijnen van de begrote subsidie. De eerste termijn wordt betaald op 1 januari en de tweede termijn op 1 juli van elk jaar waarin de BI-bijdrage wordt geheven.

  • 2.

    In de Uitvoeringsovereenkomst worden nadere regels gesteld over de wijze van verrekening van de meer- en minderopbrengsten van de geheven BIZ-bijdragen ten opzichte van de betaalde voorschotten.

Artikel 15 Melding van relevante wijzigingen

  • 1.

    De Stichting stelt het college zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte van meer dan ondergeschikte veranderingen in haar financiële situatie.

  • 2.

    De Stichting stelt het college zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte van een wijziging van de statuten, dan wel van verandering of beëindiging van activiteiten.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 16 Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de achtste dag na vaststelling onder voorwaarde dat voldaan is aan artikel 4, lid 1 van de Wet BIZ.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023 onder voorwaarde dat voldaan is aan artikel 4, lid 1 van de Wet BIZ.

  • 3.

    De verordening wordt aangehaald als Verordening BI-zone Centrum Bladel 2023-2027 voor gebruikers.

Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 22 december 2022.

De raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

Bijlage A. Gebiedskaart Bl-zone Centrum Bladel 2023-2027 voor gebruikers