Uitvoeringsprogramma Vergunningverlening Gemeente Brunssum 2023 - 1

In 2016 is de Wet Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (Wet VTH) in werking getreden. De wet is geïntegreerd in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Doel van de Wet VTH is om de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving van het omgevingsrecht beter te organiseren. Gemeenten moeten zorgen voor een goede kwaliteit van de taken op het gebied van uitvoering en handhaving. Ze moeten daarom, onder andere, beleid vaststellen op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving.

In Brunssum worden taken op het gebied van vergunningverlening uitgevoerd door de afdeling Publieksdiensten, team Vergunningen. Taken op het gebied van Toezicht & Handhaving worden uitgevoerd door de afdeling Bestuurszaken, team Veiligheid, Toezicht & Handhaving. De uitvoeringspraktijk is in Brunssum dus gescheiden van taken op het gebied toezicht & handhaving.

Op 4 december 2018 heeft het college het ‘Uitvoeringsbeleid Vergunningverlening Wabotaken Gemeente Brunssum 2019 – 2022’ vastgesteld. Het uitvoeringsbeleid vergunningverlening wordt jaarlijks uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma voor vergunningverlening binnen de gemeente Brunssum.

Team Veiligheid, Toezicht & Handhaving heeft uitvoeringsbeleid gemaakt voor gemeentelijke taken op het gebied van toezicht en handhaving: ‘Uitvoeringsbeleid toezicht en handhaving Wabotaken Gemeente Brunssum 2019 – 2022’. Het college heeft dit beleid vastgesteld op 11 juni 2019.

Met oog op het halfjaar uitstel van de Omgevingswet is ervoor gekozen het nieuwe uitvoeringsbeleid pas per medio 2023 in te laten gaan en dit te richten op de Omgevingswet ¹ en de Wet kwaliteitsborging, zonder dat hier een onnantuurlijke ‘knip’ in gemaakt moet worden voor het eerste halfjaar van de looptijd.

In het nieuwe uitvoeringsbeleid dat begin 2023 zal worden opgesteld, is het doel het beleid voor Vergunningverlening en Veiligheid, Toezicht en Handhaving samen te voegen. Daartoe heeft in 2022 vooroverleg plaatsgevonden en is in 2023 ingezet op overleg met team VTH en het opstellen van gezamenlijk meerjarenbeleid voor de periode 2023-2026.

In aansluiting op bovenstaande is ervoor gekozen het uitvoeringsprogramma van 2023 in twee delen te laten vaststellen. Het eerste deel, dat u hierbij aantreft, betreft een verlenging en actualisatie van het uitvoeringsprogramma 2022 dat een uitwerking is van het huidige uitvoeringsbeleid; ‘Uitvoeringsbeleid Vergunningverlening Wabotaken 2019 – 2022’. Het volgt de opzet en uitgangspunten van het huidige uitvoeringsprogramma en – beleid en is op inhoud geactualiseerd op basis van de evaluatie van het uitvoeringsprogramma van 2022. Het doel is op 1 juli 2023 een tweede deel van het Uitvoeringsprogramma 2023 voor te leggen ter vaststelling, dat dan gebaseerd is op de nieuwe verordening kwaliteit en het nieuwe uitvoeringsbeleid VTH en waarvan de onderbouwing is aangepast op de dan geldende Omgevingswet.

Bijkomend voordeel van deze werkwijze is dat verwacht wordt dat het uitvoeringsprogramma van het college begin 2023 gereed is en dit dan in het uitvoeringsbeleid en het tweede deel van dit uitvoeringsprogramma kan worden meegenomen.

Dit uitvoeringsprogramma gaat alleen over het onderdeel vergunningverlening. Het uitvoeringsprogramma is de uitwerking van het Uitvoeringsbeleid Vergunningverlening gemeente Brunssum 2019 - 2022. Dit programma betreft een verlenging van het huidige uitvoeringsprogramma- en beleid en omvat de doelstellingen van het team Vergunningen voor de eerste helft van 2023. Het doel is per 1 juli 2023 het nieuwe uitvoeringsbeleid vast te stellen en het uitvoeringsprogramma voor de tweede helft van 2023 daarop af te stemmen. Gedurende het jaar wordt het programma gemonitord en geëvalueerd. Zodoende wordt gestuurd op de activiteiten die in het programma zijn opgenomen en worden nieuwe actiepunten inzichtelijk die in het volgende jaar in het uitvoeringsprogramma meegenomen worden.

De doelen en activiteiten in dit programma zijn tot stand gekomen na monitoring en evaluatie van het uitvoeringsprogramma 2022. De evaluatie van het uitvoeringsprogramma 2022 wordt het college gelijktijdig met dit nieuwe uitvoeringsprogramma voor het jaar 2023 aangeboden.

Een aantal doelen zijn in 2023 opnieuw opgenomen, omdat ze bijvoorbeeld jaarlijks terugkeren en onderdeel uitmaken van de bedrijfsvoering van het team, zoals ‘heldere communicatie met burgers en bedrijven’. Team vergunningen heeft voor 2023 voor een aantal van deze terugkerende doelen andere of verder gespecificeerde activiteiten geformuleerd. Er zijn bovendien ook nieuwe doelen opgenomen in het uitvoeringsprogramma 2023. Afgehandelde activiteiten/doelen komen niet meer terug.

Het wettelijk kader voor dit uitvoeringsprogramma wordt gevormd door de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), het Besluit omgevingsrecht (Bor) en de Ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor).

De kwaliteitseisen voor uitvoering (vergunningverlening) zijn opgenomen in het Bor² en de Mor³ . Hierin wordt voorgeschreven dat het uitvoerings- en handhavingsbeleid jaarlijks in een uitvoeringsprogramma moet worden uitgewerkt.

Naast de Wabo, het Bor en de Mor is voor de uitvoeringspraktijk tevens het Bouwbesluit 2012 van belang. Dit vormt immers het kader met voorschriften waar ieder bouwwerk aan moet voldoen.

Bovendien is het gemeentelijk beleid op het gebied van de fysieke leefomgeving van belang. Het gaat dan onder andere om de Structuurvisie, bestemmingsplannen en beheersverordeningen, het Vrijstellingenbeleid en de Welstandsnota. In het uitvoeringsbeleid is dit uitvoerig aan de orde gesteld. Wij volstaan hier met een verwijzing daarnaar.

Met de komst van de Ow verandert het een en ander. Het wettelijk kader voor dit uitvoeringsprogramma wordt dan gevormd door de Omgevingswet (Ow) en het Omgevingsbesluit (Ob). Het Bouwbesluit vervalt en het kader van voorschriften waar ieder bouwwerk aan moet voldoen wordt dan gevormd door het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (Bbl).

In de Wabo zijn de eisen beschreven die worden gesteld aan de inrichting van processen: de procescriteria. De procescriteria beschrijven de eisen die worden gesteld aan de sluitende beleidscyclus, de Big 8. De cyclus begint met het opstellen van het uitvoeringsbeleid en leidt, via de uitvoering, uiteindelijk tot het bijstellen van het beleid. Door de criteria te volgen, wordt de cyclus gesloten. De Big 8 ziet er als volgt uit:

De verschillende stappen in de bovenste kring, de strategische cyclus, vormen samen het uitvoeringsbeleid. De onderste kring, de operationele cyclus, vormt het uitvoeringsprogramma. De gemeenschappelijke deler is ‘Planning & control’.

Het beleid wordt jaarlijks geëvalueerd en, waar nodig, tijdig bijgesteld. Op die manier volgt het beleid en de uitvoering daarvan de Big 8-cyclus.

Uit het ‘Uitvoeringsbeleid Vergunningverlening Wabotaken Gemeente Brunssum 2019 – 2022’ blijkt de belangrijkste doelstelling van vergunningverlening in Brunssum:

• Het borgen van een duurzame en veilige ruimtelijke kwaliteit van de (bebouwde) leefomgeving en daarmee een bijdrage leveren aan de woonkwaliteit in Brunssum.

Deze doelstelling vormt de basis waarop alle activiteiten op het gebied van vergunningverlening voor de fysieke leefomgeving zijn gericht.

De activiteiten zijn in een aantal thema’s onderverdeeld. In het uitvoeringsbeleid zijn de volgende thema’s opgenomen:

• •

  Omgevingsvergunning bouw, sloop en brandveiligheid

• •

  Ruimtelijke kwaliteitszorg

• •

  Bodem, geluid en lucht (Milieu)

• •

  Monumenten en archeologie

• •

  Leges omgevingsvergunning

In het uitvoeringsbeleid zijn voor ieder thema een aantal specifieke beleidskeuzes opgenomen, die bijdragen aan de uitvoering van dat thema.

Alle activiteiten van het team Vergunningen worden uitgevoerd tegen de achtergrond van actuele landelijke en regionale ontwikkelingen. Natuurlijk vormt het vigerend ruimtelijk beleid altijd het kader voor de beleidskeuzes. Belangrijke actuele onderwerpen zijn onder andere duurzaamheid en energie, levensloopbestendig bouwen, asbest, mijnwater, gasvrij bouwen, toegankelijkheid van gebouwen (scootmobielen) en digitalisering.

Ook de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen halverwege het jaar hebben een grote impact op de activiteiten van het team Vergunningen. Tot aan de invoering van beide wetten op 1 juli zal veel energie in de voorbereiding, implementatie en kennisvergaring gestoken moeten worden. Vanaf het moment van de invoering zullen de nieuwe werkprocessen, systemen en de toepassing van de nieuwe regelgeving geïmplementeerd moeten zijn en moet ermee worden gewerkt.

Naar verwachting zouden op 1 januari 2023 twee nieuwe wetten in werking treden: De Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen. Hierover was lange tijd veel onduidelijkheid en in oktober kwam uiteindelijk het bericht dat de inwerkingtreding op 1 januari niet doorging. Begin 2023 zal naar verwachting door het ministerie een nieuw voorstel worden voorgelegd met als nieuwe datum voor inwerkingtreding van de wet 1 juli 2023. Hierover is echter nog geen zekerheid. Beide wetten zullen veel invloed hebben op de taken en werkzaamheden van het team Vergunningen. De eerste helft van het jaar 2023 is hard nodig om de inwerkingtreding van beide wetten en de impact die de wetten op ons werk hebben, zorgvuldig voor te bereiden en in kaart te brengen. In de tweede helft van 2023 zal het verder stroomlijnen van het werken onder de nieuwe wetten, met de daarbij behorende nieuwe systemen nog enige aanpassing vragen. Er bestaat een kans dat dit zoveel beslag op onze formatie legt dat sommige doelen en activiteiten uit dit uitvoeringsprogramma niet (of niet volledig) kunnen worden gerealiseerd. Mocht dat het geval zijn, dan zal uiteraard worden bekeken welke doelen en activiteiten prioriteit hebben. Deze onderwerpen worden in elk geval opgepakt. Indien doelen en activiteiten in 2023 niet behaald of gerealiseerd worden, worden ze opnieuw beoordeeld in aanloop naar het jaar 2024 en opnieuw geagendeerd indien nodig.

De kerndoelen van het team Vergunningen zijn de volgende:

In de loop van 2022 is, door monitoring en evaluatie, geconstateerd dat sommige onderdelen uit het uitvoeringsprogramma 2022 verdere verfijning of een andere benadering behoeven. Ook zijn er onderdelen samengevoegd omdat deze veel overlap kenden. In deze paragraaf wordt hier aandacht aan besteed.

Heldere communicatie

De Omgevingswet vraagt een andere vorm van communicatie met de burger en/of initiatiefnemer. Dit heeft te maken met nieuwe instrumenten die worden ingevoerd zoals participatie en de omgevingstafel. Deze instrumenten zijn vanaf de invoering van de Omgevingswet vaak een vast onderdeel van vergunningaanvragen. De pilots die hiervoor al langere tijd de planning stonden zijn, mede door de onzekerheid over de invoering van de wet, nog niet tot uitvoering gekomen. Inmiddels is er, met name door beperkte capaciteit en de wens om dit in de praktijk straks te leren, voor gekozen geen pilots te draaien, maar te oefenen met casussen. Daarnaast kunnen de werkprocessen voor participatie en de omgevingstafel ontwikkeld worden, die als nieuwe activiteit zijn opgenomen in dit uitvoeringsprogramma.

Uit de evaluatie van het uitvoeringsprogramma van 2021 bleek dat de heldere communicatie voor wat betreft de college- en raadsvoorstellen verdere uitwerking behoefde. In 2021 was enkel “Uitstekende kwaliteit college- en raadsvoorstellen” hierin opgenomen, hetgeen weinig specifiek is. Kwaliteit van de stukken waarborgen bestaat naast gedegen onderzoek, een integrale aanpak en volledigheid ook uit goede communicatie. Om de activiteit binnen het doel ‘heldere communicatie’ met betrekking op de kwaliteit van de college- en raadsvoorstellen verder de specificeren, zijn twee ‘deelactiviteiten’ opgenomen, te weten:

• -

  Het college zo vroeg mogelijk betrekken bij grote projecten.

• -

  De portefeuillehouder zo vroeg mogelijk betrekken bij kleine projecten.

Door deze vroegtijdige communicatie kan in een vroeg stadium met respect voor de verschillende rollen en functies eventueel bijgestuurd worden en worden vragen achteraf, wanneer het voorstel in de routing gebracht wordt, voorkomen.

Actuele wet- en regelgeving

De voornaamste verandering in het uitvoeringsprogramma is dat het voorbereiden op (en uitvoeren van) het werken onder de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen nu ook onder het doel ‘actuele wet- en regelgeving’ gehangen zijn. In de evaluatie van het uitvoeringsprogramma van 2021 is gebleken dat deze drie doelen dusdanig in elkaar verweven zijn dat ze onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Zodoende is ervoor gekozen om deze in 2022 samen te voegen. Deze opzet wordt in 2023 aangehouden.

Verder worden voorbereidingen op de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen en de Omgevingswet veelal gecontinueerd. Een nieuwe toevoeging aan de lijst met activiteiten, is het laten vaststellen van de legesverordening onder de Ow (en Wkb) halverwege het jaar. Deze beide wetten zorgen immers voor andere of aangepaste legesplichtige zaken die in de legesverordening dienen te worden opgenomen. De legesverordening is in concept gereed.

Duurzaamheid en milieu

Duurzaamheid is een belangrijk onderwerp binnen de bouwwereld. Waar mogelijk stimuleert het team Vergunningen actief de toepassing van duurzaamheidsmaatregelen (waaronder ook circulariteit) bij bouwontwikkelingen. Een deel van de activiteiten uit 2021 en 2022 wordt gecontinueerd. Zo ook het stimuleren van duurzaamheidsmaatregelen bij bedrijven. Door de stikstof problematiek hebben bedrijven tegenwoordig vaak maar beperkt ruimte om te ontwikkelen. Aan de gemeente de taak om onder de aandacht te brengen dat verduurzaming van het bedrijf wellicht nieuwe (stikstof)ruimte schept voor ontwikkelingen. De mogelijkheid hiertoe moet per casus bekeken worden. Daarnaast speelt de vraag wat de impact van stikstof is op bouwprojecten nu de bouwvrijstelling is komen te vervallen. Een onderzoek/inventarisatie naar de problemen die ontstaan door stikstofemissie is toegevoegd aan de activiteitenlijst. Onduidelijk is nog of dit intern opgepakt wordt of uitbesteed zal worden. Dit zal verder uitgekristalliseerd worden in 2023. De gemeente zal bij wijze van proef berekeningen doen om gevoel te krijgen bij de mogelijkheden en onmogelijkheden door de stikstofemissie. Door middel van deze proefberekeningen (Aerius) kan worden nagaan of het mogelijk is een toetsingskader te ontwikkelen, waarmee voor eenvoudige aanvragen (maximaal enkele woningen) bepaald kan worden of een aparte stikstofberekening wel of niet nodig is. Vervolgens zal een besluit door het college de basis moeten zijn voor het al dan niet vragen van een stikstofberekening bij een aanvraag.

Verder is nieuw dat naast de aandacht voor luchtkwaliteit nu ook actiever naar ventilatie gekeken wordt, dit is deels ingegeven door corona. Ook zullen burgers actief of actiever geïnformeerd worden over duurzaamheidsmaatregelen. Denk hierbij aan verwijzen naar de Woonwijzerwinkel of het verstrekken van informatie over airco’s en warmtepompen. Ook zal team Vergunningen een bijdrage leveren aan de ontwikkelingen van duurzaamheidsinitiatieven, denk hierbij aan zonneweides, etc.

Duidelijke afspraken met ketenpartners

Qua afspraken met de ketenpartners zijn een aantal activiteiten in 2021 en 2022 afgerond en wordt een deel in 2023 gecontinueerd. Nieuw in het programma is het afstemmen over de bodemtaken. Er dienen afspraken gemaakt te worden met de RUD Zuid-Limburg en Provincie, deelgenomen te worden aan de werkgroep die de overdracht van de taken van de Provincie naar de gemeenten voorbereidt en het gemeentelijk bestuur dient hierover een besluit te nemen, hetgeen middels een collegevoorstel dient te gebeuren. Deze taken liggen bij team Vergunningen en worden in 2023 opgepakt.

Actueel beleid

Dit uitvoeringsprogramma is een voortvloeisel uit het uitvoeringsbeleid van de gemeente Brunssum. De cyclus van het huidige uitvoeringsbeleid loopt tot en met 2022. Dit wordt, ingegeven door de Omgevingswet, nu met een halfjaar opgerekt. Er zal vervolgens voor de vier daarop volgende jaren een nieuw uitvoeringsbeleid geschreven worden. Dit wordt (meer) in samenwerking met de afdeling Bestuurszaken, team VTH gedaan. De praktijk moet uitwijzen in hoeverre dit lukt. Ook dient VTH-beleid opgesteld te worden in 2023, dit is middels een drietal activiteiten opgenomen in het nieuwe uitvoeringsprogramma.

Startnotitie

Waar een aantal activiteiten niet meer terug zullen keren omdat deze in 2022 afgerond zijn en een aantal terugkerende activiteiten zijn, zijn er ook nieuwe activiteiten bij gekomen. Er zijn een aantal zaken waarvoor beleid opgesteld of geactualiseerd dient te worden. Omdat in toenemende mate de vigerende beleidsstukken niet meer toereikend bleken om de vragen die binnen komen bij het team Vergunningen te beantwoorden is hiervoor een startnotitie opgesteld door team Vergunningen waarbij ook team VTH en de afdeling ROV betrokken zijn. Op die manier is getracht tot een zo volledig mogelijk overzicht te komen van de diverse thema’s waarvoor (actualisatie van) beleid wenselijk is de komende jaren. Deze startnotitie is vergelijkbaar met een eerdere startnotitie uit 2019, die de basis vormde voor onder andere het recent opgeleverde reclamebeleid. De startnotitie zal gelijktijdig met dit uitvoeringsprogramma en de evaluatie van het uitvoeringsprogramma van 2022 aangeboden aan het college om deze vast te stellen, te prioriteren en tot uitvoering te brengen.

Actualiteit en andere relevante ontwikkelingen

• •

  Er is een toename de laatste jaren in het aantal aanvragen voor omgevingsvergunningen te zien, alsmede de informele vragen hierover. Deze toename heeft zich in 2022 -weliswaar in minder grote mate- verder voortgezet. Primair richt het team zich op een goede communicatie met burgers en bedrijven. De doelen die het team zich heeft gesteld dragen daaraan bij en zullen zoveel mogelijk worden nagestreefd. Het team heeft er alle vertrouwen in dat de gestelde doelen voldoende realistisch zijn om uit te kunnen voeren. Er dient echter rekening mee te worden gehouden dat onverwachte zaken zich aandienen, die voorrang dienen te krijgen boven de reguliere werkzaamheden en die van invloed kunnen zijn op het realiseren van de doelen;

• •

  Op 1 juli 2023 treden -zoals het nu uitziet- de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen in werking. Beide wetten vergen veel voorbereiding. Een groot deel van die voorbereiding wordt uitgevoerd of geïnitieerd door het team Vergunningen. Voor de Omgevingswet is een gedetailleerd implementatieplan geschreven. De werkzaamheden zijn daardoor goed inzichtelijk gemaakt en, grotendeels, planbaar. De werkzaamheden die hieruit voortvloeien voor het team Vergunningen, zijn integraal opgenomen in dit uitvoeringsprogramma. Ervaring uit het verleden bij nieuwe wetgeving, leert dat er soms kort voor de inwerkingtreding nieuwe zaken de kop op steken die direct opgepakt of aangepast moeten worden. Het is dus mogelijk dat er gedurende de eerste helft van 2023 zaken naar voren zullen komen waar nu nog geen rekening mee gehouden wordt. Ten aanzien van de Wet kwaliteitsborging geldt dat deze wet een wezenlijk deel, de bouwtechnische toetsing en het toezicht hierop, van de taken van het team Vergunningen verplaatst naar de marktpartijen. Tegelijk komen er nieuwe taken voor de gemeente bij. Dit brengt, hoogstwaarschijnlijk, een grote verschuiving van de taakverdeling binnen het team Vergunningen met zich mee. Indien er relevant zaken spelen, wordt uw college hierover tijdig geïnformeerd.

• •

  Binnen het team Vergunningen maken een aantal medewerkers gebruik van het Generatiepact. De gevolgen hiervan zijn in 2022 merkbaar geworden. Daarnaast zullen aan het eind van 2022 de asbesttaken overgedragen worden aan de RUD. Als gevolg hiervan, gecombineerd met het generatiepact zullen de werkzaamheden van de medewerkers binnen het team opnieuw ingedeeld worden. In 2022 zijn nieuwe medewerkers geworven en wellicht zal ook in 2023 naar de personele bezetting gekeken. Dit alles zal van invloed zijn op de werkwijze binnen het team.

• •

  De implementatie van de nieuwe lijnapplicatie CLO van Centric zal per januari 2023 plaatsvinden, hierin zullen koppelvlakken met de provinciale VTH-applicatie Squit gemaakt worden. In een eerder stadium (2018) is door de gemeente Brunssum gekozen om niet deel te nemen aan de applicatie Squit, daar dit technisch een achteruitgang zou betekenen, bestaande processen verstoord zouden worden en er hoge kosten aan deze applicatie verbonden zijn.

Ondanks deze grote veranderingen voor het team Vergunningen is het van belang dat de reguliere werkzaamheden onverminderd worden uitgevoerd. Zoals gezegd, is het voornaamste doel van het team de communicatie met burgers en bedrijven. Juist onder de huidige omstandigheden, waarbij we te maken hebben met een landelijke crisis, de invoering van 2 omvangrijke nieuwe wetten en een verschuiving van de werkzaamheden en taken binnen het team, wordt dit doel door het team nagestreefd om burgers en bedrijven zo helder en vroeg mogelijk te informeren. Klantgerichtheid staat daarbij altijd centraal.

Het team Vergunningen spant zich, in 2023, weer in om de gestelde doelen te realiseren. Het team wil halverwege 2023 gereed zijn voor invoering van de nieuwe wetten en voor de nieuwe werkwijze die ten gevolge daarvan ontstaat. Tevens wordt getracht de nieuwe werkverdeling binnen het team, die aangezwengeld wordt door het generatiepact en de uitwisseling van taken tussen de Provincie, de RUD en gemeente, zo vloeiend mogelijk te laten verlopen, zodat het team ook in de toekomst daadkrachtig en stabiel blijft.

Om een realistisch uitvoeringsprogramma te hebben, moeten de voorgenomen activiteiten passen binnen de bestaande formatie en werkvoorraad. Daarom zijn de werkelijke aantallen en de gemiddelde behandeltijd per categorie werkzaamheden voor 2022 in beeld gebracht⁴ . Onderstaande tabel geeft een inzicht in de werkzaamheden en aantallen aanvragen over deze periode.

Hierna worden de uren die jaarlijks worden besteed in een grafiek weergegeven. Deze uren dienen als basis voor de prognose van 2023. Voor de baliebezoeken, vergunningen en APV, Bijzondere Wetten en Bibob zijn hiervoor de cijfers van 2019 gebruikt om daarmee een realistischer beeld te schetsen, van voor de coronacrisis. Daarna volgt een cirkeldiagram, waarin de verschillende taken en de uren op jaarbasis worden weergegeven. Tenslotte worden de formatie en productieve uren op jaarbasis in een tabel weergegeven. De cijfers zijn gebaseerd op de vorige jaarcijfers, omdat geen grote wijzigingen zijn opgetreden. De cijfers zullen herzien worden in de nieuwe beleidscyclus.

Formatie en productieve uren op jaarbasis voor het team Vergunningen 2022

* De functies ‘Adviseur bedrijven’ en ‘Adviseur milieu’ zijn in 2022 samengevoegd tot één functie.

Zoals al is aangegeven in de inleiding van dit uitvoeringsprogramma is de Wabo in 2016 gewijzigd. Naast de verplichting van gemeenten om uitvoeringsbeleid en een uitvoeringsprogramma vast te stellen, zijn in het kader van de wet ook kwaliteitscriteria ontwikkeld; de zogenaamde kwaliteitscriteria 2.1. De kwaliteitscriteria zijn bedoeld om de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH-taken) door gemeenten en provincies in het omgevingsrecht verder te professionaliseren en de kwaliteit in de organisatie te borgen. De criteria gaan over het proces, de inhoud en de kritieke massa. In 2019 zijn de kwaliteitscriteria geactualiseerd en is versie 2.2 vastgesteld.

Het voldoen aan de criteria zorgt ervoor dat de gemeente in staat is om de gewenste kwaliteit en continuïteit te leveren. De kwaliteitscriteria maken inzichtelijk welke kwaliteit van de VTH-taken burgers, bedrijven en instellingen, maar ook overheden mogen verwachten. Door te voldoen aan de criteria, zorgt het bevoegd gezag ervoor dat de gewenste kwaliteit wordt geleverd.

De kwaliteitscriteria zijn op verschillende niveaus beschreven. Deels hebben ze betrekking op de organisatie en deels op de medewerkers. Voor de organisatie betekent dit dat er een sluitende beleidscyclus moet zijn om de kwaliteit te borgen, er een inhoudelijke ondergrens is en de taken worden uitgevoerd door medewerkers die voldoende deskundig zijn om deze taken adequaat uit te kunnen voeren.

De basis voor het leveren van goede kwaliteit, is het afleveren van een zo goed mogelijk product. Hiervoor is vooral vakmanschap nodig. De kwaliteitscriteria voor kritieke massa gaan daarom met name over voldoende formatie, opleiding, ervaring, kennis en het onderhouden en borgen daarvan. Als de organisatie aan deze criteria voldoet, is ze in staat om producten af te leveren met de gewenste kwaliteit.

In het kader van Erkenning van Verworven Competenties (EVC) is onderzocht in hoeverre de gemeente Brunssum aan deze eisen voldoet. Binnen het team Vergunningen hebben 9 ambtenaren aan het traject deelgenomen. De conclusie van het EVC-traject is dat de ambtenaren die hebben deelgenomen op hun vakgebied voldoen aan de kwaliteitscriteria. In het verleden is gekozen voor de minimum-plus-variant, hetgeen ervoor zorgt dat de formatie en vervangbaarheid binnen team Vergunningen een punt van aandacht is

In de Omgevingswet worden ook regels opgenomen over de kwaliteit van de uitvoering van de VTH-taken. Deze regels zijn in de Omgevingswet geformuleerd in de vorm van een zorgplicht voor alle VTH-taken van het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag mag zelf bepalen op welke wijze de zorgplicht wordt ingevuld. Gedacht kan worden aan een verordening. Ook het vastleggen van doelen en activiteiten in het uitvoeringsbeleid voor VTH-taken is een optie.

De gemeente heeft, behalve het vaststellen van uitvoeringsbeleid en een uitvoeringsprogramma, de verplichting om de resultaten en de voortgang van de uitvoering van het beleid en het programma te monitoren. Monitoring is het laatste onderdeel van de beleidscyclus (Big-8). De monitoringsresultaten worden weergegeven in het jaarverslag en gebruikt voor bijsturing van de operationele cyclus. Bovendien leveren de resultaten van de monitoring input voor de evaluatie van het beleid.

Gedurende 2022 zijn de indicatoren die in het uitvoeringsprogramma 2022 zijn opgenomen gemonitord. Op basis daarvan zijn de doelen en daaraan verbonden activiteiten voor 2023 waar nodig aangepast en vastgesteld. De evaluatie van het uitvoeringsprogramma voor het jaar 2022 is afgerond en wordt, gelijktijdig met dit uitvoeringsprogramma voor de eerste helft van 2023 aan het college aangeboden.

In het Besluit omgevingsrecht (Bor) is bepaald dat bestuursorganen de resultaten en voortgang bewaken van de gestelde doelen en van het uitvoeringsprogramma⁵ . Ten aanzien van vergunningverlening is het niet eenvoudig om vooraf meetbare doelen te stellen, omdat de taken gericht zijn op de aanvragen die worden ingediend. De werkzaamheden zijn afhankelijk van het aantal en de complexiteit van de aanvragen die worden ingediend. Dit proces kan niet worden gestuurd of anderszins beïnvloed; we zijn daarin volledig afhankelijk van de burger.

Om tóch een systematiek te ontwikkelen waarbij de gestelde doelen op het gebied van uitvoering kunnen worden gecontroleerd, is het van belang dat de doelen meetbaar zijn. In het uitvoeringsprogramma zijn daarom voor ieder doel activiteiten opgenomen, die voldoende meetbaar zijn en daardoor bijdragen aan de monitoring van het uitvoeringsbeleid en het uitvoeringsprogramma. De activiteiten zijn zoveel mogelijk SMART geformuleerd. SMART staat voor Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden. Deze wijze van formuleren zorg ervoor dat de activiteiten goed meetbaar zijn gedurende het eerste halfjaar van 2023. De resultaten die worden verkregen, worden gebruikt voor de evaluatie van het uitvoeringsprogramma 2023 en de verslaglegging.

De resultaten worden aan de raad, tegelijk met de presentatie van de jaarrekening, aangeboden in de vorm van een jaarverslag. Tussentijds wordt in het kader van de bestuursrapportages aan het college van burgemeester en wethouders en de raad verslag gedaan over de uitvoering.

Het Besluit omgevingsrecht geeft aan dat de resultaten en de voortgang van het uitvoeringsbeleid en het uitvoeringsprogramma geregistreerd moeten worden⁶ . Dit is mogelijk door gebruik te maken van een geautomatiseerd systeem waarin alle werkzaamheden worden vastgelegd.

Team Vergunningen maakt voor de uitvoeringswerkzaamheden op het gebied van de Wabotaken gebruik van het programma ‘Suite4omgevingsdiensten’ (Suite). Bij de invoering van de Omgevingswet zat Suite vervangen worden door ‘Leefportaal’, van dezelfde ontwikkelaar en gekoppeld aan de provinciale VTH-applicatie. Dit zijn zogenaamde ‘workflowsystemen’. In Suite en later LeefOmgeving worden alle werkprocessen vastgelegd en worden wettelijke termijnen bewaakt. Uit het systeem kan managementinformatie worden gegenereerd, zoals aantallen aanvragen, soorten producten en doorlooptijden. Deze managementinformatie wordt gebruikt voor de evaluatie van dit uitvoeringsprogramma. Ook is informatie beschikbaar over externe adviezen en over legesfacturering.

De voortgang van gerealiseerde activiteiten wordt in 2022 gemonitord. De verkregen gegevens worden geregistreerd en gebruikt voor evaluatie en het bepalen van de doelen en activiteiten voor 2023. Deze doelen en activiteiten zullen wellicht licht anders geaccentueerd worden aan hand van het nieuw op te stellen uitvoeringsbeleid.

In het Besluit omgevingsrecht is de plicht opgenomen dat periodiek gerapporteerd wordt:

• -

  over het bereiken van de gestelde doelen, en

• -

  de uitvoering van de voorgenomen activiteiten in relatie tot de gestelde prioriteiten ⁷

Daarnaast moet jaarlijks worden geëvalueerd of de activiteiten die zijn opgenomen in het uitvoeringsbeleid en het uitvoeringsprogramma vergunningverlening zijn uitgevoerd en in hoeverre de uitvoering hiervan heeft bijgedragen aan het bereiken van de doelstellingen⁸ .

Het college van burgemeester en wethouders moet de rapportage en het verslag van de evaluatie bekend maken aan de gemeenteraad⁹ .

Hiertoe wordt aangesloten bij de gemeentelijke planning- en controlcyclus: de Big 8. Jaarlijks wordt aan de raad, tegelijk met de presentatie van de jaarrekening, verantwoording afgelegd met behulp van een jaarverslag. Tussentijds wordt in het kader van de bestuursrapportages (tweemaal per jaar) aan het college van burgemeester en wethouders en de raad verslag gedaan over de uitvoering.

Op basis van de rapportage en de evaluatie wordt jaarlijks bekeken of er aanleiding is het beleidskader voor vergunningverlening in de fysieke leefomgeving aan te passen. Dit kan neerkomen op het bijstellen van de doelstellingen en activiteiten, de prioriteiten of de in te zetten capaciteit.

Het jaar 2022 is daarbij een bijzonder jaar, waarin de beleidscyclus afloopt, er zal in 2023 dan ook nieuw uitvoeringsbeleid opgesteld en vastgesteld worden, de ‘bovenste cirkel’ van de Big 8. Zoals eerder aangegeven is hiervoor gekozen met oog op de invoering van de Omgevingswet en Wet kwaliteitsborging en het nog vast te stellen collegeprogramma.