Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ermelo

Verordening Forensenbelasting 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieErmelo
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Forensenbelasting 2023
CiteertitelVerordening Forensenbelasting 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Deze regeling vervangt de Verordening forensenbelasting 2021.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 223 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-12-2022nieuwe regeling

07-12-2022

gmb-2022-578149

e220043655/22e0002198

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Forensenbelasting 2023

De raad van de gemeente Ermelo;

 

gelezen het voorstel van het college 15 november 2022, nr. e220043669

 

gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de: Verordening Forensenbelasting 2023

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.

Artikel 2 - Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    Onder de naam "forensenbelasting" wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning ter beschikking houden.

  • 2.

    Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 3 - Vrijstellingen

Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een algemeen vertegenwoordigend lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.

Artikel 4 - Maatstaf van heffing

  • 1.

    De belasting wordt berekend naar de waarde in het economische verkeer van de woning.

  • 2.

    De waarde in het economische verkeer wordt bepaald op die welke aan de woning dient te worden toegekend indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger de woning in de staat waarin deze zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen.

  • 3.

    De waarde in het economische verkeer is die bij het begin van het belastingjaar.

  • 4.

    De belasting bedraagt bij een waarde van:

    Waarde

    Tarief

    € 0,00 - € 50.000,00

    € 343,00

    € 50.000,00 - € 100.000,00

    € 520,00

    € 100.000,00 - € 200.000,00

    € 697,00

    € 200.000,00 en hoger

    € 1.046,00

Artikel 5 - Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 - Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 7 - Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald uiterlijk een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt dat aanslagen die door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven moeten worden betaald in drie gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en de twee volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijk gestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete, zijn het eerste en tweede lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.

  • 4.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 - Kwijtschelding

Bij de invordering van de forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 (Stbl. 221).

Artikel 9 - Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van forensenbelasting.

Artikel 10 – Overgangsrecht, Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening forensenbelasting 2021", van 9 december 2020, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening Forensenbelasting 2023".

Vastgesteld in de openbare vergadering

van 7 december 2022,

M.E. Haveman,

griffier,

P.J.T. van Daalen,

voorzitter,