Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Altena

Beleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAltena
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2023
CiteertitelBeleidsregels ondersteuning bij reiskosten voor re-integratie Altena 2023
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Beleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2022.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 8a van de Participatiewet
  2. artikel 10 van de Participatiewet
  3. Verordening sociaal domein gemeente Altena 2022
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2023nieuwe regeling

13-12-2022

gmb-2022-578066

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena,

 

gelet op:

  • Artikel 8a en artikel 10 van de Participatiewet;

  • artikel 3.7.12 en artikel 6.8 lid 1b van de Integrale Verordening Sociaal Domein gemeente Altena 2022

besluit:

  • 1.

    Vervallen te verklaren:

    • Beleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2022

  • 2.

    Vast te stellen:

    • Beleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2023.

1. Algemeen – Welke taak heeft de gemeente bij het zoeken naar werk?

De gemeente Altena heeft als taak om bepaalde groepen inwoners te helpen passend werk te vinden of daarnaartoe te groeien. Het gaat over de volgende groepen inwoners:

  • a.

    inwoners met een uitkering van de gemeente die niet zelf of met de hulp van anderen de weg naar werk kunnen vinden;

  • b.

    inwoners die bij het zoeken naar werk geen hulp kunnen krijgen van een andere organisatie, zoals UWV, SVB of werkgevers; en

  • c.

    jongeren tot 27 jaar die geen werk hebben of onderwijs volgen, en geen havo-, vwo- of mbo2-diploma hebben, en bij het zoeken naar werk geen hulp kunnen krijgen van een andere organisatie.

Het kan zijn, dat deze inwoners reiskosten moeten maken om te werken of aan het werk te komen, bijvoorbeeld door een opleiding, proefplaatsing of een leer-werktraject. Dan kan de gemeente in bepaalde gevallen hulp geven. In deze beleidsregels staat wat de gemeente kan doen en welke voorwaarden daaraan verbonden zijn

2. Begrippen – Wat betekenen bepaalde begrippen?

In deze beleidsregels worden enkele vaktermen gebruikt. Die begrippen hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en in de Integrale verordening sociaal domein gemeente Altena 2022. Andere begrippen die worden gebruikt zijn:

  • a.

    charitatieve instelling: een organisatie die zich op grond van de statuten en gelet op de feitelijke werkzaamheden richt op het vrijwillig en belangeloos ondersteunen van inwoners in nood;

  • b.

    cao: een collectieve arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst;

  • c.

    deur tot deur: vanaf het adres waar de inwoner zijn hoofdverblijf heeft tot het adres waar de inwoner werkt of een opleiding krijgt;

  • d.

    inburgeringsplicht: de verplichting om in te burgeren, bedoeld in artikel 7 Wet inburgering 2013 en 2021;

  • e.

    onbetaald werk: alle activiteiten waar geen reële tegenprestatie tegenover staat;

  • f.

    opleiding: het verwerven van kennis of vaardigheden, zoals een training, coaching, scholing en studie;

  • g.

    OV: openbaar vervoer;

  • h.

    trajectplan re-integratie: een door de inwoner en een medewerker van de gemeente overeengekomen plan van aanpak om aan het werk te komen.

3. Doelgroep-Welke inwoners ondersteunt de gemeente bij de reiskosten?

De ondersteuning van de gemeente is bedoeld voor inwoners met een gemeentelijke uitkering, die:

  • a.

    een opleiding gaan volgen, of betaald of onbetaald gaan werken, zoals vastgelegd in het trajectplan re-integratie, of die

  • b.

    verplicht zijn om een tegenprestatie te leveren, of die

  • c.

    een inburgeringsplicht hebben en om die reden een opleiding gaan volgen of betaald of onbetaald gaan werken.

4. Werkgevers en andere organisaties – Welke rol spelen zij?

Uitgangspunt: Zodra de inwoner bij een werkgever of maatschappelijke organisatie betaald of onbetaald werk gaat verrichten, is het in principe een verantwoordelijkheid van die werkgever of organisatie om in een reiskostenvergoeding te voorzien. Dat kan vastgelegd zijn in een cao of individuele arbeidsovereenkomst. Als dat niet is geregeld, bespreekt de inwoner met de werkgever of maatschappelijke organisatie de mogelijkheid van een reiskostenvergoeding. Blijft de werkgever of organisatie erbij dat de inwoner geen reiskostenvergoeding krijgt, dan beoordeelt de gemeente of de inwoner ondersteuning van de gemeente kan krijgen.

 

Let op: een inwoner die gesubsidieerd of beschut werk gaat verrichten, kan in de meeste gevallen gebruik maken van de regiotaxi van MidZuid voor het vervoer naar de werkplek. Als dat zo is, dan gelden de bepalingen uit deze beleidsregels niet voor die inwoner.

5. Ondersteuning van de gemeente – Welke vorm en hoogte?

Zodra de reisafstand enkele reis van deur tot deur groter is dan 6 km, kan de inwoner in aanmerking komen voor ondersteuning. Uitgangspunt van de gemeente is, dat de inwoner zelf verantwoordelijk is om op de plek van bestemming te komen. De volgende reiskosten worden dan vergoed:

  • a.

    Eigen vervoer: De gemeente vergoedt € 0,21 per km, ongeacht het vervoermiddel. De vergoeding wordt gebaseerd op de maximale belastingvrije vergoeding. Dit bedrag wordt jaarlijks afgestemd met het bedrag dat de belastingdienst hanteert. De reiskostenvergoeding wordt niet afgerond op hele euro’s. De reisafstand wordt bepaald aan de hand van de ANWB-routeplanner, kortste gangbare route.

  • b.

    Carpoolen: idem.

  • c.

    OV: De gemeente vergoedt de goedkoopste manier van openbaar vervoer.

Beschikt de inwoner niet over passend eigen vervoer, en is openbaar vervoer ook niet geschikt? Dan bepaalt de gemeente welke manier van reizen passend is, na overleg met de inwoner. Factoren die daarbij een rol spelen zijn:

  • a.

    Reisafstand: voor een reisafstand tot 10 km van deur tot deur, is de fiets in principe een geschikt vervoermiddel.

  • b.

    Reistijd: een reistijd van een uur van deur tot deur is in principe redelijk;

  • c.

    Duur en omvang van de arbeid of opleiding: hoe langduriger de arbeid of opleiding, hoe meer er rekening kan worden gehouden met persoonlijke voorkeuren van de inwoner;

  • d.

    Kosten van vervoer: uitgangspunt is dat de inwoner gebruik maakt van de goedkoopste manier van vervoer;

  • e.

    Persoonlijke situatie: kansen op de arbeidsmarkt, gezondheid, leeftijd, gezinssituatie en andere omstandigheden kunnen met zich meebrengen, dat een lagere of hogere maximale reisafstand en reistijd acceptabel is, of dat een bepaald vervoermiddel wel of juist niet geschikt is.

Stelt de gemeente vast, dat het gebruik van een gewone (niet-elektrische) fiets een passende manier van reizen is? Dan kan de gemeente een tweedehands fiets verstrekken aan de inwoner, als deze niet zelf over een fiets beschikt en deze niet zelf kan aanschaffen. De consulent zal hierover een advies uitbrengen op basis van de individuele bijzondere omstandigheden van de inwoner.

6. Geen ondersteuning – In welke gevallen?

In de volgende gevallen kan de inwoner geen ondersteuning bij de reiskosten krijgen:

  • a.

    Reiskosten voor het bezoek aan gemeentehuis, wijklocaties van de gemeente en UWV. Deze kosten zijn voor eigen rekening van de inwoner.

  • b.

    Bij een reisafstand die van deur tot deur korter is dan 6 km kan de inwoner geen ondersteuning krijgen, tenzij de inwoner als gevolg van medische of psychosociale beperkingen geen gebruik kan maken van een fiets. De inwoner kan dan voor de gehele reisafstand ondersteuning bij de reiskosten krijgen.

Als een andere organisatie, zoals UWV, de inwoner ook ondersteunt om aan het werk te komen, dan gaat de gemeente in overleg met die andere organisatie om de hulp aan de inwoner af te stemmen en taken te verdelen. Gaat het om reiskosten voor een opleiding, onbetaald werk of een leer-werktraject, die betaald wordt door UWV, dan kunnen de reiskosten eventueel gedeeld worden met de gemeente.

7. Nazorg – Wat kan de gemeente nog doen?

Op het moment dat de gemeentelijke uitkering van de inwoner eindigt, houdt ook de ondersteuning van de gemeente in de reiskosten op. Die ondersteuning kan toch worden voortgezet als het gaat om inwoners met een inburgeringsplicht, die een taalcursus volgen die de gemeente noodzakelijk vindt. Er zijn twee voorwaarden:

  • a.

    De inwoner heeft geen andere mogelijkheden om in de reiskosten te voorzien, bijvoorbeeld via de werkgever of een charitatieve instelling, en

  • b.

    het inkomen en vermogen van de inwoner zijn te laag om de kosten te kunnen betalen. De draagkrachtregels bijzondere bijstand bepalen voor welke bedrag de inwoner de reiskosten zelf kan betalen.

De ondersteuning kan worden voortgezet tot maximaal zes maanden na beëindiging van de gemeentelijke uitkering.

8. Administratief proces – Hoe vindt de betaling plaats?

De gemeente betaalt een reiskostenvergoeding aan de inwoner per maand, op basis van een in te dienen declaratie van de daadwerkelijk gemaakte kosten. Indien nodig kan de gemeente de vergoeding van reiskosten als voorschot verstrekken.

 

Gaat het om kortdurende arbeid of opleiding, dan kan de reiskostenvergoeding ineens of over een kortere periode dan een maand worden betaald

9. Slotbepalingen

Van de bepalingen in deze beleidsregels kan worden afgeweken, als toepassing van de betreffende bepaling volgens de gemeente een onredelijke uitkomst geeft voor de inwoner.

Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 januari 2023. De Beleidsregel reiskostenvergoeding re-integratieactiviteiten Altena 2022 wordt per die datum ingetrokken. Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels ondersteuning bij reiskosten voor re-integratie Altena 2023.

De beleidsregels hebben onmiddellijke werking. Dat betekent dat de regels in deze beleidsregel van toepassing zijn vanaf het moment waarop deze beleidsregels ingaan.

Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena van 13 december 2022.

De secretaris,

Drs. R.J.M. van Wuijtswinkel MPA

de burgemeester,

drs. E.B.A. Lichtenberg MCM