Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dronten

Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDronten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2023
CiteertitelVerordening reclamebelasting 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 227 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-12-2022Nieuwe regeling

22-12-2022

gmb-2022-577722

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2023

De raad van de gemeente Dronten,

gelezen het voorstel van het college van 8 november 2022,

gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;

 

B E S L U I T:

 

vast te stellen de volgende verordening: Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2023(Verordening reclamebelasting 2023):

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Openbare aankondiging: een openbare aankondiging in letters, symbolen of kleuren, of een combinatie daarvan, zichtbaar van de openbare weg.

  • b.

    Onroerende zaak: elk afzonderlijk WOZ-object, afgebakend op grond van artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken;

  • c.

    Jaar: een kalenderjaar.

  • d.

    GBLT: het openbare lichaam GBLT.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam reclamebelasting wordt, binnen het gebied zoals nader aangewezen in de bij deze verordening behorende bijlage 1, een directe belasting geheven voor het hebben van een openbare aankondiging dat zichtbaar is vanaf de openbare weg.

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1.

    De reclamebelasting wordt geheven van de gebruiker van de niet-woning waarop en/of waarbij één of meer openbare aankondigingen worden aangetroffen.

  • 2.

    Onder niet-woning wordt verstaan de onroerende zaak die niet volledig dienstbaar is aan woondoeleinden, conform artikel 220a, lid 2 van de Gemeentewet.

Artikel 4. Vrijstellingen

De reclamebelasting wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:

  • a.

    Met een openbare aankondiging door publiekrechtelijke rechtspersonen gedaan in de uitoefening van hun publiekrechtelijke taak;

  • b.

    Die uitsluitend dient ten behoeve van de regulering van het verkeer over openbare land- en waterwegen.

Artikel 5. Maatstaf van heffing

De reclamebelasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende zaakbelasting zoals die voor het belastingobject voor het belastingjaar is vastgesteld.

Artikel 6. Belastingtarief

De belasting bedraagt 0,273 % van de WOZ-waarde van de onroerende zaak waarop en/of waarbij één of meer openbare aankondigingen worden aangetroffen.

 

Artikel 7. Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8. Wijze van heffing

De reclamebelasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9. Ontstaan van de belastingschuld

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de heffing verschuldigd voor zoveel driehonderdvijfenzestigste gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle etmalen resteren.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel driehonderdvijfenzestigste gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van belastingplicht nog volle etmalen overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.

  • 4.

    Indien de belastingplicht eindigt na dagtekening van het aanslagbiljet, kan de belastingplichtige een aanvraag tot ontheffing indienen bij de ambtenaar belast met de heffing.

  • 5.

    Een aanslag van minder dan € 5,00 wordt niet opgelegd.

  • 6.

    Voor de toepassing van het vijfde lid wordt het totaal van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen als één aanslag aangemerkt.

Artikel 10. Termijn van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moet de aanslag worden betaald in één termijn die vervalt twee maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 van dit artikel worden belastingaanslagen waarvoor de belastingschuldige een machtiging heeft afgegeven om deze af te schrijven door middel van automatische incasso, betaald in tien maandelijkse termijnen. Als de dagtekening van het aanslagbiljet is gelegen voor of op de 15de van een kalendermaand, vervalt de eerste incassotermijn nog in diezelfde kalendermaand. In alle andere gevallen vervalt de eerste incassotermijn aan het einde van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de dagtekening van het aanslagbiljet is gelegen.

  • 3.

    Indien het totaal te betalen bedrag zoals vermeld op het aanslagbiljet € 10,00 of minder bedraagt, wordt dit bedrag in afwijking van lid 2 van dit artikel in één termijn afgeschreven twee maanden na dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 4.

    In afwijking van artikel 9, lid 1 van de Invorderingswet 1990 moeten de marktgelden, die worden geheven van losse standplaatshouders, worden betaald op het moment van het uitreiken van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

  • 5.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in dit artikel gestelde termijnen.

Artikel 11. Nadere regels

Het dagelijks bestuur van GBLT kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reclamebelasting.

Artikel 12. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De ‘Verordening Reclamebelasting 2017’ van 24 november 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

  • 4.

    De verordening wordt aangehaald als “Verordening Reclamebelasting 2023”.

 

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Dronten, gehouden op 22 december 2022.

De griffier,

E.M. Geldorp

De voorzitter,

drs. J.P Gebben