Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zaanstad

Winkeltijdenverordening Zaanstad 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZaanstad
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWinkeltijdenverordening Zaanstad 2022
CiteertitelWinkeltijdenverordening Zaanstad 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 3 van de Winkeltijdenwet
  2. Algemene wet bestuursrecht
  3. Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-12-2022nieuwe regeling

01-12-2022

gmb-2022-577293

2022/16519

Tekst van de regeling

Intitulé

Winkeltijdenverordening Zaanstad 2022

De Winkeltijdenwet regelt dat winkels dagelijks tussen 6 uur en 22 uur geopend mogen zijn, behalve op zon- en feestdagen.

De gemeenteraad kan toestemming verlenen aan winkels om ook voor 6 uur, na 22 uur en op zon- en feestdagen geopend te zijn. In deze verordening regelt de gemeente Zaanstad wanneer voor deze ruimere opening een algemene vrijstelling geldt voor alle winkels. Ook staat er in deze verordening wanneer er door een winkel een individuele ontheffing kan worden aangevraagd.

 

De gemeenteraad van Zaanstad;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20-09-2022;

gelet op artikel 3 van de Winkeltijdenwet;

 

Besluit:

 

De Winkeltijdenverordening Zaanstad 2022 vast te stellen.

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zaanstad;

  • b.

    de wet: de Winkeltijdenwet;

  • c.

    winkel: een winkel als bedoeld in artikel 1 van de wet.

 

Artikel 2. Algemene vrijstelling

  • 1.

    Voor de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de wet vervatte verboden geldt een algemene vrijstelling:

    • a.

      op zondagen: tussen 6 uur en 22 uur;

    • b.

      op de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder b, van de wet genoemde dagen: tussen 6 uur en 22 uur, met uitzondering van 4 mei na 19 uur.

  • 2.

    De algemene vrijstelling zoals omschreven in het eerste lid van dit artikel is van overeenkomstige toepassing op het in artikel 2, tweede lid, van de wet vervat verbod.

 

Artikel 3. Evenementen

Voor het in artikel 2, tweede lid, van de wet vervat verbod geldt een vrijstelling voor standplaatsen die deel uitmaken van een evenementenvergunning, gedurende de tijden die zijn opgenomen in deze vergunning.

 

Artikel 4. Incidentele ontheffingen

  • 1.

    Het college kan op aanvraag een incidentele ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden.

  • 2.

    Het college kan deze ontheffing weigeren indien het woon- en leefklimaat, de veiligheid en/of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

  • 3.

    Aan de ontheffing, als bedoeld in het eerste lid, kunnen voorschriften worden verbonden.

 

Artikel 5. Permanente ontheffingen voor avondwinkels

  • 1.

    Het college kan op aanvraag aan de eigenaar van een winkel een permanente ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, van de wet vervatte verboden, met inachtneming van de volgende beperkingen:

    • a.

      De ontheffing geldt enkel voor openstelling tussen 22 uur en 24 uur.

    • b.

      De ontheffing geldt niet op 4 mei, dan moeten alle winkels vanaf 19 uur gesloten zijn, ook die met een ontheffing.

    • c.

      Vanuit de winkel mag geen bezorging plaatsvinden tijdens de verlengde openingstijden op grond van de ontheffing, dat wil zeggen: tussen 22 uur en 24 uur.

    • d.

      In de winkel mag geen gelegenheid tot het nuttigen van drank of etenswaren ter plaatse worden gegeven.

    • e.

      Indien de winkel binnen het horecaconcentratiegebied is gelegen dan is het op donderdag, vrijdag en zaterdag niet toegestaan om alcoholhoudende dranken te verkopen na 22 uur.

  • 2.

    Bij de aanvraag voor een ontheffing, als bedoeld in het eerste lid, moet in ieder geval het volgende worden overgelegd:

    • a.

      een kopie van een geldig legitimatiebewijs van de aanvrager;

    • b.

      een schriftelijk stuk waaruit de juridische relatie van de aanvrager met het desbetreffende perceel tot uitdrukking komt, zoals een huurovereenkomst of eigendomsbewijs;

    • c.

      een uittreksel van de inschrijving van de winkel bij de Kamer van Koophandel waarop het adres van de winkel vermeld staat.

  • 3.

    Aan de ontheffing, als bedoeld in het eerste lid, kunnen nadere voorschriften worden verbonden.

 

Artikel 6. Weigeringsgronden ontheffing avondwinkel

Een ontheffing als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van deze verordening wordt niet verleend indien:

  • a.

    de aanvrager in enig opzicht van slecht levensgedrag is;

  • b.

    de aanvrager de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt;

  • c.

    in de betreffende winkel uitsluitend maaltijden en dranken voor directe consumptie worden verkocht;

  • d.

    de verwachting is dat verlening van de ontheffing een negatief effect heeft op het woon- en leefklimaat, de veiligheid en/of openbare orde in de omgeving van de winkel.

 

Artikel 7. Beslistermijn

  • 1.

    Het college beslist binnen acht weken op een aanvraag voor een ontheffing.

  • 2.

    Zij kan deze termijn met ten hoogste acht weken verdagen.

 

Artikel 8. Locatie- en persoonsgebonden ontheffing

Een ontheffing op grond van deze verordening is locatie- en persoonsgebonden en niet overdraagbaar.

 

Artikel 9. Wijzigen of intrekken van de ontheffing

Het college kan een ontheffing wijzigen of intrekken als:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    verandering van omstandigheden of inzichten dit naar hun oordeel noodzakelijk maakt in het kader van de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    de exploitatie van de winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid en/of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    de bepalingen van deze verordening of aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt;

  • f.

    de houder van de ontheffing dit verzoekt.

 

Artikel 10. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door het college aangewezen toezichthouders.

 

Artikel 11. Overgangsregeling

  • 1.

    Ontheffingen verleend op grond van de Verordening Winkeltijden Zaanstad 2011, of voorgangers daarvan, worden geacht ontheffingen te zijn ingevolge deze verordening.

  • 2.

    Voor zover reeds verleende ontheffingen, zoals omschreven in het eerste lid, qua voorwaarden afwijken van artikel 5, eerste lid, sub a, van deze verordening, blijven op dat punt de voorwaarden zoals in de reeds verleende ontheffing opgenomen van kracht.

  • 3.

    Aanvragen voor een ontheffing die zijn ingediend onder de Verordening Winkeltijden Zaanstad 2011, maar waarop nog niet is besloten bij het in werking treden van deze verordening, worden behandeld overeenkomstig deze verordening

 

Artikel 12. Leges

Voor iedere aanvraag voor een ontheffing op grond van artikel 4 of 5 van deze verordening zijn leges verschuldigd. De hoogte van het bedrag is te vinden in de tarieventabel, behorende bij de op dat moment van kracht zijnde legesverordening.

 

Artikel 13. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Winkeltijdenverordening Zaanstad 2022’.

 

Artikel 14. Bekendmaking

Deze verordening wordt bekendgemaakt door plaatsing in het Gemeenteblad en publicatie op overheid.nl

 

Artikel 15. Inwerkingtreding en intrekking

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking.

  • 2.

    Met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de Verordening Winkeltijden Zaanstad 2011, vastgesteld op 7 juni 2011, ingetrokken.

 

Aldus besloten in de raadsvergadering van 01-12-2022.

Voorzitter,

Raadsgriffier.

 

TOELICHTING

Algemeen

Op 1 juli 2013 is de Winkeltijdenwet ingrijpend gewijzigd. Vanaf dat moment werd het aan gemeenten zelf gelaten om de openstelling op zon- en feestdagen te reguleren bij verordening middels een (algemene) vrijstelling. Met de winkeltijdenwet is ook het bijbehorende vrijstellingenbesluit gewijzigd, waarbij een groot aantal artikelen zijn komen te vervallen. Het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet kent nog een aantal situaties waarin aanvullende openingstijden landelijk zijn toegestaan. Hieronder vallen bijvoorbeeld: apotheken, ziekenhuizen, verpleeghuizen, stations, luchthavens, benzinestations en winkels die hoofdzakelijk kranten en tijdschriften verkopen. De standplaatsenverkoop stond voorheen in het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet maar wordt nu geregeld in de gemeentelijke verordening middels een algemene vrijstelling. De overige vervallen categorieën vallen onder de algemene vrijstelling zoals genoemd in artikel 2 van deze verordening.

Naast deze wijzigingen worden in deze verordening uitgebreidere en algemeen geldende regels neergelegd voor de avondopenstelling. Hierbij is ook rekening gehouden met mogelijke negatieve gevolgen van verlengde openstelling en zijn bepalingen opgenomen om de leefbaarheid in de omgeving van avondwinkels te waarborgen.

 

Artikelsgewijs

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit artikel zijn enkele begripsbepalingen opgenomen. Voor de definitie van winkel wordt verwezen naar artikel 1 van de Winkeltijdenwet. Daarin is een winkel gedefinieerd als: ‘een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin goederen aan particulieren plegen te worden verkocht’. Het verschil met de Verordening Winkeltijden Zaanstad 2011 is dat de in de wet genoemde feestdagen niet meer apart genoemd worden. Deze worden in de winkeltijdenverordening namelijk algemeen vrijgesteld tussen 06.00 uur en 22.00 uur, dit op basis van de bevoegdheid die artikel 3 van de wet de gemeenteraad hiertoe geeft.

 

Artikel 2. Algemene vrijstelling

Het is winkeliers toegestaan hun winkel te openen tussen 06.00 uur en 22.00 uur. Dit geldt op alle dagen, dus ook op zondagen, op Nieuwjaarsdag, op Goede Vrijdag na 19 uur, op tweede Paasdag, op Hemelvaartsdag, op tweede Pinksterdag, op 24 december na 19 uur en op eerste en tweede Kerstdag. De enige uitzondering hierop is 4 mei na 19 uur. De vrijstelling geldt ook voor verkoop die niet in een winkel plaatsvindt, hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan een bloemenstal.

 

Artikel 3. Evenementen

Voor verkoop op evenementen wordt aangesloten bij de tijden die in de evenementenvergunning staan.

 

Artikel 4. Incidentele ontheffing

Voor een incidentele winkelopenstelling tussen 22.00 uur en 06.00 uur kan het college een eenmalige ontheffing verlenen op basis van artikel 4, eerste lid. Deze ontheffing kan worden geweigerd wanneer de openbare orde en veiligheid in de omgeving in het geding zijn, of als een negatief effect op het woon- en leefklimaat verwacht wordt door verlening van deze ontheffing. Ook kunnen er voorschriften aan deze incidentele ontheffing worden verbonden.

 

Artikel 5. Permanente ontheffing voor avondwinkels

Het college kan op aanvraag avondwinkels een permanente ontheffing verlenen voor openstelling tussen 22 en 24 uur. Dit onder de bij deze verordening bepaalde voorwaarden. Deze zijn onder andere ter bescherming van het woon- en leefklimaat, de veiligheid en de openbare orde rondom de avondwinkel.

Zo geldt de ontheffing alleen tussen 22 uur en 24 uur, hiervoor is aangesloten bij de openingstijden die voor lichte horeca gelden, en mag er geen bezorging vanuit de avondwinkel plaatsvinden tijdens deze verlengde openingstijden. Dit om overlast voor omwonenden door de verlengde avondopenstelling te voorkomen. Ook is het niet toegestaan om klanten van de winkel ter plaatse consumpties te laten eten of drinken, dit om een verkapte vorm van horeca tegen te gaan.

Voor een ontheffing verleend in het horecaconcentratiegebied geldt dat op donderdag, vrijdag en zaterdag geen alcohol mag worden verkocht na 22 uur.

Tot slot geldt de ontheffing niet op 4 mei, dan moeten alle winkels vanaf 19 uur gesloten zijn.

 

Bij de aanvraag moeten enkele bescheiden worden overgelegd, zoals een geldig legitimatiebewijs van de aanvrager (de latere houder van de ontheffing), en een schriftelijk stuk waaruit de juridische relatie van de aanvrager met het desbetreffende perceel tot uitdrukking komt, hierbij valt te denken aan een huurovereenkomst of een eigendomsbewijs. Daarnaast wordt ook een uittreksel van de inschrijving van de winkel bij de Kamer van Koophandel gevraagd waarop tevens het adres van de winkel vermeld staat.

 

Het laatste lid bepaald dat bij de verlening van de ontheffing, indien de specifieke situatie daar aanleiding toe geeft, nog nadere voorschriften aan de ontheffing verbonden kunnen worden. Bijvoorbeeld over het opruimen van afval in de omgeving van de winkel of de verkoop van alcohol wanneer de locatie is gelegen in de nabijheid van het horecaconcentratiegebied of op een andere locatie waar op advies van politie of toezichthouders de alcoholverkoop na 22 uur niet gewenst is.

 

Artikel 6. Weigeringsgronden

Er zijn enkele weigeringsgronden die verband houden met de verlening van de permanente ontheffing voor een avondwinkel, als bedoeld in artikel 5. In artikel 6 worden deze genoemd.

Zo wordt de ontheffing niet verleend wanneer de aanvrager (de beoogd ontheffinghouder) in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

Gedragingen die in ieder geval worden meegenomen in de beoordeling van het levensgedrag zijn: betrokkenheid bij geweldsdelicten, witwaspraktijken, gebruik en/of handel in drugs, mensenhandel, arbeidsuitbuiting, rijden onder invloed, discriminatie en een eerdere weigering van een vergunning of ontheffing vanwege levensgedrag. Eerst worden enkel de gedragingen en veroordelingen die in een periode van vijf jaar voor het indienen van de aanvraag hebben plaatsgevonden meegenomen in de beoordeling van het levensgedrag. Dit om te voorkomen dat iemand eindeloos wordt achtervolgd door in het verleden gemaakte fouten.

Wanneer er gedragingen en/of veroordelingen zijn in de vijf jaar voordat de aanvraag werd ingediend, dan worden gedragingen en/of veroordelingen langer dan vijf jaar voordat de aanvraag werd ingediend ook betrokken bij het te nemen besluit. Ook een combinatie van andere gedragingen en veroordelingen dan hierboven genoemd kunnen leiden tot het weigeren van een ontheffing. Wanneer een persoon in een tijdsbestek van een aantal jaar stelselmatig wet- en regelgeving overtreedt dan is de kans dat hij/zij dit blijft doen groot, ook bij het exploiteren van de avondwinkel.

Het één of meerdere malen voorkomen in bestuurlijke rapportages van gemeente en politie inzake voornoemde strafbare feiten, waarbij een aanvrager verdachte is of is geweest, waarbij de verdenking niet is weggenomen en er nog nader onderzoek plaatsvindt naar betrokkenheid, wordt eveneens betrokken bij de beoordeling van slecht levensgedrag.

Als toetsingscriterium geldt ook of, en zo ja hoe, de aanvrager in een functie in voorgaande bedrijven heeft gehandeld. De ontheffing kan worden geweigerd als de aanvrager op ondeugdelijke wijze een winkel hebben geëxploiteerd, bijvoorbeeld door het veroorzaken van overlast of doordat er illegale activiteiten hebben plaatsgevonden en/of bestuurlijke handhaving noodzakelijk is gebleken. Dit toetsingscriterium maakt het lastiger voor een onkundige of onverantwoordelijke aanvrager om (opnieuw) een avondwinkel te openen of over te nemen.

 

Daarnaast staat in dit artikel dat de ontheffing wordt geweigerd indien verlening naar verwachting een negatief effect zal hebben op het woon- en leefklimaat, de veiligheid en de openbare orde.

Hierbij valt te denken aan de volgende situaties:

  • de omgeving van de winkel kan worden getypeerd als een probleemlocatie, vanwege criminaliteit, drugsgebruik, drugshandel en/of openbare ordeverstoringen;

  • de avondopenstelling van de winkel waarvoor de ontheffing wordt aangevraagd zal naar verwachting een aanzuigende werking hebben op overlastgevende groepen, met hinder voor omwonenden als een reëel risico;

  • het parkeren bij winkelbezoek tijdens de avondopenstelling veroorzaakt naar verwachting in de directe omgeving van de winkel overlast of parkeerproblematiek voor bewoners.

Het idee hierachter is dat de verlengde openstelling die door de ontheffing mogelijk wordt gemaakt geen nadelige gevolgen mag hebben op de directe omgeving van de winkel. De leefbaarheid voor de bewoners van Zaanstad is hierbij leidend.

 

Artikel 7. Beslistermijn

De beslistermijn voor het beslissen op een aanvraag voor een ontheffing bedraagt acht weken. De termijn van acht weken is gebaseerd op hetgeen hierover in de Algemene wet bestuursrecht is opgenomen (artikel 4:13, tweede lid). Deze beslistermijn kan eenmalig met maximaal acht weken worden verlengd.

 

Artikel 8. Locatie- en persoonsgebonden ontheffing

Bij de behandeling van een aanvraag voor een ontheffing wordt zowel naar de locatie van de avondwinkel als naar de persoon van de aanvrager gekeken. De ontheffing is daarom niet overdraagbaar. Dit betekent dat wanneer de houder van de ontheffing de winkel op een andere locatie zou willen voortzetten, hiervoor een nieuwe aanvraag moet worden gedaan. Hetzelfde geldt bij verkoop van de winkel: de nieuwe eigenaar moet, als deze tussen 22 uur en 24 uur geopend wil zijn, zelf een ontheffing aanvragen.

 

Artikel 9. Wijzigen of intrekken van de ontheffing

Wanneer de ontheffing eenmaal is verleend kan het zo zijn dat deze door het college wordt gewijzigd of zelfs ingetrokken. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer bij de aanvraag onjuiste gegevens zijn verstrekt en de ontheffing bij verstrekking van de juiste gegevens niet zou zijn verleend. Daarnaast kunnen veranderde omstandigheden leiden tot een onaanvaardbare aantasting van de openbare orde, veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse of zelfs gevaar opleveren.

Ook bij het niet nakomen van de bepalingen op grond van deze verordening of de voorschriften die aan de ontheffing zijn verbonden kan deze worden gewijzigd of ingetrokken.

Tot slot kan het nog zo zijn dat de houder van de ontheffing deze niet gebruikt, in dat geval kan het college de ontheffing ambtshalve, of op verzoek, intrekken.

 

Artikel 10. Toezicht

Dit artikel vereist geen nadere toelichting.

 

Artikel 11. Overgangsregeling

Ontheffingen die zijn verleend op grond van de eerdere winkeltijdenverordeningen worden geacht te zijn verleend op grond van deze verordening.

Er is één uitzondering: voor zover reeds verleende ontheffingen qua toegestane openingstijden afwijken van hetgeen in deze verordening is opgenomen in artikel 5, eerste lid, sub a, blijven de toegestane openingstijden, zoals in deze reeds verleende ontheffing zijn opgenomen, van kracht. De ontheffing is niet overdraagbaar of mee te nemen naar een andere locatie, in die gevallen moet een nieuwe ontheffing worden aangevraagd en gelden de in deze verordening vastgelegde toegestane openingstijden.

 

Artikel 12. Leges

Voor de behandeling van een aanvraag voor een ontheffing of een bijschrijving op grond van artikel 4 of 5 van deze verordening zijn leges verschuldigd. Deze worden in rekening gebracht zodra de aanvraag in behandeling is genomen. Dit houdt in dat ook bij een afwijzende beslissing de leges verschuldigd zijn. De hoogte van de leges is terug te vinden in de geldende legesverordening.

 

Artikel 13. Citeertitel

Dit artikel vereist geen nadere toelichting.

 

Artikel 14. Bedenkmaking

Dit artikel vereist geen nadere toelichting.

 

Artikel 15. Inwerkingtreding en intrekking

Dit artikel vereist geen nadere toelichting.