Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Haaksbergen

Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHaaksbergen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten
CiteertitelNadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de op 28 november 2017 vastgestelde Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene subsidieverordening Haaksbergen
  2. Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2023nieuwe regeling

20-12-2022

gmb-2022-575935

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten

Wettelijke basis:

Bepalingen van de Algemene subsidieverordening en de Algemene wet bestuursrecht.

 

Burgemeester en wethouders van Haaksbergen

 

Besluiten:

Vast te stellen de Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten.

 

Hoofdstuk 1 projectsubsidie

Artikel 1 Doelgroep projectsubsidie

Een projectsubsidie wordt uitsluitend verstrekt aan instellingen met activiteiten op de volgende terreinen:

  • a.

    bibliotheekwerk;

  • b.

    economische zaken;

  • c.

    educatie;

  • d.

    gezondheidszorg;

  • e.

    internationale contacten;

  • f.

    kinder-, jeugd- en jongerenwerk;

  • g.

    kunst en cultuur;

  • h.

    kunstzinnige vorming;

  • i.

    media;

  • j.

    openbare orde en veiligheid;

  • k.

    ouderen;

  • l.

    recreatie en toerisme;

  • m.

    sport;

  • n.

    verkeer en vervoer;

  • o.

    volkshuisvesting en ruimtelijke ordening.

Artikel 2 Subsidieverlening projectsubsidie

  • 1.

    Het college verleent een projectsubsidie voor de in artikel 1 genoemde terreinen, slechts indien het project:

    • a.

      experimenteel, origineel en vernieuwend van karakter is;

    • b.

      een meerwaarde heeft voor de gemeente Haaksbergen;

    • c.

      een aanvulling of uitbreiding vormt op het reguliere aanbod van activiteiten;

    • d.

      breed toegankelijk is;

    • e.

      binnen de gemeente Haaksbergen wordt uitgevoerd met uitzondering van projecten op het terrein van internationale contacten.

  • 2.

    Een projectsubsidie heeft het karakter van een deelbijdrage van ten hoogste 50% van de kosten die rechtstreeks voortvloeien uit de activiteit(en) met een maximum van € 5.000,00 en wordt afgestemd op de financiële bijdrage van derden aan het project.

Artikel 3 Subsidieplafond projectsubsidie

  • 1.

    Het subsidieplafond voor de projectsubsidie bedraagt € 10.000,00.

  • 2.

    Voor de verdeling van het subsidieplafond geldt dat een instelling die als eerste een subsidieaanvraag voor een project indient, als eerste voor subsidie in aanmerking komt, mits zij voldoet aan de Algemene subsidieverordening en deze nadere regels

  • 3.

    Wanneer op eenzelfde tijdstip van meerdere instellingen aanvragen voor een projectsubsidie worden ontvangen en deze voldoen aan de Algemene subsidieverordening en deze nadere regels, dan is als daarmee het subsidieplafond is bereikt, het volgende van toepassing:

    • a.

      de subsidie wordt verleend aan de instelling die in de voorafgaande kalenderjaren geen projectsubsidie heeft ontvangen;

    • b.

      wanneer de aanvragen afkomstig zijn van meerdere instellingen die in voorafgaande kalenderjaren geen projectsubsidie hebben ontvangen, dan wordt de subsidie verleend na een loting;

    • c.

      wanneer de aanvragen afkomstig zijn van meerdere instellingen die in voorafgaande jaren wel projectsubsidie hebben ontvangen, dan wordt de projectsubsidie verleend na een loting.

  • 4.

    Aanvragen die binnenkomen op het moment dat het subsidieplafond is bereikt, wijst het college af.

Hoofdstuk 2 Subsidie overige activiteiten

Artikel 4 Begripsbepalingen

In dit hoofdstuk wordt onder overige activiteiten verstaan: alle activiteiten die niet vallen onder de Nadere regels subsidie jeugd, Nadere regels subsidie sport, Nadere regels subsidie amateurkunst, Nadere regels subsidie leefbaarheid, gezondheid en maatschappelijke ondersteuning en Nadere regels budgetsubsidies.

Artikel 5 Subsidievoorwaarden waarderingssubsidie

  • 1.

    Het college verstrekt een waarderingssubsidie aan de instellingen die de volgende activiteiten uitvoeren:

    • a.

      natuureducatie;

    • b.

      natuurbeheer;

    • c.

      klussendienst;

    • d.

      armoedebestrijding;

    • e.

      recreatie en toerisme en

    • f.

      verkeer en vervoer.

  • 2.

    Het college verstrekt de in het eerste lid bedoelde waarderingssubsidie, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • a.

      de instelling, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, verzorgt minimaal vier keer jaar bijeenkomsten op gebied van natuureducatie.

    • b.

      de instelling, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, verzorgt een klussendienst binnen de gemeente Haaksbergen, die voornamelijk klussen uitvoert voor Haaksbergse mensen met een inkomen op minimumniveau;

    • c.

      de instelling, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, exploiteert een voedselbank in Haaksbergen.

    • d.

      de instelling, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, draagt bij aan het instandhouden van de molens in de gemeente Haaksbergen

    • e.

      de instelling, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel f, draagt bij aan het instandhouden van de buurtbus Buurse, of;

    • f.

      de instelling, als bedoeld in het eerste lid, onderdeel f, zorgt voor het aanleggen en onderhouden van fietspaden in de gemeente Haaksbergen.

Artikel 6 Hoogte waarderingssubsidie

  • 1.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel a, bedraagt maximaal: € 1.100,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

  • 2.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel b, bedraagt maximaal: € 8.450,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

  • 3.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel c, bedraagt maximaal: € 1.760,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

  • 4.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel d, bedraagt maximaal: € 2.700,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

  • 5.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel e, bedraagt maximaal: € 675,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

  • 6.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel f, bedraagt maximaal: € 367,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

  • 7.

    De waarderingssubsidie voor de activiteit zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel g, bedraagt maximaal: € 7.200,00 per subsidieperiode van één jaar. Het college verstrekt per jaar aan maximaal één instelling deze waarderingssubsidie.

Artikel 7 Verdeling subsidieplafond

  • 1.

    Voor de verdeling van het subsidieplafond geldt dat een instelling die als eerste een subsidieaanvraag indient, als eerste voor subsidie in aanmerking komt, mits zij voldoet aan de Algemene subsidieverordening en deze nadere regels.

  • 2.

    Wanneer op eenzelfde tijdstip van meerdere instellingen aanvragen voor een subsidie worden ontvangen en deze voldoen aan de Algemene subsidieverordening en deze nadere regels, dan is als daarmee het subsidieplafond is bereikt, dan wordt de subsidie verstrekt na een loting.

  • 3.

    Aanvragen die binnenkomen op het moment dat het subsidieplafond is bereikt, wijst het college af.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 8 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten.

  • 2.

    Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 2023 en hebben betrekking op de subsidieperiode 2023 en volgende jaren.

  • 3.

    Op het moment dat deze nadere regels in werking treden, worden de op 28 november 2017 vastgestelde Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten ingetrokken, met dien verstande dat de op 28 november 2017 vastgestelde Nadere regels projectsubsidie en subsidie overige activiteiten blijven gelden voor de subsidieperiode 2022.

Aldus besloten in de openbare collegevergadering van 20 december 2022

dr. R. Toet

secretaris

mr. drs. R.G. Welten

burgemeester