Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Baarn

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBaarn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2023
CiteertitelLegesverordening 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Deze regeling vervangt de Legesverordening 2022.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-12-2022nieuwe regeling

21-12-2022

gmb-2022-574193

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

  • f.

    niet-commerciële evenement/activiteit: een evenement/activiteit dat/die:

    • -

      geen individueel, persoonlijk of groepswinstoogmerk heft: en

    • -

      in de kern/merendeel niet bedrijfsmatig van aard is: en

    • -

      niet mede door commerciële bedrijven ontplooid: en

    • -

      een beoogde doelstelling van sociale, pedagogische, sportieve, charitatieve of culturele aard: en

    • -

      georganiseerd door stichtingen en verenigingen, waarvan de inkomsten worden aangewend om de continuïteit van de eigen activiteiten te waarborgen of worden ingezet voor een goeddoel.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in de onderdelen 1.15.1.2, 1.15.1.3, 1.15.1.4 en 3.2.1. van de bij de verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag een vergunning betreft voor niet-commerciële evenementen/activiteiten of indien deze evenementen/activiteiten georganiseerd worden door fondsenwervende instellingen, voorzien van CBF certificaat/verklaring van geen bezwaar CBF.

  • d.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening van een vergunning of ontheffing voor het plaatsen van een mobiele onderzoeks-unit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend met betrekking tot een aanvraag tot verlening van een vergunning of ontheffing voor het plaatsen van een mobiele onderzoeks-unit die wordt gebruikt voor het doen van bevolkingsonderzoek als bedoeld in artikel 1, onder c, van de Wet op het bevolkingsonderzoek, voor welk onderzoek op grond van die wet vergunning is verleend.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet .

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.2 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      hoofdstuk 4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1.

    De Legesverordening 2022 van 22 december 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2023.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2022.

De griffier,

De voorzitter,

Bijlage 1 Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2023

 

Titel 1 Algemene dienstverlening

2023

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

in de trouwzaal van het gemeentehuis, op werkdagen tussen 09.00 - 16.00 uur

€ 465,00

1.1.1.2

in de trouwzaal van het gemeentehuis, op de aangewezen zaterdagen, tusen 09.00 - 14.00 uur

€ 624,00

1.1.1.3

in de ondertrouwkamer van het gemeentehuis, op werkdagen tussen 09.00 - 16.00 uur

€ 370,00

1.1.1.4

in een bijzonder huis, ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 418,00

1.1.1.5

externe locatie op werkdagen tussen 09.00 - 23.00 uur

€ 502,00

1.1.1.6

externe locatie op zaterdag of zondag tussen 09.00 - 23.00 uur

€ 555,00

1.1.1.7

Getuigen via gemeente, per getuige

€ 59,00

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering

€ 34,00

1.1.2.1

Eénmalige benoeming buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand (alleen onder de daarvoor gestelde voorwaarden)

€ 100,00

1.1.2.2

eerste beoordeling bij het indienen externe locatie

€ 449,00

1.1.2.3

Extra kosten in verband met het annuleren - anders dan als gevolg van overmacht - van een gereserveerde huwelijksvoltrekking c.q. registratie

€ 118,00

partnerschap, alsmede in het geval van niet verschijnen bij een kosteloos huwelijk

1.2

Het tarief bedraagt voor:

1.2.1

uittreksels, akten en attestaties de vita

€ 15,70

(*)

1.2.2

voor elk meertalig modelfpormulier als bedoeld in artikel 7, eerst lid, van de verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad

van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de

Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr.1024/2012

€ 15,70

(*)

1.2.3

wordt het in 1.2.2 genoemde model afgegeven als verklaring van huwelijksbevoegdheid

€ 21,20

(*)

1.2.4

verklaring van huwelijksbevoegdheid

€ 27,50

(*)

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,75

(*)

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,80

(*)

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in subonderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,75

(*)

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,80

(*)

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld

(faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 77,75

(*)

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 58,80

(*)

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 58,80

(*)

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 70,30

(*)

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 37,95

(*)

1.2.5.3

voor personen met uitreisverbod (vervangende identiteitskaart)

€ 34,25

(*)

1.2.6

voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde

€ 52,95

(*)

bedragen:

1.2.7

voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.6

€ 16,70

(*)

genoemde bedragen:

Bij het met een (*) aangeduid tarief, wordt (tenminste) het door het rijk vastgestelde maximale tarief gehanteerd met dien verstande dat dit tarief naar beneden wordt afgerond op vijf eurocenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 44,65

(*)

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:

1.3.2.1

bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

(*)

1.3.2.4

bij een aanvraag in verband met [beschadiging of] vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met

€ 18,20

Bij het met een (*) aangeduid tarief, wordt (tenminste) het door het rijk vastgestelde maximale tarief gehanteerd met dien verstande dat dit tarief naar beneden wordt afgerond op vijf eurocenten

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens

over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking per persoon

€ 14,45

1.4.2.1

aan anderen dan genoemd in onderdeel 1.4.2., per schriftelijke verstrekking, verhoogd met eventuele portokosten

€ 7,50

(*)

Bij het met een (*) aangeduid tarief, wordt het door het rijk vastgestelde maximale tarief gehanteerd met dien verstande dat dit tarief naar beneden wordt afgerond op vijf eurocenten

Hoofdstuk 5 Gereserveed

Hoofdstuk 6 Gereserveerd

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een afschrift van de programmabegroting

€ 28,75

1.7.1.2

een afschrift van de bijlagen van de begroting

€ 17,45

1.7.1.3

een afschrift van een afdelingsplan

€ 28,75

1.7.1.4

een afschrift van een jaarrekening

€ 35,40

1.7.1.5

een afschrift van een rekening van een afdeling

€ 17,45

1.7.1.6

een afschrift van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV)

€ 10,90

1.7.1.7

een afschrift van één van de vastgestelde belastingverordeningen, per verordening

€ 16,40

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.8.1.1

een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel

1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

1.8.1.1.1

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 0,55

1.8.1.1.2

in formaat A3

€ 0,95

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 15,90

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

(*)

1.9.2

tot het legaliseren van een handtekening

€ 13,30

1.9.3

bewijs van Nederlanderschap

€ 13,30

Bij het met een (*) aangeduid tarief, wordt (tenminste) het door het rijk vastgestelde maximale tarief gehanteerd met dien verstande dat dit tarief naar beneden wordt afgerond op vijf eurocenten

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 18,45

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

tot het verkrijgen van een medische indicatie mede dienende ter bepaling van de urgentie van woningzoekenden, ten behoeve van

€ 62,40

een doelmatige verdeling van de woonruimte

1.11.2

tot het verkrijgen van een sociale indicatie mede dienende ter bepaling van de urgentie van woningzoekenden, ten behoeve van

€ 51,80

een doelmatige verdeling van de woonruimte

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 95,75

1.12.1.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 95,75

1.12.2

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een

flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. [Dit geldt ook als het gaat om

een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.]

Hoofdstuk 13 Gereserveerd

Hoofdstuk 14 Gereserveerd

Hoofdstuk 15 Algemene Plaatselijke Verordening (APV) & Verordening fysieke leefomgeving Baarn (VfloB)

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning of een ontheffing op grond van de APV/VfloB

1.15.1.1

voor het maken of veranderen van een uitweg als bedoeld in artikel 2.3 VfloB

€ 296,00

1.15.1.2

voor het hebben van een standplaats als bedoeld in artikel 5.1 en volgende VfloB

€ 74,60

1.15.1.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om geluidsontheffing als bedoeld in artikel 3.4 VfloB

€ 51,30

1.15.1.4

voor een aanvraag voor een collectevergunning

€ 53,60

1.15.1.5

voor het aanleggen, stoken of hebben van vuur in de open lucht als bedoeld in artikel 5.34 APV

€ 172,30

1.15.2

voor het verkrijgen van een ontheffing tot na het algemeen sluitingsuur geopend hebben van horecabedrijven als bedoeld in artikel 2.29 APV

1.15.2.1

één dag

€ 81,65

1.15.2.2

langer dan één dag maar ten hoogste één week

€ 108,85

1.15.2.3

langer dan één week maar ten hoogste één maand

€ 163,25

1.15.2.4

langer dan één maand maar ten hoogste één jaar

€ 326,35

1.15.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing als bedoeld in artikel 2.1 VfloB

€ 54,50

1.15.4

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing voor het optreden als straatatriest als bedoeld in artikel 2.9 APV:

1.15.4.1

per dag

€ 6,35

1.15.4.2

per week

€ 15,90

1.15.4.3

voor maximaal een jaar

€ 63,40

1.15.5

voor het in behandeling nemen van het laten wijzigen van een reeds verleende Apv vergunning of ontheffing

€ 48,30

1.15.6

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning/ontheffing niet elders genoemd op grond van de APV

€ 64,95

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b

van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

Aanwezigheidsvergunning voor 1 kansspelautomaat voor 1 jaar

€ 56,50

(*)

1.16.1.2

Aanwezigheidsvergunning voor 2 kansspelautomaten voor 1 jaar

€ 90,50

(*)

1.16.1.3

Aanwezigheidsvergunning voor 1 kansspelautomaat voor 4 jaar

€ 226,50

(*)

1.16.1.4

Aanwezigheidsvergunning voor 2 kansspelautomaten voor 4 jaar

€ 362,50

(*)

1.16.2

De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden

of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in

looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet

€ 25,95

op de kansspelen (loterijvergunning)

Bij het met een (*) aangeduid tarief, wordt (tenminste) het door het rijk vastgestelde maximale tarief gehanteerd met dien verstande dat dit tarief naar beneden wordt afgerond op vijf eurocenten

Hoofdstuk 17. Telecommunicatie

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze

van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 528,40

1.17.2

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden

in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 0,55

1.17.3

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare

gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 0,25

1.17.4

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van

het netwerk, per overleg (maximaal twee uur) verhoogd met

€ 264,25

1.17.5

indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet,

per overleg (maximaal twee uur) verhoogd met

€ 264,25

1.17.6

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in

behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en

wethouders is opgesteld.

1.17.7

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.17.1.5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag

waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1

tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

€ 44,60

1.18.2

voor het vernieuwen van een in 1.18.1 genoemde kaart of het verstrekken van een duplicaat bij verleis of diefstal, per aanvraag

€ 44,70

1.18.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken in de directe omgeving van de

woning van de aanvrager of het wijzigen hiervan bij verhuizing binnen de gemeente, per aanvraag (verhuizing)

€ 206,75

1.18.4

voor het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging van het kentekenbord behorend bij de gehandicaptenparkeerplaats

€ 71,25

1.18.5

indien er voor de aanvraag als genoemd in 1.18.1 een medische keuring noodzakelijke is worden de kosten verhoogd met de kosten van de keuring

Hoofdstuk 19 Diversen

1.19.2.1

een verzoek om bodeminformatie over een perceel, per perceel

€ 48,85

1.19.2.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief

is opgenomen:

1.19.2.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,55

1.19.2.2.2

per pagina op papier van A3 formaat

€ 0,90

1.19.2.3

per pagina op papier van A2 formaat

€ 3,90

1.19.2.4

per pagina op papier van A1 formaat

€ 8,00

1.19.2.5

per pagina op papier van A0 formaat

€ 15,90

1.19.2.6

voor het scannen stukken c.q. het digitaal verstrekken van stukken, per pagina/scan

€ 0,55

1.19.2.7

voor het digitaal verzenden van bovengenoemde stukken, per kwartier of gedeelte daarvan

€ 18,45

1.19.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot aansluiting op het riool (rioolaansluitingsrecht)

€ 264,25

1.19.3.1

voor een zogenaamde standaard (doorsnee 125 mm) aansluiting op het riool (rioolaansluitingsrecht)

€ 1.004,15

1.19.3.2

indien er extra werkzaamheden dienen te worden verricht wordt het bedrag genoemd in 1.19.3 verhoogd met het begrote bedrag zoals door de

gemeente is aangegeven

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

[de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van aannemer

zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt, een

raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden,

de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die

aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de

aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.2

bouwkosten:

[de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische

installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk OF het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het

werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die

voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien

tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader

in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2.1

tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 410,90

2.2.2

voor het verstrekken van een schriftelijke verklaring dat voor een bepaalde (bouw)activiteit geen omgevingsvergunning is vereist

(zogenaamd verklaring vergunningsvrij bouwen)

€ 68,75

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de

verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag

betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven

en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of

andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a,

van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die

onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 10.000,00 bedragen:

4,4% van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 161,25

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 10.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

€ 465,10

vermeerderd met 2,8% van de bouwkosten

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 10.000.000 bedragen:

€ 29.765,30

vermeerderd met 2,5% van de bouwkosten

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 10.000.000 of meer bedragen:

€ 268.216,90

vermeerderd met 1,2% van de bouwkosten

2.3.1.2

onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of

gereedkomen van de bouwactiviteit 110% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b

€ 86,70

van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in

die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.3.

Planologisch strijdig gebruik waarbij ook sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c,

van de Wabo en er sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het

bepaalde in de andere onderdelenvan dit hoofdstuk, indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 364,70

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 528,50

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.153,15

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 3.889,80

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van

€ 729,35

de Wet ruimtelijke ordening ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3,

€ 1.094,00

derde lid, van de Wet en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 729,35

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de

Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het

bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 364,70

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 528,50

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.153,15

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 3.889,80

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van

€ 729,35

de Wet ruimtelijke ordening ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3,

€ 1.094,00

derde lid, van de Wet en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 729,35

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van

€ 146,95

de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen

bedoelde activiteiten:

2.3.5.1

Het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk in met het oog op de brandveiligheid bij algemene maatregel van bestuur aangewezen

categoriën gevallen

2.3.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het brandveilig gebruik van:

2.3.5.2.1

een gebouw/inrichting met een vloeroppervlakte tussen 0 - 250 m2

€ 384,75

2.3.5.2.2

een gebouw/inrichting met een vloeroppervlakte tussen 250 - 2.500 m2

€ 769,50

2.3.5.2.3

een gebouw/inrichting met een vloeroppervlakte tussen 2.500 - 7.500 m2

€ 1.540,05

2.3.5.2.4

een gebouw/inrichting met een vloeroppervlakte tussen 7.500 - 15.000 m2

€ 3.079,05

2.3.5.2.5

een gebouw/inrichting met een vloeroppervlakte meer dan 15.000m2

€ 6.159,35

2.3.5.2.6

het in 2.3.5.2.5 genoemde tarief wordt verhoogd per m2 met

€ 0,60

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of

gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de

provinciale erfgoedverordening of artikel [14] van de [citeertitel gemeentelijke erfgoedverordening], bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in

de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 253,70

2.3.7

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik

€ 294,90

van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het

provinciaal wegenreglement of artikel 2.3 van de Verordening fysieke leefomgeving Baarn, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere

onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.8

Kappen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor

op grond van een bepaling on de provinciale verordening of artikel 8.1 van de Verordening fysieke leefomgeving Baarn een omgevingsvergunning

is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.8.1

indien niet meer dan 10 bomen worden geveld

€ 111,15

2.3.8.2

indien meer dan 10 bomen worden geveld, per boom boven het aantal van 10

€ 11,20

2.3.9

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de

Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.9.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit

toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.9.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit

toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.10

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat

onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.10.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 359,40

2.3.10.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 359,40

2.3.11

Advies

2.3.11.1

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen

bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een

omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan

de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.11.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.11.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag

waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.12

Sloopactiviteiten

2.3.12.1

indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in de gevallen waarin dat in een

bestemmingsplan , beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabobedraagt het tarief,

onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 359,40

2.3.13

Opslag van roerende zaken

indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie Utrecht

waarvoor bepaling in een provinciale verordening of APV een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in

onderdelen op grond van een van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.13.1

indien de activiteit bestaat uit het opslaan van roerende zaken als bedoeld in artikel 2.2., eerste lid, onder j, van de Wabo

€ 111,95

2.3.13.2

ondien de activiteit bestaat uit het als eigenaar , beperkt zakelijk recht of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken

worden opgeslagen, als bedoeld in artikel 2.2., eerste lid, onder k, van de Wabo

€ 111,95

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een

conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de

beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen

van een omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

2.4.2

Vermindering van de volgens Hoofdstuk 2 geheven leges vindt alleen plaats voorzover:

het bouwplan waarvoor een aanvraag tot een omgevingsvergunning werd gedaan gelijk of nagenoeg gelijk is aan het bouwplan dat ten tijde

van het vooroverleg of het verzoek om beoordelling van de conceptaanvraag aan het college van burgemeester en wethouders werrd voorgelegd

en de aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning wordt gedaan binnen één jaar nadat het verzoek om vooroverleg of beoordeling

werd gedaan.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-

of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente,

bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

50%

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 2 weken en binnen 10 weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

40%

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 11 weken en binnen 20 weken na het in behandeling nemen ervan

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

30%

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als

bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de

50%

leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen drie maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt.

De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de

onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25%

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij

rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf: Een bedrag minder dan € 131,65 wordt niet teruggegeven.

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.11 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als

€ 40,20

bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is, dan wel het overdragen van verleende

omgevingsvergunning als bedield in artikel 10.3 van de bouwverordening

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de

€ 80,35

omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid,

€ 9.655,70

van de Wet ruimtelijke ordening

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid,

€ 6.822,90

onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

Hoofdstuk 9 Gereserveerd

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking,

per aanvraag het bedrag wat als begroting aan de aanvrager wordt medegedeeld.

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3, eerste lid, van de Alcoholwet voor het uitoefenen van een

€ 563,25

horeca- of slijtersbedrijf dan wel het in zelfwerkzaamheid niet bedrijfsmatig en anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank

3.1.2

een melding van wijziging van een inrichting als bedoeld in onderdeel 3.1.1. in verband met de wijziging van een lokaliteit een en ander als bedoeld

€ 81,55

in artikel 30 van de Alcoholwet

3.1.3

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van het aanhangsel behorende bij de vergunning als bedoeld in artikel 30a, tweede

lid, van de Alcoholwet

3.1.4

voor de eerste leidinggevende

€ 108,60

3.1.5

voor elke volgende leidinggevende

€ 54,50

3.1.6

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35, eerste lid van de Alcoholwet tot het verstrekken van zwak-

€ 92,50

alcoholische drank

3.1.7

een verzoekom ontheffing als bedoeld in artikel 35, vijfde lid van de Alcoholwet tot het verstrekken van zwakalcoholische drank

€ 135,85

terugkerend evenement

3.1.8

een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 4 , vierde lid, van de Alcoholwet

3.1.8.1

voor een verzoek met één activiteit

€ 108,60

3.1.8.2

voor een verzoek met meer dan één activiteit

€ 108,60

3.1.8.3

verhoogd voor elke activiteit meer dan één

€ 54,50

3.1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1.9.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning als bedoeld in de artikel 2.28 van de APV

€ 394,30

3.1.9.2

een aanvraag tot het toevoegen of wijzigen van een leidinggevende op de exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de APV

voor de eerste leidinggevende

€ 107,00

voor elke volgende leidinggevende

€ 53,65

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1.1

De leges bedragen voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het houden van een evenement en/of vermakelijkheid geldig voor één dag, voor

3.2.1.1.1

0 - 150 gelijktijdige bezoekers

€ 26,05

3.2.1.1.2

151 tot 499 gelijktijdige bezoekers

€ 169,95

3.2.1.1.3

500 tot 999 gelijktijdige bezoekers

€ 497,50

3.2.1.1.4

1.000 tot 2.499 gelijktijdige bezoekers

€ 828,95

3.2.1.1.5

meer dan 2.500 gelijktijdige bezoekers

€ 1.657,95

3.2.1.2

De leges bedragen voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning voor het houden van een evenement en/of vermakelijkheid

geldig voor meerdere dagen in het zelfde jaar, voor:

3.2.1.2.1

0 - 150 gelijktijdige bezoekers

€ 39,00

3.2.1.2.2

151 tot 499 gelijktijdige bezoekers

€ 254,95

3.2.1.2.3

500 tot 999 gelijktijdige bezoekers

€ 746,30

3.2.1.2.4

1.000 tot 2.499 gelijktijdige bezoekers

€ 1.243,45

3.2.1.2.5

meer dan 2.500 gelijktijdige bezoekers

€ 2.486,85

3.2.1.3

Indien de aanvraag voor een vergunning zoals genoemd in 3.2.1.1.1 tot en met 3.2.1.1.5 en 3.2.1.2.1 tot en met 3.2.1.2.5 te laat wordt aangevraagd

worden de verschuldigde leges verhoogd met 25%.

3.2.1.4

Bij intrekking van de aanvraag om een vergunning genoemd in dit hoofdstuk wordt 50% geheven

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

3.3.1

het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

3.3.2

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:3, eerste lid van de APV, voor een

seksbedrijf

€ 3.539,70

3.3.3

voor het wijzigen van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging, als bedoeld in artikel 3.10 van de APV

€ 718,20

3.3.4

voor een verlenging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.11 van de APV

€ 718,20

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet 2014

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.4.1

tot het verlenen van een vergunning voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning als bedoeld in artikel 21, aanhef en

€ 158,55

onder a van de Huisvestingswet 2014

3.4.2

tot het verlenen van een vergunning voor het samenvoegen van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artkel 21,

€ 158,55

aanhef en onder b, van de Huisvestingswet 2014

3.4.3

tot het verlenen van een vergunning voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21,

€ 158,55

aanhef en onder c, van de Huisvestingswet 2014

3.4.4

tot het verlenen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21,

€ 158,55

aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

3.4.5

tot het verlenen van een splitstingsvergunning als bedoeld in artkel 22 van de Huisvestingswet 2014

€ 211,35

Hoofdstuk 5 Kinderopvang

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandelin nemen van een aanvraag tot het:

3.5.1.1

in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel

1.45, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteiteisen peuterspeelzalen

€ 1.505,55

3.5.1.2

in exploitatie nemen van een peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 2.2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeel-

zalen

€ 1.505,55

3.5.1.3

het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid, van de Wet kinderopvang en kwliteitseisen peuterspeelzalen

€ 616,90

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.6.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 171,65

3.6.2

tot het wijzigen van een in onderdeel 3.6.1 bedoelde ontheffing

€ 85,90

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of

€ 80,50

ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking, minimaal of wat als begrote bedrag is aangereikt

De met een * aangegeven bedragen zijn wettelijke tarieven zoals bekend bij de vaststelling van deze verordening. Wijzigen deze bedragen dan gelden

de gewijzigde bedragen als het geldende tarief.

 

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2022.

 

griffier,

voorzitter,