Organisatie | Uitgeest |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nota risicomanagement en weerstandsvermogen/ratio gemeente Uitgeest 2023 |
Citeertitel | Nota risicomanagement en weerstandsvermogen/ratio gemeente Uitgeest 2023 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Nota weerstandsvermogen en risicomanagement 2013.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2023 | nieuwe regeling | 15-12-2022 |
De raad van de gemeente Uitgeest:
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 15 november 2022;
gezien het advies van de commissie van 1 december 2022;
gelet op het bepaalde in de Financiële verordening gemeente Uitgeest 2023;
vast te stellen de Nota risicomanagement en weerstandsvermogen/ratio gemeente Uitgeest 2023
Voor u ligt de eerste Nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen/ratio 2022. Deze nota is opgesteld omdat vanuit de BBV is voorgeschreven dat de kaders met betrekking tot deze onderwerpen dienen te worden vastgelegd en vastgesteld door uw raad.
Uitgangspunt is dat de financiële beleidsstukken binnen de BUCH gemeenten geharmoniseerd zijn/blijven zoals eerder bij de start van de BUCH met elkaar is afgesproken.
Indien wet- en regelgeving of andere omstandigheden dit vereisen wordt deze nota opnieuw beoordeeld op toepasbaarheid en actualiteit, en waar nodig aangepast.
De volgende ontwikkelingen zijn aanleiding om deze nota te herzien:
Deze nota heeft een relatie met de Nota grondbeleid, de Financiële verordening gemeente Uitgeest 2023 en de paragraaf Risicomanagement en Weerstandsvermogen/ratio in de begroting en jaarrekening.
2 Wettelijk kader en definities
Het wettelijk kader bestaat uit externe wetgeving, het BBV en de Financiële verordening van de gemeente artikel 10 van de Financiële verordening gemeente Uitgeest 2023.
In artikel 9 BBV is bepaald dat de begroting de paragraaf ‘Weerstandsvermogen en risicobeheersing’ moet bevatten en in artikel 11 BBV is de inhoud van die paragraaf verder uitgewerkt.
3 Risicomanagement en Weerstandsvermogen/ratio
Risicomanagement is het geheel aan activiteiten dat erop gericht is op een gestructureerde wijze risico’s in kaart te brengen, te evalueren, te beheersen en te rapporteren. Het is een continu proces, omdat er nieuwe risico’s kunnen optreden, of risico’s kunnen wijzigen, waardoor er aanpassing nodig is. Risicomanagement gaat niet om het vermijden van risico’s, maar gaat expliciet om het beheersen van risico’s, zodat nadelige effecten die het nemen van risico’s met zich meebrengt, kunnen worden voorkomen of geminimaliseerd. Risicomanagement verschaft een organisatie de mogelijkheid optimaal om te gaan met onzekerheden en dus ook de mogelijkheid om de voordelen te benutten die onzekerheden soms bieden.
3.1 Het risicomanagementproces
Risicomanagement bestaat uit verschillende stappen. Deze drie stappen zijn hieronder aangegeven:
Op basis van de classificatie van de risico’s kan de sturing en de beheersing van de risico’s bepaald worden. Voor verschillende soorten risico’s zijn er verschillende ‘oplossingsrichtingen’ (vermijden, beheersen, overdragen (bijvoorbeeld verzekeren) en accepteren ten laste van het rekeningresultaat (financiële dekking organiseren via voorziening, beschikbare weerstandscapaciteit).
Ad 3.1.a Identificeren en vastleggen van risico’s
Voor de financiële risico’s geldt als definitie:
“De kans op een gebeurtenis die leidt tot een directe financiële tegenvaller van materiële (grote) betekenis, die niet is afgedekt in de begroting.”
Doen deze risico’s zich voor dan moeten zij gedekt kunnen worden uit de beschikbare weerstandscapaciteit. Onder de financiële risico’s vallen ook frauderisico’s en de risico’s met betrekking tot lopende grondexploitaties.
Kaders voor het identificeren zijn:
Per grondexploitatie wordt een separate risicoanalyse opgesteld. Deze risicoanalyse wordt tenminste twee keer per jaar, in ieder geval ten tijde van de begroting in de meerjarenprognose grondexploitaties (MPG) en ten tijde van de jaarrekening in de nota actualisatie grondexploitatie (NAG) geactualiseerd. Hier horen ook de project-specifieke risico’s en de conjunctuurrisico’s (economische c.q. vastgoedcrises) bij. De uitkomst hiervan wordt vastgelegd in het risicomanagementsysteem.
Per domein, wordt minimaal twee keer per jaar een risicoanalyse uitgevoerd inclusief een actualisatie van de risico’s die al in het risicomanagementsysteem zijn opgenomen. Dit gebeurt voorafgaand aan de begroting en de jaarrekening zodat de paragraaf risicomanagement en weerstandsvermogen kan worden geactualiseerd.
Dit zijn risico’s die zich kunnen voordoen en waarbij het gevolg vrij goed in te schatten is én risico’s zonder financiële gevolgen. Voor reguliere risico’s met een financieel gevolg worden verzekeringen afgesloten of voorzieningen getroffen. Deze maken geen deel uit van de risico’s met betrekking tot de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit.
Ad. 3.1.b Kwantificeren van de financiële risico’s
De gekwantificeerde financiële risico’s zijn de input voor het berekenen van de omvang van de benodigde weerstandscapaciteit.
De beschikbare weerstandscapaciteit wordt afgezet tegen de benodigde weerstandscapaciteit om het weerstandsvermogen/ratio te bepalen (zie 3.2). Verder kunnen de risico’s hierdoor worden geprioriteerd om focus aan te brengen in sturing en beheersing.
Kaders voor het kwantificeren zijn:
Het weerstandsvermogen/ratio, is de beschikbare weerstandscapaciteit gedeeld door de benodigde weerstandscapaciteit.
3.2.1 Beschikbare weerstandscapaciteit
De beschikbare weerstandscapaciteit is het totaal aan middelen en mogelijkheden waarover de gemeente kan beschikken om niet-voorziene financiële tegenvallers op te vangen.
De beschikbare weerstandscapaciteit kan bestaan uit de volgende componenten:
Deze componenten worden verder toegelicht in paragraaf Risicomanagement en Weerstandsvermogen/ratio van de begroting respectievelijk de jaarstukken.
3.2.2 Benodigde weerstandscapaciteit
Voor alle in het risicomanagementsysteem opgenomen financiële risico’s wordt een kans van optreden en een financiële omvang ingeschat. Dit gebeurt door via het risicomanagementsysteem een Monte Carlo simulatie uit te voeren om de benodigde weerstandscapaciteit met betrekking tot de gemeentelijke risico’s te berekenen. Voor de simulatie wordt een zekerheidspercentage aangehouden van 90%. Dat wil zeggen dat het bedrag dat uit de simulatie naar voren komt, de benodigde weerstandscapaciteit, met een zekerheid van 90%1 voldoende is om de risico’s af te dekken.
Niet afgedekt deel benodigde weerstandscapaciteit van gemeenschappelijke regelingen
De uitkomst van de gemeentelijke berekening van de benodigde weerstandscapaciteit dient eventueel nog aangevuld te worden met het aandeel van de gemeente in de benodigde weerstandscapaciteit van de gemeenschappelijke regelingen (GR) waaraan de gemeente deelneemt. Dit voor het gedeelte van de benodigde weerstandscapaciteit van de betreffende GR dat niet door de GR zelf kan worden afgedekt. Dit dient door de GR opgenomen te zijn in de jaarrekening c.q. begroting van de GR.
3.2.3 Hoogte van het weerstandsvermogen/ratio
Er bestaat geen voorschrift met betrekking tot de minimale hoogte van het weerstandsvermogen/ratio.
In het algemeen wordt een weerstandsvermogen/ratio van 1,0 tot 1,4 als voldoende beschouwd, van 1,4 tot 2,0 als ruim voldoende en groter dan 2,0 als uitstekend.
Het streven is om het weerstandvermogen/ratio op minimaal 1,0 (voldoende) te houden.
3.3 P&C cyclus: paragraaf Risicomanagement en Weerstandsvermogen/ratio
Naast deze vaste “ijkmomenten” in de planning en control cyclus kunnen bij elk besluit dat de gemeenteraad neemt ook risico’s spelen. Hierbij gaat het niet alleen om besluitvorming bij (grote) projecten, maar ook bijvoorbeeld bij de invoering van nieuw beleid of andere besluiten die worden genomen door de gemeenteraad. Bij elk besluit dat wordt genomen wordt afgewogen welke risico’s er zijn en of het verantwoord is het besluit op deze manier te nemen. In ieder college en raadsvoorstel is om die reden standaard de optie voor een risicoparagraaf opgenomen.
Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit wordt een zekerheidspercentage gehanteerd van 90%. Dit is het meest gangbare percentage. Er zijn echter gemeenten die op een ander, lager percentage hanteren. Hierdoor neemt de omvang van de benodigde weerstandscapaciteit af als gevolg van een lager zekerheidspercentage.