Organisatie | Hulst |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Hulst |
Citeertitel | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2023 gemeente Hulst |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze beleidsregels vervallen op 1 januari 2024.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2023 | nieuwe regeling | 20-12-2022 | Besluitenlijst B&W d.d. 20-12-2022 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst
titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;
artikel 35 van de Participatiewet.
het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2023;
Artikel 2 Reikwijdte van de beleidsregel
Deze beleidsregels zijn van toepassing op de uitwerking van artikel 35 van de wet en gaan over een eenmalige categoriale tegemoetkoming energiekosten voor huishoudens met een laag inkomen.
Artikel 4 Doelgroep eenmalige energietoeslag 2023
Een persoon heeft een laag inkomen als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 120 % van de toepasselijke bijstandsnorm. Bij wisselende inkomsten wordt voor de bepaling van het inkomen uitgegaan van het gemiddelde inkomen over de referteperiode en de twee daaraan voorafgaande maanden.
kostendelende medebewoner is of niet als kostendelende medebewoner volgens artikel 19a lid 1 van de wet meetellende medebewoner is aan te merken en die geen energierekening op zijn naam heeft staan of waarvan niet op basis van een al eerder bestaande overeenkomst de energierekening aan hem wordt doorberekend.
Artikel 5 Ambtshalve toekenning
Voor zover de wet het toestaat wordt de energietoeslag ambtshalve verstrekt.
Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.
Ondertekening
Aldus vastgesteld op 20 december 2022
Het college van de gemeente Hulst,
secretaris,
S. ter Wal
burgemeester,
I.M.M. Jense-van Haarst
Aanvullend op een verlaging van de energiebelasting en duurzaamheidsmaatregelen heeft de Rijksoverheid een extra landelijk middel uitgewerkt om mensen met een laag inkomen te helpen bij hun energierekening. Deze wordt verstrekt via categoriale bijzondere bijstand. Het gaat hierbij om een eenmalige categoriale tegemoetkoming voor inwoners met een inkomen op of net boven de bijstandsnorm. De Rijksoverheid heeft hiervoor de Participatiewet aangepast.
De Rijksoverheid heeft gemeenten de bevoegdheid gegeven om in 2022 een eenmalige energietoeslag toe te kennen aan huishoudens met een laag inkomen en hiervoor voorwaarden te stellen. De eenmalige energietoeslag maakt onderdeel uit van de bijzondere bijstand. De gemeente kan in het kader van de uitvoering aanvullende voorwaarden stellen aan het verstrekken van deze vorm van bijzondere bijstand. Deze voorwaarden worden met deze beleidsregel opgesteld. We willen duidelijkheid geven aan de rechthebbenden en een betaling kunnen doen. Daarom is gekozen voor een ambtshalve toekenning aan huishoudens van wie voor het verwerken van de aanvraag noodzakelijke persoonsgegevens reeds bekend zijn. Voor andere aanvragers zal de verstrekking op basis van een zo eenvoudig mogelijke uitvraag plaatsvinden. De tegemoetkoming zal niet in alle gevallen dekkend zijn voor alle bovenmatige energiekosten. Voor die huishoudens die echt klem komen te zitten blijft de reguliere bijzondere bijstand ook nog altijd ter beschikking onder de huidige voorwaarden.
Ook voor 2023 is door de regering extra geld beschikbaar gesteld om voor het jaar 2023 net als voor het jaar 2022 een energietoeslag uit te keren.
De hoogte van de energietoeslag is voor het jaar 2023 gesteld op € 1.300,-. Daarbij gelden de volgende scenario’s:
Huishoudens die in 2022 leefden van meer dan 120% van het sociaal minimum – en dus in 2022 geen energietoeslag ontvingen – en waarvan het inkomen op peildatum 1 januari 2023 onder de 120% van het sociaal minimum zakt, hebben in 2023 recht op een energietoeslag van €1.300. Over 2022 krijgen zij geen energietoeslag.
Onder d: Ter wille van de duidelijkheid is er voor gekozen om in deze beleidsregels geen opsomming te geven van de geldstromen die als inkomen worden gezien maar gemakshalve te verwijzen naar wat in de wet als inkomen wordt aangemerkt. Daarbij geldt dat de vrijlatingen van 31 lid 2 van de wet zoals de toeslagen, de kinderbijslag maar bijv. ook de wajongsheffingskorting) niet als middel wordt aangemerkt. De vrijlating van de particuliere oudedagsvoorziening zoals deze genoemd wordt in artikel 33 lid 5 van de wet wordt toegepast bij de berekening van het inkomen.
Lid 3: Er is recht op energietoeslag als het inkomen niet hoger is dan 120% van de vergelijkbare bijstandsnorm. Is het inkomen wisselend, bijvoorbeeld omdat de aanvrager als zelfstandige is aan te merken, dan wordt uitgegaan van een gemiddeld inkomen. Dat gemiddelde inkomen wordt dan berekend over de referteperiode (de maand voorafgaande aan de aanvraag) en de daaraan voorafgaande twee maanden.
Lid 4: Hierin is opgenomen de aanvragers die geen recht op energietoeslag hebben. Dat zijn:
de personen van 18 tot 21 jaar omdat hun ouders nog voor hen onderhoudsplichtig zijn tot hun 21ste jaar. En kan wel recht op energietoeslag bestaan als aan deze jongere met toepassing van artikel 12 van de wet bijzondere bijstand wordt verstrekt omdat ze zelfstandige huisvesting hebben en er hogere kosten zijn dan waarin de voor hen geldende bijstandsnorm voorziet;
personen die als medebewoner zijn aan te merken en daarmee geen energierekening op hun naam hebben staan. Dit betekent dat alleen de bewoner van het adres op wiens naam een energierekening staat in aanmerking kan komen voor een energietoeslag. Is er sprake van een commercieel kamerhuurder of commercieel kostganger dan kan die persoon hooguit in aanmerking komen voor een energietoeslag als er een energierekening op zijn naam staat of waarbij er sprake is van een eerder, en niet een nieuwe, overeenkomst tussen de verhuurder, kostbaas en de kamerhuurder of kostganger dat de energierekening wordt doorbereken aan de kamerhuur of kostganger.
Tenzij de wet bepaalt dat voor het jaar 2023 apart een energietoeslag moet worden aangevraagd wordt ervan uitgegaan dat degenen die voor het jaar 2022 een energietoeslag ambtshalve of op aanvraag heeft gekregen wederom voor het jaar 2023 in aanmerking komt voor energietoeslag. Voor zover de wet het toestaat zal dan aan degenen die het over 2022 hebben gekregen ook over 2023 ambtshalve worden betaald. Voor zover er geen toekenning over 2022 heeft plaatsgevonden en men meent er recht op te hebben dan kan een aanvraag voor 2023 worden ingediend die zal worden beoordeeld.
Lid 1: Hierin wordt geregeld dat indien niet de energietoeslag over 2023 ambtshalve kan worden toegekend een aanvraag energietoeslag over 2023 kan worden ingediend. Hiermee wordt bijvoorbeeld ook een situatie bedoeld waarbij iemand een te hoog inkomen had voor energietoeslag 2022 maar waarbij door de stijging van het wettelijk minimum er wel recht bestaat op energietoeslag 2023 als het inkomen lager is dan 120% van de vergelijkbare bijstandsnorm.
Lid 4: Bij de inwerkingtreding van deze beleidsregels is het nog niet duidelijk wat de voorwaarden voor de wet energietoeslag 2023 zijn. Daarom wordt in deze beleidsregels opgenomen dat een aanvraag energietoeslag voor het jaar 2023 uiterlijk 31 december 2023 moet zijn ingediend. Indien de aanstaande wet energietoeslag 2023 een aanvraagdatum kent die eerder ligt dan 31 december 2023 dan geldt de datum van die wet.