Organisatie | Rijssen-Holten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reclamenota Rijssen – Holten 2022 |
Citeertitel | Reclamenota Rijssen - Holten 2022 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-12-2022 | nieuwe regeling | 24-11-2022 | 2022-0063 |
Reclame en uitstallingen in de openbare ruimte bepalen in grote mate het aanzien en beleving van een gebied.
Reclames hebben echter de neiging om, onder druk van onderlinge concurrentie, steeds groter en opzichtiger te worden. Dit kan uiteindelijk leiden tot een ongewenst straatbeeld.
Voor de ondernemer heeft reclame echter een belangrijke betekenis. Hij wil een zo groot mogelijk publiek bereiken. Dit kan op verschillende manieren. Hierbij speelt de afmeting een rol; hoe groter, hoe duidelijker. Maar ook door verlichting, het gebruik van opvallende kleuren en afwijkende vormen wordt de aandacht getrokken. Door reclame aan gevels of vrijstaand in de openbare ruimte wordt het uiterlijk aanzien en beleving van een gebied bepaald.
Waar reclame-uitingen van invloed zijn op het karakter en de kwaliteit van de openbare ruimte is de gemeente ook partij. Het doel van de gemeente is namelijk het behouden of creëren van een aantrekkelijke omgeving. Met de reclamenota wordt de balans tussen de individuele en algemene belangen bewaakt.
Vanwege onduidelijkheid en gebrek aan een eenduidig beleid is er in het verleden behoefte ontstaan voor een totaalbeleid waarin alle vormen van reclame aan bod komen. Dit resulteerde in de Reclamenota 2013 waarin de regels uit de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Rijssen-Holten (hierna: APV) en de Welstandsnota gebundeld zijn.
De afgelopen jaren in de Reclamenota themagericht gewijzigd, maar er heeft nog geen actualisatie van de bestaande reclameregels plaatsgevonden. Ook is de manier van reclame maken aan verandering onderhevig. Denk aan de opkomst van digitale reclame en het gebruik van LED-schermen. Deze ontwikkelingen worden meegenomen in deze wijziging.
Daarnaast kregen wij signalen van ondernemers dat zij regeldruk ervaren en meer mogelijkheden willen ten aanzien van uitstallingen om zo meer aan klantenbinding te kunnen doen. Daar waar het mogelijk was is gekozen voor deregulering en meer speelruimte.
Alle reclame-uitingen, of hier nu wel of geen vergunning voor nodig is, moeten voldoen aan de richtlijnen in deze nota.
Met de reclamenota wordt de balans tussen de individuele en algemene belangen bewaakt. Ondernemers moeten de mogelijkheid en ruimte krijgen om hun klanten te bereiken op een door hun gewenste manier, maar tegelijkertijd moet de gemeente ervoor waken dat dit niet ten koste gaat van de kwaliteit van de leefomgeving en de reclame bijdraagt aan de kwaliteit van de openbare ruimte.
Samen moeten wij zorgdragen voor het behouden en/of creëren van een aantrekkelijke omgeving waarbij alvast een kleine doorkijk wordt gedaan naar de Omgevingswet.
Daar waar het kan geven wij ruimte aan ondernemers en laten wij de regels los, maar durven wel randvoorwaarden te stellen zodat een goede omgevingskwaliteit centraal staat.
De richtlijnen in deze reclamenota zijn vastgesteld als beleidsregels zoals bedoeld in artikel 4.81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en vastgesteld als onderdeel van de Welstandsnota conform artikel 12 van de Woningwet. Deze nota is verder een uitwerking van de nadere regels zoals deze op basis van de artikelen 2.10, 2.42 en 4.15 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Rijssen-Holten 2010 (APV) gesteld kunnen worden. Na de inwerkingtreding van de Omgevingswet wijzigen deze artikelen en enkele termen, maar de inhoud van de wettelijke bepalingen en de reclamenota zelf niet.
Voor de niet bouwwerk zijnde reclame-uitingen en tijdelijke reclame uitingen is de APV van toepassing.
Voor de wel bouwwerk zijnde reclame-uitingen, waarvoor een omgevingsvergunning voor de activiteit ‘Bouw’ nodig is, is deze reclamenota vastgesteld als onderdeel van de Welstandsnota. Dit is een puur op juridische gronden vereiste afbakeningsbepaling. Op deze manier is de toetsing aan redelijke eisen van welstand voor alle reclamevormen (bouwwerk of niet) juridisch vastgelegd. In de praktijk wordt vaak de activiteit ‘Reclame’ aangevraagd. Dit is niet nodig aangezien het gaat om een bouwwerk, waardoor de activiteit ‘Bouw’ als aanvraagonderdeel voldoet.
1.4 Publiekrechtelijke rol vs. Privaatrechtelijke rol
Als gemeente bestaat er ten aanzien van reclame zowel een publiekrechtelijke als een privaatrechtelijke rol.
In de publiekrechtelijke rol is de gemeente verantwoordelijk voor de ruimtelijke kwaliteit, constructieve- en verkeersveiligheid en welstand. Het is een taak om mogelijke overlast zo veel mogelijk te beperken. Dit gaat door het stellen van regels, door middel van het wel of niet verlenen van vergunningen en het houden van toezicht op de naleving van de regels.
De privaatrechtelijke rol van de gemeente ziet op de exploitatie van de openbare ruimte. Er zijn voorzieningen getroffen zoals abri’s, displays, lichtmastreclame etc. Hiervoor worden (langdurige) contracten met bedrijven gesloten.
Met deze reclamenota worden de regels aangegeven voor het aanbrengen van reclame-uitingen. Regelgeving alleen is echter niet voldoende om er voor te zorgen dat de regels ook goed worden nageleefd. Daarvoor is er een goed toezicht nodig, waarbij er daar waar nodig handhavend wordt opgetreden.
Er kan ook handhavend worden opgetreden tegen vergunningsvrije bouwwerken. Dit is mogelijk wanneer het bouwwerk in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand. Hiervan is in ieder geval geen sprake wanneer deze bouwwerken voldoen aan de criteria in dit beleid.
In het laatste hoofdstuk wordt uitgebreider ingegaan op het aspect van handhaving.
Na het vaststellen van deze reclamenota worden nieuwe aanvragen of veranderingen aan bestaande reclames getoetst aan de nieuwe richtlijnen. Dat geldt ook voor de nu al aanwezige reclame die zonder een benodigde vergunning zijn geplaatst of aangebracht. Ook tijdelijke reclame-uitingen moeten na het vaststellen voldoen aan de richtlijnen van deze reclamenota.
Voor reclame objecten waarvoor reeds een vergunning is verleend veranderd er niets. Deze mogen blijven hangen tot zij gewijzigd of vervangen worden. Hiervoor moet een nieuwe vergunning worden aangevraagd, waarop de nieuwe regels van toepassing zijn. Bestaande vergunningen geven bij een wijziging geen rechten voor het verlenen van een nieuwe vergunning.
Bestaande contracten voor reclame in de openbare ruimte kunnen worden uitgediend tot er een nieuwe gunning is.
De Reclamenota is een samenvoeging van de regels uit de APV en de Welstandsnota. In de APV staan de regels op het gebied van (verkeers)veiligheid, uitstallingen, bruikbaarheid van de openbare weg en de woon- en leefomgeving. De Welstandsnota heeft als doel het duurzaam bevorderen van de kwaliteit van de bebouwing en omgeving in de gemeente. Op basis hiervan zijn een aantal algemene uitgangspunt geformuleerd.
Reclame uitingen worden in de verschillende gebieden in onze gemeente anders beoordeeld. In de basis geldt dat reclame in de bebouwde kom meer wordt beoordeeld in relatie met de vorming van de bebouwing en die in het buitengebied meer in relatie tot het landschap.
Voor zowel het buitengebied is binnen de bebouwde kom geldt dat reclame alleen acceptabel is als er een rechtstreeks functioneel verband is met het pand waar de reclame op, aan of bij is geplaatst. De reclame-uiting moet visueel verbonden zijn met het pand waarin het bedrijf of de winkel die de reclame voert is gevestigd.
Reclame-uitingen moeten voldoen aan de Nederlandse Reclame Code. In deze code staat vermeld waaraan reclame moet voldoen. Het mag bijvoorbeeld niet het algemeen belang schaden of publiek misleiden.
Reclame mag niet ten koste gaan van de verkeersveiligheid. Op zichtlocaties wordt nadrukkelijk gekeken naar de gevolgen van digitale reclame. In de notitie ‘Ruimtelijke kwaliteit t.b.v. LED/digitale reclame’ wordt ingegaan op de impact van digitale reclame. Deze notitie wordt verwerkt in deze nota.
Bruikbaarheid openbare ruimte en hinder
Reclame mag niet ten koste gaan van de kwaliteit van de openbare ruimte en geen geluid- en lichthinder veroorzaken. Daarnaast moet de openbare ruimte goed toegankelijk zijn. Om die reden worden er beperkingen gesteld aan het plaatsen van uitstallingen. Verder mag de reclame-uiting geen schade toebrengen aan de weg en geen belemmering vormen voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte.
Omdat deze nota niet kan voorzien in toekomstige ontwikkelingen en omdat de gemeente Rijssen-Holten open staat voor nieuwe ideeën en inzichten ten aanzien van reclamevoering kan er onder voorwaarden worden afgeweken van de gestelde richtlijnen.
Voor het plaatsen van een reclame-uiting in de openbare ruimte is in veel gevallen een omgevingsvergunning nodig. Daar waar geen vergunning noodzakelijk is gelden de regels en richtlijnen zoals vastgelegd in deze nota.
3.1 Soorten omgevingsvergunningen
Voor het plaatsen van reclame is een omgevingsvergunning vereist. Afhankelijk van de activiteit moet er ander soort omgevingsvergunning worden aangevraagd. De verschillende activiteiten die betrekking hebben op het plaatsen van reclame worden hier verder beschreven.
Als een reclameconstructie aan te merken is als een bouwwerk, moet hiervoor een omgevingsvergunning voor de activiteit ‘Bouw’ aangevraagd worden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij lichtbakken en -letters aan gevels, reclamezuilen en frames voor reclamedoeken. Ook mobiele reclame met enige omvang en een permanent karakter wordt gezien als bouwwerk.
Bij een dergelijke aanvraag wordt er vooraf getoetst aan het Bouwbesluit, de Bouwverordening, het bestemmingsplan / omgevingsplan en redelijke eisen van welstand. Deze zijn te vinden in de hoofdstukken 5 en 6 van deze reclamenota. Als de Omgevingswet in werking treedt ontstaat een nieuwe juridische situatie. Dan valt reclame onder de activiteit ‘Handelsreclame maken’. Via de bruidsschat komen er regels die alleen indieningsvereisten bevatten. De vergunningplicht blijft in lokale verordeningen geregeld. Gemeenten moeten zelf de juridische en toepasbare regels opstellen. Deze nota is hiervan een uitwerking van.
Geen omgevingsvergunning (als het niet om een bouwwerk gaat)
Meestal is er een vergunning nodig voor reclame-uitingen (geen bouwwerk) die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg of vanaf een andere voor het publiek toegankelijke plaats. Gemeenten hebben deze vergunningplicht voor reclame-uitingen meestal geregeld in de APV. In de APV van de gemeente Rijssen-Holten is echter bepaald dat voor deze reclame-uitingen geen vergunning nodig is. Wel moet de reclame voldoen aan de voorwaarden uit de APV en aan de regels uit dit beleid. Deze richtlijnen zijn uitgelegd in de hoofdstukken 5 en 7 van deze nota. Omdat voor deze reclame-uitingen geen vergunning is vereist kan er alleen een beoordeling plaatsvinden, nadat de reclame is geplaatst of aangebracht. Indien noodzakelijk kan er handhavend worden opgetreden in het geval de reclame-uiting niet aan de ‘spelregels’ voldoet.
3.2 Aanvragen van de omgevingsvergunning
Via het Omgevingsloket kan een vergunningscheck worden uitgevoerd. Na invoering van de Omgevingswet komt hier een nieuw Omgevingsloket (DSO-LV) voor in de plaats. Middels een vragenlijst kom je erachter welke omgevingsvergunning je nodig hebt en aan het einde van de vragenlijst wordt de gelegenheid gesteld om de aanvraag samen te stellen. Daarnaast is het mogelijk om via het gemeentehuis informatie te krijgen of een vergunning nodig is en hoe deze aangevraagd moet worden.
De aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt digitaal ingediend via het Omgevingsloket. Hierbij is het ook mogelijk om tekeningen, foto’s en andere gegevens bij te voegen. De aanvraag wordt digitaal afgehandeld.
Voor een aanvraag voor een omgevingsvergunning geldt in de meeste gevallen een behandeltermijn van 8 weken; de reguliere procedure. Deze beslistermijn kan eenmalig worden verlengd met ten hoogste 6 weken. In uitzonderingsgevallen is de uitgebreide procedure van toepassing. Hiervoor geldt een termijn van orde van 26 weken. Na inwerkingtreding van de Omgevingswet ontstaat een nieuw juridisch kader voor aanvragen en de behandeltermijn. Informatie hierover is te vinden op de gemeentelijke website op het moment dat de wet in werking treed.
Voor een aanvraag om omgevingsvergunning is de welstandstoets een vast onderdeel van de beoordeling. Deze toets is tweeledig:
Ambtelijk wordt de aanvraag getoetst aan de concrete richtlijnen met betrekking op het aantal, de plaatsing en maatvoering van de reclame. Aanvragen die niet voldoen aan de richtlijnen worden geweigerd (of indien mogelijk aangepast). In bijzondere gevallen wordt een aanvraag toch voorgelegd aan de welstandscommissie, ondanks dat het niet voldoet aan de criteria. In dergelijke gevallen gaat het veelal om plannen, die zich kenmerken door hun architectonische kwaliteit. In zo’n situatie kan de welstandscommissie het college van B&W gemotiveerd adviseren om af te wijken van de criteria.
Als er sprake is van een ambtelijke toets met een positief resultaat zal de stadsbouwmeester of welstandscommissie het uiterlijk (en de plaatsing) van de reclame beoordelen. De stadsbouwmeester of welstandscommissie hanteert hiervoor, naast de gemeenschappelijke criteria, de criteria die gelden voor het gebied waarin de reclame wordt geplaatst. Ze adviseren hierop het college of de reclame wel of niet in strijd is met redelijke eisen van welstand.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om omgevingsvergunning worden door de gemeente kosten (leges) in rekening gebracht. De leges bestaan in principe uit twee delen, namelijk leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag en leges voor de beoordeling door de welstandscommissie. De hoogte van de leges zijn te vinden in de gemeentelijke legesverordening.
Hiernaast kan er nog een vergoeding worden geheven op het gebruik van gemeentegrond (bijvoorbeeld bij luifels en terrassen). Deze wordt recognitie genoemd.
De stadsbouwmeester / welstandscommissie heeft de mogelijkheid om bij haar advisering gemotiveerd af te wijken van de criteria in de welstands- of reclamenota. Dit kan gebeuren bij plannen die weliswaar in strijd zijn met de criteria van deze nota’s, maar niet in strijd zijn met redelijke eisen van welstand. In dergelijke situaties worden plannen beoordeeld aan de algemene criteria (van de gemeentelijke welstandsnota). Het moet hierbij gaan om ontwerpen die zich kenmerken door hun bijzondere schoonheid en hoog niveau van architectonisch vakmanschap.
Afwijken van de welstandsnota kan niet zonder een bestuurlijk draagvlak. Wanneer de welstandscommissie aanleiding ziet om voor een bepaald plan af te wijken van het beleid, zal deze het college van burgemeester en wethouders daarover informeren door middel van een gemotiveerd advies. Het college neemt daarna het besluit om dit advies wel of niet over te nemen. Het afwijken van het beleid is namelijk een bevoegdheid van het college.
Aan de mogelijkheid om af te wijken van de welstands- of reclamenota zal door het college slechts sporadisch en alleen in uitzonderlijke gevallen toepassing worden gegeven. Deze afwijkingsbevoegdheid is gebaseerd op artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Hierin staat dat burgemeester en wethouders moeten handelen volgens de vastgestelde beleidsregels, tenzij dat voor belanghebbenden gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot het doel van de beleidsregels.
4. Verschillende reclamevormen
Zoals aangegeven zijn in dit document alle gemeentelijke beleidsregels zoveel mogelijk samengevoegd. Om een duidelijk beeld te krijgen van de verschillende soorten reclame-uitingen volgt hier een korte opsomming:
Voor permanente reclame-uitingen geldt dat deze op een eigen pand of op eigen grond worden aangebracht. De overige reclamevormen kunnen ook op openbare gronden worden geplaatst. Permanente reclame- uitingen worden aangebracht voor onbepaalde tijd. Er valt hierbij te denken aan gevelreclame, reclamezuilen en vlaggenmasten. Over het algemeen moet er voor permanente reclame-uitingen een omgevingsvergunning (bouw) aangevraagd worden. Een aanvraag wordt hierbij onder andere getoetst aan de criteria van deze nota. Hierbij wordt er niet alleen gekeken naar het uiterlijk van de reclame-uiting, maar ook naar de situatie waarin deze wordt geplaatst.
Naast het welstandsbeleid kent de gemeente Rijssen-Holten een Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Deze lokale regelgeving bevat regels die relevant zijn voor reclameobjecten die meestal een tijdelijk karakter hebben. Dit kan een aankondiging zijn van een evenement of bijvoorbeeld de collecteweek van de Hartstichting. Voor tijdelijke reclame is geen APV vergunning nodig, maar deze moet wel voldoen aan de algemene criteria voor reclame-uitingen zoals in deze nota omschreven.
Binnen de gemeente wordt openbare ruimte ook gebruikt voor de uitstalling van winkelgoederen, het plaatsen van reclameborden bij winkels. Ook hierbij geldt dat hiervoor binnen de gemeente Rijssen-Holten veelal geen vergunning voor het gebruik van gemeentegrond nodig is, mits wordt voldaan aan een aantal richtlijnen. Deze richtlijnen zijn vooral gericht op het voorkomen van hinder voor voetgangers en het overige verkeer. In enkele gevallen is er wel een omgevingsvergunning noodzakelijk. Dit is bijvoorbeeld het geval als het gaat om permante reclameborden.
Voor een aantal reclame-uitingen geldt dat deze zijn gereguleerd door de gemeente. Het gaat hierbij om bepaalde reclame-uitingen in de openbare ruimte (plattegrondkasten, lichtmastreclame, abri’s en displays). De gemeente heeft met een aantal bedrijven contracten afgesloten voor het plaatsen van deze reclame-vormen. Bedrijven of instellingen die op deze manier reclame willen maken moeten hiervoor ook rechtstreeks het bedrijf, waarmee een contract is afsloten, benaderen.
Bewegwijzering is een indirecte vorm van reclame maken. Het is voor veel bedrijven namelijk van belang om vindbaar te zijn voor zijn/haar klanten. Om de locatie van het bedrijf kenbaar te maken plaatsen sommige bedrijven hun eigen bewegwijzering langs de (toegangs-)wegen van de gemeente. Dit kan een bordje in de berm zijn, maar ook aanhangers met een bord erop die langs de kant van de weg zijn geplaatst. Dit is niet toegestaan. De gemeente heeft voor de bewegwijzering een aantal regels opgesteld (zie hoofdstuk 8).
In de reclamenota wordt onderscheid gemaakt tussen algemene en gebiedsgerichte criteria. De algemene criteria vormen de basis waaraan alle reclame-uitingen moeten voldoen en gelden ongeacht het gebied of type reclame-uiting. Deze criteria vormen een eerste toetsingskader bij het beoordelen van reclame-uitingen, en bij het handhaven van excessen. De gemeenschappelijke criteria bestaan uit functioneel/technische eisen, verkeersveiligheids-eisen en eisen ten aanzien van het uiterlijk (welstandsaspecten).
Een reclame-uiting heeft een duidelijke functie voor een bedrijf. Deze zal de reclame-uiting vooral gebruiken om voor een langere periode een product of dienst aan te prijzen. Aan een reclame-uiting worden daarom de onderstaande functionele en technische eisen gesteld:
In het algemeen geldt dat reclame-uitingen alleen aanvaardbaar zijn als de reclame een rechtstreeks verband heeft met de activiteiten die in het pand of op het perceel plaatsvinden. Zo is een reclame voor een automerk niet gepast op de gevel van een bakkerij. Uitzondering hierop zijn de reclames op (stads)plattegrondkasten, abri’s, displays, lichtmastreclame, tijdelijke reclame en dergelijke. Voor deze vormen van reclame, die verspreid voorkomen binnen de gehele gemeente, gelden andere criteria.
Een reclameobject moet gedurende zijn duur (kort- of langdurig) een goede bijdrage leveren aan het straatbeeld. Een reclame moet daarom worden vervaardigd van een materiaal van goede kwaliteit dat langdurig meegaat. Ook moet een reclame op een goede technische en constructieve manier aangebracht worden. Tevens is het hierbij van belang dat reclameobjecten goed onderhouden worden.
5.2 Overlast, hinder en verkeersveiligheid
Uitgangspunt is dat een reclame-uiting geen overlast of hinder mag veroorzaken voor derden (fysiek of visueel).
Ook mag de verkeersveiligheid niet in het geding komen. Daarom gelden de volgende criteria:
Een skybeamer is een vorm van reclame die niet wenselijk is omdat deze fysieke en/of visuele hinder voor derden kan veroorzaken. Op dit moment is er in de gemeente 1 skybeamer geplaatst. Deze situatie mag wordt gehandhaafd, maar uitbreiding of nieuwe plaatsing van een skybeamer(s) binnen de gemeente wordt niet toegestaan.
5.3 Uiterlijke verschijningsvormen
Een reclame-uiting moet een verrijking zijn van het gevelbeeld of openbare ruimte en mag in ieder geval qua plaatsing, kleurstelling, materiaalgebruik en/of detaillering niet ontsierend zijn voor het gevelbeeld en ook geen afbreuk doen aan de kwaliteit van de openbare ruimte. Dat geldt ook voor ‘huisstijlreclames’. Ten aanzien van de verschijningsvorm gelden in ieder geval de volgende voorwaarden:
Bij nieuwbouw dient de reclame-uiting bij voorkeur geïntegreerd te worden in het ontwerp/architectuur. Hierdoor is de kans op ontsiering van de gevel door later aangebrachte reclames een stuk kleiner. Van nieuwbouw is ook sprake in het geval een gevel in zijn geheel wordt gewijzigd (bijvoorbeeld bij het opwaarderen van gebouwen). Een dergelijke situatie moet worden aangegrepen om nieuwe reclame-uitingen te integreren in het bouwplan.
In het geval van bestaande bebouwing is de aanwezige samenhang en ritmiek van de gevel en straatwand essentieel voor een passende reclame. Als de architectuur van bestaande bebouwing al voorziet in specifieke reclamemogelijkheden, zoals koofboorden of velden tussen raamkozijnen en -bogen, zijn dat de aangewezen plaatsen waar reclame-uitingen moeten worden aangebracht.
Naast de algemene criteria (hoofdstuk 3) gelden voor verschillende gebieden ook specifieke eisen voor reclame-uitingen. Zo wordt er aan reclame op bedrijventerreinen andere eisen gesteld dan aan reclame in een woongebied. Dit geldt uiteraard ook weer voor reclame-uitingen in centrumgebieden of in het buitengebied. Deze gebiedsgerichte criteria hebben tot doel om het specifieke karakter van dat gebied te behouden. De indeling van de gebiedsgerichte criteria is gebaseerd op de gebiedsindeling van de bestemmingsplannen / omgevingsplan en de welstandsnota.
Centrumgebieden hebben een uitgesproken winkelkarakter en vormen de kernen van de gemeente. Om een uitnodigend centrum te hebben en houden is het van belang om naast een aantrekkelijke openbare ruimte ook de bebouwde omgeving van een goede kwaliteit te hebben. Te veel en te grote reclame-uitingen passen hier niet bij. Algemeen kan hierbij worden gesteld dat de reclames op winkelniveau geplaatst moeten worden. Zo ontstaat er een logische relatie tussen de reclame-uiting en de functie van een bedrijf. Ook wordt zo de overlast voor eventuele bovenliggende woningen beperkt.
Een aanvraag die voldoet aan onderstaande normen ontvangt altijd een positief welstandsadvies, waarbij wordt aangeven dat de aanvraag voldoet aan redelijke eisen van welstand. Daarnaast kan de stadsbouwmeester of welstandscommissie in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken als de aanvraag niet past binnen de normen, waarbij de algemene criteria blijven gelden.
vergunningsvrij onder de volgende voorwaarden
alleen bij gebouwen met meerdere winkels, zoals Hogewal
alleen bij gebouwen met meerdere winkels, zoals Hogewal
alleen tijdelijk, vergunningsvrij onder de volgende voorwaarden
tijdens de werkzaamheden tot maximaal 1 maand na de oplevering | |
geplaatst achter de hekken en/of op het terrein waar de werkzaamheden plaatsvinden |
alleen tijdelijk, vergunningsvrij onder de volgende voorwaarden
maximaal 14 dagen, of tijdens de werkzaamheden tot maximaal 1 maand na de oplevering | |
uitsluitend op het eigen terrein en/of op de hekken waar de werkzaamheden plaatsvinden. | |
|
Bedrijventerreinen kenmerken zich door grootschalige gebouwen en een functionele uitstraling. Deze terreinen liggen veelal aan de rand van de stad, in de overgang naar het platteland. Gezien de grotere schaal van de bebouwing is een ruimere hoeveelheid reclame mogelijk. Uitgangspunt blijft dat de reclame op een logische plaats tegen het gebouw of op eigen terrein geplaatst dient te worden.
Een aanvraag die voldoet aan onderstaande normen ontvangt altijd een positief welstandsadvies, waarbij wordt aangeven dat de aanvraag voldoet aan redelijke eisen van welstand. Daarnaast kan de stadsbouwmeester of welstandscommissie in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken als de aanvraag niet past binnen de normen, waarbij de algemene criteria blijven gelden.
RECLAMEDOEK IN FRAME (VRIJSTAAND)
bij de hoofdentree van het terrein of langs de toegang naar het bedrijf bedrijfsverzamelgebouw toe, of bij de hoofdentree van het bedrijf | |
|
Alleen tijdelijk, vergunningsvrij onder de volgendevoorwaarden:
Alleen tijdelijk, vergunningsvrij onder de volgende voorwaarden:
maximaal 14 dagen, of tijdens de werkzaamheden tot maximaal 1 maand na de oplevering | |
uitsluitend op het eigen terrein en/of op de hekken waar de werkzaamheden plaatsvinden | |
|
Uitgangspunt is dat in gebieden met hoofdzakelijk een woonfunctie geen reclame-uitingen passen. Een uitzondering zijn situaties waarbij er sprake is van een aan huis gebonden beroep. Voor deze gevallen is een bescheiden reclame-uiting aanvaardbaar. Voor grotere panden met een positieve bedrijfs-, winkel- of horecabestemming in een woongebied gelden andere richtlijnen. Uitgangspunt is dat reclame-uitingen beperkt aanwezig zijn.
Een aanvraag die voldoet aan onderstaande normen ontvangt altijd een positief welstandsadvies, waarbij wordt aangeven dat de aanvraag voldoet aan redelijke eisen van welstand. Daarnaast kan de stadsbouwmeester of welstandscommissie in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken als de aanvraag niet past binnen de normen, waarbij de algemene criteria blijven gelden.
EENZIJDIG OBJECT OF PLAT OP DE GEVEL
DUBBELZIJDIG OF HAAKS OP DE GEVEL
| |
passend in de structuur van de gevel - bij meerdere verdiepingen onder de onderdorpel van de kozijnen op de eerste verdieping | |
|
LUIFELRECLAME SPECIFIEK VOOR TANKSTATIONS
PRIJZENBORD / RECLAMEZUIL SPECIFIEK VOOR TANKSTATIONS
Alleen tijdelijk, vergunningsvrij onder de volgende voorwaarden
Alleen tijdelijk, vergunningsvrij onder de volgende voorwaarden
Het buitengebied heeft een open en landelijk karakter. Dit wordt versterkt door de aanwezigheid van agrarische bedrijven. Reclame-uitingen horen hier in principe niet thuis en kunnen visuele vervuiling veroorzaken. Echter zijn er, in de loop der jaren, ook andere vormen van bedrijvigheid ontstaan. Hieronder ook bedrijven die van oorsprong niet gebiedseigen zijn. Ook deze niet-agrarische bedrijven hebben een bepaalde behoefte om reclame te maken voor haar producten of diensten. Uitgangspunt voor reclame in het buitengebied is een terughoudend beleid, waarbij de reclame-uitingen tot het minimum (hoeveelheid en afmetingen) worden beperkt.
6.4.1 Reclame bij agrarische bedrijven
Agrarische bedrijven hebben vaak niet de behoefte om reclame te maken voor hun bedrijf/product. Een reclame- uiting is in deze situaties veelal bedoeld om de vindbaarheid van het bedrijf te vergroten. Hieronder zijn de criteria weergegeven voor deze soort van bedrijven.
Een aanvraag die voldoet aan onderstaande normen ontvangt altijd een positief welstandsadvies, waarbij wordt aangeven dat de aanvraag voldoet aan redelijke eisen van welstand. Daarnaast kan de stadsbouwmeester of welstandscommissie gemotiveerd afwijken als de aanvraag niet past binnen de normen, waarbij de algemene criteria blijven gelden.
CRITERIA RECLAME BIJ PRAKTIJKRUIMTE AAN HUIS Bij een agrarisch bedrijf is er maximaal 1 zichtbare gevelreclame en/of 1 vrijstaande reclame-uiting in het voorerfgebied toegestaan. |
6.4.2 Reclame bij niet-agrarische bedrijven
Onder niet-agrarische bedrijven vallen de bedrijven die van oorsprong niet gebiedseigen zijn, maar die in de loop der jaren in het buitengebied zijn ontstaan of zich hier hebben gevestigd. Hierbij valt te denken aan recreatie en sportterreinen, bepaalde vormen van (detail-)handel en horeca. Maar ook nieuwere vormen van bedrijvigheid die nog wel een relatie hebben met het boerenbedrijf, zoals een boeren-camping of een bed & breakfast.
Voor het aanbrengen van reclame bij deze bedrijven is het van belang dat deze het landelijke karakter van het buitengebied niet aantasten. Een overdaad aan reclame is daarom niet toegestaan. Ook overdreven grote reclame-uitingen en reclame-uitingen die lichthinder veroorzaken zijn ongewenst. Reclame-verlichting moet dan ook zijn uitgeschakeld tussen 23.00 uur en 7.00 uur.
Ook deze niet-agrarische bedrijven hebben een bepaalde behoefte om reclame te maken voor haar producten of diensten. De richtlijnen hiervoor zijn wat algemener dan die voor agrarische bedrijven. Voor dergelijke bedrijven zal aan de welstandscommissie een ‘maatwerk-advies’ worden gevraagd. Een aanvraag die voldoet aan onderstaande normen ontvangt altijd een positief welstandsadvies, waarbij wordt aangeven dat de aanvraag voldoet aan redelijke eisen van welstand. Daarnaast kan de stadsbouwmeester of welstandscommissie gemotiveerd afwijken als de aanvraag niet past binnen de normen, waarbij de algemene criteria blijven gelden..
ENKELZIJDIG RECLAMEOBJECT (PLAT OP DE GEVEL)
DUBBELZIJDIG RECLAMEOBJECT (LOODRECHT OP DE GEVEL)
HORECAGELEGENHEDEN LANGS RIJKSWEG A1 HOLTEN
Uitzondering op de hiervoor genoemde criteria zijn reclame-uitingen bij twee specifieke horecagelegenheden langs de autosnelweg A1 Holten. Voor hen is het belangrijk om vanaf grote afstand te zien zijn (mede in relatie tot de verkeersveiligheid). Lichtreclame is hierbij een voor de hand liggende reclame-vorm. Van belang is dat deze gericht is op de autosnelweg en zo weinig mogelijk zichtbaar is voor het omliggende buitengebied. De verlichting moet worden uitgeschakeld wanneer deze geen functie meer heeft (na sluitingstijd) Ook geldt voor deze bedrijven dat er niet kan worden volstaan met een beperkt aantal reclame-uitingen. Voor deze bedrijven zal in overleg met de welstandscommissie een ‘maatwerk-advies’ worden gemaakt. Hierbij is het doel dat een overdaad aan reclame moet worden tegengegaan, maar dat beide gelegenheden duidelijk herkenbaar zijn vanaf de snelweg.
ENKELZIJDIG RECLAMEOBJECT (PLAT OP DE GEVEL)
7. Reclame in de openbare ruimte
Binnen de gemeente wordt openbare ruimte ook gebruikt voor de uitstalling van winkelgoederen en het plaatsen van reclameborden bij winkels. Voor deze uitstallingen is veelal de APV (artikel 2:10) van toepassing. In de gemeente Rijssen-Holten geldt voor deze zaken in principe geen vergunningplicht meer, maar is hier het ‘toegestaan-tenzij-principe’ van toepassing. Dit betekent dat ze zonder toestemming mogen worden geplaatst, mits voldaan wordt aan een aantal vastgestelde regels. Wordt er niet voldaan aan de eisen dan kan het bevoegde bestuursorgaan ontheffing verlenen.
Wanneer het gebruik van de openbare grond niet voldoet aan onderstaande voorschriften, is het gebruik niet toegestaan.
Er moet een vrije doorgang blijven voor voetgangers van tenminste 1.80 meter op het uitsluitend voor voetgangers bestemde weggedeelte. Indien de uitstalling op voor voetgangers bestemd gebied uitgestald staat, dient ten behoeve van de doorgang van hulpverleningsvoertuigen een vrije ruimte van tenminste 3,50 meter beschikbaar te blijven. Als aan deze richtlijn niet wordt voldaan is de uitstalling verboden.
Uitstallingen mogen alleen op de openbare weg staan tijdens de openingstijden van de winkel. Buiten winkelopeningstijden, wanneer er geen beheer is, is een uitstalling van losse voorwerpen niet toegestaan, behoudens de permanente reclameborden aan de Grotestraat, Haarstraat, Het Schild en de Elsenerstraat.
7.1.2 Specifieke voorschriften
Centrumgebied Rijssen / Holten
Reclame-uitingen zoals beachflags, vlaggen, vaandels en andere vlagconstructies zijn niet toegestaan op locaties zoals afgebeeld in bijlage C.
Er moet een vrije doorgang van tenminste 1.00 meter, op de rode klinkers, vrij blijven voor voetgangers. Grotestraat/Haarstraat/ Het Schild/Elsenerstraat
Het Schild / Hogewalplein Rijssen en Smidsbelt Holten
7.2 Vrijheid van meningsuiting
In het kader van het recht van vrijheid op meningsuiting is de gemeente verplicht om faciliteiten aan te bieden om de mening in geschrift kenbaar te maken (artikel 7 Grondwet). De gemeente Rijssen-Holten voorziet hierin door het plaatsen van plakzuilen verspreid over de gemeente.
Onder tijdelijke reclame worden de borden of (span)doeken verstaan waarop reclame wordt gemaakt voor een bepaald evenement of andere soort van aankondiging. Hiervoor gelden de volgende richtlijnen:
| |
maximaal 14 dagen voorafgaand aan het evenement tot uiterlijk 1 dag na het plaatsvinden van het evenement | |
in de beschikbare frames op diverse locaties in Rijssen en Holten. Deze locaties zijn door de gemeente aangewezen en zijn via de gemeentelijke website www.rijssen-holten.nl te vinden | |
|
in artikel 5.7 van de APV van de gemeente Rijssen-Holten is bepaald dat het verboden is om een voertuig dat voorzien is van handelsreclame op de weg te parkeren met het kennelijke doel om daarmee reclame te maken. De gemeente kan hiervoor weliswaar ontheffing verlenen, maar zal hiervan slechts in uitzonderlijke gevallen, en voor een vooraf bepaalde korte periode, gebruik maken.
Tijdelijke aankondigingsborden langs de invalswegen en de A1, als ook driehoeks- en sandwichborden zijn niet toegestaan binnen de gemeente Rijssen-Holten. Als alternatief voor de driehoeks- en sandwichborden heeft de gemeente displays geplaatst
De openbare ruimte, zoals de belangrijke routes, biedt veel ruimte voor reclame-uitingen. Het gaat dan om displays, abri’s, rotondereclame en lichtmastreclame. De gemeente heeft als eigenaar en beheerder van de openbare ruimte langdurige contracten afgesloten met bedrijven om langs aangegeven wegen en routes reclame te plaatsen. Hiervoor gelden de volgende richtlijnen:
Een aantal voorzieningen die beschikbaar is voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen voor verkiezingen (hierna voorzieningen) zijn al eerder in deze nota behandeld. Dit zijn de:
Deze voorzieningen mogen gebruikt worden voor verkiezingen volgens de geldende regels die voor elke voorziening afzonderlijk geldt.
Behalve deze bovenstaande voorzieningen zijn er nog twee extra voorzieningen beschikbaar: de aanplakborden en de grote verkiezingsborden. Het is verboden om overige voorzieningen vormen van reclame voor te plaatsen. Het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen voor verkiezingen mag alleen gedaan worden door de aan de verkiezing deelnemende politieke partijen.
Dit zijn borden die door de gemeente Rijssen-Holten geplaatst worden. De gemeente kan niet aansprakelijk gesteld worden voor beschadiging of verwijdering van verkiezingsaffiches door onbevoegden.
Bewegwijzering is een indirecte vorm van reclame maken. Deze is vooral bedoeld om de vindbaarheid te vergroten en dient in mindere mate om de naamsbekendheid te vergroten. Het is voor bedrijven niet toegestaan om een eigen bewegwijzering te plaatsen. De gemeente biedt hiervoor een aantal voorzieningen aan.
Verkeersborden zijn vergunningsvrij en vallen hier niet onder.
Het kan zijn dat een locatie slechts voor een korte periode vindbaar hoeft te zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval bij evenementen. In dergelijke gevallen is het onder voorwaarden mogelijk om tijdelijk een aantal verwijsborden te plaatsen. Voor het plaatsen van tijdelijke verwijsborden zijn de volgende voorschriften van toepassing:
Reclame mag niet leiden tot visuele hinder of leiden tot afbreuk van de ruimtelijke kwaliteit. Knipperende lichtreclame of wisselende reclameteksten zijn om deze reden slechts in zeer uitzonderlijke situaties wenselijk. Het toepassen van losse letters en het aanlichten van reclameteksten verdient de voorkeur boven het toepassen van lichtbakken, waarbij het beter is om bij zowel lichtbakken als reclameborden een donkere achtergrond te kiezen met heldere letters, ook in verband met de verkeersveiligheid (verblindingseffecten). LED-schermen verdient hierbij specifiek aandacht. In veel gevallen worden reclameboodschappen tegenwoordig via bewegende LED-schermen getoond. Door middel van sensoren moet hierbij gezorgd worden dat de felheid van het licht zich aanpast aan de omstandigheden. In de praktijk blijkt vooral in de schemering en bij donkere luchten dat LED- schermen stralende lichtbakens zijn, die de aandacht trekken en soms zelfs verblinden. Daarnaast hebben LED- reclames een negatieve invloed op het rijgedrag.
9.1 Voorwaarden voor het plaatsen van LED-reclame
Naast het feit dat voor deze reclamesoort een omgevingsvergunning nodig is, gelden de volgende aanvullende voorwaarden bij ruimtelijke inpassing van een dergelijk verzoek tot LED/digitale-reclame.
Vuistregel: in het centrum, het buitengebied en de woonwijken geldt een nee, tenzij principe. Uitgangspunt in het buitengebied is dat ontwikkelingen niet mogen leiden tot een onevenredige aantasting van donkerte en landschappelijke kwaliteit. Voor woonwijken en centra mogen het woongenot en de uitstraling van het gebied niet onevenredig worden aangetast.
Voor de verkeersveiligheid moet door onderzoek worden aangetoond dat het tonen van bewegende beelden of een hogere luminatiewaarde de verkeersveiligheid ter plaatse niet wordt aangetast (lichttechnisch en verkeerskundige analyse en beoordeling ter plaatse). Aan de hand van het onderzoek wordt er advies gevraagd aan de verkeersoverleggroep (afgekort VOG). Het onderzoek en het advies van de VOG worden bij de besluitvorming betrokken.
De keuze of een vernieuwende/innovatieve vorm van reclame op pilot basis wordt toegestaan zal bij voorkeur in de vorm van vroegtijdig vooroverleg met de diverse betrokken gemeentelijke vakafdelingen plaatsvinden.
De gemeente Rijssen-Holten geeft met het opstellen van een reclamebeleid de spelregels aan voor het aanbrengen van reclame-uitingen. Regelgeving alleen is echter niet voldoende om er ook voor te zorgen dat de regels goed worden nageleefd. Hiervoor is in de eerste plaats duidelijke informatievoorziening en voorlichting naar de ondernemer en reclamemakers vereist. Zo weten zij wanneer er een vergunning nodig is en aan welke voorwaarden er voldaan moet worden. Met dit reclamebeleid (en de beschikbare ambtelijke ondersteuning) wordt daarin voorzien. Daarnaast is er ook een goed toezicht op straat nodig. Na een geconstateerde overtreding zal een snelle en adequate handhaving moeten volgen. In gevallen waarin men zich niet aan de afgesproken regels houdt is het van groot belang dat hiertegen snel wordt opgetreden, anders komt het draagvlak voor de regelgeving onder druk te staan.
Tot handhaving wordt overgegaan bij reclames waarvoor geen omgevingsvergunning is aangevraagd (en deze wel vereist is), voor reclames die afwijken van de vergunning of als men zich niet houdt aan de regels zoals dit in het reclamebeleid omschreven staan. De eigenaar wordt in de gelegenheid gesteld om (alsnog of opnieuw) een vergunning aan te vragen voor de gerealiseerde reclame of deze in overeenstemming te brengen met de regels. Burgemeester en wethouders schrijven de eigenaar van de reclame-uiting en/of grond in dat geval aan, om binnen een door hen te bepalen termijn de strijdigheid op te heffen. Degene tot wie de aanschrijving is gericht, of diens rechtsopvolger, is verplicht deze aanschrijving op te volgen. Is geen vergunning mogelijk of worden de reclame-uitingen niet binnen de gesteld termijn weggehaald, dan gebeurt dit door de gemeente op kosten van diegene die verantwoordelijk is voor de plaatsing.
10.2 Buitensporige reclame (excessen)
Ook bouwwerken waarvoor geen omgevingsvergunning aangevraagd hoeft te worden moeten aan minimale welstandseisen voldoen. In de welstandsnota is daarvoor een excessenregeling opgenomen.
Reclame-uitingen die ‘in ernstige mate’ in strijd zijn met het reclamebeleid, zullen worden aangepakt. Dit betekent het actief begeleiden en aansporen van de ondernemer tot het plaatsen van een reclameobject dat voldoet aan de reclame-voorschriften en vereiste beeldkwaliteit. Bestuursrechtelijke handhaving vormt daarbij een nadrukkelijke stok achter de deur.
Wanneer een reclame-uiting in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand, zal worden aangeschreven om de strijdigheid op te heffen. Een reclame-uiting is in ernstige mate in strijd met redelijke eisen van welstand, wanneer sprake is van een exces of een buitensporigheid in het uiterlijk. Over het algemeen zal dit ook voor niet-deskundigen duidelijk zijn. Ook tegen een bouwvergunningvrije reclame-uiting die in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand zal de gemeente repressief optreden. Dit geldt ook voor een reclame-uiting die niet als bouwen wordt gezien (bijvoorbeeld het beplakken van ruiten), maar die het uiterlijk van een bestaand bouwwerk dusdanig wijzigt dat dit uiterlijk in ernstige mate in strijd is met redelijke eisen van welstand. Of er sprake is van een exces, zal ambtelijk en/of door de welstandscommissie worden beoordeeld. Als excessen worden in ieder geval beschouwd:
besluit genomen in de vergadering van de raad van Rijssen-Holten op 24 november 2022.
G.H. Veerman
griffier
A.C. Hofland
Voorzitter
Gebied dat op basis van het geldende bestemmingsplan / omgevingsplan in hoofdzaak bedoeld is voor het vestigen van bedrijven.
3BESTEMMINGSPLAN / OMGEVINGSPLAN
Een bestemmingsplan zoals bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening, of een omgevingsplan zoals bedoelt in de Omgevingswet.
Een bouwwerk zoals bedoeld in het bestemmingsplan, of omgevingsplan.
Gebied dat niet gelegen is in bedrijventerrein, woongebied of centrumgebied.
Gebied dat op basis van het geldende bestemmingsplan / omgevingsplan in hoofdzaak bedoeld is voor centrumfuncties, bijvoorbeeld winkels en horecabedrijven.
Een vergunning als bedoeld in artikel 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) / Omgevingswet.
Openbare aanprijzing van bedrijf, product, dienst, locaties en dergelijke.
De wijze waarop een compositie van de verschillende onderdelen (wanden, kozijnen e.d.) van een gevel heeft plaatsgevonden.
Een voorwerp of handelswaar in de openbare ruimte dat bedoeld is om de aandacht te vestigen op de ter plaatse gevestigde onderneming.
Weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet.
Verkiezingen of een referendum voor het Europees Parlement, Tweede Kamer, Provinciale Staten, Gemeenteraad of Waterschap.