Artikel 1 - Begripsbepalingen
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
- 1.
De wet: de Participatiewet en Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004);
- 2.
Het dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van ISD Kompas;
- 3.
Bijstandsnorm: zoals bedoeld in de artikelen 20, 21, 22, 22a en 23 van de Participatiewet
Begrippen die in deze beleidsregel gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Artikel 2 - Zekerheidsstelling
- 1.
Het dagelijks bestuur kiest voor verdere verzwaring bij een reguliere instelling bij bijstandsverlening als genoemd in artikel 50 Participatiewet indien verdere verzwaring mogelijk is en dit redelijkerwijs van de belanghebbende verlangd kan worden.
- 2.
Een geldlening op basis van artikel 50 Participatiewet wordt alleen verstrekt indien de cliënt bescheiden kan overleggen (o.a. afwijzing bank) waaruit blijkt dat hij niet in aanmerking komt voor (verdere) verzwaring.
Artikel 3 - Zekerheidsstelling registergoed
- 1.
Het dagelijks bestuur verstrekt de bijstand in de vorm van een geldlening als genoemd in artikel 50 Participatiewet onder zekerheidsstelling op het registergoed.
- 2.
De geldlening bij een eigen woning wordt verstrekt in de vorm van een (aanvullende) hypotheek waarvan een akte wordt opgesteld door een notaris.
- 3.
Voor de waardebepaling van de woning wordt uitgegaan van een door een erkend taxateur opgesteld taxatierapport of actuele WOZ waarde.
- 4.
De kosten van het taxatierapport en de notaris komen voor rekening van de cliënt.
- 5.
Wanneer de eerste hypotheekverstrekker niet akkoord is met het vestigen van een krediethypotheek zal de bijstand in de vorm van een lening (zonder krediethypotheek) worden verstrekt.
Artikel 4 - Geen zekerheidsstelling bij niet-registergoed
Bij de verstrekking van een geldlening bij niet-registergoederen op basis van artikel 50 Participatiewet wordt geen zekerheidsstelling gevraagd.
Artikel 5 - Gedwongen verkoop
Het dagelijks bestuur kiest in beginsel niet voor gedwongen verkoop (te gelde maken) van de woning tenzij bijzondere omstandigheden de gedwongen verkoop rechtvaardigen.
Artikel 6 - Aflossing geldlening onder verband van krediethypotheek
- 1.
De geldlening onder verband van krediethypotheek wordt afgelost vanaf het moment van beëindiging bijstandsverlening mits het inkomen hoger is dan de toepasselijke bijstandsnorm.
- 3.
De aflossing wordt in overleg met de betrokkene vastgesteld en bedraagt minimaal 30% van het inkomen boven bijstandsniveau.
Artikel 7 - Hardheidsclausule en onvoorziene omstandigheden
- 1.
Het dagelijks bestuur kan in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van de bepalingen in deze regeling, indien onverkorte toepassing daarvan aanleiding geeft of zou leiden tot disproportionele onredelijkheid of onbillijkheid.
- 2.
In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het dagelijks bestuur.
Artikel 8 - Citeertitel en inwerkingtreding
- 1.
Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 januari 2023.
- 2.
Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels krediethypotheek Kompas 2023”.
- 3.
Met ingang van 1 januari 2023 vervallen de “Beleidsregels krediethypotheek 2015”.