Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hulst

Beleidsregels minimabeleid Gemeente Hulst

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHulst
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels minimabeleid Gemeente Hulst
CiteertitelBeleidsregels minimabeleid gemeente Hulst
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. Verordening participatie, inkomen en inburgering Gemeente Hulst 2022
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-12-202201-01-2018nieuwe regeling

29-11-2022

gmb-2022-558976

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels minimabeleid Gemeente Hulst

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst,

 

Gelet op:

  • -

    het raadsbesluit van 13 juli 2017 met nummer ra/17.0078;

  • -

    de ‘Verordening participatie, inkomen en inburgering Gemeente Hulst 2022’; en

  • -

    de Algemene wet bestuursrecht, in het bijzonder artikel 4:81.

BESLUIT

 

vast te stellen: de Beleidsregels minimabeleid Gemeente Hulst

Artikel 1 Begrippen

Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven,

hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.

 

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • -

    bijstandsnorm: de uitkeringsbedragen uit de Participatiewet. Dit bedrag kan afwijken als er sprake is van medebewoners/kostendelers of lage woonlasten. De toepasselijke bijstandsnorm is het uitkeringsbedrag dat afhangt van leeftijd en gezinssituatie;

  • -

    draagkracht: wat de inwoner zelf kan bijdragen aan de kosten;

  • -

    gemeente: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst;

  • -

    inwoner: de persoon die een rechtstreeks belang heeft bij een besluit van de gemeente (de belanghebbende uit art. 1:2 Algemene wet bestuursrecht) en zijn gezin;

  • -

    kind: kind als bedoeld in artikel 4, lid 1 onder d van de Participatiewet.

Artikel 2 Draagkracht minimabeleid

  • 1.

    Er is geen draagkracht aanwezig als:

    • -

      Het inkomen van de inwoner lager is dan het genoemde percentage van de bijstandsnorm dat de gemeente hanteert bij de hieronder benoemde voorzieningen;

    • -

      Het vermogen van de inwoner lager is dan de voor de inwoner geldende vermogensgrens, zoals genoemd in artikel 34 van de Participatiewet, of

    • -

      De inwoner toegelaten is tot de gemeentelijke schuldhulpverlening.

  • 2.

    Wanneer de gemeente de draagkracht uit vermogen niet beoordeelt, wordt dit expliciet aangegeven bij de betreffende voorziening.

Artikel 3 Draagkrachtperiode minimabeleid

De draagkracht uit inkomen en vermogen wordt vastgesteld over de periode van toekenning, maar voor maximaal twaalf maanden, te rekenen vanaf de eerste dag van de maand waarin de gemeente de voorziening toekent.

Artikel 4 Moment van aanvraag

  • 1.

    Inwoners kunnen de aanvraag voor een voorziening (schriftelijk) indienen bij de gemeente of de organisatie die de voorziening verstrekt.

  • 2.

    Inwoners kunnen éénmaal per jaar een voorziening aanvragen en een toekenning krijgen.

Artikel 5 Gezinsabonnement zwembad De Honte

Gezinnen met één of meer ten laste komende kinderen in de leeftijd 5 tot en met 14 jaar en met een inkomen tot 100 procent van de voor hen geldende bijstandsnorm komen voor deze regeling in aanmerking.

Artikel 6 Jeugdfonds Sport en Cultuur

  • 1.

    Gezinnen met een inkomen tot 120 procent van de voor hen geldende bijstandsnorm en met één of meer ten laste komende kinderen tot en met 18 jaar komen jaarlijks in aanmerking voor een bijdrage vanuit het Jeugdfonds Sport en Cultuur. Kinderen kunnen daarmee deelnemen aan sport- en/of cultuuractiviteiten.

  • 2.

    De bijdrage vanuit het Jeugdfonds Sport en Cultuur is maximaal € 225 voor sport en/of maximaal € 450 voor cultuur. De bijdrage is een tegemoetkoming in de kosten voor contributie, (sport)kleding en/of materialen.

  • 3.

    Bijdragen voor sportkleding en attributen worden via sportwaardebonnen uitgekeerd.

  • 4.

    De aanvraag bij het Jeugdfonds Sport en Cultuur wordt ingediend bij Stichting Leergeld, door een professional/intermediair of de gemeente.

  • 5.

    Het Jeugdfonds Sport en Cultuur betaalt rechtstreeks aan de sport- en cultuurverenigingen.

  • 6.

    De draagkracht uit vermogen wordt niet beoordeeld bij een aanvraag voor deze voorziening.

Artikel 7 Educatief kindpakket

  • 1.

    Gezinnen met een inkomen tot 120 procent van de voor hen geldende bijstandsnorm en met één of meer ten laste komende schoolgaande kinderen tot 18 jaar komen in aanmerking voor één of meerdere voorzieningen uit het educatieve kindpakket. Dit pakket omvat onder andere: een laptop of tablet, een fiets, een vergoeding voor school- en lesmiddelen, bijles, zwemles en de verplichte ouderbijdrage.

  • 2.

    Stichting Leergeld Zeeuws Vlaanderen verstrekt de voorzieningen uit het educatieve kindpakket (zoveel mogelijk) in natura aan het gezin.

  • 3.

    De gemeente verstrekt per kind, via Stichting Leergeld, een maximaal bedrag voor de kosten van het educatieve kindpakket op basis van onderstaande criteria:

    • a.

      voor schoolgaande kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar € 350 per jaar;

    • b.

      voor schoolgaande kinderen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar € 500 per jaar.

  • 4.

    Aanvragen kunnen rechtstreeks worden ingediend bij Stichting Leergeld of via een intermediair.

  • 5.

    De draagkracht uit vermogen wordt niet beoordeeld bij een aanvraag voor deze voorziening.

Artikel 8 Maatschappelijke participatie / meedoen budget

  • 1.

    Inwoners komen in aanmerking voor een bijdrage maatschappelijke participatie als ze een inkomen hebben tot 110 procent van de voor hen geldende bijstandsnorm.

  • 2.

    De bijdrage maatschappelijke participatie is bedoeld om inwoners met een laag inkomen mee te laten doen aan sportieve, sociale, educatieve en/of culturele activiteiten.

  • 3.

    De bijdrage maatschappelijke participatie bedraagt € 100,- per gezinslid per jaar dat tot hetzelfde huishouden behoort.

  • 4.

    De inwoner vraagt de bijdrage maatschappelijke participatie aan bij de gemeente.

  • 5.

    Bij toekenning betaalt de gemeente de bijdrage maatschappelijke participatie in één keer aan de inwoner uit.

  • 6.

    De inwoner bewaart bewijsstukken van de gemaakte kosten. De gemeente kan steekproefsgewijs controleren of de bijdrage maatschappelijke participatie juist besteed is. Bij onjuiste besteding kan de gemeente het niet juist bestede bedrag terugvorderen.

Artikel 9. Onvoorziene omstandigheden en kennelijke hardheid

  • 1.

    In gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslist het college.

  • 2.

    Het college handelt in overeenstemming met deze beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met deze beleidsregel te dienen uitgangspunten en doelen.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel

Deze beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2018 en worden aangehaald als de ‘Beleidsregels minimabeleid Gemeente Hulst’.

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 29 november 2022.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst,

secretaris,

S. ter Wal

burgemeester,

I.M.M. Jense-van Haarst

Toelichting

Op 13 juli 2017 heeft de gemeenteraad een besluit genomen over de minimaregelingen in de gemeente Hulst. Dit besluit was destijds niet gepubliceerd. Via deze beleidsregels publiceren we alsnog de inhoud van deze minimaregelingen. De ingangsdatum van deze beleidsregels is de dag waarop de minimaregelingen in werking zijn getreden, dat is 1 januari 2018. Sinds die datum zijn de minimaregelingen niet aangepast. De regelingen zijn ongewijzigd overgenomen uit het raadsvoorstel waarover de gemeenteraad destijds een besluit heeft genomen.