Gewijzigde beleidsregels inzake beëindiging en voorkoming permanente bewoning zomerhuizen gelegen in het op 29 november 2000 vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied (7.18)

Nummer:

 

Onderwerp: gewijzigde beleidsregels inzake beëindiging en voorkoming permanente bewoning zomerhuizen gelegen in het op 29 november 2000 vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied (niet voor de zomerhuizen gelegen in het bestemmingsplan Scholtenhagen-Watermolen);

 

Burgemeester en wethouders van Haaksbergen;

 

gelet op de bepalingen van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

 

overwegende dat het niet gewenst is dat zomerhuizen in het buitengebied permanent bewoond worden;

 

besluiten:

 

vast te stellen

 

de gewijzigde beleidsregels inzake beëindiging en voorkoming permanente bewoning zomerhuizen gelegen in het op 29 november 2000 vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied (niet voor de zomerhuizen gelegen in het bestemmingsplan Scholtenhagen –Watermolen)

 

Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten de op 1 februari 2000 vastgestelde beleidsregels inzake beëindiging en voorkoming permanente bewoning zomerhuizen gelegen in het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied (niet voor de zomerhuizen gelegen in het bestemmingsplan Scholtenhagen-Watermolen) op enkele onderdelen te wijzigen. Deze gewijzigde regels gelden vanaf 8 juni 2001.

 

Waarom dit beleid?

Dit beleid was en is er op gericht dat de zomerhuizen in het buitengebied een recreatiefkarakter blijven behouden. Dit betekent dat het verboden is een zomerhuis te gebruiken anders dan als zomerhuis. Zo is permanente bewoning van een zomerhuis niet toegstaan. Dat wil zeggen dat niemand in een zomerhuis zjin hoofdverblijf mag hebben. Onder zomerhuis verstaan wij tevens recreatiewoning.Het college van burgemeester en wethouders wil met deze regels ervoor zorgen dat hetaantal zomerhuizen dat permanent bewoond wordt in ieder geval niet verder groeit en dat het aan aantal, daar waar mogelijk is, terug wordt gedrongen.

 

Wat zijn de wijzigingen?

Het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied is op 29 november 2000 vastgesteld door de gemeenteraad. De status van het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied is veranderd in

een vastgesteld bestemmingsplan.

Voorts is de datum om in aanmerking te komen voor een persoonsgebondengedoogverklaring van 1 januari 1997 verruimd naar 4 februari 2000.Tenslotte is de administratieve procedure om voor een persoonsgebonden gedoogdverklaring in aanmerking te komen vereenvoudigd. In de zogenaamde wrakingsbrief zal aangegeven wordenvoor welke hoofdbewoner(s) de persoonsgebonden gedoogverklaring geldt.

Voor de volledige weergave van de wijzigingen wordt verwezen naar de adviesnota aan het college van burgemeester en wethouders d.d. 17 mei 2001, waarop het college op 29 mei 2001 een besluit heeft genomen.

 

De beleidsregels:

 

• 1.

  Aan iedereen die permanent in een zomerhuis woont en kan aantonen dat die permanente bewoning is begonnen vóór of op 4 februari 2000, zal een persoonsgebonden gedoogverklaring worden verstrekt. Een persoonsgebonden gedoogverklaring is een verklaring van ons college dat wij niet zullen optreden tegen de permanente bewoning door de persoon aan wie de gedoogverklaring wordt verleend. Een persoonsgebonden gedoogverklaring geldt dus niet voor rechtsopvolgers of familieleden.

• 2.

  Tegen iedereen die na 4 februari 2000 permanent in een zomerhuis is gaan bewonen of gaat wonen, zal zo spoedig mogelijk handhavend worden opgetreden.

• 3.

  Voor de zomerhuizen waar permanente bewoning persoonsgebonden gedoogd wordt gelden de bouwtechnische en planologische voorschriften van zomerhuizen (dus niet de voorschrifte van woningen).

• 4.

  Deze gewijzigde beleidsregels treden in werking op 8 juni 2001

   

Haaksbergen, 29 mei 2001

burgemeester en wethouders van Haaksbergen,

 

 

de secretarus, de burgemeester,

(L.J.J.M. Franken) (drs. T.J. Schouten)

 

 

Samensteller: J.A. Janssen