Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Halderberge

Subsidieregeling voorschoolse educatie

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHalderberge
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling voorschoolse educatie
CiteertitelSubsidieregeling voorschoolse educatie
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2023nieuwe regeling, vervangt eerdere beleidsregel 2022

06-12-2022

gmb-2022-550325

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling voorschoolse educatie

Burgemeester en wethouders van de gemeente Halderberge;

 

overwegende dat:

• het college op grond van de artikelen 158 t/m 163 van de Wet op het primair onderwijs een verantwoordelijkheid heeft en een specifieke uitkering van het rijk ontvangt voor het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden;

• het gewenst is activiteiten te stimuleren die bijdragen aan het gemeentelijk beleid in het sociaal domein;

 

gelet op de Algemene subsidieverordening gemeente Halderberge;

 

BESLUITEN:

 

vast te stellen: de Subsidieregeling voorschoolse educatie.

 

 

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Algemene subsidieverordening: de Algemene subsidieverordening gemeente Halderberge, zoals vastgesteld door de raad in zijn vergadering van 19 maart 2020;

b. Specifieke uitkering: de uitkering die het college ontvangt van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media op grond van het Besluit specifieke uitkeringen gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid;

c. Houders: houders van kindcentra als bedoeld in de Wet kinderopvang;

d. Voorschoolse educatie (VE): uitvoering van een door het college gesubsidieerd programma dat gericht is op het verbeteren van de voorwaarden voor het met succes instromen in het basisonderwijs voor kinderen die nog niet tot een school kunnen worden toegelaten;

e. VE-peuter: een peuter in de leeftijd van 2 tot en met 3 jaar die woonachtig is in de gemeente Halderberge en waarvoor door het consultatiebureau in de gemeente Halderberge een VE-indicatie is afgegeven aan de hand van de volgende criteria:

i. kinderen van laagopgeleide ouders: ouders die maximaal LBO/VBO hebben of ouders van wie één ouder maximaal basisonderwijs heeft en de andere maximaal LBO/VBO (voormalige gewichtenregeling onderwijs);

ii. kinderen die op grond van additionele criteria kunnen worden aangemerkt als VE-peuter:

a. als sprake is van achterblijven in de ontwikkeling van taal vanwege sociaal-medische, sociaal-economische, sociaal-culturele, sociaal-emotionele problemen of

b. als sprake is van een taalachterstand omdat de Nederlandse taal niet de moedertaal van het kind is en/of de ouders deze taal onvoldoende beheersen om buiten school de taalverwerving van het kind in het Nederlands te versterken.

f. KOT: KinderOpvangToeslag: een tegemoetkoming van het Rijk als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder h, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen in de kosten van kinderopvang;

g. VE-locatie: een locatie in Halderberge waar VE wordt aangeboden en die geregistreerd staat in het Landelijk register kinderopvang;

h. Ingroeiperiode: een periode van 10 weken vanaf de datum van het eerste daadwerkelijk bezoek van de VE-locatie waarin een VE-peuter minder dan 16 uur deelneemt aan VE omdat dit voor zijn ontwikkeling nodig is;

i. Pedagogisch beleidsmedewerker voorschoolse educatie: de pedagogisch beleidsmedewerker zoals genoemd in het Besluit van 20 september 2019 tot wijziging van het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie in verband met de verhoging van het minimaal aantal uren aanbod voorschoolse educatie en de inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker.

 

Artikel 2 Doelstelling

Doelstelling van de regeling is te bevorderen dat:

a. taalachterstand dan wel een risico op taalachterstand bij kinderen in de leeftijd van 2 tot en met 3 jaar die woonachtig zijn in de gemeente Halderberge wordt voorkomen en/of verminderd;

b. er in de gemeente Halderberge voldoende voorzieningen in aantal en spreiding zijn waar kinderen met een risico op een achterstand in de Nederlandse taal deel kunnen nemen aan voorschoolse educatie.

 

Artikel 3 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Een jaarlijkse subsidie kan worden verstrekt voor de volgende activiteiten:

1. een aanbod van 16 uur voorschoolse educatie waarbij geldt dat:

i. het gaat om het organiseren van een aanbod van 960 uur over 1,5 jaar voor VE-peuters van 2,5 tot en met 3 jaar;

ii. alleen de eerste 6 uur per dag worden meegerekend in het aanbod van 960 uur;

iii. het aanbod van 960 uur over meer dan 40 weken per jaar mag worden aangeboden en/of variabel naar leeftijd;

iv. houders vanaf 1 augustus 2020 voldoen aan de landelijk gestelde eisen.

2. opleidingen voor medewerkers van de houders die VE aanbieden;

3. ouderparticipatie;

4. inzet van een extra pedagogisch medewerker op een groep tijdens dagdelen waarop een groep van 16 peuters voor 60% of meer uit VE-peuters bestaat;

5. inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie.

 

Artikel 4 Activiteiten die niet voor subsidie in aanmerking komen

Geen subsidie wordt verstrekt voor andere activiteiten dan de onder artikel 3 vermelde activiteiten.

 

Artikel 5 Doelgroep

1. Subsidie op grond van deze regeling wordt uitsluitend verstrekt aan rechtspersonen.

2. Om in aanmerking te komen voor subsidie voldoet de instelling, naast de bepalingen uit de Algemene subsidieverordening gemeente Halderberge, aan de volgende voorschriften. De houder die in de gemeente Halderberge VE aanbiedt;

i. is geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK);

ii. voldoet aan het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie;

iii. werkt met een erkend VE programma; Piramide of Uk & Puk;

iv. is onderdeel van een Integraal kindcentra en heeft overdrachtsafspraken met het basisonderwijs zodat een doorgaande lijn met het basisonderwijs ontstaat;

v. werkt met een kindvolgsysteem;

vi. werkt samen met de jeugdgezondheidszorg;

vii. verleent medewerking aan de monitor van de Resultaatafspraken VVE en de hieruit voortvloeiende verbetersuggesties;

viii. verleent medewerking aan de Voorschoolse educatie monitor voor gemeente Halderberge.

 

Artikel 6 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 8 en 9 van de Algemene subsidieverordening wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:

a. de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;

b. de aanvrager failliet is of in surseance van betaling verkeert, dan wel een verzoek daartoe bij de rechtbank is ingediend;

c. in het beoogde doel of de voorgenomen activiteit op andere wijze in belangrijke mate is voorzien;

d. een doublure ontstaat met activiteiten van een door de gemeente gesubsidieerde rechtspersoon;

e. de subsidieverstrekking niet past binnen door de gemeenteraad of het college van burgemeester en wethouders vastgestelde beleid;

f. de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten ontplooit die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;

g. de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden, hetzij eigen middelen, hetzij middelen van derden, kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

h. de activiteiten een godsdienstige, levensbeschouwelijke of politieke boodschap hebben.

Artikel 7 Procedurebepalingen

1. De subsidie wordt aangevraagd door de houder.

2. De aanvraag om een subsidie wordt ingediend uiterlijk 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

3. Bij subsidies van € 100.000 of hoger vindt minimaal drie keer per jaar op ambtelijk niveau overleg plaats over de voortgang van de uit te voeren activiteiten en mogelijke knelpunten hierbij. Dit overleg wordt ook benut voor het signaleren van trends en ontwikkelingen.

4. Bij subsidies van € 100.000 of hoger vindt minimaal twee keer per jaar bestuurlijk overleg plaats over de subsidieaanvraag en voortgang van de uit te voeren activiteiten. Ook wordt het overleg benut voor het signaleren van trends en ontwikkelingen.

5. Bij subsidies van € 50.000 tot € 100.000 vindt minimaal twee keer per jaar op ambtelijk niveau overleg plaats over de voortgang van de uit te voeren activiteiten en mogelijke knelpunten hierbij. Dit overleg wordt ook benut voor het signaleren van trends en ontwikkelingen.

6. Bij subsidies van € 50.000 tot € 100.000 vindt minimaal twee keer per jaar bestuurlijk overleg plaats over de subsidieaanvraag en voortgang van de uit te voeren activiteiten. Ook wordt het overleg benut voor het signaleren van trends en ontwikkelingen.

7. Bij subsidies tot € 50.000 vindt minimaal een keer per jaar op ambtelijk niveau overleg plaats over de voortgang van de uit te voeren activiteiten en mogelijke knelpunten hierbij. Dit overleg wordt ook benut voor het signaleren van trends en ontwikkelingen.

8. Bij subsidies tot € 50.000 vindt minimaal een keer per jaar bestuurlijk overleg plaats over de subsidieaanvraag en voortgang van de uit te voeren activiteiten. Ook wordt het overleg benut voor het signaleren van trends en ontwikkelingen.

 

Artikel 8 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

1. Een subsidie per VE-peuter op jaarbasis:

a. indien er geen recht is op KOT een subsidie die als volgt wordt berekend: 40 weken x 16 uur x € 9,50 minus de ouderbijdrage ad € 115,20 conform de VNG Adviestabel ouderbijdrage peuteropvang 2022.

b. indien er recht is op KOT een subsidie die als volgt wordt berekend: 40 weken x 8 uur x € 9,50.

c. als voorwaarde geldt dat een VE-peuter gedurende minimaal 16 uur per week deelneemt aan VE tenzij er sprake is van een ingroeiperiode.

d. voor de berekening van de subsidie wordt uitgegaan van het aantal VE-peuters per 1 oktober van het jaar voorafgaande aan het subsidiejaar.

e. er is een subsidiebudget beschikbaar om tegemoet te kunnen komen aan een eventuele groei van het aantal VE-peuters in 2023. Dit budget is 20% van het totaal toe te kennen budget genoemd onder 8.1.a en 8.1.b. Deze subsidie wordt alleen beschikbaar gesteld als er in 2023 meer VE-peuters zijn geplaatst dan het aantal per 1 oktober 2022. De toekenning vindt plaats op volgorde van datum van binnenkomst van de peildatumgegevens voor het aantal VE-peuters.

f. de subsidie wordt in 2023 als voorschot uitbetaald aan de hand van het werkelijke aantal VE-peuters op 15 januari 2023, 1 april 2023 en 1 oktober 2023. Bij wijze van voorschot wordt ten hoogste de toegekende subsidie, vermeerderd met de subsidie voor VE-peuters genoemd onder 8.1.e uitbetaald. De subsidie voor de pedagogisch beleidsmedewerker zoals genoemd in 8.5 wordt vastgesteld op de peildatum 1 januari 2023 en bij het eerste voorschot in 2023 uitbetaald.

2. Een subsidie van € 7.500 per VE-locatie, bedoeld als tegemoetkoming in de kosten van huisvesting, organisatie, aanschaf/vervanging van materialen e.d. Er wordt alleen subsidie voor een locatie toegekend en niet per groep.

3. Een vast subsidiebedrag per locatie van € 2.750 als tegemoetkoming in de kosten voor opleiding en ouderparticipatie. De houders geven in het subsidieverzoek aan welke opleidingen gevolgd gaan worden en welke activiteiten voor ouderparticipatie worden uitgevoerd.

4. Inzet van een extra pedagogisch medewerker op een groep tijdens dagdelen waarop een groep van 16 peuters voor 60% of meer uit VE-peuters bestaat: € 30 per uur voor het aantal uur dat de extra pedagogisch medewerker op de groep staat (aantal openingsweken op jaarbasis x aantal uur per week x € 30).

5. Inzet van een pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie: € 400 per VE-peuter op peildatum 1 januari 2023.

6. De subsidie wordt in het eerste, tweede en vierde kwartaal van 2023 als volgt als voorschot uitbetaald:

a. De subsidie genoemd onder 8.1a, 8.1b en 8.1 e : aan de hand van het werkelijke aantal VE-peuters op 15 januari 2023, 1 april 2023 en 1 oktober 2023.

b. De subsidie genoemd onder 8.2, 8.3 en 8.4: een derde deel van de toegekende subsidie.

c. De subsidie genoemd onder 8.5 wordt vastgesteld op de peildatum 1 januari 2023 en bij het voorschot in het eerste kwartaal van 2023 uitbetaald.

d. Bij wijze van voorschot wordt ten hoogste de toegekende subsidie, vermeerderd met de subsidie voor VE-peuters genoemd onder 8.1.e uitbetaald.

 

Artikel 9 Inzet pedagogisch beleidsmedewerker in de voorschoolse educatie

1. Het totaal aantal voorgeschreven uren per locatie (10 uur per VE-peuter peildatum 1 januari 2023) mag door de houder naar eigen inzicht voor de betreffende locatie worden ingezet zolang de inzet gericht is op kwaliteitsverbetering van VE. De pedagogisch beleidsmedewerker kan de kwaliteit verbeteren door de totstandkoming en implementatie van beleidsvoornemens met betrekking tot VE en/of door de coaching van beroepskrachten VE. Coaching kan plaatsvinden tijdens het aanbieden van VE of op andere momenten.

2. Burgemeester en wethouders kunnen bepalen waar de focus van de pedagogisch beleidsmedewerkers VE in één of meerdere jaren dient te liggen.

3. De houder beschrijft in het pedagogisch beleidsplan per locatie op welke wijze de pedagogisch beleidsmedewerker VE wordt ingezet.

 

Artikel 10 Verdeling van het subsidieplafond

1. Voor de subsidies op basis van deze subsidieregeling stelt de raad een subsidieplafond vast. Binnen dit subsidieplafond is voor 2023 77% beschikbaar voor subsidies voorschoolse educatie.

2. Subsidie wordt niet verleend, wordt ingetrokken of wordt gewijzigd als de verwachte specifieke uitkering niet of niet volledig wordt verkregen.

 

Artikel 11 Verplichtingen

1. Voor hetgeen niet in deze subsidieregeling nader is geregeld, geldt dat de Algemene subsidieverordening gemeente Halderberge van toepassing is.

2. De subsidie is niet overdraagbaar. Indien een houder haar activiteiten voor voorschoolse educatie of de kinderopvang beëindigt, vorderen burgemeester en wethouders de subsidie terug naar rato van de termijn waarover de activiteiten als bedoeld in artikel 2 hebben plaatsgevonden en de kosten als bedoeld in artikel 8 zijn gemaakt.

3. De wijze waarop VE-peuters worden toegeleid naar VE is vastgelegd in het Protocol indicering en toeleiding VE-peuters. De houder voert de afgesproken werkwijze uit en stimuleert ouders/verzorgers na aanmelding van hun peuter om deel te nemen aan 16 uur VE.

4. Na afloop van het subsidiejaar wordt de subsidie vastgesteld, waarbij de vastgestelde subsidie niet hoger kan zijn dan de beschikbaar gestelde voorschotten.

 

Artikel 12 Hardheidsclausule

Burgemeester en wethouders kunnen een of meer bepalingen uit deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing, gelet op het belang van het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

 

Artikel 13 Slotbepalingen

1. De Subsidieregeling Voorschoolse Educatie 2022, zoals vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders in zijn vergadering van 9 november 2021, wordt ingetrokken.

2. Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2023.

3. De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling voorschoolse educatie.

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders

van de gemeente Halderberge op 6 december 2022.

de secretaris, de burgemeester,

mevrouw mr. C. Jacobs de heer drs. B.J.A. Roks