Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Schiedam

Subsidieregelingbewonersverenigingen en bewonersinitaitieven Wijkontwikkeling 2020

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSchiedam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregelingbewonersverenigingen en bewonersinitaitieven Wijkontwikkeling 2020
CiteertitelSubsidieregeling bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven Wijkontwikkeling gemeente Schiedam 2020
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

ASV 2017

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-12-202201-04-2021nieuwe regeling

23-03-2021

gmb-2022-540689

21BIJ00462

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregelingbewonersverenigingen en bewonersinitaitieven Wijkontwikkeling 2020

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam;

 

Gelet op artikel 3, tweede lid, van de ASV 2017

 

Besluit de:

 

Subsidieregeling bewonersverenigingen en bewonersinitaitieven Wijkontwikkeling 2020

 

vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

 

  • a.

    ASV 2017: de Algemene subsidieverordening van de gemeente Schiedam 2017;

  • b.

    bewonersinitiatief: een organisatie die een maatschappelijk doel nastreeft waarbij bewoners zelf de initiatiefnemer zijn;

  • c.

    bewonersvereniging: vereniging van bewoners van een bepaald complex, buurt of wijk die gezamenlijk opkomen voor hun belangen;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam;

  • e.

    leefbaarheid: de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;

  • f.

    regiegroep: een door het college per wijk ingestelde adviescommissie, bestaande uit maximaal zeven bewoners van de wijk, die advies uitbrengt over de verstrekking van de activiteitensubsidies voor bewonersverengingen en bewonersinitiatieven;

  • g.

    sociale cohesie: sociale samenhang binnen een wijk en tussen bewoners;

  • h.

    subsidieaanvrager: organisatie, stichting, vereniging en vrijwilligersorganisatie die rechtspersoonlijkheid bezit;

  • i.

    subsidietijdvak: periode waarvoor de subsidie wordt verstrekt;

  • j.

    tranche: periode waarbinnen een aanvraag voor een subsidie kan worden ingediend;

  • k.

    vaste lasten: terugkerende lasten: huur/hypotheek, gas, elektriciteit, water, lokale lasten, telefoon, internet en verzekeringen;

  • l.

    wijken: Schiedam is onderverdeeld in negen wijken: Centrum, Groenoord, Kethel, Nieuwland, Oost, Spaland/Sveaparken, West, Woudhoek en Zuid. De wijkgrenzen zoals vastgesteld in 2005 worden gehanteerd.

Artikel 2 Doelen en doelgroep

  • 1.

    Deze regeling heeft ten doel bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven te ondersteunen om de leefbaarheid en sociale cohesie in de wijken en de stad Schiedam te verbeteren en versterken.

  • 2.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven in Schiedam zonder winstoogmerk die rechtspersoonlijkheid bezitten.

Artikel 3 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Subsidie kan worden verleend aan bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven voor activiteiten in de gemeente Schiedam die bijdragen aan:

    • a.

      Het verbeteren en versterken van de leefbaarheid in de stad, wijk of buurt;

    • b.

      Het verbeteren en versterken van de sociale cohesie in de stad, wijk of buurt;

  • 2.

    De activiteiten voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      aantoonbaar draagvlak in de wijk en/of stad;

    • b.

      de subsidieaanvrager speelt een actieve rol bij de uitvoering van de activiteit;

    • c.

      passen bij de doelen van de organisatie of vereniging.

Artikel 4 Instellen en verdelen van subsidieplafond

  • 1.

    Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast.

  • 2.

    Het subsidieplafond bestaat uit een bedrag voor vaste lasten en een bedrag voor activiteiten.

  • 3.

    Het college bepaalt bij het vaststellen van het subsidieplafond hoe het subsidieplafond over de wijken wordt verdeeld.

  • 4.

    Het college kan per wijk nadere regels stellen over de besteding van de subsidie die vallen onder deze regeling.

  • 5.

    De subsidieaanvragen worden beoordeeld in tranches.

  • 6.

    Per wijk zijn er vijf tranches per jaar.

  • 7.

    Op de in een tranche ingediende aanvragen wordt per wijk besloten, uiterlijk 8 weken na afloop van de tranche.

  • 8.

    Op de website zijn de tranches per wijk te vinden.

  • 9.

    Per tranche is het resterende jaarbudget beschikbaar.

  • 10.

    Indien het totaal van aanvragen die voor toekenning in aanmerking komen in een tranche het beschikbare jaarbudget overschrijdt, worden de aanvragen geprioriteerd naar de mate waarin de initiatieven naar verwachting bijdragen aan de leefbaarheid en sociale cohesie. Tevens wordt gelet op een redelijke spreiding over de wijk en het aanvullende en/of vernieuwende karakter van de activiteit.

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Voor subsidie komen de, naar het oordeel van het college, noodzakelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit zoals bedoeld in artikel 3.

  • 2.

    Loonkosten zijn niet subsidiabel binnen deze subsidieregeling.

  • 3.

    Vaste lasten zijn subsidiabel, als deze kosten noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van de activiteiten.

Artikel 6. Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie voor de in artikel 3 genoemde activiteiten bedraagt maximaal 100% van de in artikel 5, eerste lid en derde lid, genoemde kosten.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid bedraagt de subsidie maximaal 90% van de subsidiabele kosten voor een activiteit waar, naar het oordeel van het college, andere financieringsbronnen of eigen middelen mogelijk zijn.

Artikel 7 Aanvraag subsidie

  • 1.

    Een aanvraag dient uiterlijk twee weken voor het einde tranche binnen te zijn.

  • 2.

    Aanvragen die later binnenkomen, worden in de eerst volgende tranche behandeld.

  • 3.

    Een aanvraag bevat de volgende gegevens:

    • a.

      naam, adres, telefoonnummer;

    • b.

      een beschrijving van de inhoud, uitvoering en planning van de activiteit, waarbij wordt aangegeven hoe dit de leefbaarheid in de wijk, buurt, straat en/of stad verbetert;

    • c.

      een kostenraming voor de uitvoering van de activiteit;

    • d.

      een mededeling of elders subsidie is aangevraagd;

    • e.

      bewijsmateriaal dat voor de activiteit draagvlak bestaat in de buurt, wijk of stad.

Artikel 8 Regiegroepen

  • 1.

    Het college heeft bij Instellingsbesluit regiegroepen wijkbudgetten gemeente Schiedam 2012 per wijk een adviescommissie ingesteld, zijnde een regiegroep.

  • 2.

    De in het eerste lid genoemde regiegroep adviseert het college tevens over de subsidieaanvraag ingevolge deze regeling, met uitzondering van de aanvraag voor vaste lasten.

Artikel 9 Weigeringsgronden

Naast de in artikel 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en in artikel 8 van de ASV 2017 genoemde gronden, kan een aanvraag voor een subsidie worden geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit onvoldoende bijdraagt aan het bevorderen van de leefbaarheid en/of de sociale cohesie in de buurt of wijk of stad;

  • b.

    de activiteit niet haalbaar of uitvoerbaar is binnen de in de aanvraag vermelde planning;

  • c.

    de subsidieaanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet of het gemeentebeleid;

  • d.

    het beheer en onderhoud van de voorgestelde fysieke verbeteringen van de leefomgeving niet kunnen worden gewaarborgd;

  • e.

    de subsidieaanvrager onvoldoende kan aantonen dat voor zijn activiteit draagvlak in de buurt of wijk of stad bestaat;

  • f.

    de subsidieaanvrager geen actieve rol zal vervullen bij de uitvoering van de activiteit;

  • h.

    de activiteit plaatsvindt buiten de gemeente Schiedam;

  • i.

    subsidieaanvrager subsidie ontvangt vanuit Samen Schiedam of een andere subsidieregeling voor dezelfde activiteit;

Artikel 10 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1.

    De subsidieontvanger zorgt ervoor dat de subsidie wordt besteed aan de uitvoering van de activiteit en administreert de uitgaven zorgvuldig, door middel van betaalbewijzen.

  • 2.

    De subsidieontvanger vervult een actieve rol bij de uitvoering van de activiteit.

  • 3.

    De subsidieontvanger doet zo spoedig mogelijk mededeling aan het college van veranderde omstandigheden die van belang zijn voor de uitvoering van de activiteit.

  • 4.

    De subsidieaanvrager is verantwoordelijk voor het creëren van draagvlak onder de bewoners voor zijn activiteit.

  • 5.

    De gesubsidieerde activiteit dient uitgevoerd te zijn binnen een bij verleningsbeschikking bepaalde termijn.

Artikel 11 Bevoorschotting, vaststelling en betaling van de subsidie

  • 1.

    Het college kan een voorschot verstrekken tot maximaal 100% van de verleende subsidie.

  • 2.

    Uiterlijk drie maanden na afloop van het subsidietijdvak dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling bij het college in.

  • 3.

    De aanvraag tot vaststelling bevat

    • a.

      een inhoudelijk verslag waaruit biljkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan;

    • b.

      een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening)

  • 4.

    De subsidie kan maximaal worden vastgesteld op het bedrag van de werkelijk gemaakte kosten voor de gesubsideerde activiteit daarbij kan het maximaal verleende subsidiebedrag niet worden overschreden.

  • 5.

    Indien een voorschot is verleend, dan vindt de betaling plaats onder verrekening van het verleende voorschot met de werkelijke uitgaven op basis van de vaststellingsbeschikking.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Het college kan artikel 5, 7, 9 lid h, 10 en 11 buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zo ver toepassing daarvan, gelet op het belang van deze regeling, leidt tot onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 13 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 april 2021.

  • 2.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven Wijkontwikkeling gemeente Schiedam 2020.

Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Schiedam in zijn vergadering van 23 maart 2021.

De secretaris,

drs. M.A. van den Hende, wnd.

De voorzitter,

C.H.J. Lamers

Algemene toelichting op Subsidieregeling Bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven Wijkontwikkeling 2020

Algemeen

Schiedam kent een lange traditie van bewonersinitiatieven en bewonersverenigingen. Al tientallen jaren zetten Schiedammers zich met hart en ziel in voor hun stad. Deze initiatieven dragen bij aan de leefbaarheid en sociale cohesie van Schiedam. Het doel van deze regeling is om bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven te blijven stimuleren en faciliteren.

 

In de beleidsnotitie bewonersondersteuning is vastgesteld welke vormen van ondersteuning er zijn voor bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven. Eén van de vormen van ondersteuning, het verstrekken van subsidie, wordt via deze subsidieregeling geregeld.

 

Deze subsidieregeling heeft betrekking op subsidies voor bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven vanuit wijkontwikkeling. Bij bewonersinitiatieven vanuit wijkontwikkeling gaat het om initiatieven van bewoners die de leefbaarheid en sociale cohesie in de buurt, straat, wijk of wijken te bevorderen. De verschillende bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven doen dat ieder op hun eigen manier.

 

Bij de wijkbudgetten gaat het om alle activiteiten die worden georganiseerd om de leefbaarheid en sociale cohesie in de stad, wijk of buurt te verbeteren. Alle bewoners kunnen bij deze regeling een aanvraag indienen. Bij deze regeling gaat het specifiek om bewonersverenigingen en bewonersinitiatieven met rechtspersoonlijkheid. Dit kan in de vorm van een stichting, vereniging, organisatie.

 

Bij deze regeling worden die activiteiten gesubsidieerd die uitgevoerd worden in het belang van de doelen van de organisatie. Voorbeelden zijn het uitbrengen van een nieuwsbrief, het organiseren van inloopbijeenkomsten, het organiseren van activiteiten voor de eigen leden zoals een ledenvergadering. Activiteiten die daarnaast worden georganiseerd, kunnen worden aangevraagd bij de wijkbudgetten.

 

In deze subsidieregeling zijn geen zaken opgenomen die al in de ASV 2017 zijn geregeld. In deze subsidieregeling is aangesloten bij het begrippenkader van de Algemene wet bestuursrecht. Daarom wordt in plaats van “intiatief” het begrip activiteit gebruikt.

 

Artikelsgewijze toelichting

In aanvulling op de algemene toelichting zijn hieronder, voor zover nodig, de onderdelen van de subsidieregeling artikelsgewijs toegelicht.

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Sub a,b,c,d,e,fg,h,j en l spreken voor zich.

  • i.

    Een subsidietijdvak kan zowel betrekking hebben op het gehele jaar als een gedeelte daarvan. De periode die voor de subsidie geldt wordt vastgelegd in de beschikking.

  • k.

    Onder het begrip vaste lasten wordt hetzelfde verstaan als het Nibud daaronder verstaat, namelijk uitgaven aan: huur/hypotheek, gas, elektriciteit, water, lokale lasten, telefoon, televisie, internet, verzekeringen, onderwijs, kinderopvang, vervoer. Voor deze regeling zijn huur/hypotheek, gas, elektriciteit, water, lokale lasten, telefoon, internet en verzekeringen van belang.

Artikel 2 Doelen en doelgroep

Lid 1

Spreekt voor zich

 

Lid 2

De organisatievorm maakt voor de subsidie niet uit zolang deze maar rechtspersoonlijkheid bezit.

 

Artikel 3 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Lid 1

Spreekt voor zich

 

Lid 2

  • a.

    Draagvlak kan op verschillende manieren worden aangetoond. Er kan een handtekeningenlijst worden toegevoegd, een verslag van een vergadering, berichten op internet of e-mails. Het aantal medestanders is niet aan te geven: dat is afhankelijk van de aard en omvang van de activiteit. De wijkregisseurs kunnen waar nodig meedenken.

Artikel 4 Instellen en verdelen van subsidieplafond

Het subsidieplafond wordt jaarlijks bekend gemaakt, waarbij de wijze van verdeling wordt vermeld. Dit omvat zowel de verdeling over de wijken als de verdeelregels binnen de wijken. Het college verdeelt het beschikbare bedrag over de aangewezen wijken. Het bedrag kan dus per wijk verschillen. Vervolgens kan het college in nadere regels verdeelregels per wijk geven.

Over de weging van de bijdrage aan de leefbaarheid en sociale cohesie in de wijk laat het college zich adviseren door regiegroepen. Deze bestaan uit bewoners in de wijk. Bij de afweging over de bijdrage aan de leefbaarheid en sociale cohesie speelt ook de bestaande sociale infrastructuur van de wijk een rol. Is de activiteit aanvullend en vernieuwend op het bestaande aanbod en kunnen de partijen elkaar versterken? Dan is de verwachte bijdrage aan de leefbaarheid en sociale cohesie groter dan bij initiatieven waar dit niet het geval is.

Voor de vaste lasten is een jaarbudget beschikbaar voor alle wijken. Voor het activiteitenbudget is een jaarbudget per wijk beschikbaar. Vijf keer per jaar worden de aanvragen beoordeeld. In elke tranche is het resterende jaarbudget beschikbaar. Het is mogelijk dat de aanvragen in een latere tranche worden afgewezen omdat het jaarbudget bestemd is. De subsidieaanvrager kan voor het nieuwe subsidiejaar wederom een aanvraag indienen.

 

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Lid 1

Alleen de voor het uitvoeren van de activiteiten noodzakelijke kosten komen in aanmerking voor subsidie. Vooral de noodzaak van huisvestingskosten zal kritisch worden beoordeeld. Wanneer er efficiëntere en goedkopere alternatieven zijn voor de in de subsidieaanvraag aangegeven huisvesting, zal de subsidie hierop worden aangepast. Mocht de subsidieaanvrager besluiten de duurdere huisvesting aan te houden, zal de subsidieaanvrager hier zelf cofinanciering voor moeten zoeken.

 

Lid 2

Voor loonkosten kan binnen deze regeling geen subsidie worden aangevraagd. Wanneer loonkosten onderdeel uitmaken van de subsidieaanvraag, wordt gevraagd voor dit gedeelte cofinanciering te regelen via bijvoorbeeld fondsen of eigen bijdragen van de deelnemers.

 

Lid 3

Spreekt voor zich.

 

Artikel 6. Hoogte van de subsidie

Lid 1

Spreekt voor zich

 

Lid 2

Lokaal en regionaal zijn andere financieringsbronnen zoals fondsen, sponsoren etc. beschikbaar voor het financieren van activiteiten waar subsidie bij de gemeente wordt aangevraagd. Door middel van een onderzoek naar de mogelijkheden van deze alternatieve vormen van financiering kan een subsidieaanvrager de hoogte van de subsidie onderbouwen. Daarnaast verwacht de gemeente dat organsiaties bij ruime eigen middelen ook een bijdrage doen aan het financieren van de kosten van de activiteit.

 

Artikel 7 Aanvraag subsidie

Spreekt voor zich.

 

Artikel 8 Regiegroepen

Voor de uitvoering van de Subsidieverordening wijkbudgetten gemeente Schiedam 2012 zijn er bij het Instellingsbesluit regiegroepen wijkbudgetten gemeente Schiedam 2012 regiegroepen ingesteld. Deze regiegroepen zijn adviescommissies op grond van artikel 84 Gemeentewet. Deze regeling bepaalt dat de ingestelde regiegroepen ook advies zullen geven over de subsidieaanvragen die zijn ingediend ingevolge deze regeling.

 

Artikel 9 Weigeringsgronden

Een aanvraag kan ook gedeeltelijk worden ingewilligd en gedeeltelijk worden geweigerd. Een aanvraag kan worden geweigerd op grond van de in artikelen 4:35 Awb genoemde gronden of de in deze subsidieregeling genoemde gronden. De weigering van een aanvraag om een subsidie dient uiteraard gemotiveerd te worden met vermelding van de weigeringsgrond(en). Bij het overschrijden van het door het college vastgestelde subsidieplafond, moet de aanvraag ook worden geweigerd (artikel 4:25 tweede lid Awb).

 

Onderdeel f

Een subsidieaanvrager kan op verschillende manieren een actieve rol vervullen bij de uitvoering van de activiteit. Dit kan door te zorgen voor draagvlak, het betrekken van de omwonenden bij de voortgang van de uitvoering van de activiteit of het zelf organiseren van de uitvoering. De mate van eigen bijdrage kan dus uiteenlopend zijn. Het gaat er om dat de subsidieaanvrager van begin tot einde verantwoordelijk blijft voor de activiteit.

 

Artikel 10 Verplichtingen van de subsidieaanvrager

Lid 1 t/m 3 en 5

Spreken voor zich

 

Lid 4

De subsidieaanvrager is verantwoordelijk voor het creëren van draagvak onder bewoners. In de toelichting bij artikel 3 tweede lid staat aangegeven op welke manier de subsidieaanvrager dit kan doen/aantonen dat de aanvrager het heeft gedaan.

 

Artikel 11 Bevoorschotting, vaststelling en betaling van de subsidie

Spreekt voor zich

 

Artikel 12 Hardheidsclausule

Artikel 12 maakt het mogelijk dat het college in bijzondere gevallen artikel 5, 7, 9 lid h, 10 en 11 buiten toepassing kan laten of daarvan kan afwijken. Hierbij dient ten allen tijden het doel van deze regeling voorop te staan.

 

Artikel 13 Slotbepalingen

Spreekt voor zich