Nadere regels subsidie Stichting Ondernemersfonds Beverwijk

1. Begripsomschrijvingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

• a.

  ASV: Algemene Subsidieverordening 2022 gemeente Beverwijk;

• b.

  Stichting: de Stichting Ondernemersfonds Beverwijk;

• c.

  Ondernemersfonds: een fonds dat wordt beheerd door de Stichting en tot doel heeft het versterken van het ondernemers- en vestigingsklimaat in Beverwijk zoals beschreven in het beleidsdoel (artikel 3). De Stichting voert de regie uit over de financiering van de activiteiten en initiatieven waarvoor het Ondernemersfonds kan worden aangewend;

• d.

  Meerjarenplan: een plan waarin onder meer de voorwaarden, doelen en activiteiten van het Ondernemersfonds zijn beschreven voor de periode van 5 jaar, beginnende het jaar waarvoor de subsidieaanvraag wordt ingediend;

• e.

  Bestemmingsreserve: onderdeel van het eigen vermogen waarvoor een inhoudelijke onderbouwing wordt gegeven waarom het noodzakelijk is een bepaald bedrag te reserveren en met welk doel;

• f.

  College: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beverwijk.

2. Reikwijdte nadere regels

• 2.1.

  Deze nadere regels zijn van toepassing op de verstrekking van subsidie door het College aan de Stichting voor de subsidiëring van het Ondernemersfonds.

• 2.2.

  Het bepaalde in de ASV is onverkort van toepassing tenzij hiervan bij deze nadere regels wordt afgeweken.

3. Subsidiedoelgroep en doelen Ondernemersfonds

• 3.1.

  De subsidie wordt door het college verleend aan de Stichting voor het Ondernemersfonds.

• 3.2.

  Het Ondernemersfonds heeft tot doel om het ondernemers- en vestigingsklimaat binnen de gemeente Beverwijk te versterken en/of te behouden en steunt lokale activiteiten en initiatieven waartoe, maar niet uitsluitend, behoort:

  • -

    activiteiten gericht op het versterken van het lokale bedrijfsleven;

  • -

    activiteiten die de aantrekkelijkheid van een gebied of winkelcentrum vergroten;

  • -

    activiteiten gericht op het ondersteunen en versterken van de onderlinge samenwerking tussen ondernemers en sectoren of tussen ondernemers overheid en onderwijs;

  • -

    ondernemersloket;

  • -

    festiviteiten, evenementen, bijeenkomsten;

  • -

    voorlichting, ondersteuning, sociale mediatrainingen, cursussen;

  • -

    activiteiten gericht op verduurzaming.

• 3.3.

  Voor de te subsidiëren activiteiten geldt dat die voor iedereen of alle ondernemers in gemeente Beverwijk beschikbaar moeten zijn of dat meerdere ondernemers/sectoren en/of gebieden in gemeente Beverwijk hiervan profiteren.

• 3.4.

  De te subsidiëren activiteiten dienen te passen binnen het gemeentelijke beleid.

4. Subsidieplafond en bevoorschotting

• 4.1.

  Het subsidieplafond voor de jaarlijks te verlenen subsidie is het bedrag dat voor het Ondernemersfonds in de begroting van de raad van het betreffende jaar beschikbaar is gesteld.

• 4.2.

  Het te verstrekken subsidiebedrag bedraagt maximaal 100% van het aangevraagde subsidiebedrag.

• 4.3.

  In afwijking van artikel 13 lid 6 van de ASV wordt de jaarlijkse subsidie per subsidiejaar bevoorschot in twee termijnen en wel 60% per uiterlijk 15 februari en 40% per uiterlijk 30 juni van het betreffende subsidiejaar.

5. Aanvraagtermijn

Een aanvraag voor een jaarlijkse subsidie door de Stichting ten behoeve van het Ondernemersfonds wordt, in afwijking van artikel 9 lid 1 ASV, uiterlijk 20 januari ingediend in het jaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.

6. Bij aanvraag in te dienen gegevens

• 6.1.

  In afwijking van artikel 8 lid 3 van de ASV dient de Stichting bij de aanvraag geen jaarverslag en geen jaarrekening of balans van het voorgaande jaar te overleggen bij de eerste keer dat de subsidie wordt aangevraagd.

• 6.2.

  In afwijking van artikel 8 lid 2 onder a, b en c, van de ASV wordt bij de aanvraag een Meerjarenplan overgelegd waarin de activiteiten en doelen van het Ondernemersfonds zijn beschreven.

7. Meldingsplicht

In aanvulling op artikel 15 lid 1 van de ASV geldt dat het mogelijk is om te schuiven in de activiteiten waarvoor subsidie overeenkomstig het Meerjarenplan is verleend, mits die activiteiten passen binnen de doelen als opgenomen in artikel 2 van deze regeling en niet in strijd zijn met het gemeentelijk beleid. De Stichting dient van een verschuiving als hiervoor bedoeld een mededeling te doen aan het college om te bepalen of dit in dit kader op grond van artikel 15 lid 1 van de ASV een melding noodzakelijk is.

8. Reserves

• 8.1.

  Het is de Stichting toegestaan om, op haar verzoek, een algemene reserve te vormen van ten hoogste 10% van de verleende subsidie van het jaarbedrag.

• 8.2.

  Het is de Stichting toegestaan een bestemmingsreserve te vormen.

• 8.3.

  De Stichting dient bij het aanvragen van de subsidie:

  • a.

    het doel van de bestemmingsreserve aan te geven;

  • b.

    de gewenste maximale omvang van de bestemmingsreserve te vermelden, waarbij in principe het maximum van 25% van de verleende subsidie voor het betreffende boekjaar niet overschreven mag worden;

  • c.

    een motivering te geven van het tijdstip waarop de Stichting de middelen nodig heeft;

  • d.

    in overleg te treden met subsidieverstrekker om gezamenlijk tot overeenstemming te komen.