Organisatie | Bergen (L) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Notitie pachtbeleid |
Citeertitel | Notitie pachtbeleid |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-11-2022 | nieuwe regeling | 01-07-2013 |
In het buitengebied heeft de gemeente Bergen veel eigendommen. Deze eigendommen bestaan uit landbouwgronden, bossen en natuurterreinen. De gemeente heeft ongeveer 600 ha. Landbouwgrond in gebruik uitgegeven. De gronden zijn verpacht aan plaatselijke landbouwers op basis van pachtovereenkomsten voor de wettelijke duur van 6 jaren en pachtovereenkomsten voor kortere duur.
Daar in 2007 een nieuwe pachtregelgeving is ingegaan en naar aanleiding van vragen in de commissie Grondgebiedszaken is er een nieuwe notitie pachtbeleid opgesteld. De laatste nota grondbeleid was van 2004.
Vaststelling van een pachtbeleid voorziet in een bestuurlijk vastgesteld kader voor het uitgeven van gronden in pacht. Hierdoor is het voor pachters en derden die een pachtovereenkomst met de gemeente Bergen aangaan duidelijk onder welke voorwaarden de gemeente Bergen pacht uitgeeft. Vastgesteld pachtbeleid voorziet in gelijke behandeling, duidelijke regels, transparantie en zo weinig mogelijke administratieve handelingen.
In deze notitie wordt ingegaan op
Ad 1 Uitleg van (wettelijke) begrippen rondom pacht en het verschil tussen reguliere en geliberaliseerde pacht
Bij de pacht van grond is er sprake van een overeenkomst waarbij de verpachter zich verbindt om een onroerende zaak los land) of een gedeelte daarvan aan de pachter in gebruik te geven voor de uitoefening van landbouw, en waarbij de pachter zich verbindt tot een tegenprestatie. Elke overeenkomst die aan deze eisen voldoet, is voor de wet een pachtovereenkomst. Dit is ook het geval als de overeenkomst onder een andere benaming is aangegaan.
Onder landbouw wordt het volgende verstaan artikel 7:312BW: akkerbouw, weidebouw, veehouderij, tuinbouw (inclusief fruitteelt en het kweken van bomen, bloemen en bloembollen), de teelt van griendhout en riet en elke andere vorm van bodemcultuur met uitzondering van de bosbouw. In al deze situaties gaat het om bedrijfsmatige uitoefening Pacht is sinds 1 september 2007 wettelijk geregeld in titel 5 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.
De wettelijke duur van een pachtovereenkomst is zes jaar voor los land. De pachtovereenkomst kan ook voor een langere of kortere periode dan de wettelijke duur worden aangegaan. Wanneer er voor een langere periode dan de wettelijke pachtduur wordt gekozen. Dan moet in de overeenkomst duidelijk de pachtduur en de einddatum worden vermeld. Een pachtovereenkomst aangaan voor onbepaalde tijd is niet mogelijk. Voor een kortere periode dan de wettelijke pachtduur is goedkeuring van de grondkamer nodig.
De belangrijkste taken van de grondkamer zijn:
Pachtovereenkomsten afgesloten voor de wettelijke duur worden van rechtswege automatisch verlengd met zes jaar. Het continuatierecht (art 325:5 BW)
De pachtnormen worden jaarlijks aangepast. De hoogst toelaatbare pachtprijzen zijn vastgelegd in het Pachtprijzenbesluit 2007 en in de Uitvoeringsregeling Pacht. De aanpassingen van de pachtnormen hebben een wettelijke status. Dit betekent dat ze van rechtswege (automatisch) doorwerken in de pachtprijzen van de lopende pachtovereenkomsten. De hoogst toelaatbare pachtprijzen gelden voor alle pachtvormen, behalve voor geliberaliseerde pacht voor zes jaar of korter en voor teeltpacht.
Zowel de pachter als de verpachter kan de grondkamer verzoeken de pachtprijs te herzien en de hoogst toelaatbare pachtprijs vast te stellen. Dit verzoek moet worden gedaan binnen één jaar nadat de pachtprijzen zijn gewijzigd, of vóór het verstrijken van de pachtperiode van drie jaar (rekenen vanaf de ingangsdatum van de pachtovereenkomst).
Meest recente wijziging pachtprijs
De pachtprijzen zijn het laatst gewijzigd op 1 juli 2013 door het ministerie van Economische Zaken volgens de uitgangspunten van het pachtbesluit. . Deze is als bijlage toegevoegd.
Voor de vaststelling van de hoogst toelaatbare pachtprijs maken we onderscheid tussen pachtovereenkomsten ingegaan vóór 1 september 2007 en pachtovereenkomsten ingegaan op of na 1 september 2007. Onze gemeente valt onder pachtprijsgebied Zuidelijk veehouderijgebied.
De reguliere pachtovereenkomsten die de gemeente Bergen heeft afgesloten zijn allemaal van voor 1 september 2007.
Pachtovereenkomsten aangegaan voor 1 september 2007
Voor deze pachtovereenkomsten geldt dat de hoogst toelaatbare pachtprijs voor los land wordt bepaald door de pachtnormen 2001 waarop de veranderpercentages (vastgesteld door Ministerievan 2007, 2009, 2011 en 2012 zijn toegepast. Voor sommige regio’s zijn de veranderpercentages negatief. Er is dus niet altijd sprake van een verhoging. Door toepassing van het veranderpercentage mag de pachtprijs niet uitkomen boven 110% of beneden 90% van de regionorm van 2012 en niet boven 2% van de vrije verkoopwaarde van de grond bij voortgezet agrarisch gebruik.
Altijd geldt dat de pachtprijs nooit hoger mag zijn dan 2% van de vrije verkeerswaarde van de grond bij voortgezet agrarisch gebruik.
(1) de pachtprijs per ha wordt € 700,00 per ha omdat de pachtprijs niet hoger mag zijn dan 2% van de vrije agrarische verkeerswaarde van het perceel zodat per 1 november 2013 de pachtsom € 5.730,00 bedraagt. (8.18.50 ha x € 700,00)
Pachtovereenkomsten aangegaan op of na 1 september 2007
Voor deze pachtovereenkomsten geldt voor los land als hoogst toelaatbare pachtprijs de regionorm die op 1 juli 2012 is vastgesteld, met als grens 2% van de vrije verkoopwaarde van de grond bij voortgezet agrarisch gebruik.
Een pachtovereenkomst eindigt niet door het overlijden van pachter of verpachter. De verpachter is verplicht zijn medewerking te verlenen aan de toedeling van de rechten en plichten van de overleden pachter uit de pachtovereenkomst aan één of meer van de erfgenamen, tenzij de verpachter tegen een of meer van de erfgenamen redelijke bezwaren heeft.
In tegenstelling tot de oude Pachtwet eindigt de pacht niet meer als de pachter 65 jaar wordt.
De pachter kan bij de pachtkamer een vordering tot in de plaatsstelling (art. 363 BW) of medepacht (art. 364 BW) instellen. Deze vordering wordt alleen toegewezen voor de echtgenoot of geregistreerde partner, bloed- en aanverwanten in de rechte lijn en pleegkinderen van de pachter. Voor andere personen geldt in de plaatsstelling of medepacht alleen als de verpachter daarmee akkoord gaat.
Als de verpachter het pachtobject of een gedeelte daarvan wil verkopen, is hij verplicht het pachtobject eerst aan de pachter aan te bieden. Dit voorkeursrecht van de pachter (art. 378-384 BW) is niet van toepassing:
Overgang van de pacht bij overdracht van het pachtobject
Koop breekt geen pacht. Bij verkoop of overdracht van het pachtobject gaan de rechten en plichten van de verpachter uit de pachtovereenkomst over op de verkrijger.
Goedkeuren van de pachtovereenkomst
Pachter en verpachter moeten de pachtovereenkomst ter goedkeuring voorleggen aan de grondkamer. De grondkamer keurt de pachtovereenkomst goed, tenzij:
Een pachtwijzigingsovereenkomst kan gaan over:
Een pachtwijzigingsovereenkomst moet ter goedkeuring naar de grondkamer worden gestuurd. Per pachtcontract moet een wijzigingsovereenkomst worden ingediend..
Geliberaliseerde pacht is een flexibelere pachtvorm dan reguliere pacht. Voor deze pachtvorm gelden minder wettelijke bepalingen. Geliberaliseerde pacht is alleen mogelijk bij verpachting van los land (stuk grond zonder hoeve) . U kunt een geliberaliseerde pachtovereenkomst aangaan voor een termijn van zes jaar of korter of voor een termijn langer dan zes jaar. Bij een termijn van zes jaar of korter is de pachtprijs geheel vrij, deze wordt niet getoetst door de grondkamer. Bij een termijn van meer dan zes jaar wordt de pachtprijs wel getoetst door de grondkamer en moet de pachtprijs dus voldoen aan het Pachtprijzenbesluit 2007.
Een geliberaliseerde pachtovereenkomst voor los land kunt u aangaan voor:
Bij geliberaliseerde pachtovereenkomsten is het continuatierecht niet van toepassing. Dat betekent dat de pachtovereenkomst eindigt op de overeengekomen einddatum. Een geliberaliseerde pachtovereenkomst eindigt niet door het overlijden van pachter of verpachter.
Het recht van in de plaatsstelling en medepacht geldt niet voor geliberaliseerde pachtovereenkomsten.
Bij geliberaliseerde pachtovereenkomsten is het voorkeursrecht niet van toepassing.
Voor geliberaliseerde pachtovereenkomsten van los land voor een periode van 6 jaar of korter vindt geen prijstoetsing door de grondkamer plaats. De pachtprijs is bij deze pachtvorm volledig vrij.
Pachter of verpachter moeten de geliberaliseerde pachtovereenkomst voor los land ter goedkeuring voorleggen aan de grondkamer.
Het Burgerlijk Wetboek kent naast de reguliere pacht een aantal bijzondere pachtvormen, waarvoor in sommige gevallen afwijkende regels gelden.
Pacht van geringe oppervlakten
Een groot aantal bepalingen van het Burgerlijk Wetboek is niet van toepassing op pachtovereenkomsten voor los land met een oppervlakte van maximaal één hectare (art. 395 BW). De grondkamer mag voor een bepaalde tak van bodemcultuur de grens van één hectare verlagen tot minimaal 50 are. Bij pachtovereenkomsten voor los land met een oppervlakte van maximaal één hectare zijn de regels over de schriftelijke vorm en toetsing, de duur, de pachtprijsbeheersing, de machtiging voor wijziging van de bestemming, het recht van in de plaatsstelling en medepacht, het recht op verlenging en het voorkeursrecht niet van toepassing.
Ad 3. Uitgangspunten pachtbeleid
De volgende criteria worden gehanteerd bij het verpachten van landbouwgronden.
Indien een pachter aangeeft, dat hij voornemens is het melkquotum te vervreemden, maar hij wil de gronden in pacht houden en de pachter verleent medewerking aan een verrekening vordert de gemeente 50% van de waarde van het melkquotum.
Het melkquotum wordt in 2015 afgeschaft.
Aan de hand van onderstaande criteria landbouwgronden te verkopen:
De gemeente Bergen heeft volgende uitgangspunten:
Wijzigingen t.o.v. van pachtnota van 17 augustus 2004
Hierdoor komen de onderstaande besluiten te vervallen:
Een onderzoek instellen naar die gevallen waarbij de huidige pachters in het verleden zonder toestemming van de gemeente op het gepachte rustende quotum hebben verkocht of verleast (tijdelijke overdracht) De gemeente vordert dan een betaling van 50% van de op het gepachte rustende deel van het melkquotum. Dit onderzoek heeft jaren geleden plaatsgevonden.
Hiervoor komt het volgende besluit in de plaats:
Bij onderstaande besluit is toegevoegd: of andere rechtsvorm