Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bergen (L)

Handhavings- en sanctiestrategie Drank- en Horecawet gemeente Bergen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBergen (L)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingHandhavings- en sanctiestrategie Drank- en Horecawet gemeente Bergen
CiteertitelHandhavings- en sanctiestrategie Drank- en Horecawet gemeente Bergen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-11-2022nieuwe regeling

29-12-2013

gmb-2022-520137

Tekst van de regeling

Intitulé

Handhavings- en sanctiestrategie Drank- en Horecawet gemeente Bergen

1. Achtergronden en uitgangspunten

1.1 Aanleiding en doelstelling

Sinds 1 januari 2013 is het pakket aan toezichts- en handhavingstaken voor de burgemeester en het college van burgemeester en wethouders behoorlijk uitgebreid door de herziening van de Drank en Horecawet. Voor het gemeentebestuur respectievelijk de burgemeester geldt er een beginselplicht om de bij en krachtens deze wet gestelde voorschriften te handhaven.

 

Deze nota beschrijft de Handhavings- en Sanctiestrategie Drank- en Horecawet (hierna: handhavings- en sanctiestrategie) die door de gemeente Bergen wordt toegepast om geconstateerde overtredingen van de Drank- en Horecawet tijdens een controle te doen opheffen en herhaling ervan te doen voorkomen. De handhavings- en sanctiestrategie beschrijft de methode of de werkwijze waarmee de toezichthouder de uiteindelijk toe te passen maatregel vaststelt, gekoppeld aan de ernst van overtredingen en de risico’s die hieraan verbonden zijn.

 

1.2 Uitgangspunten handhavend optreden

Bij het constateren van overtredingen van wet- en regelgeving wordt als algemeen uitgangspunt gehanteerd dat er tegen overtredingen wordt opgetreden. Dit uiteraard voor zover de wettelijke bevoegdheden en de prioriteitenstelling van de handhavingpartners dit toelaten.

 

Daarnaast worden in deze nota de volgende uitgangspunten gehanteerd:

 

  • 1.

    Deze handhavings- en sanctiestrategie is bedoeld om richtlijnen te geven omtrent de wijze waarop tegen overtredingen opgetreden wordt en hoe herhaling ervan wordt voorkomen.

  • 2.

    Bij elke overtreding dient een afweging gemaakt te worden of de maatregel die wordt voorgeschreven in de Sanctietabel (Bijlage 1) passend is. Het is een vereiste dat er maatwerk wordt geleverd bij elke geconstateerde overtreding. Hierbij moet ook meegenomen worden of alleen bestuursrechtelijk of tevens strafrechtelijk dient te worden opgetreden. Er dient dus maatwerk geleverd te worden. Dit maatwerk kan in samenwerking gaan met de overtreder door middel van onder andere overleg en herstel periodes. Bij het beoordelen van een overtreding en het bepalen van de juiste maatregel wordt rekening gehouden met:

    • a.

      de mogelijke gevolgen van die overtreding;

    • b.

      de omstandigheden waaronder die overtreding is begaan;

    • c.

      de houding en het gedrag van de overtreder;

    • d.

      de voorgeschiedenis, en;

    • e.

      het subsidiariteit- en proportionaliteitsbeginsel;

  • 3.

    Als de toezichthouder een overtreding constateert, past hij het handhavingsstappenplan toe. Als het bevoegd gezag van het stappenplan wil afwijken, moet de afwijking gemotiveerd worden.

  • 4.

    De toezichthouder gaat uit van vertrouwen in zijn contacten met de ondernemer;

  • 5.

    In principe wordt het bestuursrecht toegepast, tenzij wettelijke bepalingen aangeven dat het Strafrecht moet worden toegepast of bestuursrechtelijke handhaving niet mogelijk is. Indien dit het geval is wordt uiteraard het Strafrecht toegepast.

2. WERKWIJZE

2.1 Werkwijze toezichthouder

De toezichthouder heeft de taak om bij (een) geconstateerde overtreding(en) de ernst van de overtreding(en) te beoordelen in het licht van de totale bedrijfsvoering in de gecontroleerde onderneming. Deze beoordeling doet de toezichthouder op basis van zijn technisch inhoudelijke kennis, zijn kennis van de op bedoeld feit van toepassing zijnde wettelijke voorschriften en zijn kennis van de handhavings- en sanctiestrategie. De volgende werkwijze, opgenomen in de bijlage ‘Toezichtcirkel’, dient door de toezichthouder gevolgd te worden als algemene procedure ter beoordeling van overtredingen/afwijkingen tijdens controle(s).

 

  • 1.

    Voor of tijdens de controle bepaalt de toezichthouder welke wettelijke voorschriften voor de te controleren locatie relevante zijn. Dit gebeurt op basis van de letterlijke tekst van de wet (stap 1);

  • 2.

    De toezichthouder verzamelt op basis van zijn kennis van zaken relevante feiten en omstandigheden en onderscheid feiten en omstandigheden. (stap 2). Feiten zijn daden, handelingen e.d. die werkelijk plaatsgevonden hebben. Omstandigheden zijn bijzonderheden die verband houden met de vastgestelde feiten. Hij vraagt door bij ‘open norm situaties; is het voorschrift bekend bij de gecontroleerde, past deze het toe, wordt er controle op uitgeoefend en wordt er registratie bijgehouden. Wordt het doel van het voorschrift bereikt;

  • 3.

    De toezichthouder beoordeelt de tekortkomingen en bepaalt of er wel of geen overtreding is van de wettelijke voorschriften. Indien het geen overtreding is, dan zijn de verzamelde feiten overeenkomstig het wettelijk voorschrift. Indien het wel een overtreding is, destilleert de toezichthouder de beboetbare/strafbare feiten (stap 3);

  • 4.

    Als er sprake is van een overtreding van wettelijke voorschriften, bepaalt de toezichthouder de ‘status’ van de overtreding op basis van de ernst van deze overtreding; hij maakt op basis van de handhavings- en sanctiestrategie de afweging of het een categorie1, 2 of 3 overtreding betreft. Hij maakt daarbij gebruik van de definities van overtredingen uit de handhavings- en sanctiestrategie, de beschrijving van de overtredingen met bijbehorende sanctie en of het een incidentele of structurele afwijking betreft; waar nodig stemt de toezichthouder af met zijn collega of leidinggevende (stap 4);

  • 5.

    De toezichthouder hanteert de stappenplannen van de handhavings- en sanctiestrategie (zie hoofdstuk 3) en stelt vast welke corrigerende en/of sanctionerende maatregel(en) de meest geschikte is op basis van zijn oordeel over: de status van de overtreding, de verwijtbaarheid, recidive/onwil, economisch voordeel en de voorgeschiedenis. Indien op basis van de verzamelde omstandigheden er redenen zijn om af te wijken van de vastgestelde handhavings- en sanctiestrategie kan de toezichthouder (zo nodig in overleg met de leidinggevende) gemotiveerd en beargumenteerd afwijken van de vastgestelde handhavings- en sanctiestrategie. De toezichthouder rapporteert c.q. past die maatregel(en) toe die nodig is/zijn en maakt afspraken over de termijn van opheffen van de overtreding. (stap 5 );

  • 6.

    De toezichthouder bepaalt de overige stappen, welke bestaan uit: het bieden van nalevingshulp om de betreffende overtreding te doen opheffen of om herhaling van de overtreding te voorkomen, het afspreken van een termijn voor de hercontrole. (stap 6)

  • 7.

    De toezichthouder registreert de controle (stap 7);

  • 8.

    De toezichthouder bewaakt de termijn en neemt c.q. bericht over de noodzakelijke vervolgstappen zoals in de gehanteerde handhavings- en sanctiestrategie is beschreven (stap 8).

3. Handhavings- en Sanctiestrategie Drank- en Horecawet

 

Het handhavingsbeleid strekt ertoe om zowel herstel- als bestraffende sancties op te leggen in het geval dat overtredingen van de regels van de Drank- en horecawet worden gesignaleerd. In het navolgende wordt bericht welke stappen er gezet dienen te worden om tot het opleggen van de sancties over te gaan zoals deze in bijlage 1 beschreven zijn.

 

3.1 Herstelsancties

Wanneer overtredingen worden gesignaleerd van regels die bij of krachtens de Drank- en Horecawet zijn gesteld zijn dient via het volgende stappenplan gewerkt te worden om herstelsancties op te leggen.

 

Standaard: 3-stappentraject

De keuze voor drie stappen is ingegeven door het inzicht dat enerzijds een overtreder de ruimte dient te krijgen zijn gedrag aan te passen en maatregelen moet kunnen nemen. Anderzijds mag het handhavingstraject niet onevenredig lang worden met het gevaar dat er onvoldoende zicht is op het beëindigen van de illegale situatie.

 

  • 1.

    Mondeling contact en eerste aanschrijving (sommatiebrief)

    De overtreder wordt door middel van een brief op de overtreding gewezen en krijgt de mogelijkheid om binnen een gestelde termijn de overtreding te beëindigen en eventuele schade te herstellen. In alle gevallen dient vóór het versturen van de eerste brief mondeling contact gezocht te worden om de overtreder in kennis te stellen van de actie die vanuit de gemeente geïnitieerd zal worden naar aanleiding van de bevindingen. Wanneer tijdens dit mondelinge contact goede afspraken gemaakt kunnen worden over de beëindiging van de overtreding kan ervoor gekozen worden om het versturen van de sommatiebrief achterwege te laten. Het achterwege laten van de sommatiebrief dient echter uitzondering te vormen om vertragingstactieken de kop in te drukken en geen misverstanden te laten bestaan over datgeen wat concreet gevorderd wordt.1 Mensen wordt vooraf medegedeeld dat ze deze brief kunnen verwachten en waarom deze gestuurd wordt.

  • 2.

    Hercontrole en vooraanschrijving zienswijze

    Als geconstateerd wordt dat aan het eerste schrijven geen gehoor is gegeven, wordt naar de overtreder een bestuurlijke waarschuwing verstuurd met een nieuwe termijn. Daarbij wordt duidelijk gemaakt welke sancties de gemeente open staan om de overtreding te beëindigen en eventuele schade te herstellen.

  • 3.

    Oplegging en uitvoering bestuursrechtelijke beschikking

    Als ook de bestuurlijke waarschuwing niet tot het gewenste resultaat heeft geleid, legt de gemeente conform de procedure van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb-procedure) een handhavingsbeschikking op. Na het verstrijken van de termijn in deze beschikking worden de aangekondigde sancties geëffectueerd.

Afwijkend: 2-stappentraject

Van het 3-stappentraject kan in de volgende situaties worden afgeweken:

 

  • Indien legalisatie van overtreding praktisch uitgesloten is

  • In geval van recidive (notoire overtreders van voorschriften van niet geringe ernst)

In dat geval zijn dit de twee stappen:

 

  • 1.

    Vooraanschrijving met gelegenheid zienswijze in te dienen

  • 2.

    Handhavingsbesluit met redelijke begunstigingstermijn

Uitzonderlijk: 1-staptraject

Van het 2 en 3-stappentraject kan in de volgende situaties worden afgeweken:

 

  • De overtreding heeft betrekking op een situatie met acuut gevaar voor de volksgezondheid, grove veronachtzaming veiligheidsvoorschriften of dreigende onomkeerbare schade voor landschap of milieu. In deze situatie wordt direct een handhavingsbeschikking opgelegd zonder of met een zeer korte termijn voor herstel. Van deze situatie wordt direct de politie op de hoogte gesteld zodat zij kan overwegen strafrechtelijk op te treden.

  • Wanneer bestuursrechtelijk optreden geen oplossing biedt, bijvoorbeeld omdat er sprake is van onherstelbare schade, dient ook met een bestraffende sanctie gewerkt te worden.

  • Wanneer tussenstappen/interventies een effectieve bijdrage kunnen leveren aan het oplossen van ongewenste situaties/overtredingen dan zal die mogelijkheid worden benut. Hierbij valt te denken aan het voeren van een mondeling gesprek met de betrokkene om snel tot resultaat te komen.

  • Indien zich de omstandigheden voordoen als bedoeld in de artikelen 4:8 lid 2 of 4:11 Algemene wet bestuursrecht.

In dat geval is dit de enige stap:

 

  • 1.

    Handhavingsbesluit met korte of geen begunstigingstermijn (deze volgt al dan niet onverwijld na het toepassen van bestuursdwang en opmaken van een proces-verbaal)

In principe komen alleen overtredingen van de categorieën 1 en 2 voor dit 1-staptraject in aanmerking. Dit traject ligt met name bij de volgende overtredingen voor de hand:

 

  • o

    het zonder vergunning exploiteren van een horecalokaliteit;

  • o

    het zonder ontheffing alcoholhoudende drank verstrekken bedrijfmatig of anders dan om niet.

  • o

    zich daar andere feiten of omstandigheden hebben voorgedaan die de vrees wettigen dat het geopend blijven van die ruimte ernstig gevaar oplevert voor de openbare orde.

3.2 Bestraffende sancties

Omdat wettelijke voorschriften (gelet op de verplicht te zetten stappen in voornoemde stappenplannen) er vaak aan in de weg staan om een lik-op-stuk-beleid te kunnen voeren door alleen gebruik te maken van herstelsancties heeft de Drank- en horecawet ook de mogelijkheid geopend om door middel van het opleggen van een bestuurlijke boete (bestraffende sanctie) tegen overtredingen op te treden.

 

Op het schema van bijlage 1 zijn de mogelijkheden om overtredingen bestuurlijk te beboeten in een aparte kolom beschreven. Bij het opleggen van een bestuurlijke boete dient er rekening gehouden te worden met verhoging van de genoemde bestuurlijke boetebedragen in verband met recidive (zie hiervoor het Besluit Bestuurlijke boete Drank- en Horecawet).

 

Het is aan de beoordelingsvrijheid van de toezichthouder om na het constateren van een overtreding over te gaan tot het opleggen van de bestuurlijke boete. Bestuurlijke boetes mogen ook worden opgelegd voordat besloten is tot het opleggen van een herstelsanctie. Het is aan de discretie van de ervaren toezichthouder overgelaten wanneer hiertoe overgegaan wordt. De toezichthouder zal de ernst en de omvang van de overtreding bij zijn beslissing mee dienen te wegen.

 

In bepaalde gevallen kan, gelet op artikel 44a, derde lid, aanhef onder a en b van de Drank- en Horecawet geen bestuurlijke boete worden opgelegd, maar dient er te worden gekozen voor strafrechtelijke handhaving, zoals is vastgelegd in de Richtlijn voor strafvordering Drank- en Horecawet van het Openbaar Ministerie. Dit betreft de volgende gevallen:

 

  • a.

    de overtreding een direct gevaar voor de gezondheid of veiligheid van de mens tot gevolg heeft;

  • b.

    de in de bijlage ter zake van de overtreding voorziene bestuurlijke boete aanmerkelijk wordt overschreden door het met de overtreding behaalde economisch voordeel.

De bedragen van de bestuurlijke boete zoals deze in Bijlage 1 zijn opgenomen zijn afkomstig uit de Bijlage bij het besluit bestuurlijke boete Drank- en Horecawet, zoals bedoeld in artikel 44a lid 1 van de Drank- en Horecawet. De categorieën A, B en C zoals genoemd in deze bijlage komen overeen met Richtlijn voor strafvordering Drank- en Horecawet van het Openbaar Ministerie. Categorie D wordt niet afgedaan met een bestuurlijke boete, maar via het strafrecht.

4. Aandachtspunten inhoud sanctiebesluiten

4.1 Last onder dwangsom

Bij de redactie van een last onder dwangsom dienen ten minste de volgende uitgangspunten in acht genomen te worden:

 

  • 1.

    Bij de maatregel last onder dwangsom zijn de hoogtes van de dwangsommen vermeld die opgelegd kunnen worden. Bij deze bedragen is de hoogte van de bestuurlijke boete als uitgangspunt genomen.

  • 2.

    Het maximum van de dwangsom is gesteld op 3 x de opgelegde dwangsom.

  • 3.

    Bij veel overtredingen is uitgegaan van een dwangsom per m2. Het aantal m2’s wordt berekend aan de hand van de oppervlakte van de lokaliteiten in het horeca- dan wel slijtersbedrijf dan wel de verkoopruimte van een andersoortig bedrijf (bijvoorbeeld supermarkt). Het terras behoort ook tot het horecabedrijf. Deze oppervlaktes zijn onder andere terug te vinden in de Drank- en Horecavergunning.

 

4.2 Concreet zicht op legalisatie

De ondernemer wordt in het voornemen de kans geboden om een vergunning aan te vragen en/of de aanvraagprocedure af te wachten (legalisatie) (gedurende deze procedure is het bedrijf dus open) onder voorwaarde dat:

 

  • 1.

    het geldende bestemmingsplan de te legaliseren activiteiten toestaat op dat perceel;

  • 2.

    er geen (andere) wettelijke belemmeringen (o.a. antecedenten; sociale hygiëne) bestaan;

  • 3.

    er geen aanleiding is om aan te nemen dat er sprake zal zijn van verstoringen van de openbare orde en veiligheid waardoor gevaarlijke situaties kunnen ontstaan als de exploitatie doorgaat;

  • 4.

    er geen sprake is van een onderneming op een nieuwe locatie;

  • 5.

    er naar het oordeel van het bevoegd bestuursorgaan concreet geen aanleiding is te veronderstellen dat niet handhavend optreden leidt tot een ongewenste precedentwerking of schadeclaims;

  • 6.

    de ondernemer kan aantonen dat hij juridisch en feitelijk over de onderneming kan beschikken;

  • 7.

    er sprake is van een ongewijzigde voortzetting van de aard van de exploitatie;

  • 8.

    voor het over te nemen bedrijf een rechtsgeldige Drank- en Horecavergunning is verleend;

  • 9.

    een ontvankelijke vergunningaanvraag - voor zover nog niet ingediend - binnen de gestelde termijn wordt ingediend en een in deze aanvraag opgenomen leidinggevende tijdens de openingsuren van het bedrijf steeds aanwezig is;

  • 10.

    de onderneming staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel;

  • 11.

    er geen BIBOB-tip van het Openbaar Ministerie is ontvangen.

Bij het voornemen wordt daarom - voor zover al niet in het bezit van de ondernemer c.q. al aangevraagd - tevens een set aanvraagformulieren meegezonden.

 

4.3 Strengere maatregelen bij hotspots

Een ‘hotspot’ is een gelegenheid waar alcohol verkocht wordt en waar jeugd te verwachten is. De handhavings- en sanctiestrategie met betrekking tot een hotspot is volledig uitgewerkt in Bijlage 3. Gezien de grondslag van de Drank- en Horecawet, namelijk het terugdringen van alcoholgebruik onder jongeren, wordt hierin strenger opgetreden. Er wordt sneller overgegaan tot het opleggen van een sanctionerende maatregel bij een Hotspot.

 

4.4 Uitvoeringstrategie

Als uitgangspunt geldt: “Wie A zegt, moet ook B zeggen”! Zodoende zal een eenmaal opgestart handhavingstraject ook moeten worden afgerond. Het handhavend optreden door gemeente, politie en het Openbaar Ministerie (OM) moet immers effectief en geloofwaardig zijn. Anders wordt de Handhavings- en Sanctiestrategie Drank- en Horecawet een papieren tijger en zal het naleefgedrag afnemen.

 

Elke overtreding dient dus in beginsel te leiden tot handhavend optreden. Uiteraard indien en voor zover de partners daartoe bevoegd zijn en voor zover hun prioriteitenstelling daarmee strookt.

 

De opgelegde bestuurs- en strafrechtelijke maatregelen dienen daadwerkelijk ten uitvoer te worden gelegd. Dit betekent het daadwerkelijk invorderen van de verbeurde dwangsommen en het effectueren van de bestuursdwang. Voor het daarnaast toepassen van bestuursrechtelijke sancties dient naar de wettelijke mogelijke samenloop van sancties gekeken te worden (o.a. Algemene wet bestuursrecht en Drank- en Horecawet).

 

4.5 Bepalen zwaarte maatregel

De hoogte van de dwangsom dient proportioneel te zijn (in redelijke verhouding te staan) tot de zwaarte van het geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsomoplegging.

Voor het bepalen van de dwangsom kunnen bijvoorbeeld de kosten voor het ongedaan maken van de overtreding(en) als uitgangspunt worden genomen. De daardoor verkregen hoogte van de dwangsom mag in het kader van de beoogde werking worden verhoogd met een “toeslag”, bijvoorbeeld van 25%. Dit is volgens jurisprudentie toegestaan. De dwangsom mag immers niet worden gezien als een afkoopsom. Om die reden en om de beoogde werking van de dwangsomoplegging veilig te stellen, mag de dwangsom hoger zijn dan het bedrag voor het ongedaan maken van de overtreding.

 

Het opleggen van maatregelen is geen doel op zich. Maatregelen zijn in eerste instantie bedoeld als pressiemiddel om de overtredingen ongedaan te maken. Ook gaat er van het hebben van maatregelen een preventieve werking uit. Blijft een ondernemer of burger echter volharden in zijn overtreding, dan wordt de maatregel ook daadwerkelijk toegepast of uitgevoerd.

 

Ook bij het inzetten van een last onder bestuursdwang dient de zwaarte van de dwangmaatregel in proportie te staan tot de aard, de gevaarzetting en de urgentie van de overtreding.

Als de maatregel is gericht op een tijdelijke sluiting van een bedrijf, dan dient zowel de sluiting zelf, als de duur van de sluiting in een redelijke verhouding te staan tot de zwaarte van de overtreding.

Zoals eerder gesteld, kan er in specifieke situaties worden afgeweken van de in deze handhavings- en sanctiestrategie voorgestelde maatregelen en termijnen. Hierbij is artikel 4:84 Awb van belang. Het bestuursorgaan handelt namelijk overeenkomstig de handhavings- en sanctiestrategie, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de handhavings- en sanctiestrategie te dienen doelen. Geadviseerd wordt wel om de motivatie voor het afwijken in het besluit op te nemen. Enerzijds doet dit recht aan de transparantie van de handhaving en anderzijds wordt daarmee een motiveringsgebrek voorkomen in bezwaar- en beroepzaken.

 

5. Bijlagen

 

  • 1.

    Sanctietabel behorend bij Handhavings- en Sanctiestrategie Drank- en Horecawet gemeente Bergen;

  • 2.

    Toezichtscirkel van de toezichthouder met bijlage ‘Algemene controlemethodiek’;

  • 3.

    Handhavings- en sanctiestrategie leeftijdsgrenzen alcohol bij een HOTSPOT;

  • 4.

    Begrippenlijst.

Bijlage 1: Sanctietabel behorend bij Handhavings- en Sanctiestrategie Drank- en Horecawet gemeente Bergen

 

Regelgeving

Artikel

Overtreding

Toelichting

Categorie

Maatregel

Bestuursdwang toepassing

Dwangsom in euro's * Maximum: 3 x opgelegde dwangsom. * De genoemde m2 is van toepassing op de lokaliteiten van het bedrijf (zie o.a. D&H-vergunning), mits anders vermeld.

Sanctie per

Begunstigingstermijn (termijn voor het ongedaan maken van de onrechtmatige situatie)

Bestuurlijke boete in euro's ->bij < 50 werknemers * Rekening houden met verhoging boete i.v.m. recidive

Bestuurlijke boete in euro's -> bij 50 of meer werknemers * Rekening houden met verhoging boete i.v.m. recidive

DHW

3

Bedrijf exploiteert zonder (rechtsgeldige) vergunning

Geen vergunning, wel zicht op legalisatie

2

Last onder dwangsom

* 750-1500 tot 50m2, * 1500-3000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 3000-5000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 5000-7500 boven 500 m2.

week

2 weken

680 (vergunning nog niet verleend)

1360 (vergunning nog niet verleend)

DHW

3

Bedrijf exploiteert zonder (rechtsgeldige) vergunning

Geen vergunning, geen zicht op legalisatie

1

Bestuursdwang

maximaal 1 week

1360 (vergunning niet aangevraagd of geweigerd)

2720 (vergunning niet aangevraagd of geweigerd)

DHW

8

Leidinggevende voldoet niet langer aan een of meerdere aan hem gestelde vereisten

Artikel 31 verplicht tot intrekking vergunning

1

Intrekking vergunning

Niet mogelijk

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

10

Inrichting voldoet niet langer aan een of meerdere gestelde inrichtingseisen

Artikel 31 verplicht tot intrekking vergunning

1

Terug brengen in oude situatie, indien niet mogelijk intrekken vergunning (zie art. 3)

Niet mogelijk

per situatie verschillend

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

12, lid 1 en 2

Verstrekken alcoholhoudende drank in een niet op de vergunning vermelde lokaliteit

3

Last onder dwangsom

* 750-1500 tot 50m2, * 1500-3000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 3000-5000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 5000-7500 boven 500 m2.

overtreding

1 week

1020

2040

DHW

13, lid 1

Verbod verstrekking alcohol voor gebruik elders dan ter plaatse

3

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1360

2720

DHW

13, lid 2

Verbod verstrekking alcohol voor gebruik ter plaatse in slijtersbedrijf

M.u.v. het proeven van een alcoholhoudende drank

3

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1360

2720

DHW

14, lid 1

Verbod andere bedrijfsactiviteiten in slijtersbedrijf

In het Besluit aanvulling omschrijving slijtersbedrijf staat welke activiteiten in het slijtersbedrijf zijn toegestaan

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

14, lid 2 en 15, lid 1

Verbod kleinhandel in horecalokaliteit of op terras

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

15, lid 2

Verbod rechtstreekse verbinding tussen slijterij en andere neringruimte voor kleinhandel

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

week

1 week

1020

2040

DHW

16

Verbod automatenverkoop alcohol

M.u.v. hotelkamers

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

17

Verbod verstrekken alcoholhoudende drank anders dan in gesloten verpakking

Geldt voor supermarkten en slijterijen, niet voor horeca-inrichtingen

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

18, lid 1 en 2

Verkoopverbod zwak-alcoholische drank anders dan in slijtersbedrijf of levensmiddelenbedrijf voor gebruik elders dan per plaatse

2

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1360

2720

DHW

18, lid 3

Onderscheid tussen zwak-alcoholhoudende en alcoholvrije dranken ontbreekt in ruimte van het levensmiddelenbedrijf

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

19, lid 1

Verbod op bestelservice sterke drank voor ander bedrijf dan slijtersbedrijf en partijencatering

2

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

19, lid 2

Verbod bestelservice zwak-alcoholhoudende drank, behalve vanuit de uitzonderingen genoemd in artikel 19 lid 2

2

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

20, lid 1

Verkoop alcohol aan persoon < 16 jaar

Hotspot categorie 1 Geen Hotspot categorie 2

1 of 2

* Last onder dwangsom * Art. 19a DHW (three strikes out) voor genoemde bedrijven: ontzegging bevoegdheid tot verkoop zwak-alcoholhoudende drank en last onder bestuursdwang

Ontzegging: minimaal 1 week, maximaal 12 weken

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 uur

* 1360 * Geen bestuurlijke boete mogelijk bij toepassing van art. 19a DHW (three strikes out).

* 2720 * Geen bestuurlijke boete mogelijk bij toepassing van art. 19a DHW (three strikes out).

DHW

20, lid 2

Verkoop sterke drank < 18 jaar

Hotspot categorie 1 Geen Hotspot categorie 2

1 of 2

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 uur

1360

2720

DHW

20, lid 3

Persoon < 16 jaar, zonder toezicht van persoon 21 jaar of ouder, toegelaten in slijtersbedrijf

3

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 uur

1360

2720

DHW

20, lid 5

Niet duidelijk aangegeven leeftijdsgrenzen

3

Last onder dwangsom

* 750-1500 tot 50m2, * 1500-3000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 3000-5000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 5000-7500 boven 500 m2.

week

1 dag

680

1360

DHW

20, lid 6

Dronken personen of onder invloed van drugs toegelaten in horeca- en slijtersbedrijf

x

Strafrechtelijk (PV)

Officier van Justitie bepaalt hoogte sanctie

overtreding

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

20, lid 7

Onder invloed (dronken of drugs) aan het werk zijn in horeca- en/of slijtersbedrijf

x

Strafrechtelijk (PV)

Officier van Justitie bepaalt hoogte sanctie

overtreding

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

21

Alcohol verstrekken wat tot verstoring openbare orde, veiligheid of zedelijkheid leidt

1

Last onder bestuursdwang + Strafrechtelijk (PV)

Sluiting alcoholverkoop

Officier van Justitie bepaalt hoogte sanctie

overtreding

Zeer korte termijn

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

22, lid 1 en 2

Verbod alcoholhoudende drank te verstrekken in tankstations e.d.

2

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1360

2720

DHW

24, lid 1 en 2

Geen leidinggevende of vereiste persoon aanwezig in horeca- en/of slijtersbedrijf

2

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 uur

1020

2040

DHW

24, lid 3

Verkoop alcohol/dienst door personen < 16 jaar

2

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 uur

1020

2040

DHW

25, lid 1

Verbod aanwezigheid alcoholhoudende drank behoudens uitzondering

3

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1360

2720

DHW

25, lid 2

Verbod nuttiging alcoholhoudende drank ter plaatse, in niet zijnde horecabedrijf, behoudens uitzondering

2

Last onder dwangsom

* 1500-3000 tot 50m2, * 3000-6000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 6000-10000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 10000-15000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

1360

2720

DHW

25, lid 3

Verbod alcoholhoudende drank in vervoermiddel, behoudens enkele uitzonderingen

3

Last onder dwangsom

* 1000-2000 tot 50m2, * 2000-4000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 4000-7000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 7000-10000 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

Niet mogelijk door burgemeester (art. 44a DHW), wel door NVWA (art. 44aa lid 1 DHW)

Niet mogelijk door burgemeester (art. 44a DHW), wel door NVWA (art. 44aa lid 1 DHW)

DHW

29, lid 3

Vergunning, aanhangsel e.d. niet aanwezig in inrichting

3

Last onder dwangsom

* 750-1500 tot 50m2, * 1500-3000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 3000-5000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 5000-7500 boven 500 m2.

overtreding

1 dag

680

1360

DHW

30

Vergunninghouder heeft geen melding gedaan van wijziging in inrichting

Imperatieve intrekkingsgrond

1

Intrekking vergunning

Niet mogelijk

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

30a, lid 1

Geen melding nieuwe leidinggevende of doorhaling gedaan

Imperatieve intrekkingsgrond

1

Intrekking vergunning

Niet mogelijk

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

31, lid 1

Gevaar voor openbare orde, veiligheid of zedelijkheid door voorgedane feiten

Imperatieve intrekkingsgrond

1

Intrekking vergunning

Niet mogelijk

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

31, lid 2

Handelen in strijd met vergunningvoorschriften of regels uit DHW

Facultatieve intrekkingsgrond

2

* Schorsing vergunning (art. 32 DHW) * Intrekking vergunning

overtreding

1 week

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

31, lid 3

Resultaat Wet bibob en minimaal 3x weigering bijschrijving persoon op aanhangsel

Facultatieve intrekkingsgrond

2

* Schorsing vergunning (art. 32 DHW) * Intrekking vergunning

overtreding

1 week

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

35, lid 1

Zonder ontheffing zwak-alcoholhoudende drank verstrekken

1

Last onder bestuursdwang

Sluiting alcoholverkoop

overtreding

1 uur

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

35, lid 2

Niet voldoen aan beperkingen/voorschriften die gekoppeld zijn aan ontheffing

1

Last onder bestuursdwang

Sluiting alcoholverkoop

overtreding

1 uur

1020

2040

DHW

35, lid 4

Ontheffing niet aanwezig

3

Last onder dwangsom

* 750-1500 tot 50m2, * 1500-3000 van 51 m2 t/m 150 m2, * 3000-5000 van 151 m2 t/m 500 m2, * 5000-7500 boven 500 m2.

overtreding

1 uur

680

1360

DHW

44

Niet meewerken aan artikel 5:20 Awb

1

Last onder bestuursdwang

Afhankelijk van waaraan niet meegewerkt wordt

overtreding

Zeer korte termijn, aangezien de werkzaamheden door moeten kunnen gaan

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

DHW

45

Alcohol bij zich hebben op publiek toegankelijke plaatsen door < 16 jaar, m.u.v. in winkels

x

Strafrechtelijk (PV)

Hoogte PV €90,- (effectief €45,-, overtreder <16 jaar)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

Niet mogelijk (art. 44a DHW)

PARACOMMERCIE

DHW APV

4 DHW 2:34A model-APV

Paracommercieel horecabedrijf houdt zich niet aan de schenktijden voor alcoholhoudende drank

Paracommerciële verordening. Twee opties genoemd in model-APV, maar beide artikelen hebben dezelfde strekking voor deze lijst.

3

Last onder dwangsom

1000

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW APV

4 DHW 2:34B model-APV

Paracommercieel horecabedrijf schenkt alcoholhoudende drank tijdens verboden genoemde bijeenkomsten of boven het maximum aantal genoemde bijeenkomsten

Paracommerciële verordening. Twee opties genoemd in model-APV (keuze voor dit artikel in APV door gemeente te maken, afhankelijk daarvan hier wijzigen)

3

Last onder dwangsom

1000

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW APV

4 DHW 2:34B model-APV

Paracommercieel horecabedrijf doet geen of te laat melding van het schenken van alcohol tijdens bijeenkomst

Paracommerciële verordening. Twee opties genoemd in model-APV (keuze voor dit artikel in APV door gemeente te maken, afhankelijk daarvan hier wijzigen)

3

Last onder dwangsom

1000

overtreding

1 dag

1020

2040

DHW

4, lid 5

Ontheffing niet aanwezig

3

Last onder dwangsom

750

overtreding

1 dag

680

1360

DHW

9

Geen registratie van barvrijwilligers of reglement aanwezig bij paracommercieel horecabedrijf

3

Last onder dwangsom

750

week

1 week

680

1360

 

Bijlage 2: Toezichtscirkel van de toezichthouder

 

 

Bijlage 3a: Beleid leeftijdsgrenzen alcohol bij een HOTSPOT

 

Bijlage 3b: Beleid leeftijdsgrenzen alcohol bij geen HOTSPOT

 

Bijlage 4: Begrippenlijst

 

Boeterapport (BR)

Het rapport waarin overtredingen worden vastgelegd. Overtredingen van de Drank- en Horecawet worden over het algemeen niet strafrechtelijk, maar bestuursrechtelijk afgehandeld. De bevoegde toezichthoudende ambtenaren kunnen een boeterapport opmaken, indien de betreffende regelgeving daarin voorziet. Het boeterapport wordt opgesteld voor het opleggen van een bestuurlijke boete.

 

Categorisering naar ernst van overtreding

Overtredingen zijn ingedeeld in drie categorieën naar ernst van de overtreding, namelijk: categorie 1 (ernstige overtreding), categorie 2 (overtreding), categorie 3 (geringe overtreding).

 

Categorie 1 (ernstige overtreding)

Een categorie 1 overtreding is een handeling of gedraging in strijd met de daarop van toepassing zijnde wettelijke voorschriften en normen met een zodanig karakter, dat er sprake is van een acuut gevaar voor:

  • -

    De volksgezondheid en/of;

  • -

    De veiligheid van de bevolking in het geding is.

Categorie 2 (overtreding)

Een categorie 2 overtreding is een handeling of gedraging in strijd met de daarop van toepassing zijnde wettelijke voorschriften en normen met een zodanig karakter, dat er weliswaar geen sprake is van een categorie 1 overtreding. Echter dat de handeling of gedraging dusdanig ongewenst is dat herhaling van de overtreding moet worden voorkomen, mede ter voorkoming van het ontstaan van een categorie 1 overtreding.

 

Categorie 3 (geringe overtreding)

Handelingen of gedragingen die niet in overeenstemming zijn met de wettelijke voorschriften en normen, maar welke niet (ook niet bij herhaalde handeling of gedrag) leiden tot een categorie 1 of 2 overtreding. Dit zijn bijvoorbeeld administratieve vereisten, signaleringen en gedragingen.

 

Handhaven

Het toezicht houden op de naleving van wettelijke voorschriften en het opsporen van overtredingen van wettelijke voorschriften.

 

Herhaalde overtreding

Het tijdens een (her)controle opnieuw vaststellen van een zelfde of soortgelijke overtreding, waarvoor tegen de ondernemer in de daaraan voorafgaande periode van drie jaar, reeds een sanctie werd toegepast.

 

Hotspot

Gelegenheid waar alcohol verkocht wordt en waar jeugd te verwachten is.

 

Mondelinge waarschuwing

Een mondelinge mededeling aan de ondernemer van een geconstateerde overtreding. Een mondelinge waarschuwing wordt altijd schriftelijk bevestigd.

 

Nalevingshulp

Het verstrekken van informatie en geven van ondersteuning aan de ondernemer om deze te helpen met het begrijpen en naleven van de regels. Het geven van uitleg over wettelijke voorschriften waarvan de handhaving aan de gemeentelijke bestuursorganen is opgedragen. Informatieverstrekking is gericht op de bevordering van de naleving van de wettelijke voorschriften.

 

Ondernemer

De (rechts)persoon die een onderneming exploiteert of beheert.

 

Opsporen

Onderzoek naar aanleiding van een redelijk vermoeden dat een strafbaar feit is begaan (artikel 132a Wetboek van Strafvordering). Opsporing is gericht op individuele (rechts)personen of zaken. In het onderzoek wordt bewijs verzameld dat één of meerdere overtredingen zijn begaan en/of niet voldaan wordt aan de wettelijke voorschriften. Wordt het vermoeden van strafbare feiten bevestigd, dan wordt door middel van het opleggen van maatregelen tegen deze handelwijze bestuursrechtelijk of strafrechtelijk opgetreden.

 

Proces-verbaal (PV)

Een proces-verbaal is een door de Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA) ondertekend verslag van een handeling, bevinding of proces. De door de minister van Justitie aangewezen Buitengewoon Opsporingsambtenaren zijn bevoegd om overtredingen strafrechtelijk op te sporen (artikel 142 van het Wetboek van Strafvordering en artikel 17 van de Wet op de economische delicten) en de daaraan verbonden maatregel, het opmaken van proces-verbaal, te nemen.

 

Sanctionerende of reparatiore maatregel

Een maatregel die een bestraffend of een herstellend karakter heeft.

Mogelijke sanctionerende of reparatoire maatregelen zijn:

  • -

    Opleggen van een last onder bestuursdwang, waarbij door feitelijk handelen de overtreding door of namens gemeente ongedaan wordt gemaakt (artikel 125 van de Gemeentewet en afd. 5.3.1 van de Awb). Hieronder valt ook het sluiten en verzegelen van gebouwen en terreinen. De kosten van het toepassen van bestuursdwang kunnen worden verhaald op de overtreder;

  • -

    Opleggen van een last onder dwangsom, waarbij onder dreiging van het invorderen van een geldbedrag de overtreding ongedaan moet worden gemaakt en/of voortduring en herhaling moet worden voorkomen; de last kan ook preventief worden opgelegd (afd. 5.3.2 van de Awb);

  • -

    (Tijdelijke) sluiting van de inrichting ingevolge de APV, de Drank- en Horecawet en artikel 174 Gemeentewet;

  • -

    Ontzeggen van de toegang tot een ruimte indien in strijd met de Drank- en Horecawet alcoholhoudende drank wordt verstrekt (artikel 36 van de Drank- en Horecawet);

  • -

    Intrekken van de vergunning ingevolge de APV en/of de Drank- en Horecawet;

  • -

    Opleggen van een bestuurlijke boete (artikel 44a Drank- en Horecawet);

  • -

    Schorsen van de Drank- en Horecavergunning (artikel 32 Drank- en Horecawet);

  • -

    Tijdelijk stilleggen van de alcoholverkoop in de detailhandel (three strikes out) (artikel 19a Drank- en Horecawet).

    Voor deze maatregel dient een aparte beleidsregel opgesteld te worden. Deze beleidsregel dient tenminste te bevatten:

    • De verwijtbaarheid van de overtreding (leeftijd: had je moeten vragen of had je moeten weten)

    • de duur van de sluiting van de alcoholverkoop per overtreding;

    • overige afwegingen die gemaakt dienen te worden (maatwerk).

    • Opmaken proces-verbaal pro justitia.

Toezicht

Een activiteit als omschreven in Hoofdstuk 5, Afdeling 5.2 Toezicht op naleving van de Algemene wet bestuursrecht. Toezicht bestaat uit het verzamelen van informatie, het beoordelen van de verzamelde informatie en op grond daarvan vaststellen of er sprake is van een overtreding van een wettelijk voorschrift en eventueel naar aanleiding daarvan overgaan tot het opleggen van een maatregel. Toezicht wordt uitgevoerd op die plaatsen waar en waarvoor de aan de gemeente XXXXX opgedragen wettelijke voorschriften van toepassing zijn. Toezicht wordt uitgevoerd door toezichthouders die daartoe door de burgemeester zijn aangewezen.

 

Toezichtcirkel met bijlage

De toezichtcirkel van de toezichthouder is een cyclische weergave van het voorbereiden van het toezicht tot en met de voortgang bewaken en plannen in 8 stappen inclusief de kennis en vaardigheden die de toezichthouder hiervoor nodig heeft.

In bijlage 2 is de aan de toezichthouder opgedragen werkwijze beschreven. Hieruit volgt op welke wijze beslissingen genomen dienen te worden bij de toepassing van de door de gemeente vastgestelde handhavings- en sanctiestrategie. Doel van deze werkwijze is te bewerkstelligen dat de toezichthouder bij het constateren van overtredingen de juiste afwegingen in de juiste volgorde maakt.


1

Immers, wanneer dit niet gebeurd en na verloop van tijd blijken mocht dat afspraken toch niet worden nagekomen dient er eerst nog eens een vooraanschrijving verstuurd te worden alvorens een handhavingsbesluit genomen kan worden.