Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bergen (L)

Beleidsregel Wet Taaleis

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBergen (L)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel Wet Taaleis
CiteertitelBeleidsregel Wet Taaleis
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 18b van de Participatiewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-11-2022nieuwe regeling

06-01-2016

gmb-2022-519416

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel Wet Taaleis

Besluit van burgemeester en wethouders

 

Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op het bepaalde in artikel 18b Participatiewet;

Overwegende dat het wenselijk is beleidsregel vast te stellen voor de Wet Taaleis

 

Besluit:

 

Vast te stellen de volgende beleidsregel:

 

Beleidsregel Wet Taaleis

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    In deze beleidsregel en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a.

      Arbeidsverplichtingen : De verplichtingen zoals bedoeld in artikel 9 van de Participatiewet;

    • b.

      Awb : Algemene wet bestuursrecht;

    • c.

      Belanghebbende : Degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit betrokken is;

    • d.

      College : Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen (L);

    • e.

      Inburgeringsplicht : De verplichting zoals bedoeld in artikel 7 van de Wet inburgering;

  • 2.

    Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Awb.

Artikel 2 Nadere uitleg artikel 18b lid 6

Het college verlaagt de bijstand niet op basis van artikel 18b Participatiewet omdat zij uitgaat van het vermoeden dat verwijtbaarheid ontbreekt bij belanghebbenden die:

  • a.

    in Nederland zijn geboren en altijd in Nederland hebben gewoond;

  • b.

    de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt;

  • c.

    die ontheven zijn van de inburgeringsplicht en de reden van ontheffing dit rechtvaardigt;

  • d.

    die ontheven zijn van de arbeidsverplichtingen;

Artikel 3 Geen taaltoets

Het college neemt geen toets bij belanghebbende af wanneer belanghebbende valt onder de groepen benoemd onder artikel 2, van deze beleidsregel, of wanneer hij andere documenten overlegt waaruit naar het oordeel van het college voldoende kennis van de Nederlandse taal blijkt.

Artikel 4 Tussentijdse intrekking maatregel

Indien een maatregel op grond van artikel 18b Participatiewet is opgelegd, en de belanghebbende toont aan dat hij alsnog aan zijn inspanningsverplichting voldoet, wordt de maatregel vanaf die datum ingetrokken.

Artikel 5 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze beleidsregel wordt aangehaald als Beleidsregel Wet Taaleis;

  • 2.

    Deze beleidsregel treedt in werking op 1 februari 2016.

Bergen, 06 januari 2016

Hoogachtend,

Burgemeester en wethouders van Bergen,

de secretaris

Drs. C.G.W. Jansen

de burgemeester

M.H.E. Pelzer

Bijlage/Toelichting

 

Beleidsregels Wet Taaleis

 

Doel van de Wet Taaleis

De klant beschikt over voldoende kennis van de Nederlandse taal om deel te kunnen nemen aan het arbeidsproces.

 

Dit moet…

Belanghebbende voldoet aan de Wet Taaleis door:

  • aan te tonen dat hij 8 jaar Nederlands onderwijs heeft gevolgd, of

  • Een diploma inburgering overlegt, of

  • Een ander document overlegt waaruit blijkt dat hij de vaardigheden in de Nederlandse taal beheerst.

Als belanghebbende hier niet aan voldoet, legt hij een taaltoets af. Als blijkt dat zijn taalniveau onvoldoende is, is hij verplicht om de Nederlandse taal (beter) te leren.

 

Dit is wenselijk…

Wanneer belanghebbende niet voldoet aan de Wet Taaleis, gaat hij alsnog de Nederlandse taal leren. Afspraken over het taaltraject worden vastgelegd in een plan van aanpak/ re-integratie traject.

 

Dit is situationeel…

Wanneer belanghebbende niet voldoet aan de Taaleis en onvoldoende inspanningen verricht om Nederlands te leren kan het college belanghebbende een maatregel opleggen. Daarbij wordt rekening gehouden met zijn omstandigheden, mogelijkheden en persoonlijke situatie. De maatregel kan oplopen tot 100% van zijn uitkering.

 

De kosten voor het verbeteren van de Nederlandse taal worden niet vergoed vanuit de wet Taaleis. Eventueel kunnen de kosten uit het Participatie budget, de WEB gelden of de Wet inburgering worden betaald.

 

Afwegingen…

De volgende belanghebbenden krijgen geen verlaging op basis van overleg de Wet Taaleis. Diegenen die:

  • in Nederland zijn geboren en altijd in Nederland hebben gewoond

  • de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt

  • ontheven zijn van de inburgeringsplicht

  • ontheven zijn van de arbeidsverplichtingen

Het college neemt geen toets af bij belanghebbende wanneer belanghebbende, na overleg van documenten, naar het oordeel van de het college, voldoende kennis van de Nederlandse taal heeft. Dit moet door het college goed gemotiveerd worden.

 

Indien een maatregel is opgelegd en belanghebbende toont aan dat hij/zij alsnog aan zijn inspanningsverplichting voldoet wordt de maatregel vanaf die datum ingetrokken.

 

Toelichting…

De Wet Taaleis is bedoeld om belanghebbende te verplichten om voldoende kennis van de Nederlandse taal te verkrijgen zodat het taalniveau van belanghebbende voldoende is om deel te kunnen nemen aan het arbeidsproces. De regering heeft hiervoor een extra artikel in de Participatiewet opgenomen. Op basis van deze wet kan de klant een maatregel opgelegd worden als hij onvoldoende medewerking verleent aan het proberen te verbeteren van de Nederlandse taal. Dat begint met een verlaging van 20% op de uitkering gedurende een half jaar. Heeft belanghebbende dan nog niets gedaan en heeft hij zich ook niet bereid verklaard om de Nederlandse taal te verbeteren dan wordt deze verlaging na een half jaar 40% en na een jaar 100%.