| Organisatie | Wierden |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Tijdelijke beleidsregels bijzondere bijstand energiekosten gemeente Wierden 2022 |
| Citeertitel | Tijdelijke beleidsregels bijzondere bijstand energiekosten gemeente Wierden 2022 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
| Eigen onderwerp |
Geen
artikel 35 van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 08-11-2022 | 01-10-2022 | 30-04-2023 | nieuw beleid | 01-11-2022 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wierden;
- titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;
- artikel 35 van de Participatiewet;
- het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden
huishoudens in aanmerking komen voor individuele bijzondere bijstand voor gestegen energiekosten;
- het daarom wenselijk is voor dit doel tijdelijke beleidsregels vast te stellen in aanvulling op de
Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Wierden 2017
besluit vast te stellen de tijdelijke beleidsregels bijzondere bijstand energiekosten gemeente Wierden van 1 oktober 2022 tot en met 30 april 2023 t.b.v. vergoeding voor energiekosten voor huishoudens
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
a. aanvrager: huishouden, die een verzoek doet om bijzondere bijstand;
b. Bbz: Besluit bijstandsverlening zelfstandigen;c. bijstandsnorm : de netto bijstandsnorm als bedoeld in
de normenbrief 2022, exclusief vakantietoeslag;
d. categoriale maatregel Rijk: Rijksmaatregelen om huishoudens te ondersteunen in de stijgende prijzen
van energie, waaronder de eenmalige energietoeslag van €1.300,-, de korting van €190,- op energie in
november en december 2022 en de prijsplafonds voor gas en elektriciteit per 01-01-2023;
e. energiecoach: een energiecoach verbonden aan stichting Duurzaam Wierden Enter;
f. college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wierden;
g. tegemoetkoming energiekosten: gemeentelijke toeslag als tegemoetkoming voor de gestegen kosten
h. huishouden: de alleenstaande, alleenstaande ouder of gezin zoals bedoeld in artikel 4 van de wet;
i. inkomen: het netto maandinkomen, exclusief vakantietoeslag als bedoeld in de wet met uitzondering van
de inkomensbestanddelen genoemd in artikel 31, tweede lid en artikel 36 van de wet;
j. peildatum: de eerste dag van de maand voorafgaand aan de datum waarin de aanvraag wordt gedaan.
k. referteperiode: drie maanden voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag voor de bijzondere
l. schuldentraject: een traject ingevolge de Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP) of een
minnelijke schuldsanering natuurlijke personen (MSNP);
n. zelfstandig huishouden: een eigen woonruimte in eigendom of een eigen woonruimte waarbij op basis
van een schriftelijke overeenkomst met een derde een commerciële prijs is overeengekomen als huurder
of als kostganger én waarbij er maandelijks energiekosten worden betaald.
Artikel 2. Doelgroep bijzondere bijstand energiekosten
1. De bijzondere bijstand energiekosten is bedoeld voor een huishouden van de gemeente Wierden met een zelfstandig huishouden, met een inkomen tot 150% van de toepasselijke bijstandsnorm. Wanneer meerdere meerderjarigen tot het huishouden behoren dan is de kostendelersnorm van toepassing, genoemd in artikel 22a van de wet.
2. De bijzondere bijstand energiekosten is bedoeld voor huishoudens met onvoldoende draagkracht uit vermogen.
3. De bijzondere bijstand energiekosten is bedoeld voor huishoudens met een nieuw of variabel energiecontract. Voor huishoudens met een nieuw energiecontract geldt de ingangsdatum vanaf 1 juli 2022.
4. De bijzondere bijstand energiekosten is bedoeld voor huishoudens die als gevolg van de aflossing van schulden, en hiervoor een minnelijke schuldregeling of wettelijke schuldenregeling sanering is getroffen, een besteedbaar inkomen hebben van 150% of minder dan de geldende bijstandsnorm.
5. Per huishouden kent het college maximaal éénmaal de bijzondere bijstand toe gedurende de looptijd van de regeling.
Artikel 3. Hoogte bedrag bijzondere bijstand energiekosten periode 01-10-2022 t/m 31-12-2022
1. Het verschil tussen het maandelijkse termijnbedrag op basis van de eindafrekening van het vorige energiecontract en het nieuwe termijnbedrag voor de kosten van energie door de stijgende prijzen vanuit de energieleverancier.
2. De categoriale maatregel van het Rijk voor een eenmalige tegemoetkoming in de energielasten voor alle huishoudens voor de maanden november en december van €190,- per maand, in totaal €380,-, wordt verrekend met de tegemoetkoming. De tegemoetkoming wordt verdeeld over 12 maanden.
3. Wanneer een huishouden in 2022 recht had op de eenmalige energietoeslag van €1.300,- dan wordt de tegemoetkoming daarmee verrekend. De eenmalige energietoeslag wordt verdeeld over 12 maanden.
4. In het geval dat een huishouden een variabel energiecontract heeft en de prijzen van de energie in de tussenliggende periode na toekenning zijn gestegen, dan wordt op basis van landelijke prijsgemiddelden achteraf in april 2023 een collectieve correctie toegepast.
Artikel 4. Hoogte bedrag bijzondere bijstand energiekosten periode 01-01-2023 t/m 31-03-2023
1. Het verschil tussen het termijnbedrag voor de kosten van energie vanuit de energieleverancier en de ingestelde prijsplafonds voor gas en elektriciteit door het Rijk. Indien het maandelijkse termijnbedrag op basis van de eindafrekening van het vorige energiecontract, de ingestelde prijsplafonds overstijgt, dan wordt het verschil tussen het vorige termijnbedrag en het nieuwe termijnbedrag voor de kosten van energie vanuit de energieleverancier als uitgangspunt genomen voor de bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming.
2. Wanneer een huishouden in 2023 recht heeft op de eenmalige energietoeslag van €1.300,- dan wordt de tegemoetkoming daarmee verrekend. De eenmalige energietoeslag wordt verdeeld over 12 maanden.
3. In het geval dat een huishouden een variabel energiecontract heeft en de prijzen van de energie in de tussenliggende periode na toekenning zijn gestegen, dan wordt op basis van landelijke prijsgemiddelden achteraf in april 2023 een collectieve correctie toegepast.
Artikel 5. Bepaling van het inkomen
1. Het inkomen van een aanvrager die geen (aanvullende) uitkering ingevolge de Participatiewet, de IOAZ of de IOAW ontvangt, wordt vastgesteld aan de hand van de salarisspecificaties van drie maanden voorafgaand aan de maand waarin de bijzondere bijstand is aangevraagd.
2. Heeft de aanvrager een wisselend inkomen dan wordt uitgegaan van het gemiddelde inkomen genoten in de drie maanden voorafgaand aan de maand waarin de bijzondere bijstand is aangevraagd.
3. Voor bepaling van het inkomen van een zelfstandige wordt uitgegaan van het huidige boekjaar met als referentie vorig boekjaar. Het inkomen van het huidige boekjaar wordt bepaald aan de hand van een kolommenbalans, opgestelde (jaar)cijfers en rekeningafschriften. Voor de referentie dienen de jaarcijfers van vorig boekjaar inclusief de opgave van de inkomensbelasting en premie volksverzekering. Deze belasting en premies worden gesteld op het percentage, zoals vermeld in artikel 6, lid 2 van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004. Hierbij wordt een teruggave inkomstenbelastingen en premies volksverzekeringen niet als inkomen aangemerkt. Het inkomen als zelfstandige wordt, na eventuele vermeerdering met andere inkomsten, vastgesteld voor de maand voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag is gedaan. Indien een zelfstandige niet beschikt over cijfers over het huidige boekjaar, dan wordt op basis van rekeningafschriften de omzet van het huidige boekjaar getoetst waarbij de kostenverhouding over het vorige boekjaar wordt toegepast.
Artikel 6. Draagkracht uit inkomen
1. Het inkomen, inclusief vakantietoeslag (VT), wordt als draagkrachtloos aangemerkt, voor zover dit gelijk is aan of minder bedraagt dan 150% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm.
2. De inkomsten uit kinderbijslag, huurtoeslag, zorgtoeslag, kindgebonden budget en de tegemoetkoming in de kosten van studie worden niet tot het inkomen gerekend. Wanneer de aanvrager studiefinanciering ontvangt, dan wordt het bedrag zoals genoemd in artikel 3.18 van de wet studiefinanciering aangemerkt als inkomen. De heffingskorting van de minst verdienende partner wordt wel tot het inkomen gerekend.
3. Wanneer de aanvrager een periodieke uitkering ontvangt uit een particuliere oudedagsvoorziening wordt deze tot het bedrag zoals genoemd in artikel 33 lid 5 Participatiewet buiten beschouwing gelaten.
Artikel 7. Draagkracht uit vermogen
1. Het vermogen wordt tot aan de aanvrager van toepassing zijnde onderstaande grens buiten beschouwing gelaten:
- voor een alleenstaande €10.000,-
- voor een alleenstaande ouder €15.000,-
- voor een echtpaar of samenwonenden €15.000,-
Vermogen uit een eigen woning en goederen wordt buiten beschouwing gelaten.
Een aanvraag voor extra ondersteuning bij energiekosten vanuit de bijzondere bijstand kan worden ingediend tot en met 30 april 2023 met het aanvraagformulier van de bijzondere bijstand. De bijzondere bijstand wordt periodiek toegekend voor de periode 1 oktober 2022 tot en met 31 maart 2023. In het geval dat een aanvraag is gedaan na de datum van inwerkingtreding, kan de bijzondere bijstand met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2022 worden toegekend. Wanneer een huishouden een aanvraag heeft ingediend, wordt men proactief gewezen op de mogelijkheid voor een adviesgesprek met een energiecoach.
De volgende bewijsstukken dienen worden bijgevoegd bij de aanvraag:
- indien de aanvrager geen bijstand (of IOAW/IOAZ) ontvangt, inkomensspecificaties van 3 maanden voorafgaand aan de aanvraagdatum;
- overzicht van vermogen van 3 maanden voorafgaand aan de aanvraagdatum, blijkend uit een overzicht van de betaal- en spaarrekeningen;
- de eindafrekening van het vorige energiecontract;
- een bericht (brief of email) van de energieleverancier waarin staat wat het nieuwe termijnbedrag voor energiekosten is;
- als er geen oud termijnbedrag is: het nieuwe energiecontract.
Het college beslist in alle voorkomende gevallen waarin deze nadere regels niet voorzien. Daarnaast is het college bevoegd om in bijzondere gevallen van hardheid gemotiveerd van deze regeling af te wijken.
Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 8 november 2022 en werken terug tot en met 1 oktober 2022 (ingangsdatum) en lopen tot en met 30 april 2023.
Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels bijzondere bijstand tegemoetkoming energiekosten huishoudens gemeente Wierden 2022.