Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gouda

Verordening bezwaarschriftencommissie Gouda 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGouda
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening bezwaarschriftencommissie Gouda 2022
CiteertitelVerordening bezwaarschriftencommissie Gouda 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening bezwaarschriftencommissie gouda 2007.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-11-2022nieuwe regeling

19-10-2022

gmb-2022-485667

6416

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening bezwaarschriftencommissie Gouda 2022

De raad van de gemeente Gouda;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders 13 september 2022 met nummer 6416;

 

gelet op artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluit de volgende verordening vast te stellen:

 

 

Verordening bezwaarschriftencommissie Gouda 2022

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    ambtelijk horen: het horen van bezwaarmaker(s) en andere belanghebbende(n) als bedoeld in artikel 7:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;

  • -

    bezwaarmaker: degene die tegen een besluit van een gemeentelijk bestuursorgaan een bezwaarschrift heeft ingediend;

  • -

    commissie: de vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • -

    verwerend orgaan: het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen.

Artikel 2 De commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3.

    De voorzitter wijst één of meerdere leden aan als plaatsvervangend voorzitter.

  • 4.

    Tot voorzitter respectievelijk lid van de commissie zijn niet benoembaar ambtenaren of medewerkers van de gemeente Gouda dan wel leden, ambtenaren en medewerkers die deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan ingevolge een gemeenschappelijke regeling waaraan de gemeente Gouda deelneemt. Zij mogen geen functies vervullen waardoor hun onafhankelijke positie kan worden aangetast.

Artikel 4 Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een periode van 4 jaren.

  • 2.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen maximaal drie keer voor een periode van vier jaar worden herbenoemd.

  • 3.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk melding aan het college.

Artikel 5 Secretariaat

  • 1.

    De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het secretariaat van de commissie wordt uitgevoerd door één of meerdere secretarissen.

Artikel 6 Bemiddeling

  • 1.

    Na ontvangst van het bezwaarschrift vindt zoveel als mogelijk bemiddeling plaats, voordat de zaak aan de commissie wordt voorgelegd.

  • 2.

    Vanuit het secretariaat van de commissie worden hiertoe de nodige handelingen verricht.

  • 3.

    Als één van de belanghebbenden niet akkoord gaat met bemiddeling of de resultaten daarvan, wordt het bezwaarschrift, met de daarbij behorende stukken, zo spoedig mogelijk ter advisering in handen van de commissie gesteld.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Algemene wet bestuursrecht worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend namens de voorzitter door de secretaris van de commissie:

 

  • -

    artikel 2:1, tweede lid;

  • -

    artikel 6:6, voor wat betreft het stellen van een termijn aan de indiener waarbinnen het verzuim van artikel 6:6 kan worden hersteld;

  • -

    artikel 6:17, voor zover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • -

    artikel 7:4, tweede lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1.

    De voorzitter is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1.

    De secretaris bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de bezwaarmaker, belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De voorzitter beslist over de toepassing van de artikelen 7:3 van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 3.

    Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit van het horen af te zien, doet de secretaris namens hem daarvan mededeling aan de bezwaarmaker, belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging hoorzitting

  • 1.

    De secretaris nodigt de bezwaarmaker, de belanghebbenden en het verwerend orgaan tenminste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Zo snel mogelijk na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de bezwaarmaker, de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken om uitstel van de zitting.

  • 3.

    De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval voor het tijdstip van de zitting, aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4.

    De voorzitter, of namens hem de secretaris, is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in de leden 1 tot en met 3.

Artikel 11 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat er minimaal drie leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig zijn.

Artikel 12 Openbaarheid hoorzitting

  • 1.

    De hoorzitting is openbaar.

  • 2.

    De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter of een der aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een bezwaarmaker of belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3.

    Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de hoorzitting verzetten, vindt de hoorzitting plaats met gesloten deuren.

  • 4.

    In afwijking van de voorgaande leden vinden de volgende hoorzittingen om privacy redenen achter gesloten deuren plaats:

     

    bezwaarschriften op grond van de Wet maatschappelijk ondersteuning, Jeugdwet, Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.

Artikel 13 Verslaglegging

  • 1.

    Van de hoorzitting wordt een digitaal audioverslag gemaakt.

  • 2.

    Op verzoek van een belanghebbende of het verwerend bestuursorgaan stelt de commissie het digitale audioverslag van de hoorzitting ter beschikking.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid van dit artikel wordt het digitale audioverslag van de hoorzitting schriftelijk uitgewerkt, als bedoeld in artikel 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht, in het geval dat:

    • a.

      Een belanghebbende of het verwerend bestuursorgaan daar om verzoekt, of;

    • b.

      een gerechtelijke instantie daar om verzoekt in geval van een (hoger) beroepsprocedure;

  • 4.

    Een schriftelijk verslag van de hoorzitting als bedoeld in het derde lid van dit artikel:

    • a.

      vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid;

    • b.

      vermeldt zakelijk wat over en weer door de aanwezigen is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen;

    • c.

      vermeldt het als de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond zoals bedoeld in artikel 12, of indien belanghebbenden of hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord;

    • d.

      verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden die aan het verslag kunnen worden gehecht;

    • e.

      wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting doch voordat het advies wordt opgesteld, een nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek door de secretaris laten uitvoeren.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter een verzoek richten tot het vaststellen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist omtrent een dergelijk verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening, die betrekking hebben op de hoorzitting, zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.

    De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • 3.

    Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • 4.

    Van minderheidsstandpunten wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.

  • 5.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 6.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen van advies en verdaging

  • 1.

    Het advies wordt, onder medezending van eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2.

    Indien de termijn van 12 weken als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verdaagt de secretaris de beslissing.

  • 3.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de bezwaarmaker en/of belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18 Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks verslag uit aan de burgemeester, het college en de gemeenteraad van haar werkzaamheden in het voorgaande kalenderjaar.

Artikel 19 Slotbepalingen

  • 1.

    De verordening bezwaarschriftencommissie gouda 2007 wordt ingetrokken met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking een dag na bekendmaking.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening bezwaarschriftencommissie Gouda 2022.

Aldus besloten in de openbare vergadering van 19 oktober 2022.

De raad van de gemeente voornoemd,

griffier

mr. drs. E.J. Karman-Moerman

voorzitter

mr. drs. P. Verhoeve