Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bergen (L)

Beleidsregels geluid bij horeca, horeca-gerelateerde festiviteiten en evenementen gemeente Bergen 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBergen (L)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels geluid bij horeca, horeca-gerelateerde festiviteiten en evenementen gemeente Bergen 2023
CiteertitelBeleidsregels geluid bij horeca, horeca-gerelateerde festiviteiten en evenementen gemeente Bergen 2023
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-2023nieuwe regeling

17-10-2022

gmb-2022-484856

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels geluid bij horeca, horeca-gerelateerde festiviteiten en evenementen gemeente Bergen 2023

Begrippen

  • Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer/Activiteitenbesluit milieubeheer: Het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, vanaf 1 januari 2008 van kracht (Stb. 2007,415). Sinds 1 januari 2013 is de naam gewijzigd in Activiteitenbesluit.

  • Collectieve dagen: Dagen waarop algemeen voorkomende festiviteiten collectief worden gevierd; deze worden op basis van de Verordening Fysieke Leefomgeving gemeente Bergen (L) 2022 benoemd.

  • Evenement: Dit betreft een geluidsproducerende activiteit die niet zodanig aan een horecabedrijf gebonden is, dat het Activiteitenbesluit van toepassing is. Voor dergelijke activiteiten is een vergunning op basis van artikel 2:25 APV vereist.

  • Gebouw: Voortbrengsel van bouwnijverheid, dat wat ontstaat door bouwen, waaronder te verstaan het stapelen en metselen van stenen, het timmeren van hout, het gieten van mortel en beton, het construeren van een stalen omhulsel (een en ander ook voor welving en andere overdekking), waardoor een product van enige duurzaamheid en omvang wordt gevormd, waarin de mens een beschutte gelegenheid voor woning, berging, uitoefening van arbeid, vergadering of voor religieuze cultus vindt.

  • Geluidsgevoelig object: woningen en gebouwen die op grond van de Wet geluidhinder worden aangemerkt als geluidsgevoelige bouwwerken (meestal de dichtstbijzijnde woning van derden), met uitzondering van die (woon)gebouwen behorende bij de betreffende inrichting.

  • Horeca gerelateerde festiviteit: Een activiteit die zodanig in of in de directe nabijheid van een horeca-inrichting plaatsvindt dat het Activiteitenbesluit van toepassing is.

  • Individuele dagen: Er zijn incidentele festiviteiten die sterk individueel gericht zijn; deze worden in de vorm van een maximaal aantal dagen of delen van dagen in artikel 4:21 van de Verordening Fysieke Leefomgeving gemeente Bergen (L) 2022 vastgelegd.

  • Maatwerkvoorschrift: Op grond van artikel 8.42, 8.42a en 8.42b van de Wet milieubeheer heeft het bevoegd gezag de mogelijkheid om maatwerkvoorschriften op te leggen. Door het stellen van maatwerkvoorschriften kunnen voorschriften worden toegesneden op specifieke en concrete situaties, waarmee maatwerk kan worden geleverd in situaties waarin dit gewenst is.

  • Meethoogte: De geluidsbelasting wordt steeds gemeten op een hoogte van 1,5 meter boven maaiveld.

  • Meetpunt: De geluidsbelasting moet gemeten worden op de gevels van geluidsgevoelige objecten en/of op tenminste 50 meter van de geluidsbron(nen) als zich binnen die afstand geen geluidsgevoelig object bevindt.

  • Verruiming: Een horeca-exploitant heeft een vrijstelling van de geluidseisen op basis van artikel 2.21 van het Activiteitenbesluit. Deze vrijstelling wordt verruiming genoemd. Voorwaarde voor deze verruiming is dat wordt voldaan aan hetgeen is geregeld in de gemeentelijke verordening. De gemeente heeft deze uitwerking geregeld in de Verordening Fysieke Leefomgeving gemeente Bergen (L) 2022. Er worden festiviteiten op collectieve en op individuele dagen onderscheiden.

Hoofdstuk 1. Inleiding

De ontwikkelingen in de samenstelling van de (pop)muziek maakt beleid op het gebied van geluid noodzakelijk. Veelvuldige, diepe bastonen maken deel uit van de hedendaagse (pop)muziek. Middels deze beleidsregels wordt getracht duidelijkheid te scheppen voor zowel ondernemers als voor omwonenden, zodat men weet wat er mogelijk is als het gaat om geluid.

 

Bovenstaande ontwikkelingen hebben geleid tot hieronder summier weergegeven aanpassingen:

  • Er is naast een dB(A) norm ook een dB(C) norm vastgesteld.

    dB(A) is een normering in het hoorbare geluidsgebied. Door de rekenkundige weging van het geluidsspectrum wegen diepe bastonen slechts zeer gering mee. dB(C) is een normering die bijna het gehele geluidsspectrum bestrijkt en dus ook de bastonen. De normwaarde ligt hoger, maar door de brede spectrumbenadering zullen juist de bastonen hiermee gereguleerd kunnen worden. Verder is het uitgangspunt dat beide waarden gelden en dus beide niet overschreden mogen worden.

  • Indien zich geen geluidsgevoelig object binnen 50 meter afstand van de geluidsbron(nen) bevindt, is niet uitsluitend de dichtstbijzijnde gevel van een woning maatgevend, maar ook een willekeurig punt op een afstand van tenminste 50 meter van de geluidsbron(nen);

  • Naast horeca gerelateerde festiviteiten geldt nu ook voor evenementen die binnen plaatsvinden een norm van 60 dB(A) op het maatgevende meetpunt.

  • Enkele eindtijden zijn aangepast.

  • Er kunnen eventueel aanvullende middelvoorschriften in de evenementenvergunning of horeca worden opgenomen om overlast tot een minimum te beperken.

Hoofdstuk 2. Festiviteiten

Horeca gerelateerde festiviteiten

Onder horeca gerelateerde festiviteiten worden activiteiten verstaan die zodanig in of in de directe nabijheid van een horeca-inrichting plaatsvinden, dat het Activiteitenbesluit van toepassing is. Hiermee vallen ook festiviteiten die buiten de perceelgrens van de horeca-inrichting plaatsvinden (bijvoorbeeld op het in de nabijheid van de horeca-inrichting gelegen plein), onder het Activiteitenbesluit zijn dezelfde geluidsnormstelling en verruimingsmogelijkheden van toepassing.

 

Regelgeving

In het Activiteitenbesluit zijn onder meer voorschriften opgenomen die betrekking hebben op het voorkomen van geluidsoverlast. Voornoemde voorschriften zijn van toepassing op inrichtingen die vallen onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit. Dit geldt momenteel voor alle horeca-inrichtingen binnen de gemeente Bergen (L).

 

Uit artikel 2.21 van het Activiteitenbesluit blijkt dat er mogelijkheden zijn om de in artikelen 2.17, 2.19, 2.20 dan wel 6.12 genoemde geluidsnormen te verruimen. Deze verruiming is echter alleen mogelijk indien het bevoegd gezag in een gemeentelijke verordening heeft vastgesteld op hoeveel en op welke (delen van) dagen deze verruiming van toepassing is. Ten aanzien hiervan is er sprake van een beleidsvrijheid bij de gemeente Bergen (L). Hierbij wordt onder meer rekening gehouden met lokale omstandigheden, invloed naar de omgeving en maatschappelijk belang. Met betrekking tot verruimingen van geluidsnormen wordt onderscheid gemaakt tussen collectieve verruimingsdagen en individuele verruimingsdagen.

 

Natuurlijk kunnen ook andere inrichtingen behoefte hebben aan verruimde geluidsnormen, bijvoorbeeld voor het vieren van een bedrijfsjubileum. Deze festiviteiten worden in het kader van deze Beleidsregel gelijkgesteld met de horeca-gerelateerde festiviteiten, met de uitzondering dat de collectieve verruimingsdagen op die inrichtingen niet van toepassing zijn.

 

Collectieve verruimingsdagen

Collectieve dagen zijn dagen waarop algemeen voorkomende festiviteiten in een groter verband (collectief) worden gevierd. Voorbeelden van collectieve dagen zijn carnaval, kermis, Koningsdag e.d.

Bij de bepaling of voor een dag een collectieve verruiming wordt gegeven, zijn de volgende uitgangspunten maatgevend:

  • dagen waarbij een groot deel van de horeca deelneemt aan festiviteiten en;

  • dagen die door de burger als feestdag of vergelijkbaar worden ervaren en waar zij in grotere mate aan deelnemen.

De navolgende dagen zijn collectief aangewezen in artikel 4:20 van de Verordening Fysieke Leefomgeving gemeente Bergen (L) 2022 (VFL):

  • de zaterdag, de zondag, de maandag en de dinsdag tijdens de jaarlijkse carnaval;

  • de zaterdag, de zondag en de maandag tijdens de jaarlijkse kermis (conform het gemeentelijke reguliere kermisschema);

  • Koningsdag;

  • Nacht van oud- op nieuwjaar;

  • Zaterdag van Half Vasten in Afferden.

De collectieve dagen vanwege de kermis in een bepaalde kern, gelden alleen voor horeca-inrichtingen behorende tot die betreffende kern.

 

Normstelling bij collectieve verruimingsdagen

Tijdens collectieve verruimingsdagen mag het geluidsniveau voor horeca gerelateerde festiviteiten en/of evenementen die niet in een gebouw worden georganiseerd op het meetpunt maximaal 80 dB(A) of 93 dB(C) bedragen.

Indien een evenement in een gebouw wordt georganiseerd mag het geluidniveau op het meetpunt maximaal 60 dB(A) of 73 dB(C) bedragen.

 

Individuele verruimingsdagen

Op basis van artikel 2.21 van het Activiteitenbesluit kunnen aan (horeca-)inrichtingen tevens individuele verruimingen van de geluidsnormen worden verleend. Individuele verruimingen (in het verleden individuele ontheffingen genoemd) mag de (horeca-)exploitant binnen kaders, zelf bepalen. Op basis van het Activiteitenbesluit heeft het bevoegd gezag de mogelijkheid om maximaal 12 verruimingsdagen per inrichting te verlenen. In artikel 4:21 van de VFL is vastgelegd dat het maximum aantal incidentele festiviteiten per jaar staan vermeld in de “Beleidsregels geluid bij horeca, horeca-gerelateerde festiviteiten en evenementen Gemeente Bergen 2023”.

 

Als basis geldt dat, ongeacht de mate van akoestische isolatie, elke inrichting in beginsel recht heeft op 8 verruimingsdagen.

Een horeca-inrichting kan alleen voor extra individuele dagen in aanmerking komen als deze aantoonbaar akoestisch is geïsoleerd, waarbij de resultaten van deze akoestische isolatie door een akoestisch rapport zijn aangetoond. Uit dit akoestisch onderzoek moet blijken bij welk zendniveau binnen in de inrichting nog wordt voldaan aan de eisen uit het Activiteitenbesluit. Het maximale zendniveau dat binnen een inrichting mag heersen volgens het akoestisch onderzoek wordt direct gerelateerd aan het aantal extra dagen waarvoor een verruiming van de geluidsnormen kan worden verkregen.

 

Er is slechts recht op maximaal 4 dagen indien:

  • geen akoestisch onderzoek is uitgevoerd of de resultaten niet beschikbaar worden gesteld;

  • uit een akoestisch onderzoek niet blijkt bij welk zendniveau binnen de inrichting aan de van toepassing zijnde geluidsnorm kan worden voldaan of;

  • uit het akoestisch onderzoek blijkt dat het aangetoonde zendniveau gelijk is aan of lager is dan 80 dB(A).

Er is recht op meerdere dagen indien uit een akoestisch onderzoek blijkt dat het zendniveau binnen de inrichting hoger is dan 80 dB(A). Afhankelijk van dit zendniveau kan maximaal het volgende aantal dagen worden aangevraagd:

Aangetoond zendniveau dB(A)

aantal dagen

81 tot en met 85

9

86 tot en met 90

10

91 tot en met 95

11

Groter dan 95

12

 

De verruimingsdagen (collectief en individueel) zijn alleen mogelijk voor festiviteiten die binnen de akoestisch geïsoleerde gedeelten van de inrichting plaatsvinden met gesloten ramen en deuren.

 

In afwijking van het voorgaande is het bij maximaal twee individuele verruimingsdagen mogelijk dat de verruiming van de geluidsnormen van toepassing is voor festiviteiten die zowel binnen als buiten het bebouwde gedeelte van de inrichting plaatsvinden.

 

De horeca-inrichtingen die al (zeer) goed zijn geïsoleerd zullen, hoewel ze voor meer dagen een verruiming van de geluidsnormen kunnen krijgen, niet de geluidsruimte van 20 dB benutten omdat dit zal leiden tot zendniveaus die voor bezoekers onaangenaam hoog zijn. Dit betekent in geval van een verruiming van de geluidsnormen dat de mate van overlast naar de omgeving, ondanks de toename in frequentie, van een lagere orde zal zijn dan de overlast in het geval van verruiming veroorzaakt door de horeca-inrichtingen die niet of slechts beperkt van akoestische maatregelen zijn voorzien.

 

Normstelling geluid bij individuele verruimingsdagen

Bij verruimingsdagen binnen de bebouwing van de inrichting, mag het zendniveau maximaal 20 dB meer bedragen dan het normaal geldende maximum zendniveau, met dien verstande dat het maximum geluidsniveau op het meetpunt nimmer 60 dB(A) of 73 dB(C) mag overschrijden.

Dit is exclusief de straffactor voor muziekgeluid. Bedrijfsduurcorrectie wordt buiten beschouwing gelaten. De geluidsmeting wordt uitgevoerd op 1,5 m hoogte. De geluidsnorm is niet van toepassing bij onversterkte muziek.

Bij verruimingsdagen die buiten de bebouwing van de inrichting plaatsvinden, mag het maximale geluidsniveau op het meetpunt maximaal 80 dB(A) of 93 dB(C) bedragen.

Ook hierbij geldt dat de geluidsnorm niet van toepassing is bij onversterkte muziek. Bij de bepaling van het geluidsniveau wordt de straffactor voor muziekgeluid en bedrijfsduurcorrectie buiten beschouwing gelaten. De geluidsmeting wordt uitgevoerd op 1,5 m hoogte.

 

Eindtijden van verruimingen

Bij de vaststelling van de eindtijden van een verruiming van de geluidsnomen speelt de aard van de dag die volgt op de dag van verruiming een essentiële rol. In het geval dat een werkdag volgt op een verruimingsdag, geldt de verruiming tot 24.00 uur. In het geval dat een weekend- of feestdag volgt op de verruimingsdag, geldt de verruiming tot 01.00 uur van de hierop volgende dag. Na deze tijden dient wederom aan de normale geluidsnormen te worden voldaan.

Oudejaarsnacht, de zaterdag, zondag en maandag en dinsdag tijdens de carnaval en de zondag en maandag tijdens de jaarlijkse kermis vormen op het bovenstaande een uitzondering. Verruiming van de geluidsnormen wordt dan toegestaan:

  • Nieuwjaarsdag tot 04.00 uur;

  • de genoemde carnavalsdagen (zaterdag, zondag, maandag en dinsdag), de genoemde kermisdagen (de zaterdag, zondag en maandag) en half Vasten tot 02:00 uur.

Festiviteitenmelding

Een melding voor een festiviteit dient uiterlijk twee weken voorafgaand aan de festiviteit bij het bevoegd gezag te worden ingediend. Middels een publicatie op de gemeentelijke website worden omwonenden in de gelegenheid gesteld om hiervan kennis te nemen. De aanvrager van de verruiming is tevens zelf verantwoordelijk voor het in kennis stellen van de direct omwonenden. Van de kennisgeving naar de direct omwonenden moet een afschrift naar de gemeente worden gestuurd.

De afhandeling van een ingediend verzoek voor een festiviteit vindt plaats binnen twee weken nadat een ontvankelijk verzoek is ingediend.

 

Indien blijkt dat er geen melding is gedaan van een festiviteit en er wordt geconstateerd dat geluidsnormen zijn overtreden dan worden er twee individuele verruimingsdagen afgeteld van het aantal individuele festiviteiten.

Hoofdstuk 3. Geluid afkomstig van terrassen

Soms wordt door omwonenden van horeca-inrichtingen overlast ondervonden door geluid afkomstig van terrassen. Hierbij zijn verschillende geluidsbronnen aan te wijzen, variërend van onversterkte muziek, muziek door luidsprekers op het terras, muziek afkomstig uit de inrichting en/of stemgeluid van bezoekers.

In beginsel is muziekgeluid op het terras niet mogelijk. Uitzondering hierop is onversterkte muziek. Hiervoor geldt dan een eindtijd van 22:30 uur, ongeacht de aard van de volgende dag.

 

Muziekgeluid door luidsprekers op een terras

Het ten gehore brengen van muziekgeluid door luidsprekers op een terras zal in bijna alle gevallen leiden tot een overschrijding van de geluidsnormen zoals die zijn genoemd in artikel 2.17 of 2.17a van het Activiteitenbesluit. Indien van een dergelijke overtreding sprake is, dan zal analoog aan het Activiteitenbesluit en het gestelde in hoofdstuk 4 van deze beleidsregel worden gehandeld. Achtergrondmuziek op het terras is dus mogelijk, mits dit niet zorgt voor een overschrijding van de geluidsnormen.

Uitzondering hierop is alleen mogelijk door gebruik te maken van de maximaal twee individuele verruimingsdagen die beschikbaar zijn voor festiviteiten die buiten de bebouwing van de inrichting plaatsvinden.

 

Het verbod op versterkte muziek op terrassen geldt niet voor recreatieparken en campings, zolang het onderdeel is van het animatieprogramma. Hierbij geldt als voorwaarde dat het animatieprogramma alleen bedoeld is voor de verblijvende gasten op het recreatiepark/camping. Het maken van reclame voor het animatieprogramma buiten het recreatiepark/camping is dan ook niet toegestaan.

Indien er wel reclame wordt gemaakt buiten het recreatiepark/camping dan valt dit onder bovenstaande regels en is versterkte muziek op het terras niet toegestaan.

 

Muziekgeluid op terras afkomstig uit de inrichting

Wanneer muziekgeluid hoorbaar is op een terras, terwijl dit afkomstig is vanuit de bebouwing van de inrichting zal dit in veel gevallen leiden tot een overschrijding van de geluidsnormen zoals die zijn genoemd in artikel 2.17 of 2.17a van het Activiteitenbesluit. In dergelijke situaties zal dit vaak het gevolg zijn van ramen en/of deuren die geopend zijn. Veelal is dan de afstand tot woningen maatbepalend. Indien in een dergelijk geval van een overtreding sprake is, dan zal analoog aan het Activiteitenbesluit en het gestelde in hoofdstuk 4 van deze beleidsregel worden gehandeld.

 

Stemgeluid van bezoekers van een terras

Conform artikel 2.18 lid 1 sub a van het Activiteitenbesluit dient bij het bepalen van de geluidsniveaus zoals bedoeld in artikel 2.17 van het Activiteitenbesluit het stemgeluid van bezoekers op een onverwarmd en onoverdekt terrein, dat onderdeel is van de inrichting buiten beschouwing te blijven, tenzij dit terrein kan worden aangemerkt als een binnenterrein. Dit betekent dat er in beginsel geen handhaving kan plaatsvinden wanneer overschrijding van het geluidsniveau wordt veroorzaakt door stemgeluid van bezoekers van een terras, terwijl deze bezoekers wel een grote invloed kunnen hebben op de leefomgeving van het betreffende horecapand. In geval van overlast zouden mogelijkheden moeten worden gezocht om beperkingen te stellen aan de openingstijden van het terras. Dit is opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening en het “Terrassenbeleid Bergen (L) 2023”.

Hoofdstuk 4. Toezicht en handhaving

In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van de wijze van toezicht en handhaving ten aanzien van geluid bij horeca-inrichtingen. Negatieve ervaringen met een aantal horeca-exploitanten op het gebied van de naleving van de geluidsvoorschriften hebben in het verleden herhaaldelijk geleid tot onaanvaardbare hinder voor (grote aantallen) omwonenden. Met het toepassen van het gestelde in deze paragraaf worden dergelijke problemen al in het voortraject aangepakt. Tevens wordt een eenduidige werkwijze verkregen waardoor willekeur wordt voorkomen.

 

In geval van nieuw vestiging dient de exploitant van de horeca-inrichting zich te melden op grond van het Activiteitenbesluit. Conform het gestelde in het Activiteitenbesluit moet de exploitant van een inrichting waar een zendniveau zal heersen dat hoger is dan 80 dB(A) of 70 dB(A) voor resp. niet-aanpandige en aanpandige situaties, de resultaten van een akoestisch onderzoek aanleveren bij het digitale meldingsformulier (www.AIMonline.nl). Uit het akoestisch onderzoek moet/zal blijken bij welk maximaal zendniveau in de inrichting aan de geluidsnormen kan worden voldaan.

 

Om dit maximale zendniveau vast te zetten biedt het Activiteitenbesluit de mogelijkheid tot het voorschrijven van een geluidsbegrenzer. In de gemeente Bergen (L) is van deze mogelijkheid tot nu toe geen gebruik gemaakt. Omdat het traject van het verplicht stellen van een begrenzer tot op heden niet gebruikt wordt, maar pas wordt overwogen afhankelijk van feitelijk geconstateerde overtredingen (en de daarbij behorende reeds geschetste problemen), zal hier veelal een lang traject met veel hinder en frustratie voor de omwonenden aan vooraf gaan.

 

Om mogelijke overlast in een zo vroeg mogelijk stadium in te perken of liefst te voorkomen, is het wenselijk gebruik te maken van een geluidsbegrenzer bij activiteiten die overeenkomen met de exploitatievormen Feestzaal/feestcafé/Discotheek en “jongeren”disco / concertruimte.

 

Tabel 1: Exploitatievorm versus zendniveau

 

Exploitatievorm

dB(A)

restaurant e.d.

praten en achtergrondmuziek

60

koffiehuis / eetcafé

praten en achtergrondmuziek

65

“ouderen” café

sfeermuziek

70

bruin café

muziekniveau waarbij met stemverheffing moet worden gesproken

80

druk café / jongerencafé

muziekniveau waarbij op korte afstand met stemverheffing moet wordt gesproken

85

danscafé

inrichting met beperkte gelegenheid tot dansen

90

“ouderen”-disco

luide mechanische muziek / beperkte levende muziek

90

feestzaal / feestcafé / discotheek

zeer luide mechanische muziek / levende muziek

100

“jongeren”-disco / concertruimte

zeer luide mechanische muziek / onbeperkte levende muziek

105

 

Toezicht

Toezicht vindt plaats op basis van meldingen/klachten. In een enkel geval kan er ook een pro-actieve controle plaatsvinden. Dit is dan op basis van basis van meldingen die in het verleden zijn gedaan, danwel een klachtenpatroon.

 

Handhaving

Strafrechtelijke handhaving:

Conform werkafspraken met het Openbaar Ministerie zal bij een evenement verbaliserend worden opgetreden bij een overschrijding van 2 dB(A) of 2 dB(C). Bij een horeca gerelateerde festiviteit zal echter pas verbaliserend worden opgetreden bij een overschrijding van 10 dB(A) of 10 dB(C). In dergelijke situaties is zonder discussie sprake van een overschrijding van de geluidsnormen en is het stoorgeluid in veel gevallen verwaarloosbaar klein. Daarnaast wordt geverbaliseerd wanneer het gemeten geluidsniveau in de inrichting hoger is dan is vastgelegd in het maatwerkvoorschrift. Altijd wordt geverbaliseerd als de verzegeling van een geëiste begrenzer zonder toestemming is verbroken of wanneer fraude met de begrenzer wordt geconstateerd, ongeacht de hoogte van het vastgestelde geluidsniveau.

 

Bestuursrechtelijke handhaving:

Indien bij een horecagelegenheid/evenement een overschrijding van de geluidsnormen wordt geconstateerd, zal de toezichthouder bij de eerste constatering de uitbater/bedrijfsleider een voornemen handhavend optreden aanzeggen. Dit voornemen wordt (zo mogelijk) ook op schrift gezet. De uitbater/bedrijfsleider/verantwoordelijke voor het evenement/de horecagelegenheid kan op dat moment aan de toezichthouder mondeling een zienswijzen kenbaar maken voor wat betreft dit voornemen. Indien dit in de tijd gezien mogelijk is kan dit ook schriftelijk gebeuren.

 

Na een tweede constatering van de overschrijding van de geluidsnormen wordt een preventieve last onder dwangsom opgelegd. Dit besluit zal in voorkomende gevallen per aangetekende en gewone post worden verzonden. Zo nodig kan dit ook door de toezichthouder worden overhandigd. De dwangsom voor het overschrijden van de geluidsnormen bedraagt op basis van het besluit € 2.500,- per geconstateerde overtreding met een maximum van € 25.000,-. Tevens zal voor de tweede constatering en elke volgende, een verruimingsdag van het totaal toegestane aantal dagen van de inrichting worden afgetrokken.

Het tijdsbestek waarbinnen een eerste en een tweede constatering zich kunnen voordoen bedraagt 18 maanden.

 

Overtreding van voorschriften bij verruiming van geluidsnormen

Zoals reeds is genoemd, zijn op verruimingsdagen eveneens voorschriften van toepassing. Indien deze voorschriften worden overtreden, dan zal tevens worden heroverwogen of bij een volgend verzoek om verruiming, deze verruiming al dan niet zal worden toegestaan.

Concreet wordt de volgende werkwijze toegepast. Indien sprake is van overtreding van de geluidsnormen of de eindtijden, dan zal bij een volgend verzoek om verruiming tevens worden meegedeeld dat bij herhaling van een overtreding van voorschriften voor een periode van 18 maanden geen verruiming van geluidsnormen wordt toegestaan. Dit geldt ook indien tot tweemaal toe overtreding van de eindtijd van de verruiming plaatsvindt. Gekozen is voor een periode van 18 maanden omdat voor een aantal horeca-inrichtingen geldt dat deze slechts 1 maal per jaar verruiming aanvragen.

Hoofdstuk 5. Evenementen

Onder evenementen worden activiteiten verstaan die niet zodanig aan een horeca-inrichting gebonden zijn, dat het Activiteitenbesluit van toepassing is. Voor dergelijke activiteiten is een vergunning ingevolge artikel 2:25 van de APV vereist. Het meest relevante toetsingscriterium van dat artikel is in dit verband het voorkomen of beperken van overmatige overlast. Omdat het begrip “overmatige overlast” een zeer subjectief begrip is dat voor meerdere uitleg vatbaar is, is de noodzaak gebleken om een concrete normstelling te definiëren.

 

Bij een aanvraag voor een evenementenvergunning moet de vraag worden beantwoord of en zo ja, in welke mate geluidsoverlast zal worden veroorzaakt. Bij de beantwoording van die vraag wordt zoveel mogelijk gehandeld volgens het geschetste beleid met betrekking tot de horeca gerelateerde festiviteiten. Het doel is het vinden van een evenwicht tussen woongenot enerzijds en geluidshinder veroorzakende evenementen anderzijds. Bij het zoeken naar dat evenwicht geldt als uitgangspunt het streven naar een gezellige, attractieve leefomgeving, waarbij mogelijk sprake is van een concentratie van festiviteiten en evenementen in het centrum. Vanuit die gedachte zullen centrumbewoners nu eenmaal meer geluidshinder moeten accepteren dan bewoners daarbuiten. Volgens rechterlijke uitspraak (president rechtbank Arnhem 24 mei 1996) hebben burgers bij bijzondere gelegenheden zoals feestdagen voor de bevolking, enige overlast te dulden.

 

Wat betreft de vraag in hoeverre overlast niet meer aanvaardbaar is, wordt aansluiting gezocht bij milieuregelgeving. Daar wordt erkend dat op gezette tijden geluidsnormen mogen worden overschreden (verruimingen) maar dat die overschrijding niet tot overmatige hinder mag leiden. Of sprake is van overmatige hinder hangt onder meer af van de hoogte van de geluidsniveaus, alsmede van het aantal malen dat de geluidsnorm wordt overschreden.

 

Van overmatige of onduldbare hinder kan worden gesproken, indien binnenshuis met stemverheffing moet worden gesproken als gevolg van het binnendringende geluid. Hierbij is aansluiting gezocht bij de nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” van de Regionale Inspectie Milieuhygiëne (januari 1996). Om een indicatie in geluidssterkte uit te drukken, kan in het geval dat sprake is van “spreken met stemverheffing” worden gesteld dat geluidsniveaus heersen van ca. 60 dB(A) in de betreffende woning. Bij een gangbare gevelisolatie van 20 dB(A) betekent dit dat het geluidsniveau op het meetpunt maximaal 80 dB(A) en 93 dB(C) mag bedragen.

 

Om niet onnodig veel geluidruimte te vergunnen wordt naast bovenstaande ook rekening gehouden met onderstaand:

  • Indien een evenement inpandig, anders dan een tent, wordt georganiseerd worden hierboven genoemde normen met 20 dB(A) en 20 dB(C) verminderd;

  • Indien er geen woningen in de omgeving van het evenement aanwezig zijn wordt de norm gesteld op een afstand 50 meter van de geluidsbron(nen).

  • Indien geluidmeting binnen in de bepalende geluidsgevoelige woning plaats kan vinden, mag het binnenniveau de 60 dB(A) (regulier evenement) niet overschrijden.

Bij het maken van een inschatting van het maximale geluidsniveau dat een evenement op gevels van woningen zal veroorzaken, wordt het zendniveau betrokken. Aspecten die hierbij een rol spelen zijn:

  • gegevens van aanvrager terzake geluidsniveaus

  • resultaten van geluidmetingen bij eerdere (en vergelijkbare) evenementen

  • afstand tot woningen van derden

  • opstelling van podium

  • opstelling van luidsprekers

In de evenementenvergunning zal het resultaat van de afweging op grond van het bovenstaande zoveel als mogelijk met middelvoorschriften (“Hoe moeten we dit bereiken”) worden vastgelegd. Het eisen en toepassen van geluidsbegrenzers behoort zeker ook tot de mogelijkheden.

 

Vergunningen en voorschriften

Ter voorkoming van overmatige hinder worden de volgende uitgangspunten gehanteerd. Ter borging zijn deze uitgangspunten in evenementenvergunningen opgenomen:

  • Tijdens een evenement mag slechts gedurende ten hoogste drie opeenvolgende avonden muziek ten gehore worden gebracht;

  • Omwille van omwonenden wordt gestreefd naar een spreiding van evenementen op de diverse locaties. Hiermee worden niet steeds dezelfde omwonenden met de geluidshinder geconfronteerd;

  • Versterkte muziek mag in de open lucht en in een tijdelijk daarvoor te gebruiken tent of andere ruimte plaatsvinden en wel tot 24.00 uur indien de daaropvolgende dag een werkdag is en tot 01.00 uur, indien de daaropvolgende dag een zaterdag, zondag of nationale feestdag is;

  • Versterkte muziek mag in de open lucht en in een tijdelijk daarvoor te gebruiken tent plaatsvinden tot 02.00 uur in geval sprake is van carnaval, kermis of Half Vasten.

  • Versterkte muziek mag in de open lucht en in een tijdelijk daarvoor te gebruiken tent plaatsvinden tot 03.00 uur in geval sprake is van Oud-/Nieuwjaarnacht.

6. Cumulatief effect

Van een cumulatief effect is sprake indien in een bepaald gebied meerdere evenementen en horeca-gerelateerde festiviteiten op achtereenvolgende dagen en weken plaatsvinden met als gevolg dat de omwonenden voortdurend worden geconfronteerd met een hogere geluidsbelasting. Hierdoor kan het totale effect van geluidsbelasting voor de omgeving té verstrekkend zijn. Met name op locaties waar meerdere horecabedrijven zijn gevestigd dient hieraan bijzondere aandacht te worden besteed.

 

Festiviteiten van horecabedrijven zijn locatiegebonden. Evenementen zijn, afhankelijk van de aard, in mindere mate gebonden aan een locatie. Volgens de huidige ervaringen is er geen sprake van een onacceptabele geluidsoverlast als gevolg van cumulatie. Wel is gebleken dat met name in de zomermaanden de acceptatiegrens van omwonenden bereikt wordt. In het Evenementenbeleid is dit meegenomen.

7. Uitzonderingsgevallen

De burgemeester en/of het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen (L) zijn te allen tijde bevoegd om in uitzonderlijke gevallen en indien hiertoe aanleiding bestaat, af te wijken van het gestelde in deze Regeling.

8. Inwerkingtreding

De Beleidsregel geluid bij horeca, horecagerelateerde festiviteiten en evenementen gemeente Bergen (L) 2023 treedt in werking op 1 april 2023.

Aldus vastgesteld op 17 oktober 2022 door de gemeenteraad van Bergen (L)