Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tynaarlo

Beleidsregels Wet Inburgering 2021 gemeente Tynaarlo

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTynaarlo
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Wet Inburgering 2021 gemeente Tynaarlo
CiteertitelBeleidsregels Wet Inburgering 2021 gemeente Tynaarlo
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpBeleidsregels Wet Inburgering 2021 gemeente Tynaarlo

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-202201-01-2022Nieuwe regeling

18-10-2022

gmb-2022-480853

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Wet Inburgering 2021 gemeente Tynaarlo

 

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tynaarlo,

 

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet inburgering 2021 en artikel 18A van de participatiewet;

 

overwegende dat het gewenst is beleidsregels vast te stellen betreffende de uitvoering van de in de Wet inburgering 2021 en aanverwante regelgeving aan het college van burgemeester en wethouders verleende taken en bevoegdheden;

 

BESLUITEN:

 

vast te stellen de Beleidsregels Wet inburgering 2021 gemeente Tynaarlo

 

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

Awb: Algemene wet bestuursrecht;

Asielstatushouder: de inburgeringsplichtige als bedoeld in artikel 13, eerste lid, van de Wet inburgering 2021;

AZC: asielzoekerscentrum;

Besluit: het Besluit inburgering 2021;

BRP: Basisregistratie personen;

Brede intake: de intake als bedoeld in artikel 14 van de Wet inburgering 2021;

COA: Centraal Orgaan opvang Asielzoekers;

College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tynaarlo;

Gezinsmigranten en overige migranten: inburgeringsplichtigen die verblijf hebben op grond van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd, met uitzondering van inburgeringsplichtigen als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onderdeel b, Wet inburgering 2021;

Inburgeringsplichtige: de inwoner die volgens artikel 3 van de Wet inburgering 2021 inburgeringsplichtig is;

Inburgeringstraject: het traject dat is gericht op het afronden van het participatieverklaringstraject, het afronden van de Module Arbeidsmarkt en Participatie en het behalen van het inburgeringsexamen, de onderwijsroute of de zelfredzaamheidsroute;

ISI: Informatie Systeem Inburgering van DUO;

Leerbaarheidstoets: de toets als bedoeld in artikel 14, derde lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet inburgering 2021;

Leerroutes: de B1-route als bedoeld in artikel 7, de onderwijsroute, als bedoeld in artikel 8 en de zelfredzaamheidsroute, als bedoeld in artikel 9 van de Wet inburgering 2021;

Maatschappelijke begeleiding: de begeleiding van asielstatushouder zoals geregeld in artikel 13 van de Wet inburgering 2021;

MAP: de Module Arbeidsmarkt en Participatie, als bedoeld in artikel 6, eerste lid onderdeel b, van de Wet inburgering 2021;

PIP: het Persoonlijk plan Inburgering en Participatie, als bedoeld in artikel 15 van de Wet inburgering 2021;

PVT: het participatieverklaringstraject als bedoeld in artikel 6, eerste lid onderdeel a, van de Wet inburgering 2021;

Regeling: de Regeling inburgering 2021;

TVS: Taakstellingvolgsysteem, waarin het COA en gemeenten informatie delen over asielstatushouders;

Wet: de Wet inburgering 2021.

Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet, het Besluit inburgering 2021, de Regeling inburgering 2021 en de Algemene wet bestuursrecht.

 

Artikel 2. Informatieverstrekking

Het college draagt er zorg voor dat inburgeringsplichtigen op adequate wijze informatie ontvangen over:

Hun rechten en plichten op grond van de inburgeringswetgeving;

De MAP;

Het PVT;

De leerroutes.

 

Het college draagt er zorg voor dat asielstatushouders op adequate wijze informatie ontvangen over:

De maatschappelijke begeleiding.

 

Artikel 3. De brede intake

Het college neemt de brede intake zo vroeg mogelijk af, bij voorkeur zodra de inburgeringsplichtige bekend is bij de gemeente. Voor asielstatushouders is dit het moment waarop een inburgeringsplichtige door het COA wordt toegewezen aan de gemeente, de zogenoemde koppeling. Voor gezinsmigranten en overige migranten is dit het moment van inschrijving in de gemeente. De brede intake omvat de informatie van het COA, de leerbaarheidstoets, het NOA-assessment (indien mogelijk) en gesprekken met de regievoerder.

De leerbaarheidstoets wordt afgenomen als onderdeel van de brede intake.

De gemeente nodigt de inburgeringsplichtige schriftelijk (per mail, WhatsApp, of brief) uit voor de brede intake.

De in het vorige lid genoemde uitnodiging vermeldt naast de dag, plaats en tijdstip van de intake ook het volgende:

Het doel, de werkwijze en het belang van de brede intake in het inburgeringstraject;

Het recht om de gesprekken in het kader van de brede intake met de gemeente alleen te voeren of in aanwezigheid van een onafhankelijk cliëntondersteuner en/of een tolk en

De gevolgen als de inburgeringsplichtige zonder afmelding niet bij de brede intake verschijnt of hieraan onvoldoende meewerkt.

Tussen de in het derde lid genoemde uitnodiging voor de brede intake en de intake zelf zit maximaal 10 werkdagen.

Als het college op grond van artikel 14, tweede lid, van de Wet de brede intake in afwezigheid van de inburgeringsplichtige voltooit, onderzoekt het college de omstandigheden van de inburgeringsplichtige aan de hand van de gegevens waarover het college wel kan beschikken, zoals:

De uitkomsten van de leerbaarheidstoets;

Informatie uit het uitkeringsdossier;

Voor asielstatushouders: de gegevens uit het TVS.

Het college legt de relevante informatie die wordt verkregen in verband met de afname van de brede intake schriftelijk vast.

Het college nodigt de inburgeringsplichtige binnen uiterlijk drie weken na afronding van de brede intake uit voor een gesprek hierover, zodat tijdig het PIP kan worden opgesteld.

Het college geeft na afloop van het gesprek een kopie van het PIP aan de inburgeringsplichtige. Op verzoek kan het PIP ook digitaal naar de inburgeringsplichtige gestuurd worden.

Wanneer de inburgeringsplichtige voor wie de leerroute door een andere gemeente al is vastgesteld, verhuist naar de gemeente Tynaarlo, vindt binnen 10 weken na de inschrijving van de inburgeringsplichtige in de BRP een gesprek plaats met de inburgeringsplichtige. De gemeente Tynaarlo neemt de eerder vastgestelde leerroute over. De invulling van de leerroute en de intensiteit kunnen worden aangepast.

De inburgeringsplichtige krijgt een kopie van het nieuwe PIP, waarin opgenomen hetgeen in lid 10 is bepaald.

 

Artikel 4. Passende leerroute inburgeringsplichtigen en aanbod leerroute asielstatushouders

Het college beoordeelt op basis van de uitkomsten van de brede intake welk inburgeringsaanbod en welke leerroute het meest passend zijn voor de inburgeringsplichtige.

Het college is, voor de vaststelling van de leerroute, verantwoordelijk voor het afnemen van

de leerbaarheidstoets. Bij de vaststelling van de leerroute houdt het college in ieder geval rekening met de arbeidsplicht uit de Participatiewet, de re-integratieplicht uit de Participatiewet en de ondersteuning bij arbeidsinschakeling uit de Participatiewet.

Het inburgeringsaanbod sluit aan bij de capaciteiten, persoonlijke omstandigheden en mogelijkheden van de asielstatushouder.

Het college neemt de leerroute op in het PIP.

Het college registreert de leerroute in het inburgerings informatie systeem (ISI) van DUO.

Het college verstrekt de cursusinstelling en de taalschakeltrajectinstelling de NAW-gegevens en de gegevens over de leerroute.

Het college biedt asielstatushouders binnen maximaal 12 weken na de verzending van het PIP een cursus of opleiding aan waarmee zij aan de vastgestelde leerroute kunnen voldoen.

Het college registreert de deelname en afronding van de leerroute en het taalniveau in het ISI.

 

Artikel 5. Participatieverklaringstraject

Het PVT traject bestaat in ieder geval uit:

Een traject van ten minste 12 uren;

Minimaal een activiteit of excursie in het kader waarvan aan ten minste een Nederlandse kernwaarde een praktische uitwerking wordt gegeven.

Het college stemt het PVT zoveel mogelijk af op de lokale situatie, de behoefte en omstandigheden van de inburgeringsplichtige en op de overige onderdelen van de inburgering.

Het college legt afspraken over de deelname aan het PVT vast in het PIP van de inburgeringsplichtige.

Het PVT moet binnen de inburgeringstermijn worden afgerond. Het college biedt inburgeringsplichtigen het PVT aan op een tijdstip dat aan die voorwaarde ruimschoots kan worden voldaan.

Bij afronding van de in het eerste lid bedoelde activiteiten ondertekent de inburgeringsplichtige de participatieverklaring. Dit kan aansluitend aan de laatste activiteit of in een aparte bijeenkomst, georganiseerd door de aanbieder van het PVT of het college.

Het college registreert de deelname aan het PVT in het ISI.

 

Artikel 6. Module Arbeidsmarkt en Participatie

Activiteiten binnen de MAP zijn gericht op het vergroten van kennis en vaardigheden m.b.t. de volgende thema’s:

Beroepenoriëntatie;

Werknemerscompetenties;

Realistisch beroepsbeeld;

Beroepskansen;

Beroepscompetenties verwerven;

Netwerk opbouwen;

Werk vinden en

Werkcultuur.

Er wordt geen urennorm opgelegd voor het geheel van de MAP.

De MAP bestaat in ieder geval uit:

Een traject dat aansluit bij de vaardigheden en capaciteiten van de inburgeringsplichtige. De intensiteit van het traject zal daarom per inburgeringsplichtige verschillen;

Een praktisch element van ten minste veertig (40) uren stage en/of participatie activiteiten.

Het college beoordeelt op basis van de uitkomsten van de brede intake hoeveel uren en welke stage voor de inburgeringsplichtige passend zijn.

Het college houdt bij het vaststellen van de inhoud van de MAP in ieder geval rekening met de arbeidsplicht uit de Participatiewet, de re-integratieplicht uit de Participatiewet en de ondersteuning bij arbeidsinschakeling uit de Participatiewet.

Het college houdt bij het vaststellen van de inhoud en het aantal uren van de MAP zoveel mogelijk rekening met de vermogens, capaciteiten en ontwikkelbehoeften van de inburgeringsplichtige en de situatie op de lokale arbeidsmarkt.

Het college legt de afspraken over de invulling van de MAP schriftelijk vast in het PIP van de inburgeringsplichtige.

Het college registreert de deelname aan en afronding van de MAP in het ISI.

 

Artikel 7 Voortgang inburgering

Het college zorgt ervoor dat het voldoende zicht heeft op de voortgang van het voldoen aan de inburgeringsplicht door de inburgeringsplichtige en voert hiertoe periodiek voortgangsgesprekken met de inburgeringsplichtige zolang het inburgeringstraject loopt.

De frequentie van de voortgangsgesprekken wordt vastgesteld op basis van de uitkomsten van de brede intake en afgestemd op de inburgeringsplichtige, met dien verstande dat in het eerste jaar met de asielgerechtigde statushouder in Tynaarlo minimaal vier voortgangsgesprekken plaatsvinden in tegenstelling tot het wettelijk minimum van twee.

Het college neemt de frequentie van de voortgangsgesprekken op in het PIP.

Het college wint bij de organisaties die bij het inburgeringtraject zijn betrokken informatie in die relevant is om zicht te houden op de in het eerste lid bedoelde voortgang (aanwezigheid, inspanning, resultaten).

Tijdens het voortgangsgesprek komen onder andere de afspraken uit het PIP aan bod. Met de inburgeringsplichtige wordt besproken of de onderdelen nog aansluiten bij de capaciteiten, de behoeften en de persoonlijke situatie van de inburgeringsplichtige. Het gaat daarbij in elk geval om:

De afgesproken leerroute;

De ondersteuning en begeleiding tijdens het inburgeringstraject;

De intensiteit van de verschillende onderdelen van het traject;

De participatie-activiteiten; en

De vorderingen en inzet van de inburgeringsplichtige.

Van ieder voortgangsgesprek worden de bevindingen met de inburgeringsplichtige gedeeld.

Als het voortgangsgesprek daartoe aanleiding geeft kan het PIP geheel of op onderdelen worden aangepast, dit moet in een nieuwe beschikking worden vastgelegd.

 

Artikel 8. Maatschappelijke begeleiding

Het college stemt de inhoud en duur van de maatschappelijke begeleiding zoveel mogelijk af op het startniveau, de vaardigheden, de persoonlijke omstandigheden en de maatschappelijke positie van de asielstatushouder.

De maatschappelijke begeleiding voor asielstatushouders bevat in ieder geval:

Ondersteuning en begeleiding bij het regelen van praktische zaken ten aanzien van voorzieningen zoals o.a. wonen, zorg, werk, inkomen, verzekeringen, onderwijs en kennismaking met de lokale woonomgeving;

De voorlichting over basisvoorzieningen en thema’s zoals o.a. wonen, inkomen, werk, zorg, onderwijs, opvoeding en kennismaking met maatschappelijke organisaties;

Inzet op het opbouwen van een sociaal netwerk.

De maatschappelijke begeleiding wordt gegeven door medewerkers van Vluchtelingenwerk Nederland.

De inburgeringsplichtigen krijgen zo veel mogelijk een vaste begeleider toegewezen.

De maatschappelijke begeleiding begint zo snel mogelijk nadat de asielstatushouder in de BRP van de gemeente Tynaarlo is ingeschreven.

De maatschappelijke begeleiding heeft een gemiddelde duur van 12-18 maanden en loopt door tot maximaal het einde van de inburgeringstermijn. Over de exacte termijn worden door het college afspraken gemaakt met Vluchtelingenwerk Nederland.

 

Artikel 9: persoonlijk Plan Inburgering en Participatie (PIP)

In het PIP wordt vastgesteld:

De te volgen leerroute;

De daarvoor nodige ondersteuning en begeleiding;

De intensiteit van het PVT en de MAP;

Voor zover van toepassing: de mogelijkheden van voor- en/of vroegschoolse educatie en kinderopvang;

Het PIP voor bijstandsuitkeringsgerechtigde inburgeringsplichtigen bevat, naast het bepaalde in het eerste lid, de beschikkingen op grond van de Participatiewet inzake opgelegde arbeids-en re-integratieverplichtingen (en/of ontheffingen) en inzake toegekende re-integratievoorzieningen.

De brede intake wordt zo snel mogelijk, maar in ieder geval binnen 10 weken na inschrijving in de BRP afgerond.

Het college verzendt het PIP binnen 10 dagen na het afronden van de brede intake aan de inburgeringsplichtige.

Het college registreert de datum van vaststelling van het PIP in ISI en daarmee start de inburgeringstermijn.

 

Artikel 10. Overschakelen leerroute

De termijn om over te schakelen van de ene naar de andere leerroute is, in bijzondere gevallen daargelaten, maximaal anderhalf jaar vanaf de dagtekening van het PIP. Met dien verstande dat gedurende het hele inburgeringstraject de onderwijsroute kan worden gewijzigd in de B1- route.

De beoordeling van het college of er onvoldoende voortgang of een grotere voortgang is dan op grond van de PIP was te verwachten, geschiedt aan de hand van de voortgangsgesprekken en/of de gegevens van de cursusinstelling of de taakschakeltrajectinstelling over de voortgang van de leerroute, en de aanwezigheid, inspanningen en resultaten van de inburgeringsplichtige.

Als de beoordeling als bedoeld in het tweede lid daartoe aanleiding geeft, schakelt de inburgeringsplichtige over naar een andere leerroute en past het college het PIP aan.

Het college registreert de wijziging van de leerroute in het ISI.

Het college verstrekt de cursusinstelling en de taalschakeltrajectinstelling de NAW-gegevens en de gegevens over de nieuwe leerroute, waaronder de intensiteit en de termijn van de leerroute.

Het college biedt asielstatushouders binnen maximaal 12 weken na de verzending van het PIP een cursus of opleiding aan waarmee ze aan de nieuw vastgestelde leerroute kunnen voldoen.

Het college registreert de deelname en afronding van de nieuwe leerroute en het taalniveau in ISI.

 

Artikel 11. Afschalen

Het afschalen van B1 niveau naar A2 niveau in de B1-route is mogelijk na minimaal 600 cursusuren Nederlands als tweede taal en wanneer uit de relevante feiten en omstandigheden blijkt dat de inburgeringsplichtige zich gedurende deze taallessen voldoende heeft ingespannen om de Nederlandse taal te leren.

De beoordeling of niveau B1 (op enkele of alle onderdelen) haalbaar is, geschiedt aan de hand van de voortgangsgesprekken en/of de gegevens van de cursusinstelling en/of de taalschakeltrajectinstelling en resultaten van de inburgeringsplichtige.

Als de beoordeling bedoeld in het tweede lid daartoe aanleiding geeft, schaalt het college (onderdelen van) de B1-route af naar A2-niveau en past het college het PIP aan.

Als de gemeente van oordeel is dat de inburgeringsplichtige zich onvoldoende heeft ingezet om de Nederlandse taal te leren, dan kan het gewenste taalniveau niet naar beneden worden bijgesteld. De gemeente kan de afspraken in het PIP dan handhaven.

 

Artikel 12. Boete niet verschijnen brede intake en meewerkplicht

Wanneer de inburgeringsplichtige niet verschijnt voor de brede intake of onvoldoende meewerkt aan de brede intake, geeft het college hem een schriftelijke waarschuwing. In de schriftelijke waarschuwing vermeldt het college:

Een nieuwe datum en tijdstip voor de brede intake;

Wat de gevolgen zijn als de inburgeringsplichtige niet op de brede intake verschijnt of niet aan de brede intake meewerkt.

Tussen de datum van de waarschuwing en de brede intake liggen minimaal vijf werkdagen.

Wanneer de inburgeringsplichtige na de waarschuwing niet verschijnt voor de brede intake of onvoldoende meewerkt aan de brede intake legt het college hem een boete op. Het college stelt de inburgeringsplichtige in de gelegenheid zijn zienswijze naar voren te brengen over het voornemen tot het opleggen van een boete. Het college volgt daarbij de procedure van artikel 5:50 Awb. In de boetebeschikking vermeld het college:

Een nieuwe datum en tijdstip voor de brede intake;

Wat de gevolgen zijn als de inburgeringsplichtige niet op de brede intake verschijnt of niet aan de brede intake meewerkt.

Tussen de datum van het boetebesluit en de brede intake liggen minimaal vijf werkdagen en maximaal twee maanden.

Wanneer de inburgeringsplichtige na de boete niet verschijnt voor de brede intake of onvoldoende meewerkt aan de brede intake legt het college hem een boete op en voltooit het college de brede intake in afwezigheid van de inburgeringsplichtige. De tweede en derde volzin van het derde lid zijn van overeenkomstige toepassing.

6. Het college registreert de boete in het ISI.

 

Artikel 13. Boete tijdens het inburgeringstraject

Wanneer de inburgeringsplichtige de verplichtingen uit het PIP niet of onvoldoende nakomt, legt het college hem een boete op.

Voor de inburgeringsplichtige gaat het om de volgende verplichtingen;

Deelname aan de voortgangsgesprekken;

Deelname aan de activiteiten in het kader van de MAP en het PVT.

Voor asielstatushouders gaat het daarnaast om de verplichting om deel te nemen aan de

inburgeringslessen.

Het college stelt de inburgeringsplichtige in de gelegenheid zijn zienswijze naar voren te brengen over het voornemen tot het opleggen van een boete. Het college volgt daarbij de procedure van artikel 5:50 Awb.

Het college registreert de boete in het ISI.

 

Artikel 14. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari 2022

 

Artikel 15. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Wet inburgering 2021 gemeente Tynaarlo.

De burgemeester De gemeentesecretaris

drs. M.J.F.J. Thijsen P. Koekoek

burgemeester gemeentesecretaris