Beleidsregel Hogere grenswaarden bij zwaar geluidbelaste locaties

Aanleiding

De stedelijke ontwikkeling van het Stationskwartier vraagt in aanvulling op het huidige beleid uit 2018 (Geluidbeleid Goede Ruimtelijke Ordening Gemeente Zwijndrecht, 1 juni 2018) om beleidsregels die met name toegepast kunnen worden op zwaar geluidbelaste locaties in de stationsomgeving.

Achtergrond

Het stationskwartier is een zwaar geluidbelast gebied. Het akoestisch onderzoek laat zien dat de geluidbelasting hoog is met meerdere bronnen verspreid over het gebied. Naast de spoorlijn Rotterdam-Dordrecht en de A16 zijn dat tevens de lokale wegen Koninginneweg, Brugweg, Burgemeester Doumaweg en het industrieterrein Dordt-West/Groote Lindt. Het Masterplan Stationskwartier voorziet in een stedelijk leefmilieu gelegen naast grootschalige infrastructuur. Dit vraagt om gebouw- en woningontwerpen waarbij de geluidssituatie een belangrijke rol speelt. Binnen de aanvullend gestelde kaders worden hogere milieubelastingen toegestaan dan volgens het Geluidbeleid Goede Ruimtelijke Ordening dat vooral geschikt is voor meer suburbane gebieden. Een hogere geluidbelasting is onder voorwaarden acceptabel voor de woningen mits dit goed wordt gemotiveerd.

Met name voor het geluid van de A16 en de spoorlijn Rotterdam-Dordrecht zijn maatregelen noodzakelijk. In het akoestisch onderzoek is onderzoek gedaan naar maatregelen om de geluidbelasting te verminderen. Dat betreft het plaatsen van extra schermen langs de A16 en de spoorlijn Rotterdam-Dordrecht. Deze schermen hebben een groot effect op de beoogde woongebouwen en mogelijk ook op het openbaar gebied. In de planuitwerking zal dit verder moeten worden uitgewerkt en zullen ook andere maatregelen op effect en doelmatigheid moeten worden onderzocht en afgewogen.

Het bevoegd gezag beslist bij de plantoetsing over de voorgestelde inzet op bron- en schermmaatregelen. De acceptatie van een hogere geluidbelasting is voor het Stationskwartier vertaald in een maximale toegestane cumulatieve waarde van 58 dB. Een overschrijding daarvan is te overwegen als bron- en schermmaatregelen onvoldoende doeltreffend zijn of als er overwegende bezwaren zijn van stedenbouwkundige, verkeerskundige, landschappelijke of financiële¹ aard en op een andere wijze wordt voorzien in een akoestisch aanvaardbaar woonmilieu. Het toepassen van dove gevels is in deze stationsomgeving toegestaan.

De precieze omvang van bron- en schermmaatregelen is nog niet duidelijk. De in het bestemmingsplan Verbrede reikwijdte Stationskwartier opgenomen hogere waarden zijn om die reden ruim gesteld. Het waarborgen van een akoestisch aanvaardbare situatie moet volgen uit de daarbij opgenomen regels. Die regels zijn gebaseerd op het gemeentelijk Geluidbeleid Goede Ruimtelijke Ordening. Samengevat houden ze in dat elke woning moet beschikken over een geluidluwe zijde, een geluidluwe buitenruimte en een goede woningindeling. Op enkele punten is een nadere definitie ter aanvulling op het gemeentelijk beleid wenselijk. Dit is gecombineerd met het stellen van regels ten aanzien van het cumulatief geluidniveau. Daarmee wordt in dit plan bedoeld het geluid van rijkswegen, lokale wegen (50 km en 30 km), spoorwegen en industrielawaai te samen, omgerekend naar wegverkeerslawaai en zonder aftrek op grond van artikel 110g Wet geluidhinder. In plaats van per bron te rekenen en te toetsen kan worden volstaan met het toetsen van het cumulatief geluidniveau. Als bovengrens wordt daarbij 68 dB gehanteerd. Geluidluw definiëren we daarbij voor deze stationsomgeving als maximaal 58 dB voor het cumulatief geluidniveau. Een geluidluwe gevel dient dus te voldoen aan 58 dB voor de cumulatieve geluidbelasting zoals hierboven gedefinieerd.

In de plannen voor het Stationskwartier zijn er in veel gevallen situaties waarbij woningen meerdere geluidbelaste zijden hebben. Voor die woningen stellen we in de regels dat de gevel geluidluw moet zijn ter plaatse van de te openen delen en de buitenruimte.

Tot slot nemen we in de regels op dat elke woning beschikt over een eigen geluidluwe buitenruimte. Indien dit niet mogelijk is dient gestreefd te worden naar realisatie van een gemeenschappelijke geluidluwe buitenruimte binnen het plangebied of in de directe nabijheid. De semi openbare buitenruimte voldoet daarbij aan de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder.

Doel aanvullende regels

Het streven is om in het Stationskwartier een groot aantal woningen te realiseren. Dit gebied is zwaar geluidbelast, met name door wegverkeerslawaai vanaf de A16 en de spoorlijn Rotterdam-Dordrecht en de lokale wegen rondom. In het akoestisch onderzoek is dit in beeld gebracht en zijn schermmaatregelen langs de A16 en de spoorlijn Rotterdam-Dordrecht en de toepassing van geluidreducerend asfalt onderzocht. Deze hebben een groot effect op de beoogde woningen en het openbaar gebied. Andere bron- en schermmaatregelen zullen in het kader van de aanvraag omgevingsvergunning moeten worden onderzocht. In dat kader zal daar ook een besluit over worden genomen. Alles wat niet met bron- en schermmaatregelen kan worden opgelost moet in het ontwerp van de gebouwen en woningen worden verwerkt. Er zijn genoeg voorbeelden van woongebouwen op geluidbelaste locaties om te stellen dat dit haalbaar is en dat aan de gestelde geluidregels kan worden voldaan. Met de regels over geluid wil de gemeente Zwijndrecht garanderen dat er een aanvaardbare akoestische woonomgeving wordt gerealiseerd, passend bij de beoogde levendige stationsomgeving.

Hogere waarden

Zie bestemmingsplan Verbrede reikwijdte Stationskwartier Zwijndrecht

Regels bestemmingsplan

Zie bestemmingsplan Verbrede reikwijdte Stationskwartier Zwijndrecht

Bij toepassing van de regels in het bestemmingsplan is het wenselijk om voor het plangebied Stationskwartier aanvullende beleidsregels te stellen:

• 1.

  Definitie geluidluw: geluidluw is dat het geluid van rijkswegen, lokale wegen (50 km en 30 km), spoorwegen en het industrieterrein Dordt-West/Groote Lindt samen, omgerekend naar wegverkeerslawaai en zonder aftrek op grond van artikel 110g Wet geluidhinder, niet meer bedraagt dan 58 dB.

• 2.

  Geluidluwe buitenruimte: elke woning beschikt over een eigen geluidluwe buitenruimte. Indien dit niet mogelijk is dient gestreefd te worden naar realisatie van een gemeenschappelijke geluidluwe buitenruimte.

• 3.

  Goede woningindeling: moet minimaal de helft van de slaapkamers (waarbij naar boven toe wordt afgerond) geluidluw zijn ter plaatse van de te openen delen. Bij eenzijdig georiënteerde woningen of hoekwoningen moeten alle geveldelen ter plaatse van te openen delen geluidluw zijn.

• 4.

  Bij situaties met te openen delen, waar reducerende maatregelen in de vorm van raamschermen worden overwogen, dienen deze raamschermen zodanig te worden gedimensioneerd dat de geluidbelasting op de te openen delen wordt teruggebracht tot een waarde van 53 dB.

• 5.

  Geluidschermen moeten voldoen aan de Richtlijnen Geluidbeperkende Constructies langs Wegen.