Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatregeling hoofdstuk 1.5 Den Haag 2022 |
Citeertitel | Mandaatregeling hoofdstuk 1.5 Den Haag 2022 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Mandaatregeling hoofdstuk 1.5 Den Haag 2022 |
Geen
titel 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-10-2022 | 01-01-2022 | nieuwe regeling | 18-10-2022 | RIS313448 OCW/10393346 |
Met het voorliggende hoofdstuk 1.5 van de mandaatregeling voor de gemeente Den Haag worden de dienst specifieke mandaten voor de dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn vastgesteld. Vanwege de leesbaarheid bij wijzigingen wordt het onderhavige hoofdstuk van de mandaatregeling integraal opnieuw vastgesteld.
Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,
besluit vast te stellen de Mandaatregeling hoofdstuk 1.5 Den Haag 2022:
Burgemeester en wethouders verlenen mandaat aan de algemeen directeur van de dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn, voor de bevoegdheden die betrekking hebben op het taakgebied van de dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn, zoals omschreven in artikel 2 tot en met artikel 6.
Alle bevoegdheden krachtens de bepalingen van:
a. de Haagse Kaderverordening Subsidieverstrekking (HKS) en het Uitvoeringsvoorschrift subsidies OCW bij de HKS;
b. de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 en de op basis van deze verordening vastgestelde subsidieregelingen, met uitzondering van de beslissingen op grond van artikel 27 ‘(aanwijzen van toezichthouders)’;
c. de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020 en de op basis van deze verordening vastgestelde subsidieregelingen, met uitzondering van de beslissingen op grond van artikel 5 ‘(vaststellen van subsidieregelingen)’ en artikel 27 ‘(aanwijzen van toezichthouders)’.
Artikel 3 Zorg en Volksgezondheid
Alle bevoegdheden krachtens de bepalingen van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en op die wet gebaseerde gemeentelijke verordening(en), gemeentelijke regeling(en) en beleidsregels.
Alle bevoegdheden krachtens de bepalingen van:
a. de Wet op het primair onderwijs met uitzondering van de artikelen 93, 94, 95 eerste tot en met het zevende lid, 95 negende lid, 96, 99, 155 eerste lid, 155 derde lid;
b. de Wet op de expertisecentra, met uitzondering van de artikelen 91, 92, 93 eerste lid tot en met het zevende lid, 93 negende lid, 94, 97, 162b derde, vierde en zesde lid;
c. de Wet op het voortgezet onderwijs, met uitzondering van de artikelen 42c vierde lid, 50 vierde lid, 76d, 76e, 76f eerste lid tot en met het zevende lid, 76f negende lid, 76g, 76j;
e. de Verordening leerlingenvervoer gemeente Den Haag 2014;
f. de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Den Haag 2015, met uitzondering van de artikelen 4.1, 4.2, 4.3, 5.2,, derde lid, laatste volzin, 8.3, eerste lid;
Alle bevoegdheden krachtens de bepalingen van de Wet kinderopvang.
Alle bevoegdheden krachtens de bepalingen van: