Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Opmeer

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Opmeer 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOpmeer
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Opmeer 2022
CiteertitelVerordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Opmeer 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening Ambtelijke Bijstand en Fractieondersteuning Opmeer 2020.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-10-2022nieuwe regeling

29-09-2022

gmb-2022-454810

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Opmeer 2022

PARAGRAAF 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

Ambtelijke bijstand: bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere ambtelijke bijstand niet zijnde een verzoek om informatie;

 

Ambtenaar: ambtenaar van de gemeente, niet zijnde een medewerker van de griffie;

 

Fractie: fractie als bedoeld in artikel 6 van het Reglement van Orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad

 

Wet: Gemeentewet

 

PARAGRAAF 2: VERZOEKEN OM INFORMATIE OF AMBTELIJKE BIJSTAND

Artikel 2. Verzoek om informatie

  • 1.

    Een raadslid kan de griffier verzoeken om feitelijke informatie van geringe omvang of om inzage in of afschrift van bij de raad, burgemeester en wethouders of de burgemeester berustende schriftelijke stukken en ander materiaal dat gegevens bevat.

  • 2.

    De griffier verstrekt zo spoedig mogelijk de verzochte informatie, voor zover deze daarover kan beschikken. Voor zover daarmee niet aan het verzoek voldaan is, verzoekt de griffier de secretaris één of meer ambtenaren aan te wijzen die voor zover mogelijk de resterende informatie zo spoedig mogelijk verstrekken.

Artikel 3. Verzoek om bijstand

  • 1.

    Een raadslid kan de griffier verzoeken om bijstand.

  • 2.

    De verzochte bijstand wordt zo spoedig mogelijk verleend, voor zover dit naar het oordeel van de griffier in redelijkheid kan worden gevergd. Als de griffier de verzochte bijstand niet kan verlenen, verzoekt hij de secretaris om een of meer ambtenaren aan te wijzen die ambtelijke bijstand verlenen.

  • 3.

    De secretaris weigert het verzoek om ambtelijke bijstand als:

    • a.

      naar zijn oordeel niet aannemelijk is gemaakt dat de ambtelijke bijstand betrekking heeft op raadswerkzaamheden;

    • b.

      dit naar zijn oordeel het belang van de gemeente kan schaden;

    • c.

      het verlenen van de verzochte ambtelijke bijstand naar zijn oordeel in redelijkheid niet kan worden gevergd.

  • 4.

    Als de secretaris het verzoek om ambtelijke bijstand weigert, deelt hij dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid door wie het verzoek is ingediend. De griffier of het raadslid kan de burgemeester verzoeken met de griffier en de secretaris en zo nodig het raadslid in overleg te treden over het alsnog laten verlenen van de ambtelijke bijstand. De burgemeester geeft zo spoedig mogelijk gehoor aan dit verzoek.

Artikel 4. Geschil over verleende ambtelijke bijstand

  • 1.

    Een raadslid dat niet tevreden is over de aan hem verleende ambtelijke bijstand, kan de griffier verzoeken hierover in overleg te treden met de secretaris.

  • 2.

    Als overleg met de secretaris niet leidt tot een ook voor het raadslid bevredigende oplossing, kan deze de burgemeester verzoeken met de griffier en de secretaris en zo nodig het raadslid in overleg te treden over de aan hem verleende ambtelijke bijstand. De burgemeester geeft zo spoedig mogelijk gehoor aan dit verzoek.

Artikel 5. Verstrekking informatie over verzoeken om ambtelijke bijstand

Als het college of een of meer leden van het college informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of over de inhoud van verleende ambtelijke bijstand, wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

 

PARAGRAAF 3: FRACTIEONDERSTEUNING

Artikel 6. Recht op financiële bijdrage

  • 1.

    De raad verstrekt een in de raad vertegenwoordigde fractie voor de duur van de zittingsperiode een financiële bijdrage ter ondersteuning van het functioneren van de fractie.

  • 2.

    De financiële bijdrage bestaat uit een vast bedrag van € 8.400,- er zittingsperiode.

  • 3.

    De financiële bijdrage bestaat in afwijking van het tweede lid uit een vast bedrag van € 1.200,- per zittingsperiode voor een fractie die geen fractiemedewerker, als bedoeld in artikel 6, derde lid, van het Reglement van orde, heeft aangemeld bij de griffier.

  • 4.

    Wanneer een fractie een fractiemedewerker, als bedoeld in artikel 6, derde lid, van het Reglement van orde, aanmeldt bij de griffier, dan wordt de financiële bijdrage aan de fractie, als bedoeld in artikel 6, eerste lid, berekend naar rato van het aantal resterende maanden van de zittingsperiode met de ingang van de maand volgend op de maand waarin hiervan kennisgeving is gedaan aan de griffier.

Artikel 7. Besteding financiële bijdrage

  • 1.

    De financiële bijdrage wordt uitsluitend besteed aan ondersteuning die ertoe strekt de volksvertegenwoordigende, kaderstellende of controlerende rol van de fractie te versterken.

  • 2.

    Conform Artikel 6, lid 3 van het Reglement van orde kunnen fracties een fractiemedewerker aanstellen. Een fractiemedewerker kan een vergoeding krijgen die wordt betaald van de financiële bijdrage. Fracties bepalen zelf de hoogte van deze vergoeding.

  • 3.

    De financiële bijdrage wordt in ieder geval niet gebruikt ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      uitgaven welke voldaan dienen te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositiebesluit raadsleden toekomen;

    • c.

      betalingen, inclusief die ter voldoening van contributie, aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van diensten of goederen geleverd ten behoeve van de versterking van de ondersteuning van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie of arbeidsovereenkomst;

    • d.

      uitgaven ten behoeve van bedrijven of instellingen, waarover raadsleden middellijk of onmiddellijk zeggenschap hebben;

    • e.

      giften, leningen, beleggingen en voorschotten;

    • f.

      uitgaven die op grond van enige andere wettelijke regeling in aanmerking komen voor vergoeding van overheidswege, inclusief uitgaven in verband met verkiezingsactiviteiten.

Artikel 8. Voorschot financiële bijdrage

  • 1.

    Jaarlijks vóór 31 januari wordt een voorschot verleend ter hoogte van 1/4e deel van de financiële bijdrage als bedoeld in artikel 6, eerste lid.

  • 2.

    In een jaar waarin de raadsleden aftreden na reguliere raadsverkiezingen of op grond van artikel 56d of 56e van de Wet Algemene regels herindeling wordt, in afwijking van het eerste lid, een voorschot verleend voor de periode tot en met de maand maart en een voorschot voor de periode omvattende de resterende maanden. Het eerste voorschot wordt vóór 31 januari van dat jaar verstrekt; het tweede voorschot vóór 30 april.

Artikel 9. Gevolgen splitsen en einde bestaan fractie

Groeperingen of raadsleden die niet of niet meer zijn aan te merken als fractie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Reglement van orde, kunnen geen aanspraak maken op de fractievergoeding als bedoeld in artikel 6, eerste lid.

Artikel 10. Reserve

  • 1.

    De fractie is verplicht de niet-bestede middelen van de tegemoetkoming in liquide vorm beschikbaar te houden.

  • 2.

    Een fractie kan het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de financiële bijdrage reserveren voor een aanvulling op de financiële bijdrage ten behoeve van die fractie in de volgende jaren van de lopende raadsperiode.

  • 3.

    Het beroep in enig jaar op de opgebouwde reserve komt tot uitdrukking in de afrekening over dat jaar.

  • 4.

    Een definitieve afrekening over de opgebouwde reserve vindt plaats aan het einde van de raadsperiode.

Artikel 11. Administratieve verplichtingen

  • 1.

    Fracties houden een administratie bij van de uitgaven voor fractieondersteuning.

  • 2.

    Deze administratie wordt op een zodanige wijze gevoerd dat deze steeds een volledig en juist inzicht geeft in alle bezittingen en schulden, verplichtingen, baten en lasten, alsmede overige gegevens die voor de financiële verantwoording van belang zijn.

  • 3.

    Ander inkomensbronnen dan de financiële bijdrage worden afzonderlijk geadministreerd.

  • 4.

    De administratie wordt zodanig ingericht dat op eerste aanvraag van de raad nadere informatie kan worden gegeven en bescheiden of bewijsstukken met betrekking tot de uitgaven kunnen worden overgelegd.

Artikel 12. Verantwoording, controle en vaststelling financiële bijdrage

  • 1.

    Een fractie legt uiterlijk twee maanden na het einde van een kalenderjaar aan de raad verantwoording af over de besteding van de financiële bijdrage gedurende het vorige kalenderjaar, onder overlegging van een financieel verslag.

  • 2.

    Deze verantwoording wordt door ten minste twee personen uit de fractie geautoriseerd.

  • 3.

    Elke fractie stuurt het verantwoordingsverslag toe aan de griffier. De griffier legt ter controle een voorstel ter bespreking voor aan het presidium. Het presidium stelt namens de raad vast:

    • a.

      de uitgaven van een fractie die in het vorige kalenderjaar uit de bijdrage zijn bekostigd;

    • b.

      de (wijziging van) de reserve

    • c.

      de verrekening tussen de in onderdeel a. genoemde uitgaven en het ontvangen voorschot en, voor zover nodig, de hoogte van de terugvordering van ontvangen voorschotten.

 

PARAGRAAF 4. SLOTBEPALINGEN

Artikel 13. Intrekking oude verordening

De Verordening Ambtelijke Bijstand en Fractieondersteuning Opmeer 2020 wordt ingetrokken.

Artikel 14. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking de dag na vaststelling.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Opmeer 2022.

Aldus besloten in de raadsvergadering van 29 september 2022.

voorzitter

G.J. van den Hengel

griffier

L. Gijben