BIJLAGE II Mandaatlijst die betrekking heeft op de uitvoering van de (basis)taken door FUMO, inclusief besluitvorming |
|
Nummer | Verleend mandaat | Beperking ondermandaat | Toelichting |
|
2.1 | Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) | |
2.1.1 | Beslissen op aanvragen om een omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 2.1 lid 1 onder e, 2.1 lid 1 onder i van de Wabo. | | Het gaat om een aanvraag omgevingsvergunning voor het aspect milieu en/of OBM . Dit mandaat geldt niet indien (verplicht) meer Wabo activiteiten aangevraagd (dienen te) worden. In dat geval levert de FUMO het milieudeel (in advies) aan bij de betreffende gemeente. |
2.1.2 | Beslissen op aanvragen om een beschikken met betrekking tot de eerste of tweede fase als bedoeld in artikel 2.5 van de Wabo . | | Op verzoek van de aanvrager kan een omgevingsvergunning in twee fasen worden verleend. Er wordt dan eerst een beschikking voor de eerste fase en daarna voor de tweede fase verleend. De aanvrager moet wel bij de eerste fase al aangeven waar de tweede fase betrekking op heeft. Indien sprake is van een meervoudige omgevingsvergunning levert FUMO het milieudeel (in advies) aan bij de betreffende gemeente. Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo. |
2.1.3 | Wijzigen, ambtshalve of op verzoek, van (de voorschriften van) een eerder verleende omgevingsvergunning als bedoeld in de artikelen 2.31 en 2.31a van de Wabo. | | Betreft het wijzigen van het onderdeel milieu/OBM van omgevingsvergunningen. Dit kan ook het onderdeel milieu/OBM zijn van een meervoudige vergunning, zolang het enkel de wijziging van het milieu/OBM deel van deze meervoudige vergunning betreft. Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo. Dit mandaat geldt niet indien voor meer Wabo activiteiten de vergunning wordt gewijzigd. In dat geval levert de FUMO het milieudeel (in advies) aan bij de betreffende gemeente. |
2.1.4 | Beslissen op verzoeken om goedkeuring/instemming die benodigd is op grond van een vergunningvoorschrift. | | In een vergunningvoorschrift kan een bepaald onderzoek, plan, melding of rapportage (energieverbruik, VOS uitstoot, bodemonderzoek, vervoersplan, afvalpreventieplan etc.) zijn voorgeschreven. Vervolgens moet worden beslist of het ingediende stuk aan de gestelde normen in de vergunning voldoet. Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo. |
2.1.5 | Beslissen over het melden om de omgevingsvergunning over te dragen als bedoeld in artikel 2.25 derde lid onder b van de Wabo. | | Het gaat om het overdragen op naam van een omgevingsvergunning van de ene vergunninghouder naar de andere. Dit mandaat geldt niet indien de vergunning ook betrekking heeft op andere Wabo activiteiten. In dat geval geeft de FUMO advies of de vergunning voor wat betreft het milieudeel overgedragen zou kunnen worden. Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo. |
2.1.6 | Intrekken, ambtshalve of op verzoek, van omgevingsvergunningen als bedoeld in artikel 2.33 of 2.23 van de Wabo. | | Het bevoegd gezag is verplicht om de omgevingsvergunning in te trekken in de in artikel 2.33, eerste lid, van de Wabo genoemde gevallen. In de gevallen genoemd in het tweede lid van dat artikel (onder andere: intrekking op verzoek van de vergunninghouder en intrekking indien geen gebruik wordt gemaakt van een omgevingsvergunning) is het een bevoegdheid. Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo Dit mandaat geldt niet wanneer de activiteit milieu/OBM is verleend als onderdeel van een omgevingsvergunning waarin ook ander Wabo activiteiten zijn vergund. In dat geval levert de FUMO advies over het intrekken van het milieu/OBM deel. |
2.1.7 | Achterwege laten, op grond van Wabo artikel 3.10, van het toepassen van Wabo artikel 3.1 of Awb afdeling 3.4 bij de voorbereiding van een beschikking op een aanvraag (van wijziging van de voorschriften van een) omgevingsvergunning. | | Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo Dit mandaat geldt niet indien de aanvraag (verplicht) ook betrekking heeft op andere Wabo activiteiten. Dit gaat om een spoed aanpassing vergunning die eigenlijk via uitgebreide procedure zou moeten (ivm ongewone omstandigheid.) |
2.1.8 | Afwijzen, op grond van Awb artikel 4:6, van een aanvraag om (wijziging van de voorschriften van een) omgevingsvergunning. | | Het mandaat is verder beperkt tot een activiteit milieu bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder e of artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo Dit mandaat geldt niet indien de aanvraag (verplicht) ook betrekking heeft op andere Wabo activiteiten. |
|
2.2 | Bouwbesluit 2012 (asbestmeldingen) | |
2.2.1 | Behandelen van meldingen als bedoeld in artikel 1.26 Bouwbesluit en het opleggen van nadere voorwaarden als bedoeld in artikel 1.29 en 1.30 Bouwbesluit. | | Toezicht op het bedrijfsmatig verwijderen van asbest bij sloopwerkzaamheden valt onder de basistaak als bedoeld in Bor artikel 7.1 lid 1 aanhef en onder c onder 3°. Indien op grond van het Bouwbesluit een melding is vereist voor het verwijderen van asbest, kan na deze melding nadere voorwaarden opleggen aan het slopen c.q. verwijderen van asbest (art 1.29 en 1.30 Bouwbesluit). De gegevens die met betrekking tot asbest bij de melding worden ingediend worden voor het toezicht (= basistaak) doorgestuurd naar de FUMO. Het opleggen van eventuele nadere voorwaarden met betrekking tot de asbestverwijdering wordt eveneens tot deze basistaak gerekend. Dit mandaat geldt niet als het opleggen van nadere voorwaarden asbestverwijdering samenloopt met het opleggen van andere nadere voorwaarden n.a.v. de sloopmelding. In dat geval is integrale afhandeling nodig en geeft de FUMO advies over het asbestdeel aan bij de betreffende gemeente. |
|
2.3 | Besluit bodemkwaliteit | |
2.3.1 | Behandelen van meldingen als bedoeld in Besluit bodemkwaliteit (Bbk). | | In het kader van het Besluit bodemkwaliteit voor het toepassen van bouwstoffen, grond en baggerspecie: - 1.
Het beoordelen van meldingen - 2.
Het reageren op meldingen richting melder - 3.
Het toezicht op meldingen - 4.
Het verzenden van brieven naar aanleiding van toezicht - 5.
Het verzenden van een voorgenomen handhavingsbesluit naar aanleiding van toezicht
|
|
|
2.4 | Mobiele puinbreker | | |
2.4.1 | Kennisgeving mobiele puinbreker | | Beoordeling en afhandeling kennisgeving mobiel breken |
|
2.5 | Wet milieubeheer (Wm) | |
2.5.1 | Het beoordelen en afhandelen van meldingen als bedoeld in artikel 8.41, eerste lid, van de Wet milieubeheer ten aanzien van activiteiten die zijn aangewezen in categorie 6 van bijlage IV Bor. | | Betreft meldingen op grond van een "milieu- Amvb" (zoals het Activiteitenbesluit) voor aangewezen activiteiten binnen Activiteitenbesluit type C en type B inrichtingen. |
2.5.2 | Beschikkingen als bedoeld in artikel 8.40a, eerste lid en 8.42, eerste lid van de Wet milieubeheer ten aanzien van activiteiten die zijn aangewezen in categorie 6 van bijlage IV Bor. | | Betreft beschikkingen voor maatwerkvoorschriften en gelijkwaardige maatregelen m.b.t. aangewezen activiteiten binnen Activiteitenbesluit type C en type B inrichtingen. |
2.5.3 | Beslissen op grond van artikel 1.11, lid 4, 5, 6 of 11 Activiteitenbesluit dat een rapport van een akoestisch onderzoek is al dan niet is vereist bij een melding. | | Bij meldingen Activiteitenbesluit voor aangewezen activiteiten binnen Activiteitenbesluit type B en type C inrichtingen is soms het indienen van een akoestisch onderzoek vereist maar niet noodzakelijk. In andere gevallen is het indienen van een onderzoek niet verplicht maar wel noodzakelijk. In deze gevallen kan een besluit worden genomen dat het indienen van een onderzoek niet/wel is vereist. Dit mandaat (4.2) is bedoeld om mandaat 4.1 (meldingen voor basistaakinrichtingen) effectief uit te kunnen voeren. |
2.5.4 | Verstrekken van gegevens over externe veiligheid op grond van artikel 12.13 van de Wm ten behoeve van het openbare register als bedoeld in artikel 12.12 van de Wm. | | Het gaat hierbij om gegevens van inrichtingen zoals aangegeven Registratiebesluit Externe Veiligheid. |
2.5.5 | Uitoefenen van bevoegdheden en het uitvoeren van taken op grond van bij of krachtens hoofdstuk 7 van de Wm gestelde regels, voorzover het betreft mer-beoordelingsbesluiten ten behoeve van vergunningen milieu. | | Indien een aanvraag om omgevingsvergunning milieu of OBM betrekking heeft op een activiteit waarvoor een milieueffectrapport wordt danwel moet worden gemaakt, gelden met betrekking tot de totstandkoming van dat milieueffectrapport bepalingen, waaronder uitbrengen advies over reikwijdte en detailniveau, kennisgeving etc. Indien een aanvraag om omgevingsvergunning milieu of OBM betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in kolom 1 al dan niet in combinatie met kolom 2 van onderdeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage, dan moet eerst worden beslist of ten behoeve van de afhandeling van de aanvraag omgevingsvergunning al dan niet een milieueffectrapport moet worden gemaakt. |
2.5.6 | Uitoefenen van bevoegdheden en het uitvoeren van taken op grond van bij of krachtens hoofdstuk 17 van de Wm gestelde regels. | | Waaronder handelingen correspondentie ongewoon voorval. |
| | | |
2.6 | Vuurwerkbesluit | | |
2.6.1 | Behandeling melding vuurwerkopslag in het kader van het Vuurwerkbesluit. | | Betreft ook het afhandelen van meldingen voor type A-inrichtingen (bijvoorbeeld inrichtingen die alleen vuurwerk opslaan). |
2.6.2 | Maatwerkvoorschriften. | | Betreft beschikkingen voor maatwerkvoorschriften. |
|
2.7 | Toezicht en handhaving | |
| | |
2.7.1 | Het ambtshalve of naar aanleiding van een verzoek uitvoeren van toezicht. | | Het uitvoeren van toezicht betreft onder meer het uitvoeren van een opleveringscontrole, een administratieve controle een controle n.a.v. klachten/ incidenten en handelingen naar aanleiding van een ongewoon voorval, reguliere controle en een themacontrole waarbij wordt gecontroleerd op naleving van de geldende (milieu)wet- en regelgeving. |
2.7.2 | Spoedeisende last onder bestuursdwang en het mondeling geven van een last onder bestuursdwang en het ten uitvoer leggen daarvan indien deze niet (tijdig) wordt uitgevoerd (rauwelijkse bestuursdwang) artikel 5.31 Awb, jo. artikel 5.32 Awb. | | Enkel toe te passen in spoedeisende situaties. Vooraf aan de toepassing dient er contact opgenomen te worden met bevoegd gezag. In het geval van een last ex Artikel 5.31 lid 2 Awb bestaat de mogelijkheid tot overleg met bevoegd gezag niet. In deze gevallen wordt bevoegd gezag zo spoedig mogelijk na het toezichtsbezoek telefonisch of per e-mail geïnformeerd. |
2.7.3 | Doen uitgaan van vooraankondigingen tot handhaving op grond van artikel 125 Gemeentewet jo afdeling 5.3.1 Awb (last onder bestuursdwang) of 5.3.2 (last onder dwangsom) Awb wegens overtreding van de voorschriften en omgevingsvergunningen en de daarin opgenomen voorschriften, alsmede van de verboden, bedoeld in artikel 7.1 lid 1 onderdelen a tot en met c van het Besluit omgevingsrecht. | | Mochten er overtredingen geconstateerd worden van “niet-milieuactiviteiten”” op grond van de Wabo, dan overlegt de FUMO met bevoegd gezag. Deze kan besluiten dat er integrale afhandeling nodig is en de FUMO instrueren geen gebruik te maken van het verstrekte mandaat en slechts advies geven over het “milieudeel” van de geconstateerde overtreding. Van de bevoegdheid last onder bestuursdwang of dwangsom wordt geen gebruik gemaakt anders dan na afstemming met het bevoegd gezag. Het opleggen van een vooraankondiging last onder bestuursdwang en dwangsom vanwege niet naleving van onder meer de volgende wetten: het Activiteitenbesluit, Besluit bodemkwaliteit, Wabo (milieu), Wet milieubeheer, Wet bodembescherming en de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels en de daarop gebaseerde regelgeving voor zover de FUMO belast is met de uitvoering hiervan. Het mandaat omvat daarnaast onder meer waarschuwingsbrieven, brieven waarin wordt bevestigd dat de overtredingen ongedaan zijn gemaakt, concepthandhavingsbesluiten, het horen voorafgaand aan het opleggen van een handhavingsbesluit. en de intrekking van handhavingsbesluiten wanneer de overtredingen zijn beëindigd. |
2.7.4 | Beslissen op grond van artikel 5:31a Awb op verzoeken om handhaving indien en voor zover handhaving wordt verzocht van naleving van de voorschriften en omgevingsvergunningen en de daarin opgenomen voorschriften, alsmede van de verboden, die gelden op grond van de regelgeving en besluiten als bedoeld in artikel 7.1 lid 1 onderdelen a tot en met c van het Besluit omgevingsrecht. | | Dit mandaat geldt niet indien het verzoek tevens betrekking heeft andere ('niet-milieu') activiteiten van de Wabo. In dat geval is integrale afhandeling nodig en geeft de FUMO advies over het milieudeel aan bij de betreffende gemeente. |
2.7.5 | Beslissen op een verzoek om al dan niet af te zien van handhavend optreden indien en voor zover sprake is van overtreding van de voorschriften en omgevingsvergunningen en de daarin opgenomen voorschriften, alsmede van de verboden, bedoeld in artikel 7.1 lid 1 onderdelen a tot en met c van het Besluit omgevingsrecht. | | Het gaat om het beslissen over een gedoogverzoek. Dit mandaat geldt niet indien het verzoek tevens betrekking heeft andere ('niet-milieu') activiteiten van de Wabo. In dat geval is integrale afhandeling nodig en geeft de FUMO advies over het milieudeel aan bij de betreffende gemeente. |
2.7.6 | het opleggen van een last onder bestuursdwang op grond van artikel 125 Gemeentewet jo afdeling 5.3.1 van de Awb, of het opleggen van een last onder dwangsom op grond van afdeling 5.3.2 van de Awb, wegens overtreding van een verbod of plicht gesteld bij of krachtens de in de voorgaande van toepassing zijnde hoofdstukken genoemde (onderdelen van) wet- en regelgeving waarvoor bevoegdheden zijn gemandateerd. | | Dit mandaat geldt niet als er samenloop is met overtredingen op "niet-milieu" activiteiten van de Wabo. In dat geval is integrale afhandeling nodig en geeft de FUMO advies over het milieudeel aan bij de betreffende gemeente. Van de bevoegdheid last onder bestuursdwang wordt geen gebruik gemaakt dan na afstemming en instemming met het bevoegd gezag. Het opleggen van een last onder bestuursdwang en dwangsom vanwege niet naleving van onder meer de volgende wetten: Wabo (milieu), Wet milieubeheer, Wet bodembescherming, Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels en de daarop gebaseerde regelgeving voor zover de FUMO belast is met de uitvoering hiervan. Het mandaat omvat daarnaast onder meer waarschuwingsbrieven, brieven waarin wordt bevestigd dat de overtredingen ongedaan zijn gemaakt, concepthandhavingsbesluiten, het horen voorafgaand aan het opleggen van een handhavingsbesluit. en de intrekking van handhavingsbesluiten wanneer de overtredingen zijn beëindigd. Hoogte bedragen moet worden uitgegaan van de bedragen zoals opgenomen in het beleid van het bevoegd gezag. |
2.7.7 | Intrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 5.19 van de Wabo. | | Het gaat hier om het intrekken van (een deel van) de omgevingsvergunning als sanctie. Voor hiertoe wordt overgegaan wordt er contact opgenomen met het bevoegd gezag. |
2.7.8 | Opleggen of wijzigen, op grond van Bouwbesluit artikel 1.29 en 1.30, van nadere voorwaarden met betrekking tot het bedrijfsmatig verwijderen van asbest bij sloopwerkzaamheden. | | |
2.7.9 | Uitoefenen van bevoegdheden op grond van paragraaf 5.4 van de Wabo. | | Het betreft de specifieke toezichts- en handhavingsbevoegdheden die in de Wabo zijn opgenomen, waaronder: bestuursdwang bij niet meewerken aan toezicht, verruiming reikwijdte bestuursdwang, zakelijke werking sanctiebesluiten en intrekking van een verleende vergunning of ontheffing als sanctie. Voor hiertoe wordt overgegaan wordt er contact opgenomen met het bevoegd gezag. |
| | | |