Organisatie | 's-Hertogenbosch |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels individuele bijzondere bijstand gestegen energiekosten gemeente 's-Hertogenbosch 2022 |
Citeertitel | Beleidsregels individuele bijzondere bijstand gestegen energiekosten gemeente 's-Hertogenbosch 2022 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-10-2022 | 01-05-2023 | Nieuwe regeling | 04-10-2022 |
Artikel 2: Hoogte van de bijstand
De bijzondere bijstand wordt vastgesteld door de hoogte van het meest actuele voorschot te nemen die door de energieleverancier of de verhuurder is vastgesteld minus de gemiddelde kosten van gas en elektra in juli 2021 conform de Nibud-normen. Hierbij wordt gekeken naar de laatste eindafrekening waar het actuele voorschot staat aangegeven.
Artikel 3: Draagkracht en vermogen
De bestaande draagkrachtregels voor inkomen en vermogen zijn van toepassing zoals vastgelegd in de Beleidsregels Bijzondere bijstand 2021 III '’s-Hertogenbosch.
De volgende bewijsstukken zijn tenminste belangrijk naast de algemene bewijsstukken voor bijzondere bijstand:
Het college handelt in overeenstemming met bovenstaande beleidsregels, tenzij dat naar het oordeel van het college voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen, conform artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht.
Aldus vastgesteld op 4 oktober 2022
Het college van burgemeesters en wethouders,
De secretaris,
Drs. B. van der Ploeg
De burgemeester,
Drs. J.M.L.N. Mikkers
De Participatiewet kent twee vormen van bijstand: algemene bijstand en bijzondere bijstand. Algemene bijstand is bedoeld voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan, waaronder energiekosten. Bijzondere bijstand is bedoeld - zoals is opgenomen in artikel 35, eerste lid, van de Participatiewet - om te voorzien in de uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende noodzakelijke kosten van het bestaan. Energiekosten worden tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke bestaanskosten gerekend. Deze kosten dienen uit een inkomen op bijstandsniveau te worden betaald, hetzij door middel van reservering, hetzij door middel van gespreide betaling achteraf. Bijzondere bijstand voor energiekosten is dus in principe niet mogelijk, tenzij de kosten voortvloeien uit bijzondere omstandigheden.
Het kabinet vindt echter dat bij de huidige onverwachte en ongekend sterke stijging van de energieprijzen sprake is van extra kosten vanwege bijzondere omstandigheden. Het verlenen van bijzondere bijstand in verband met deze sterk gestegen energieprijzen wordt dan ook toelaatbaar geacht. Dit geldt zowel voor de individuele bijzondere bijstand als voor de categoriale bijzondere bijstand. Het kabinet heeft besloten aan huishoudens met een laag inkomen een compensatie te verstrekken in de vorm van een energietoeslag (categoriale bijzondere bijstand). Maatwerk in de vorm van individuele bijzondere bijstand voor de sterk gestegen energiekosten is echter ook mogelijk.
In deze beleidsregels zijn ook de gestegen kosten van elektra meegenomen. Voor de gestegen gas- en elektraprijzen sluiten we aan bij de Nibud-normen van juli 2021. Deze normen gelden op januari 2022. Wij verwachten dat dit in lijn is met de maatregel van de overheid, zoals aangekondigd op 20 september 2022.
Het hanteren van een inkomensgrens voor het recht op de energietoeslag betekent dat huishoudens met een inkomen net boven die inkomensgrens niet in aanmerking komen voor de energietoeslag. Deze groep kan echter in vergelijkbare mate te maken hebben met energiearmoede. Voor deze groep kan op individuele basis maatwerk geleverd worden met individuele bijzondere bijstand. Het hanteren van een vast bedrag voor de energietoeslag kan ook betekenen dat sommige huishoudens niet toereikend gecompenseerd worden voor de gestegen energieprijzen. Ook dan kan maatwerk worden geleverd in de vorm van individuele bijzondere bijstand, waarbij de energietoeslag (categoriale bijzondere bijstand) in mindering wordt gebracht op de individuele bijzondere bijstand. Als blijkt dat de inwoner daar wel recht op heeft, wordt de energietoeslag alsnog aangevraagd en in mindering gebracht.
De aanvrager komt in aanmerking voor bijzondere bijstand als sprake is van een hogere energierekening die aannemelijk het gevolg is van de stijgende energieprijzen. Deze hogere energieprijzen zijn aannemelijk als ze boven het bedrag van de eenmalige energietoeslag (berekend naar een maandbedrag) komen.
Het Nibud geeft aan het gasverbruik en elektraverbruik per woningtype. Om tot een inzichtelijke prijsstijging te komen wordt uitgegaan van de gemiddelde kosten. Als een vergelijking met de Nibud-normen niet mogelijk is dan kan worden uitgegaan van de werkelijke kosten op basis van het oude termijnbedrag.
Wanneer er sprake is van kostendelers bestaat recht op de bijzondere bijstand voor de kostendeler die de energierekening betaalt. Dit is op de bankrekening zichtbaar aan de afschrijving van de energie/gaskosten maar ook op de bewijsstukken van de energieleverancier.
Een aanvraag kan worden ingediend tot 1 april 2023 met terugwerkende kracht. Deze termijn sluit aan bij wat er is vastgelegd in de Beleidsregels Bijzondere bijstand 2021 III ‘s-Hertogenbosch.
Rekenvoorbeelden uitgaande van de normen van juli 2021
Eenpersoonshuishouden, tussenwoning
Inkomen tot 120% geen draagkracht
Inkomen hoger dan 120% draagkracht berekening
Meerpersoonshuishouden,3 personen, flatwoning
Inkomen tot 120% geen draagkracht