Organisatie | Sittard-Geleen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag Sittard-Geleen 2022 |
Citeertitel | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag Sittard-Geleen 2022 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervalt 1 juli 2023.
Deze regeling vervangt de op 12 april 2022 vastgestelde Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 Sittard-Geleen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-10-2022 | 01-01-2022 | nieuwe regeling | 20-09-2022 |
Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.
Aldus vastgesteld op 20 september 2022
Het college van burgemeester en wethouders,
mr. J.Th.C.M. Verheijen,
burgemeester
J.A.M. Heesen,
gemeentesecretaris
Deze beleidsregel is gebaseerd op
In dit artikel wordt de gemeentelijke beleidsvrijheid ingevuld.
Hoogte van de toeslag en differentiatie naar leefsituatie
Het kabinet heeft met VNG en Divosa afgesproken dat wordt ingezet op het
bereiken van maximaal 800.000 huishoudens met een eenmalige energietoeslag van
€ 1.300.- als richtbedrag. Wij volgen deze aanbeveling. Van differentiatie op deze energietoeslag naar leefsituatie zien wij af omwille van de beoogde eenvoud van de regeling.
In het belang van een snelle uitvoerbaarheid van de regeling en vanwege het
feit dat het merendeel van de huishoudens met een laag inkomen geen of
nauwelijks vermogen heeft, wordt het vermogen van de aanvrager en eventuele partner buiten beschouwing gelaten.
Het recht op de energietoeslag wordt alleen op basis van het inkomen bepaald.
We kiezen voor een inkomensgrens van 120% van de toepasselijke bijstandsnorm.
In artikel 31, tweede lid, van de Participatiewet worden een aantal inkomensbestanddelen opgesomd die niet tot de middelen worden gerekend. Deze middelen worden ook voor het recht op eenmalige energietoeslag buiten beschouwing gelaten. Toeslagen als huur-, zorg- en kinderopvangtoeslag worden dus niet als inkomen aangemerkt. Dit geldt ook voor speciale regelingen op basis van de corona-(steun)maatregelen, zoals de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) voor ondernemers en de zorgbonus voor zorgpersoneel. Ook bijzondere bijstand telt niet mee als inkomen.
Wij kiezen er voor om huishoudens die zijn toegelaten tot schuldhulpverlening ongeacht de hoogte van het inkomen in aanmerking te laten komen, omdat zij slechts het ‘vrij te laten bedrag’ te besteden hebben (95% van de bijstandsnorm).
De energietoeslag is een vorm van categoriale bijzondere bijstand en dus gelden ook de uitsluitingsgronden van de bijstand.
Het recht op de energietoeslag is op grond van artikel 11 PW (rechthebbenden) beperkt tot Nederlanders en daarmee gelijkgestelden, die woonachtig zijn en rechtmatig verblijven in Nederland. Daarnaast zijn ook de uitsluitingsgronden van artikel 12 (Onderhoudsplicht ouders 18 t/m 20-jarigen) en 13 (Uitsluiting van bijstand) van de PW van toepassing.
Personen met een uitkering volgens de inrichtingsnorm worden uitgesloten, omdat de instelling voorziet in de energiekosten.
Personen met alleen een briefadres (dak- en thuislozen) worden uitgesloten van de eenmalige energietoeslag omdat zij geen energiekosten hebben.
Op het moment dat er sprake is van meerdere huishoudens op één adres, terwijl er sprake is van 1 energiecontract op dit adres, wordt de energietoeslag betaald aan de hoofdbewoner.
Met de invoering van het vijfde lid onder artikel 35 van de Participatiewet wordt geregeld dat de gemeente de eenmalige energietoeslag ook ambtshalve kan vaststellen en verstrekken. Een schriftelijke aanvraag is dan niet nodig. Om de uitvoeringskosten te beperken wordt de energietoeslag waar mogelijk ambtshalve toegekend.
Aan huishoudens waar de energietoeslag van € 800,- al is uitbetaald ontvangen een ambtshalve nabetaling van € 500,-. Ook als het huishouden is verhuisd naar een andere gemeente.
Aan een deel van de doelgroep kan de energietoeslag niet ambtshalve worden toegekend. Dit is aan de huishoudens met lage inkomens die (op dit moment) geen gebruikmaken van een uitkering of minimaregelingen van de gemeente. Denk hierbij aan werkende armen, inwoners met een uitkering van UWV, AOW-gerechtigden zonder aanvullend pensioen en zelfstandigen met een laag inkomen. Deze inwoners kunnen de energietoeslag zelf aanvragen.
Het hanteren van een inkomensgrens voor het recht op de energietoeslag betekent dat huishoudens met een inkomen net boven die inkomensgrens niet in aanmerking zullen komen voor de energietoeslag. De verhoging van het richtbedrag van de energietoeslag van oorspronkelijk € 200,-, naar € 800,- en vervolgens naar € 1.300,-, maakt het verschil in tegemoetkoming tussen rechthebbenden en net-niet-rechthebbenden groot. Deze net-niet-rechthebbenden kunnen echter in vergelijkbare mate te maken hebben met energiearmoede. Voor deze groep kan op individuele basis maatwerk geleverd worden met individuele bijzondere bijstand.
Aanvragen van de energietoeslag kan uiterlijk tot en met 30 juni 2023