Aanwijzingsbesluit Toezichthouders gemeente Molenlanden t.a.v. vorstperiode Alblasserwaard 2022

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van gemeente Molenlanden, ieder binnen de eigen bevoegdheid;

Gelet op de wijziging van Drank- en Horecawet naar Alcoholwet;

gelet op de artikelen 5:11 tot en met 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 6:2 van de Algemene Plaatselijke Verordening Molenlanden 2019, artikel 41 van de Alcoholwet en artikel 174 van de gemeentewet.

overwegende dat:

• •

  in het kader van de samenwerking tussen de gemeenten Alblasserdam, Molenlanden en Hardinxveld-Giessendam, met betrekking tot het reguleren van schaats(molen)tochten in de Alblasserwaard het wenselijk is om tijdens een vorstperiode toezichthouders in te kunnen zetten op elkaars grondgebied;

• •

  het wenselijk is te voorzien in een formele aanwijzing van deze toezichthouders in de zin van artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht in samenhang met de onderscheidenlijke wettelijke voorschriften en deze ook te belasten met de opsporing van strafbare feiten;

BESLUITEN

• 1.

  het aanwijzingsbesluit toezichthouders gemeente Molenlanden t.a.v. vorstperiode Alblasserwaard, genomen op 9 november 2021 in te trekken;

• 2.

  de volgende personen, te weten:

• I.

  de beëdigde medewerkers van gemeente Hardinxveld-Giessendam welke middels een aanwijzingsbesluit zijn aangewezen als toezichthouder op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Hardinxveld-Giessendam;

• II.

  de beëdigde medewerkers van gemeente Alblasserdam welke middels een aanwijzingsbesluit zijn aangewezen als toezichthouder op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Alblasserdam.

aan te wijzen als toezichthouder voor het toezicht en de opsporing van feiten strafbaar gesteld van het bepaalde bij of krachtens de:

• a.

  geldende Algemene Plaatselijke Verordening Molenlanden;

• b.

  Alcoholwet;

• c.

  geldende Parkeerverordening Molenlanden;

in het gehele grondgebied van de gemeente Molenlanden jaarlijks in de periode van 1 december tot en met 1 april van het daaropvolgende jaar indien sprake is van een Molentocht en/of vorstperiode.

• 3.

  te bepalen dat dit besluit in werking treedt op de eerste dag na die waarop het is bekend gemaakt.

• 4.

  te bepalen dat dit besluit voor onbepaalde tijd in werking treedt.