Organisatie | Woudenberg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Huisvestingsverordening Woudenberg 2022 - 2026 |
Citeertitel | Huisvestingsverordening Woudenberg 2022-2026 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2022 | 01-10-2026 | nieuwe regeling | 22-09-2022 |
HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Bijzondere maatschappelijke doelgroep: de woningzoekende die ingezetene is van de regio en na een tijdelijk verblijf in jeugdzorg, maatschappelijke opvang, begeleid of beschermd wonen uitstroomt naar de gemeente van regie/ herkomst binnen de regio, of naar een andere gemeente in de regio wanneer er zwaarwegende redenen zijn om niet naar de gemeente van regie/ herkomst terug te keren.
Economische binding: de binding van een persoon aan de gemeente Woudenberg of de regio, daarin gelegen dat die persoon, met het oog op de voorziening in het bestaan, is aangewezen op het verrichten van arbeid binnen of vanuit deze gemeente of deze regio.
Hier is sprake van als de betreffende persoon:
Herstructureringsindicatie: een indicatie voor zittende huurders van een toegelaten instelling wiens woning wordt gesloopt of ingrijpend gerenoveerd. De betreffende toegelaten instelling besluit of iemand voor een herstructureringsindicatie in aanmerking komt en draagt zorg voor registratie van de betreffende woningzoekende als herstructureringskandidaat;
Maatschappelijke binding: de binding van een persoon aan de gemeente Woudenberg of de regio is daarin gelegen dat die persoon een redelijk met de plaatselijke samenleving verband houdend belang heeft zich in dit gebied te vestigen. Een maatschappelijke binding wordt in elk geval aangenomen ten aanzien een persoon die tenminste zes jaar onafgebroken ingezetene is, dan wel gedurende de voorafgaande tien jaar ten minste zes jaar onafgebroken ingezetene is geweest van Woudenberg of de regio;
HOOFDSTUK 2. De vergunningplichtige voorraad
Om toegelaten te worden tot de in artikel 2 genoemde woonruimten gelden de volgende voorwaarden:
Artikel 4. Criteria voor verlening huisvestingsvergunning
Onverminderd het bepaalde in artikel 3 komen voor een huisvestingsvergunning in aanmerking woningzoekenden met een inkomen zoals bedoeld in artikel 16, 1e lid van het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 dan wel een andere regeling op grond van de Woningwet.
HOOFDSTUK 3. Woonruimteverdeling
Artikel 10. Labeling woningen voor bepaalde doelgroepen
Woonruimte kan bij aanbieding overeenkomstig de tabel worden gelabeld voor aangewezen doelgroepen.
Artikel 11. Voorrang bij woonruimte van een bepaalde aard
Woningen waaraan voorzieningen zijn getroffen op grond van de Wmo met een hogere waarde dan € 15.000 worden niet eerder opnieuw verhuurd dan nadat de woningcorporatie het vrijkomen van de woning heeft gemeld bij de gemeente en de gemeente heeft verklaard er geen bezwaar tegen te hebben dat de woning op de gebruikelijke wijze opnieuw aangeboden wordt voor verhuur;
Artikel 13. Rangorde woningzoekenden
Artikel 16. Urgent woningzoekenden
Voor de in artikel 2 aangewezen categorieën woonruimte wordt bij het verlenen van huisvestingsvergunningen voorrang gegeven aan woningzoekenden waarvoor de voorziening in de behoefte aan woonruimte dringend noodzakelijk is.
Artikel 17. Urgentieverklaring
Burgermeester en wethouders kunnen een urgentieverklaring verstrekken in de volgende gevallen:
De urgentieverklaring houdt het volgende in:
De mededeling dat de erkenning als bedoeld onder sub a van dit lid beperkt is tot een bepaald soort woonruimte en geldt voor 12 maanden, eventueel gekoppeld aan het ter beschikking komen van de soort woonruimte waartoe de erkenning wordt beperkt. In het geval van een herstructureringsurgentie zoals opgenomen in het tweede lid, onder d geldt dat de erkenning geldt voor een periode van 6 maanden.
Artikel 19. Specifieke criteria met betrekking tot urgentie vergunninghouders
Vergunninghouders als bedoeld in artikel 28 van de wet worden via directe bemiddeling gehuisvest.
Artikel 20. Specifieke criteria met betrekking tot urgentie op basis van een verblijf in een tijdelijke opvangvoorziening voor personen die hun woning hebben moeten verlaten in verband met relationele problemen of geweld
Artikel 22. Specifieke criteria Sociale indicatie
Sociaal geïndiceerden, als bedoeld in artikel 17 tweede lid b, zijn ingezetenen van de gemeente Woudenberg die in verband met sociale problemen, in combinatie met omstandigheden in de huidige woning, dringend op korte termijn een andere woning nodig hebben. Alleen onder de navolgende genoemde omstandigheden wordt een sociale indicatie verleend.
A. Dreigende dakloosheid buiten eigen schuld of toedoen
Degenen die buiten eigen schuld of toedoen hun woonruimte moeten verlaten kunnen uitsluitend in de volgende gevallen in aanmerking komen voor urgentie:
Degene die de minderjarige kinderen feitelijk verzorgt en bij wie de kinderen geregistreerd staan volgens de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Woudenberg, kunnen in aanmerking komen voor urgentie nadat een (voorlopige) voorziening bij echtscheiding is getroffen, danwel sprake is van een geregistreerd partnerschap of een notarieel vastgelegd samenlevingscontract, voor zover;
in geval van verbreking van een geregistreerd partnerschap of een notarieel vastgelegd samenlevingscontract:
aantoonbaar is door middel van een schriftelijk en aangetekend verzoek dat door de partij die het (de) minderjarige kind(eren) feitelijk verzorgt het recht om in de huidige woning te blijven wonen, alsmede voldoende alimentatie of ander inkomen om de woonlasten op te kunnen brengen zijn geclaimd en;
Bij beëindiging samenwoning gelden dezelfde criteria als bij verbreking van een geregistreerd partnerschap of een notarieel vastgelegd samenlevingscontract, voorwaarde hierbij is wel dat er sprake was van een duurzame huishouding (d.w.z. dat de aanvrager minimaal 2 jaar heeft samengewoond en dit kan aantonen middels een uittreksel uit de Gemeentelijke Basisadministratie).
Aan de onder 1 en 2 genoemde verplichtingen tot het claimen van het recht om in de huidige woning te blijven wonen, alsmede voldoende alimentatie of ander inkomen te claimen om de woonlasten op te kunnen brengen, hoeft niet te worden voldaan als schriftelijk aantoonbaar kan worden gemaakt dat het niet zinvol is een dergelijke claim te leggen. Hiervan is in ieder geval sprake indien:
C. Relatiebeëindiging met gedeelde zorg voor minderjarige kinderen
In het geval van relatiebeëindiging met gedeelde zorg voor minderjarige kinderen kan slechts urgentie aan één van de ouders worden verleend. De hierboven onder B, 1 en 2 genoemde voorwaarden zijn van overeenkomstige toepassing. In het geval dat één van beide ouders in de huidige woning kan blijven wonen wordt in geval van relatiebeëindiging met gedeelde zorg voor minderjarige kinderen geen urgentie verleend aan de andere ouder.
In geval van gedeelde zorg van (een) minderjarig(e) kind(eren) en beide ouders moeten de woning verlaten overleggen de ouders wie van beide urgentie aanvraagt. Dit wordt in een schriftelijke verklaring, door beide ouders ondertekend, vastgelegd en toegevoegd bij de aanvraag om urgentie.
Artikel 23. Financiële indicatie
Ingezetenen van de gemeente Woudenberg, die buiten hun eigen schuld financieel in zodanige problemen zitten dat zij de woonlasten niet meer op kunnen brengen en er geen andere oplossingen voorhanden zijn, kunnen uitsluitend in aanmerking komen voor urgentie, als bedoeld in artikel 17 tweede lid b indien de betrokkene daadwerkelijk in aanmerking komt voor de huurtoeslag, of een woonkostentoeslag van de sociale dienst ontvangt onder voorwaarde om te zien naar goedkope woonruimte.
Artikel 24. Medische indicatie
Ingezetenen van de gemeente Woudenberg, die in een om medische redenen (fysiek / psychisch) onhoudbare woonsituatie verkeren en waarvan door een, door college en wethouders aan te wijzen onafhankelijk medisch adviesorgaan, is vastgesteld dat, in afwijking van de reguliere methode, een snellere oplossing van het huisvestingsprobleem uit medisch oogpunt urgent is.
Artikel 25. Herstructureringsindicatie
Huurders en eigenaar-bewoners van woningen in de gemeente Woudenberg die in het belang van de volkshuisvesting of ter uitvoering van openbare werken in het algemeen belang, gesloopt of ingrijpend verbeterd moeten worden, kunnen in aanmerking komen voor urgentie.
Artikel 26. Maatschappelijke indicatie
Woningzoekenden die in verband met de navolgende omstandigheden dringend woonruimte nodig hebben kunnen in aanmerking komen voor urgentie, het betreft hier personen over wie met betrekking tot toewijzing van woonruimte in regionaal of lokaal verband afspraken zijn gemaakt.
Artikel 27. Specifieke criteria Bijzondere maatschappelijke doelgroep
De bijzondere maatschappelijke doelgroep kan uitstromen naar een andere gemeente in de regio Amersfoort in plaats van de gemeente van regie/herkomst wanneer sprake is van de volgende zwaarwegende redenen:
Voorts gelden de volgende criteria:
Artikel 29. Eisen woonprofiel bij urgentie
De door het college afgegeven verklaringen zijn alleen geldig voor het in de gemeente Woudenberg beschikbare woningaanbod en kunnen een zoekprofiel bevatten. Dit geldt niet voor de bijzondere maatschappelijke doelgroep: een urgentieverklaring voor deze urgentiecategorie is geldig in alle gemeenten binnen de regio.
Urgente woningzoekenden die na zes maanden nog geen mogelijkheid hebben gekregen om over (andere) woonruimte te beschikken kunnen, indien er geen passende woning beschikbaar is, met urgentie reageren op woningen die niet voldoen aan de criteria in het vierde lid van dit artikel en aan de algemene passendheidscriteria zoals bedoeld in het tweede lid.
Artikel 31. Rangorde urgent woningzoekenden.
Als op grond van de wet of deze verordening meerdere woningzoekenden met voorrang in aanmerking komen voor een huisvestingsvergunning, wordt de rangorde als volgt bepaald:
als op grond van onderdeel a meerdere woningzoekenden in aanmerking komen, wordt de rangorde als volgt bepaald:
eerst komen in aanmerking vergunninghouders als bedoeld in artikel 29 van de wet waarvoor geen andere woonruimte beschikbaar is gesteld (zie artikel 17 tweede lid,a) en woningzoekenden die verblijven in een voorziening voor tijdelijke opvang van personen, die in verband met problemen van relationele aard of geweld hun woonruimte hebben verlaten, en
Het college is bevoegd in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze verordening.
Het college kan de uitvoering van bevoegdheden krachtens deze verordening mandateren aan het bestuur van een in de gemeente Woudenberg werkzame woningcorporatie en/of derden.
Artikel 34. Status toelichting
De bij deze verordening behorende toelichting wordt geacht een onlosmakelijk deel uit te maken van de verordening.
Toelichting Huisvestingsverordening Woudenberg 2022-2026
De Huisvestingswet 2014 (hierna: wet) biedt gemeenten de mogelijkheid om in te grijpen in de verdeling van woonruimte. Gebruikmaken van dit instrumentarium – door een Huisvestingsverordening vast te stellen – is niet vanzelfsprekend en dient periodiek onderbouwd en getoetst te worden. Het instrumentarium bestaat uit het vaststellen van een Huisvestingsverordening, die regels bevat met betrekking tot het in gebruik geven en nemen van goedkope woonruimte.
Het uitgangspunt van de wet is de vrijheid van vestiging. Iedereen die rechtmatig in Nederland verblijft, heeft het recht om zich vrijelijk te verplaatsen en te vestigen. Dit grondrecht kan alleen worden beperkt indien noodzakelijk voor het algemeen belang in een democratische samenleving. Dat belang kan volgens de wet gelegen zijn in het tegengaan van de onevenwichtige en onrechtvaardige effecten van schaarste aan goedkope woonruimte. Als hier aantoonbaar sprake van is – en als het instrumentarium van de wet geschikt en proportioneel is om die effecten te bestrijden – kunnen gemeenten verdelingsregels stellen. De schaarste kan betrekking hebben op schaarste aan goedkope woonruimte in het algemeen, schaarste aan woonruimte met specifieke voorzieningen of schaarste aan woonruimte voor de huidige inwoners van een gemeente.
Het bestaan van schaarste op zich is onvoldoende reden om van de wet gebruik te maken: er moet tevens sprake zijn van verdringing van kwetsbare groepen, als gevolg van die schaarste. Teneinde de rechten van woningzoekenden niet onnodig te beperkten, dient ingrijpen beperkt te blijven tot die delen van de woningmarkt waar de onevenwichtige en onrechtvaardige effecten van schaarste zich voordoen.
Deze Huisvestingsverordening is van toepassing op alle zelfstandige woonruimten in eigendom van woningcorporaties met een huurprijs beneden de huurliberalisatiegrens in de gemeente Woudenberg. De aanwezige schaarste met onrechtvaardige en onevenwichtige effecten als gevolg (verdringing van doelgroepen) is aangetoond in het memo Schaarste in de sociale huur Woudenberg (RIGO Research en Advies, dd. 21 april 2022).
In deze artikelsgewijze toelichting worden enkel die bepalingen die nadere toelichting behoeven behandeld.
De gemeente van regie/ herkomst betreft de laatste woonplaats voorafgaand aan de aanvraag van een Wmo-traject met verblijf (woonadres volgens het BRP), tenzij dat verblijf in een instelling of bij pleegouders betrof (Jeugdwet, zorg of anders). In dat geval de laatste woonplaats voorafgaand aan het traject waar de persoon niet in een instelling verbleef. Tenzij gemeenten voor die casus onderling anders overeenkomen. Ook betrof het geen tijdelijk verblijf bij vrienden, familie of helpend netwerk. Het betrof een woonsituatie met een eigen inkomen / dagbesteding, sociaal netwerk (met uitzondering van jongeren).
Artikel 2 t/m 4 vergunningplichtige woonruimte en criteria
De verordening heeft betrekking op alle zelfstandige huurwoningen van woningcorporaties met een prijs onder de huurliberalisatiegrens. Met de huisvestingsvergunning wordt geregeld dat huurwoningen onder de huurtoeslaggrens terecht komen bij doelgroep van woningcorporaties zoals verankerd in de Woningwet. Verder moeten woningzoekenden Nederlander zijn of beschikken over een geldige verblijfstitel. De aanwezige schaarste met onrechtvaardige en onevenwichtige effecten als gevolg (verdringing van doelgroepen) is aangetoond in het memo Schaarste in de sociale huur Woudenberg (RIGO Research en Advies, dd. 21 april 2022).
Artikel 5 en 6 procedurebepalingen aanvraag en intrekking huisvestingsvergunning
In artikel 5 is bepaald hoe de aanvraag van de huisvestingsvergunning moet plaatsvinden. Artikel 6 geeft aan wanneer een huisvestingsvergunning kan worden ingetrokken
Artikel 7 t/m 9 inschrijving, bekendmaking
De corporaties zijn verantwoordelijk voor het inschrijfsysteem. Iedereen kan zich inschrijven. De corporaties leggen bepaalde gegevens vast en verstrekken een inschrijfbewijs. Verder is bepaald dat het woningaanbod kosteloos digitaal moeten worden bekendgemaakt en aangeboden door middel van het aanbod model. In bijzondere gevallen kan worden toegewezen door middel van directe bemiddeling. Deze gevallen zijn specifiek in de verordening benoemd.
Bepaalde woningen zijn meer geschikt voor bepaalde doelgroepen dan andere. Artikel 10 sluit aan bijde huidige labeling die is gebaseerd op eerdere beleidsregels en regionale afspraken. Door een bezettingsnorm te hanteren borgen we de slaagkansen van gezinnen (deze hebben een specifieke woningbehoefte die om grote woningen vraagt) en dragen we bij aan een doelmatige inzet van de woningvoorraad, doordat woning en huishoudgrootte met elkaar in overeenstemming zijn. 5-of meerkamerwoningen worden door de woningcorporaties bemiddeld.
In artikel 11 staat dat woningen die, vaak voor veel geld, zijn aangepast eerst worden aangeboden aan huishoudens die een dergelijke woning dringend nodig hebben.
Artikel 12 economische en maatschappelijke binding
De Huisvestingswet en de daarin opgenomen bepalingen maken het mogelijk om voor ten hoogste 50% van het woningaanbod voorrang te geven aan woningzoekenden met een economisch of maatschappelijk binding aan de regio. Dit gebied omvat de gemeenten Amersfoort, Baarn, Bunschoten, Eemnes, Leusden, Nijkerk, Soest en Woudenberg. Bij ten hoogste de helft van dit woningaanbod kan voorrang worden gegeven aan woningzoekenden met een economische of maatschappelijk binding aan Woudenberg. De bindingseisen zijn geen toelatingscriterium meer voor de huisvestingsvergunning maar een rangordecriterium. Artikel 12 regelt deze voorrang.
Artikel 13 Rangorde woningzoekenden
Artikel 13 beschrijft de rangorde van toewijzing waarbij urgenten voorrang hebben op andere woningzoekenden. De rangorde binnen urgenten is beschreven in artikel 32.
In de verordening is het experimenten artikel opgenomen. Dit geeft de mogelijkheid tijdelijk af te wijken van de verordening. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een experiment om doorstroming te bevorderen of aan een afwijkende vorm van toewijzing van woningen aan spoedzoekers in bijzondere woonvormen.
In deze artikelen is omschreven op welke wijze en op basis van welke criteria urgent woningzoekenden aan een woning kunnen worden geholpen. T.o.v. de vorige huisvestingsverordeningen zijn de bestaande urgentie categorieën gehandhaafd: zowel wettelijk vereiste categorieën (uitstromers uit tijdelijke opvang i.v.m. huiselijk geweld en mantelzorgurgenten) als niet-wettelijk vereiste categorieën (vergunninghouders, sociale/medische/maatschappelijke indicatie). Nieuw is de urgentiecategorie Bijzondere Maatschappelijke doelgroep: deze urgentie maakt het mogelijk om personen die tijdelijk in een instelling zijn opgenomen, binnen de regio terug te laten keren naar de gemeente van herkomst.