Besluit mandaat, machtiging en volmacht in verband met de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en het inwerkingtreden van het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Brunssum
Organisatietype	Gemeente
Officiële naam regeling	Besluit mandaat, machtiging en volmacht in verband met de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en het inwerkingtreden van het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening
Citeertitel	Besluit mandaat, machtiging en volmacht in verband met de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en het inwerkingtreden van het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening
Vastgesteld door	college van burgemeester en wethouders
Onderwerp	bestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
22-09-2022			nieuwe regeling	19-07-2022 gmb-2022-421712	2002217197

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit mandaat, machtiging en volmacht in verband met de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en het inwerkingtreden van het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Brunssum (hierna ’de Gemeente).¹

Gelet op de wettelijke voorschriften, in het bijzonder afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 160 en 171 van de Gemeentewet en titel 3 van boek 3 van het Burgerlijk Wetboek;

IN AANMERKING NEMENDE DAT

•
gemeenten in het kader van de Wgs de verantwoordelijkheid hebben voor de schuldhulpverlening voor hun inwoners;
•
sinds 1 januari 2021 de Wgs is gewijzigd en het Bgs in werking is getreden en gemeenten nu ook de taak hebben om bij vroegtijdige signalering van schuldeisers de inwoner een aanbod te doen tot een eerste gesprek (vroegsignalering);
•
het college op basis van artikel 8b Wgs expliciet bevoegd is om persoonsgegevens te verwerken van inwoners, voor zover dat noodzakelijk is voor de uitvoering van de vroegsignaleringstaak;
•
artikel 3a Wgs bepaalt dat het college de vaststelling van rechten en plichten en de beoordeling van de omstandigheden van haar inwoners kan mandateren aan een organisatie of instelling die zich blijkens haar doelstellingen of werkzaamheden richt op schuldhulpverlening

BESLUIT

Vast te stellen het navolgende mandaat, machtiging en volmacht:

Artikel 1: Mandaat, machtiging en volmacht

1.
Aan de directie van CMWW (hierna: Mandaatnemer) wordt mandaat verleend tot het namens en onder verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester van de Gemeente Brunssum nemen van besluiten en het ondertekenen van die besluiten ter uitoefening van de bevoegdheden zoals vermeld in artikel 3 van dit besluit.
2.
Waar in dit besluit wordt gesproken over mandaat, dient, tenzij anders is bepaald, daaronder tevens te worden begrepen machtiging en volmacht.
3.
Voor zover van toepassing omvat de bevoegdheid om krachtens mandaat besluiten te nemen tevens de bevoegdheid tot het stellen van voorschriften en beperkingen en het verrichten van voorbereidings- en uitvoeringshandelingen waaronder het registreren van beschikkingen bij het Bureau Kredietregistratie (BKR).

Artikel 2: Ondermandaat

1.
De mandaatnemer is uitsluitend bevoegd intern (binnen de eigen organisatie) ondermandaat te verlenen. Hierbij is de (interne) mandaatregeling, dan wel zijn de (interne) mandaatbesluiten, dan wel de bestaande bevoegdheidsverdelingen van de mandaatnemer die van kracht waren op 1 januari 2021, onverkort van toepassing. De ondermandaatnemer kan de hem toegekende bevoegdheden niet door mandateren.
2.
De mandaatnemer is niet bevoegd op andere wijze dan in dit mandaatbesluit voorzien de verkregen bevoegdheid over te dragen.

Artikel 3: Reikwijdte mandaat

1.
Op 1 januari 2021 is de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening (Bgs) in werking getreden. Op grond van de Wgs is de Gemeente per 1 januari 2021 verantwoordelijk voor schuldhulpverlening.
2.
Mandaatnemer is op grond van dit mandaatbesluit bevoegd en gehouden alle benodigde (rechts)handelingen te verrichten teneinde ervoor zorg te dragen dat de gemeentelijke schuldhulpverlening wordt uitgevoerd.
3.
Het is de mandaatnemer niet toegestaan om zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Gemeente wijzigingen door te voeren ten aanzien van de producten/diensten, tarieven danwel voorwaarden.

Of

Het is de mandaatnemer toegestaan om zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Gemeente wijzigingen door te voeren ten aanzien van de producten/diensten, tarieven danwel voorwaarden.
4.
Het is mandaatnemer uitdrukkelijk niet toegelaten andere besluiten te nemen dan die waarvoor het mandaat is verleend.

Artikel 4: Ondertekeningsbevoegdheid

Het mandaat omvat de bevoegdheid tot ondertekening van de gelet op de in artikel 3 genoemde taken noodzakelijke besluiten namens het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente dan wel de burgemeester van de Gemeente.

Artikel 5: Geldigheidsduur

Dit mandaatbesluit geldt voor onbepaalde tijd. Dit laat echter onverlet de mogelijkheid van de Gemeente om het mandaat te allen tijde in te trekken conform artikel 10:8 Awb.

Artikel 6: Eerdere besluiten en inwerkingtreding

1.
Eventuele eerdere geldende besluiten van de Gemeente worden - voor zover daarbij deze bevoegdheden (eerder) in mandaat/ volmacht/machtiging zijn verleend - ingetrokken.
2.
Dit besluit treedt in werking de dag na de bekendmaking conform artikel 3:42 van de Awb jo artikel 6 van de Bekendmakingswet.

Artikel 7: Slotbepaling

Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Besluit mandaat, machtiging en volmacht in verband met de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening en het inwerkingtreden van het Besluit gemeentelijke schuldhulpverlening’.

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Brunssum in de vergadering van 19 juli 2022

Het college van burgemeester en wethouders,

De burgemeester

Mevrouw W. van der Rijt

Aantekeningen

1.
Het is afhankelijk van de bevoegdheidsverdeling binnen de individuele gemeente wie het mandaat moet geven en tot hoever het mandaat rijkt.
Indien een gemeente de verplichtingen uit hoofde van de Wgs zelf uitvoert is het college van burgemeester en wethouders bevoegd tot het nemen van besluiten tot het aangaan van privaatrechtelijke handelingen. Dat volgt uit artikel 160 lid 1 onder d van de Gemeentewet. De burgemeester is bevoegd tot het ondertekenen van de overeenkomsten waarin de privaatrechtelijke handeling is gevat. Dat vloeit voort uit artikel 171 van de Gemeentewet, waarin is bepaald dat de burgemeester de gemeente in en buiten rechte vertegenwoordigt. Dat is het uitgangspunt waar dit format van uit gaat. De bevoegdheidsverdeling binnen een individuele gemeente kan echter anders zijn.
Indien een gemeente de verplichtingen uit hoofde van de Wgs (deels) niet zelf uitvoert, maar de uitvoering bijvoorbeeld heeft ondergebracht in een intergemeentelijke samenwerking op grond van de Wet Gemeenschappelijke Regeling, of een samenwerkingsorgaan of inkooporganisatie dan kan het zijn dat bevoegdheden van de gemeenten gemandateerd, gedelegeerd of anderszins overgedragen zijn aan het samenwerkingsverband. Bij gebruik van dit format is in die situatie van belang dat gecheckt wordt of de gemeente de bevoegdheid die hier gemandateerd wordt zelf nog wel heeft en kan verleggen.

Zie aantekening 1.