Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

BESLUIT BETAALD OUDERSCHAPSVERLOF 2003

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVeiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBESLUIT BETAALD OUDERSCHAPSVERLOF 2003
CiteertitelBesluit betaald ouderschapsverlof 2003
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpBesluit betaald ouderschapsverlof 2003

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Integrale plaatsing regeling gemeente Rotterdam d.d. 31-12-2019

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 11.2 van de Aanpassingswet Wnra
  2. artikel 125 van de Ambtenarenwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2020nieuwe regeling

26-06-2019

bgr-2022-836

12DB190626

Tekst van de regeling

Intitulé

BESLUIT BETAALD OUDERSCHAPSVERLOF 2003

 

Het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond,

 

Overwegende dat:

- de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) niet van toepassing is op de ambtenaren van de Veiligheidsregio (artikel 11.2 Aanpassingswet Wnra);

- De rechtspositionele regelingen van de gemeente Rotterdam als gevolg van de Wnra en CAO gemeenten zullen wijzigen en niet meer van toepassing zullen zijn op de ambtenaren van de veiligheidsregio;

- op 26 juni 2019 derhalve het besluit is genomen dat de rechtspositionele regelingen, waaronder het Besluit betaald ouderschapsverlof 2003, van de gemeente Rotterdam zoals die golden op 31 december 2019 voor zover de VRR deze volgt over te nemen en voor de VRR vast te stellen als zijnde eigen rechtspositie;

- het Besluit betaald ouderschapsverlof 2003 zoals dat gold op 31 december 2019 in de gemeente Rotterdam ook door de Veiligheidsregio in geconsolideerde vorm dient te worden gepubliceerd;

 

gelet op:

- artikel 125 Ambtenarenwet in samenhang met artikel 11.2 Aanpassingswet WNRA;

- artikel 33b, eerste lid, onder c van de Wet gemeenschappelijke regelingen;

- artikel 48 van het Ambtenarenreglement;

 

besluit vast te stellen het hierna volgende BESLUIT:

 

Besluitbetaaldouderschapsverlof2003

 

 

Recht op ouderschapsverlof

Artikel 1.  

  • 1.

    De ambtenaar die op grond van de WAZO recht heeft op ouderschapsverlof, heeft over de uren dat hij dit verlof geniet, maar ten hoogste over 13 maal de formele arbeidsduur per week, aanspraak op doorbetaling van een percentage van zijn salaris en de toegekende salaristoelage(n).

  • 2.

    Het percentage bedoeld in het eerste lid bedraagt voor de ambtenaar die een salaris geniet overeenkomstig:

    • schaal 1: 90%

    • schaal 2: 85%

    • schaal 3: 80%

    • schaal 4: 70%

    • schaal 5: 60%

    • schaal 6 en hoger: 50%

  • 3.

    Het is niet toegestaan dat de ambtenaar gedurende de uren dat het betaald ouderschapsverlof wordt genoten betaalde arbeid verricht. Burgemeester en wethouders kunnen hieromtrent nadere regels stellen.

  • 4.

    Geen aanspraak op doorbetaling van het salaris en de toegekende salaristoelage(n) als bedoeld in het eerste lid bestaat over de uren waarmee de formele arbeidsduur op verzoek van de ambtenaar is uitgebreid binnen een periode van zes maanden voorafgaand aan de eerste dag van het ouderschapsverlof, dan wel tijdens het ouderschapsverlof.

  • 5.

    Op de ambtenaar die op grond van de WAZO recht heeft op ouderschapsverlof is artikel 6 van de Vakantie- en Verlofregeling niet van toepassing.

  • 6.

    De ambtenaar kan op grond van onvoorziene omstandigheden een verzoek indienen om toegekend ouderschapsverlof niet op te nemen. Tenzij een zwaarwegend dienstbelang zich daartegen verzet, stemmen burgemeester en wethouders hiermee in. Instemming heeft tot gevolg dat het resterende ouderschapsverlof wordt opgeschort. Aan een dergelijk verzoek hoeven burgemeester en wethouders niet eerder gevolg geven dan vier weken na het verzoek.

     

Overgangsrecht ouderschapsverlof

Artikel 1a  

Vervallen in Gemeenteblad 2015 nr. 144.

Artikel 1b  

Vervallen in Gemeenteblad 2015 nr. 144.

 

Voorwaarden

Artikel 2.  

De ambtenaar meldt het voornemen om ouderschapsverlof op te nemen ten minste twee maanden voor de door hem gewenste ingangsdatum door middel van het daarvoor vastgestelde aanvraagformulier.

 

Meerlingen

Artikel 3.  

  • 1.

    Bij twee- of meerlingen bestaat slechts voor één kind aanspraak op betaald ouderschapsverlof.

  • 2.

    De bepalingen uit artikel 2, 4, 5 en 8 zijn van overeenkomstige toepassing indien er, voor het tweede en de meerdere kinderen van een twee- of meerling, gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid onbetaald ouderschapsverlof te genieten.

Zwangerschapsgerelateerde ziekte en zwangerschaps- en bevallingsverlof

Artikel 4.  

Het ouderschapsverlof wordt opgeschort:

  • a.

    indien de ambtenaar gedurende het ouderschapsverlof wegens door de zwangerschap veroorzaakte ziekte tijdens de zwangerschap niet in staat is haar functie te vervullen;

  • b.

    gedurende de periode dat de ambtenaar zwangerschaps- en bevallingsverlof geniet.

Opbouw vakantie

Artikel 5.  

De duur van de vakantie van de ambtenaar die ouderschapsverlof geniet, wordt verminderd naar evenredigheid van de omvang van het ouderschapsverlof.

 

Terugbetaling

Artikel 6.  

  • 1.

    De ambtenaar aan wie gedurende het betaald ouderschapsverlof of binnen zes maanden daarna ontslag wordt verleend op grond van artikel 85, eerste lid, of artikel 79, eerste lid, onderdeel j, van het Ambtenarenreglement, is verplicht het salaris en de toegekende salaristoelage(n), die hij op grond van artikel 1 heeft genoten, terug te betalen.

  • 2.

    Geen terugbetalingsverplichting ontstaat indien het ontslag als bedoeld in artikel 85, eerste lid, van het Ambtenarenreglement:

    • a.

      het gevolg is van het aanvaarden van een dienstverband bij een andere gemeente;

    • b.

      en evenmin indien de betrokkene aanspraak heeft op een uitkering krachtens de Werkloosheidswet, vanwege werkloosheid, die is ontstaan doordat de ambtenaar ontslag heeft gevraagd omdat hij de echtgenoot volgt, die door geheel buiten hem liggende oorzaken noodzakelijk van standplaats moet wijzigen.

  • 3.

    De ambtenaar die gedurende het betaald ouderschapsverlof of binnen drie maanden na afloop daarvan op eigen verzoek een functie aanvaardt voor minder uren dan hij direct voorafgaande aan het ouderschapsverlof vervulde, is verplicht het salaris en de toegekende salaristoelage(n) die hij op grond van artikel 1 heeft genoten over de uren waarmee zijn aanstelling wordt verminderd, terug te betalen.

  • 4.

    De ambtenaar die van het betaald ouderschapsverlof gebruik maakt, dient zich tevoren schriftelijk akkoord te verklaren met het in het eerste en derde lid bepaalde.

IZA en pensioen

Artikel 7.  

Vervallen in Gemeenteblad 2006 nr. 37.

Artikel 8.  

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, kan het college een bijzondere regeling treffen.

Artikel 9.  

Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van dit besluit nadere regels stellen.

 

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 10.  

Met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening vervalt het besluit van 21 april 1992, Gemeenteblad 1992, nr. 62 (Besluit betaald ouderschapsverlof).

Artikel 11.  

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020 en kan worden aangehaald als Besluit betaald ouderschapsverlof 2003.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 26 juni 2019.

De Secretaris,

A. Littooij

De Burgemeester,

A. Aboutaleb